Even de bal leeg laten lopen. Op bezoek bij Gilles De Bilde, in zijn vakantieoord. ‘Er komt een dag dat ik weer wat ga doen, maar wanneer dat is, weet ik niet.’

Hij lacht uitbundig als we hem bellen vanuit de auto op weg naar Marbella en zeggen dat we hem nu pas goed begrijpen. Het is begin december en in Brussel is het koud, mistig en donker. Tweeduizend kilometer zuidelijker hebben ze daar geen last van, de zon straalt aan de hemel en het kwik klimt hier tot negentien graden volgens de thermometer op het dashboard van de huurauto. Om de oplevende fotograaf te pesten zetten we zelfs even de airco aan. Gilles De Bilde zegt in bloot bovenlijf aan zijn zwembad te liggen, maar wijst ons er direct op dat ons geluk relatief is. Zijn vader is net terug naar huis na twee weken en hij had de hele tijd slecht weer. Al is ook dat hier relatief, er kan wel eens een bui uit de lucht vallen, maar ver onder de vijftien graden duikt de temperatuur nooit.

Een uur later eten we tapa’s aan de rand van de Middellandse Zee, met de voeten net niet in het water. Twee tieners slenteren in bloot bovenlijf langs de vloedlijn, maar het zijn toch overwegend oudere mensen die hun leden koesteren in de late herfstwarmte. Een half uur later is hij er, de Ket, die hier komt overwinteren, energie tanken. We trekken samen de oude stad in. Eerst moet hij nog even in een winkeltje langs, daarna gaan we naar Puerto Banus, het mondaine havengedeelte dat qua jachten goed de vergelijking met Saint-Tropez kan doorstaan.

We praten wat bij, hij informeert naar de toestand in ons land. Het nadeel van zo’n lange vakantie is het afgesloten zijn van het thuisfront. Via de schotelantenne ontvangt hij genoeg Nederlandse zenders, maar het Belgische nieuws blijft beperkt tot één uur per dag. Internet heeft hij niet. “( Zucht.) Dat is Spanje. Prachtig land, mooie omgeving, maar als ze wat moeten doen…. Mañana, mañana. Ik probeer al zes maanden een aansluiting te regelen, maar dat lukt me niet.” Zijn Volvo stuurt hij behendig door de smalle straatjes, maar een parkeerplaats vinden is onbegonnen werk. Het is hier net als aan de Belgische kust, winterdruk.

Op weg naar hier lazen we in het vliegtuig een column van Jea-netteWinterson, een Engelse romancier. ‘Lust, haast en trivialiteit’ mogen van haar als de moderne zonden van de mens worden beschouwd. Eén ervan, de haast, wil De Bilde uit zijn leven bannen. “Waarom ? Omdat het de laatste twaalf jaar druk genoeg is geweest rond mijn persoontje. Iedereen klaagt er ook over dat hij zijn kinderen niet ziet opgroeien. Ook dat is een belangrijke factor in deze beslissing. Dit is al heel lang mijn droom en ik realiseer die.”

Dus week hij uit naar de Costa del Sol. “In principe is dat vooral om die dingen te doen die ik graag doe. Als ik zin heb om uit te slapen, slaap ik uit en als ik vroeg wil opstaan om wat te doen, sta ik vroeg op en doen we wat. Gaan we naar het strand of winkelen of naar de stad, doen we terrasjes of doen we wat met de kinderen. Ze zijn pas veertien maanden en hebben nog veel aandacht nodig. Noem het een soort voetbalpensioen. Ik heb me teruggetrokken als actief voetballer en heb nu de kans er een tijdje van te genieten. De tijd dat ik hiervoor nodig heb, ga ik nemen. Er komt een dag dat ik veel minder zin ga hebben in niks doen en dat ik weer wat wil beginnen, maar dat zien we dan wel. Ik pin me niet vast op datums of termijnen. Duurt dit zes maanden, een jaar, langer, ik zou het nu echt niet weten. ( Lacht.) Een docusoap over mijn leven hier zou héél saai zijn.”

Later op de avond zal hij toegeven dat hij de beslissing ook wel een beetje met angst om het hart nam. “Het was vooral mijn droom, maar ik was onzeker of het wel zou lukken. Mijn vrien-din is eerder het huistype, ze houdt van cocooning, voor haar was dit geen aanpassing. Ik ging graag weg, voor mij was het anders. Het is te vroeg om na zes maanden al conclusies te trekken, maar wat ik het meest mis, zijn de sociale contacten, zowel met de familie als met de vrienden. ‘Jij bent nooit thuis’, zei Ils vroeger al. Dat blijf je missen, je hoort dingen aan de telefoon, ze bellen van ergens waar het feest is en dan wil je daar ook bij zijn. Anderzijds zeggen zij ook wel : ‘Blijf daar maar, hier is het koud, het vriest, stress, file op de ring…’ Er zijn positieve en negatieve kanten en met Ils gaat het hier perfect, echt waar. Ook daar was ik vooraf wat bang voor.”

In België, binnen zijn normale sociale cirkel, had hij ongetwijfeld niet die rust kunnen vinden. “( Peinzend.) Daar zou ik toch weer zijn meegesleurd door mensen die me wilden zien, door vrienden, door het voetbal. Hier heb ik ook al matchen gezien, van FC Marbella, maar op een rustige manier, in bloot bovenlijf. Er zijn voldoende Belgen die me herkennen, maar ik word niet constant nagestaard en beoordeeld op alles wat ik doe. Anderzijds merk ik nu, na zes maanden, dat ik het toch mis, die vrienden, de familie. Als de ouders bang zijn dat hun kleinkinderen hen niet meer zullen herkennen, doet je dat wel iets. De ideale wereld zou zijn dat al mijn vrienden en familieleden hier komen wonen. Dus is dit uiteindelijk maar een tijdelijk gegeven, straks komen we sowieso terug naar België, om de kindjes daar naar school te laten gaan. Ik denk dat ons onderwijssysteem van het beste ter wereld is en ten tweede wil ik mijn kinderen niet in een wereld laten opgroeien die fake is.”

Het echte Spanje is dit inderdaad niet, in Marbella telt het geld en dat is internationaal, Engelsen, Duitsers, zelfs Nederlanders hebben dit oord geënterd, gekoloniseerd. Met alle uitwassen van dien. Een bende van vijf Nederlanders, die ons gelukkig met rust laat omdat we, de fotograaf ter wille, Frans spreken, werkt zijn financiële arrogantie in een bar uit op een arme schoenpoetser. Die mag de leren schoenen van de flauwste plezante uit het gezelschap poetsen, maar moet diens pesterijen erbij nemen. Vrijwillig trapt de Nederlander zelfs zijn houten bankje aan diggelen. Hij oogst succes bij zijn al even lompe vrienden. Ook dit is Marbella…

De babbelende Ket, die anekdotes ophaalt over zijn bezoek aan Johan Boskamp in Dubai, is het voorval ontgaan, maar het bloed van de fotograaf kookt zowat. We besluiten te verkassen, lopen langs de haven, bewonderen boten, auto’s, de nieuwste modellen, de chicste mode, staren mooie wandelende popjes na. Sjeiks hebben hier een optrekje en/of hun speeltje. De Bilde wijst op zo’n Arabische villa, die afgeschermd van de buitenwereld boven de kust uittorent.

’s Anderendaags zal hij ons oog ook vestigen op een groot stuk grond waarover hij uitkijkt. “Ook eigendom van een sjeik. Men heeft hem al aangeboden om het te kopen, om er een nieuwe verkaveling van te maken, maar hij weigert. De man laat er zijn paarden op lopen. Dit leven is goed, voor even, maar niet om mijn meisjes in te zien opgroeien. Uiteindelijk draait het toch veel om uiterlijk vertoon. Een tijdje is dat tof, maar niet om de rest van je leven in te leven en zeker niet om kinderen in groot te brengen. Ik kom zelf uit een normaal gezin, misschien zelfs een iets minder normaal, en wil mijn kinderen een normale achtergrond geven. Niet dat ze een roze Bentley als vanzelfsprekend kindercadeau beschouwen ( grijnst).”

Marbella is voor hem een stukje nostalgie. “Ik kwam hier vroeger al op vakantie, met mijn ouders, mijn grootouders, onlangs ook met mijn vriendin. Soms in juni, voor twee, drie weken, af en toe ook in de winter, omdat die hier veel aangenamer is. Via FrankArnesen leerde ik een advocaat kennen die me begeleidde bij de aankoop van een huis in de buurt. Ik heb het gekocht en vervolgens laten afwerken.”

Zes maanden al raakte hij geen bal meer aan. “Ik moet er nog ergens één liggen hebben, in een kast, maar voel absoluut geen behoefte om die boven te halen. Tot op een bepaald moment ben ik liefhebber geweest, maar dat verdween geleidelijk. Ik deed het omdat ik het goed kon en er goed mijn boterham mee verdiende, maar ik deed het hoe langer hoe minder graag. Van mijn twee meisjes maak ik straks zeker geen voetballers. Ik hoop dat ze later tennissen, want ik zie me nog niet zo snel naar ballet gaan.”

Wij hadden de indruk dat hij altijd vrij zen door het leven ging. Bedroog die schijn dan zo hard ? “Neen, dat klopt wel, vergeleken bij een aantal collega’s toch. Maar zelfs die levenshouding volstaat niet altijd. Je hebt een bepaalde naam opgebouwd en daarvan worden dingen verwacht, een goal, kwalificaties, winst. Terecht, ik werd ervoor betaald, daar klaag ik ook niet over. Integendeel, dankzij die vergoedingen heb ik dit kunnen bereiken. Maar toch, ik merk nu dat ik die bal even leeg moet laten lopen. Zonder termijnplanning, zonder focus.”

We refereren aan Lierse, zijn ‘seizoen te veel’ ? “Ik had nog kunnen doorgaan, alleen was het voor mij moeilijk te aanvaarden dat ik maar een meeloper was, terwijl ik altijd bepalend ben geweest. Van inzet, kracht of loopvermogen heb ik het nooit moeten hebben, wel van talent. Uiteindelijk komen de mensen daarvoor ook naar het voetbal. De mensen komen niet omdat Kompany een gewone verdediger is, maar omdat hij iets meer heeft. Als je echter op de duur de zin verliest in het voetbal, verlies je ook dat tikkeltje meer. Even kan je dat nog verdoezelen en er zelfs mee leven, maar na verloop van tijd is het toch maar aanmodderen. Toen ik ook nog begon te sukkelen met blessures, hoefde het voor mij niet meer. ( Peinzend.) Weer gaan voetballen ? Op dit moment zéker niet. Ik heb al die vraag gehad, maar zie dat niet zitten. Ik zou het voor de fun willen doen en misschien komt die zin terug, volgend jaar al, of binnen zes maanden. Maar als het niet is wat ik ervan verwacht, stop ik opnieuw en ga ik zaalvoetballen met vrienden.”

Zijn huis in de Brusselse rand is verkocht, maar hij hield nog wat appartementen in de stad aan. Er is nog een weg terug, één die hij rond 1 november een paar keer insloeg ter promotie van zijn biografie. De Bilde : “Die verkoopt verrassend goed. Voor de uitgeverij is dat mooi, voor mij was dat minder een eis.”

Hij is daarin soms vrij ver gegaan. De Bilde : “Vind je ? In mijn ogen niet. Ik heb mezelf beperkingen opgelegd, zaken eerst aan Frank ( Raes, de auteur, nvdr) verteld en nadien toch laten schrappen. Ik heb wel niks mooier of harder willen voorstellen dan het was.”

In het boek adoreert hij zijn vader en grootvader, maar was hij scherp voor zijn moeder. Hoefde dat nog ? “Scherp, scherp… Ik heb de zaken verteld zoals ze waren. Mensen uit het voetbal vonden me scherp voor Leekens en Broos, maar ook daar heb ik maar gewoon gezegd zoals ik het verhaal zag. Ik heb geen perfecte jeugd gehad, geen perfecte moeder. Er zijn tekortkomingen geweest, bij haar, bij mij ongetwijfeld ook, want ik heb ook mijn minpunten. Daar heb ik eerlijk over getuigd.”

Op de boekenbeurs zag hij lange files bij assisenpleiter Jef Vermassen, bij IlseNackaerts over seks, bij hem… Wintersons lust en trivialiteit. De Bilde : “Seks is een belangrijk gegeven in het leven van veel mensen, dat lijkt logisch. Moord en misdaad zijn ook zaken die marcheren. Sport wellicht iets minder, maar dat voyeuristische speelt misschien wel. Ik koop wel eens een krant op maandag om wat over het voetbal te lezen. Dan merk ik dat de quote en de randgebeurtenissen belangrijk zijn. Wie geen beelden zag, zoals ik hier, weet niks meer over een ploeg, over hoe die het aanpakt. Het is nog niet zo erg als wat ik in Engeland zag, met The Sun en The Mirror, maar er is toch één krant die die richting opgaat en blijkbaar verkoopt die, is daar een markt voor. Normen worden verlegd en vervagen.”

Moet ons leven nuttig zijn ? De Bilde : “Wij zijn allemaal passanten en je moet het leven nemen zoals het is en ervan profiteren. Nuttig ? Ik constateer dat er in het voetbal nog weinig De Bildes zijn. Trainer word ik in principe niet, maar zeg nooit nooit. Jeugdtrainer ? Heb ik daar genoeg geduld voor ? Dat de jeugd minder kansen krijgt, stoot me wel wat tegen de borst. Ik weet zelf wat ik gedroomd heb, van die eerste ploeg, maar de jongens van nu worden geconfronteerd met een extra probleem, een teveel aan buitenlanders. Ik pin me niet graag ergens op vast, maar ik zie zoiets meer zitten dan ergens gewoon trainer zijn. Spitsentrainer of zo, zoals Bosman het is bij AZ, of Eijkelkamp bij PSV. Het aanvallende blijft in mijn ogen immers toch dat waarvoor de mensen naar het stadion komen.”

En een zaak openen ? “Neen. Er zijn mensen in België die het me al gevraagd hebben, maar voorlopig doe ik het niet. Ik word ook niet overstelpt met voorstellen op dat vlak, totaal niet. Hooguit twee, drie voorstellen, meer niet. Maar ik doe het niet. Het enige waar ik voorlopig op ben ingegaan, is meewerken aan een nieuw tv-programma.”

’s Anderendaags lezen we in de weekendeditie van La Vanguardia een verhaal met de Zwitserse Corinne Maier, die zichzelf omschrijft als economiste en psychoanaliste. Zij pleit in haar boek Bonjour paresse voor meer luiheid. “Niet nuttig zijn is het beste wat je kan overkomen.” Toch even in de bieb zoeken.

door Peter T’Kint

‘Hier heb ik ook al voetbalmatchen gezien, van FC Marbella, in bloot bovenlijf.’

‘Een docusoap over mijn leven hier zou héél saai zijn.’

‘Ik moet nog ergens een voetbal liggen hebben, maar ik voel absoluut geen behoefte om die boven te halen.’

‘Ik constateer dat er in het voetbal nog weinig De Bildes zijn.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content