Club Brugge overwintert niet Europees, maar het stapt wel met een goed gevoel de winterstop in.

Volgens de Brugse sportieve staf blijven Genk en Anderlecht even grote challengers voor de landstitel, maar de grootste tegenstander van Club wordt Club zelf. Alleen zelfoverschatting of een onverklaarbare inzinking kunnen dit Club nog van de titel houden. De Europese uitschakeling liet geen sporen na, zo bleek uit bij Germinal Beerschot. Uit zijn goeie prestatie put Club de kracht om zijn leiderspositie waardig te dragen. Deze week zet het een eerste stap naar de toekomst, met gesprekken met de trainersstaf en enkele toonaangevende spelers.

Club Brugge heeft de finale van de Uefabeker niet gehaald. Wat mist het om dat te kunnen ?

Antoine Vanhove : Ik heb nooit gezegd dat ik er van droomde die Europabekerfinale te spelen. Wél dat het met die ploeg mogelijk is een Europese finale te bereiken. Mijn woorden zijn een beetje verdraaid. Maar als je Stuttgart tegen ons bezig zag, als je zag hoe Schalke zich liet wippen en welk voetbal Bordeaux nog brengt, stel ik vast dat België Europees terug zijn plaats aan het opeisen is. Wat wij misten om Europees verder te gaan, zijn de vier spelers die we aangekocht hebben en die we niet hebben kunnen opstellen.

Gaëtan Englebert : In het spel voelde ik absoluut geen verschil met de andere teams. Wel blijven we afgerekend worden op kleine details. Die maakten de afgelopen jaren het verschil en kostten ons de Europese uitschakeling. Ik hoopte dat dit niet meer het geval zou zijn, maar het was weer van hetzelfde. Daarom ben ik ontgoocheld. Omdat we tegen een ploeg van ons niveau niet doorgaan. Anderzijds moet je tevreden zijn omdat je eerste doel voor dit seizoen, het bereiken van de Champions League, gehaald is.

Philippe Clement : Kwalitatief verschillen we niet zoveel met Feyenoord dat een Europese finale won. Zij hebben met Van Hooijdonck wel iemand die op stilliggende fases en zomaar in de wedstrijd makkelijk scoort, terwijl wij echt moeten kunnen domineren om een goal te maken. Toch hebben we dit jaar een flinke stap vooruit gezet. Buiten door Barcelona werden we geen enkele keer weggespeeld. Altijd namen we zelf het heft in handen. Club kan dominant voetballen, dat bewezen we ook in Stuttgart waar we meestal op hun helft speelden. Dat we dat kunnen, verrast me niet : het is het gevolg van drie jaar geduldig bouwen. De vorige jaren waren de oefenwedstrijden tegen sterke Europese tegenstanders op dat vlak een winstpunt. Qua tempo en beleving was de voorbije Europese campagne een winstpunt. Nu we geen Europabekerwedstrijden meer hebben, zullen na nieuwjaar opnieuw een aantal van die Europese oefenmatchen leerzaam worden.

Dit team kan nog groeien, op voorwaarde dat we soms iets meer rust inbouwen. Er zit nog voldoende rek in deze kern, dat merk je al wanneer je de gemiddelde leeftijd nagaat. We bewezen al dat we het uitvallen van een aantal basisspelers kunnen opvangen. Er wordt te gemakkelijk overheen gegaan hoeveel spelers we dit jaar al misten.

Dany Verlinden : Is iedereen fit, dan zit er meer in. We hebben het materiaal om Europees te overwinteren. Een probleem is dat we ons vast spitsenduo missen. Dat voel je vooral als we móéten scoren. Stuttgart profiteerde ook van het feit dat we met tien vielen ( door de rode kaart voor Maertens, nvdr). Blijven we met elf, dan winnen ze nooit bij ons en moeten ze thuis anders gaan voetballen, waardoor ze zich kwetsbaarder moeten opstellen.

Trond Sollied : We lieten zien dat we niet uit de Champions League of de Uefabeker moesten vallen. We kunnen het niveau aan. Tevoren wist ik het niet, nu zag ik het. Vooral thuis misten we de goede trein. Kleine details maken op het hoogste niveau het verschil. Daarom wil ik als we geen Europees voetbal spelen, altijd vriendschappelijke wedstrijden tegen goede tegenstanders. In de Belgische competitie kent iedereen mekaar te goed, dat is niet goed voor de concentratie. Als je tegen een club speelt die je niet kent en die een heel andere stijl hanteert, leer je veel meer bij.

Hoe kan dit Club nog sterker worden ?

Chris Van Puyvelde, assistent-trainer : Da’s duidelijk : we hebben een goed gestoffeerde kern, maar hij is nog niet compleet. Als de geblesseerden na nieuwjaar terugkomen op niveau, zal duidelijk worden hoe sterk we zijn. Qua uitbouw zitten we enkel op de linkerflank wat krap. Van de Ven is meer een middenvelder, Ristic deed het daar niet slecht, maar… En uit de eigen jeugd komt er op die positie niet direct iemand aan. Dus : als er nog iets moet gebeuren, is het op die plaats.

Verder komt neer op wat Trond altijd benadrukt : schaven aan details. Fysiek staan we goed, dat moeten we alleen onderhouden. Technisch kan er nog geschaafd worden aan het eentijdsvoetbal, de controle, al de dingen die je in de Champions League nodig hebt en waarmee de meeste ploegen daar een voorsprong op ons hebben. Al moet ik zeggen dat de ploegen waartegen wij speelden, daar niet onder vielen – op Barcelona na. Verder wordt het verschil op het hoogste niveau gemaakt op en rond de zestien meter. Ook daar moeten we efficiënter worden. Veel heeft te maken met concentratie : op topniveau kan je het je niet veroorloven één fractie van een seconde niet waakzaam te zijn. Door je elke week weer op te laden kan je dat leren. Timmy Simons is daar een goed voorbeeld van : die gaat tegen Anderlecht achterin gewoon man tegen man spelen op Seol en doet dat vlekkeloos.

Dany Verlinden : Wij moeten leren efficiënter zijn, de kansen beter afwerken. Krijg je Europees drie, vier kansen, dan moet er minstens één bal in. Dat gebeurt nog niet.

Trond Sollied : Collectief zijn we zo sterk als maar kan. Individueel kunnen we nog verbeteren, op voorwaarde dat de spelers niet trainen om te trainen, maar om beter te worden. Ik moet altijd alles herhalen, zo gaat dat. Een speler weet in principe wat hij moet doen, maar hij vergeet het steeds weer. Dan is het aan de trainer om dat te herhalen.

Na de winterstop houdt Europees voetbal jullie niet meer scherp. Lopen jullie niet het gevaar in slaap te vallen ?

Trond Sollied : Op het eind was de kern zo uitgedund dat de Europese dimensie niet meer voor concurrentie kon zorgen. Iedereen die fit was, speelde. Dat had wel het voordeel dat jonge spelers een versneld leerproces op het hoogste niveau meemaakten. Daar zullen ze straks van profiteren.

Dany Verlinden : Ik voetbalde bij Club nog nooit in zo’n rijk gestoffeerde kern als deze. Dat moet in de competitie het verschil maken. Wie met die concurrentie niet om kan, moet zijn conclusies trekken en bij een kleinere ploeg gaan spelen waar hij altijd in de basis staat.

Jij hebt makkelijk praten : voor jou is er nauwelijks concurrentie.

Dany Verlinden : Al vijf jaar lang wordt hier jaarlijks een keeper ingekocht die mag bewijzen dat hij beter is dan ik. En nog ben ik nummer één. Deze week ( dinsdag, nvdr) heb ik een afspraak met Antoine Vanhove. Zoals ik me nu voel, kan ik er nog een jaar mee doorgaan. Ook op topniveau. Ik had niet het gevoel dat ik in de Champions League te kort kom.

Heeft dit Club Brugge nog versterking nodig ?

Antoine Vanhove : Niet zo heel veel. Maar eerst hopen we de spelers die we aangetrokken hebben en die we moesten missen, na nieuwjaar te recupereren. Met de trainers zullen we evalueren wie of wat we nog nodig hebben.

Een aantal spelers loopt na de Europese campagne serieus in de kijker bij buitenlandse clubs. Bezorgt dat u extra werk of extra zorgen ?

Antoine Vanhove : Nee, het hoort erbij. Als je er niet tegen kan dat je spelers Europees in de kijker lopen, moet je ook niet Europees willen spelen. Wij willen met een aantal jongens praten, maar een lijstje met namen en datums mag u nu van mij nog niet verwachten.

Hoe zit het met jou, Gaëtan Englebert ?

Gaëtan Englebert : Deze week zit ik aan tafel met Club. Ik heb nog een contract tot volgend jaar, dus ik kan afwachten. Ik ben niet van mening dat dit Club aan het einde van een cyclus zit. Integendeel, het begint nog maar. Dus kan je als speler niet uitgekeken zijn op verder werken hier. Maar ik verwacht niet dat we er meteen uitkomen. Ik heb tijd. Mijn beslissing zal niet afhangen van wat de andere jongens die elders gegeerd worden, doen.

In hoeverre hangt de beslissing van de technische staf om al dan niet door te gaan, af van wat er met de belangrijkste spelers gebeurt ?

Chris Van Puyvelde : De spelersmarkt is op twee jaar tijd grondig gewijzigd, waardoor Club in een andere situatie zit dan Anderlecht na zijn Champions League toen. Anderlecht zag de meeste van zijn titularissen vertrekken, maar door de veranderde marktsituatie bestaat nu de mogelijkheid dat je ze kan behouden, mits je een financiële inspanning doet naar die spelers toe. Ik ben er bijna zeker van dat Club bereid is dat te doen.

Wat ons drieën betreft ( Sollied, Van Puyvelde en René Verheyen, nvdr) : wij gaven al aan dat wij zeer graag samenwerken en dat we dat ook in de toekomst willen doen. Het bestuur heeft dat signaal ontvangen. Als Club tevreden is, zie ik niet in waarom we niet met mekaar door kunnen gaan. We kregen al het signaal dat men zo goed en zo kwaad als het gaat met deze kern doorgaat, tenzij er een buitenlandse club met een gek bod komt – van tien miljoen euro of zo. Daarover wordt deze week voor het eerst gepraat.

Club wordt nog altijd op een gezonde manier geleid. De transfers van de laatste jaren waren voor het grootste deel voltreffers. Veel spelers groeiden hier uit van onbekenden tot gewaardeerde toppers. En er komen er nóg aan. In de eigen jeugd zitten drie, vier spelers die straks naar de kern kunnen overstappen en kunnen uitgroeien tot toppers in België. Soms gaat het snel. Wie had twee jaar geleden durven voorspellen dat Timmy Simons een absolute topper zou worden toen hij net van Lommel kwam ? Je kan Club niet betrappen op geld dat te veel is uitgegeven of slecht is besteed. Het rendeert. Iemand uit Brussel heeft eens gezegd : het zijn boeren, maar slimme boeren. Daar zit wat in.

Blijft Trond Sollied volgend jaar trainer van Club Brugge ?

Gaëtan Englebert : Ik zie geen enkele reden waarom we niet zouden doorgaan met Sollied.

Antoine Vanhove : Wie zou Trond Sollied niét willen houden ? Alleen wordt een succesvollle trainer, net als goeie spelers, van alle kanten benaderd. Als het zover is dat een andere club hem een serieus voorstel doet, zullen wij dat als eerste te horen krijgen. Deze week ( dinsdagavond, nvdr) wordt op het directiecomité beslist wanneer we met hem gaan praten. Hij levert hier toch goeie prestaties, hé ? Dat spelers op hem uitgekeken zouden zijn, kan ik niet geloven. Vier jaar of langer is voor Club niet te lang. Houwaart en Broos hebben hier ook zes jaar gewerkt.

Trond Sollied : Ik heb al aan Antoine Vanhove gezegd wat mijn verlangens zijn. Hij weet het, dat is tussen hem en mij. Wat ik wil of vraag, ga ik niet aan derden vertellen. Hij weet het, ligt u daar alstublieft niet wakker van. Als er duidelijkheid is, komt u het wel te weten.

door Geert Foutré

‘Schaven aan de details, daar blijft het op neerkomen.’ (Chris Van Puyvelde)

‘Of ik blijf ? Ligt u daar alstublieft niet wakker van.’ (Trond Sollied)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content