Terwijl hij in Gambia zijn stiefvader ten grave droeg, werd in België zijn transfer naar Genk geregeld. Een gesprek met Seyfo Soley.

In extremis, zo mag je het wel noemen, werd SeyfoSoley in het Genkse elftal gedropt. En zie, met nauwelijks wedstrijdritme, laat staan automatismen, in de benen kweet de van Lokeren overgekomen Gambiaan zich, de omstandigheden in acht genomen, niet eens zo onaardig van zijn taak. Met zijn 1 meter 95 en 86 kilo moet hij de kracht en gestalte brengen waarnaar Genk vorig seizoen al op zoek was. Na Edrissa Sonko (Anderlecht, nu in Nederland) en EbouSillah (Club Brugge, nu in Nederland) is met Soley ook de derde Gambiaan uit eerste klasse aan een topclub toe.

Seyfo Soley : “Maar Gomez Ato komt uit Gambia naar Antwerp en eentje, Latif, speelt in derde klasse. Gambia is niet zo’n groot land, maar als de nationale ploeg bij elkaar komt, komen we toch aan zeventien profs die in het buitenland spelen. Ik speelde in Gambia voor Hawks Football Club, een van de drie grote voetbalclubs. Zij spraken met Lokeren en zo kwam ik naar België. Voor mij was het een verrassing toen ze mij kwamen zeggen dat er een club uit België naar mij was komen kijken. Zoals de meeste Afrikaanse voetballers was ik aan het wachten om naar Europa te kunnen. Ik had al drie keer met de nationale ploeg gespeeld. Ik was de jongste; ik werd opgeroepen omdat Sammy Kargbo, die voor Deinze speelde, geblesseerd raakte en het niet zo goed deed.”

Je begon je loopbaan in België bij Sint-Niklaas.

Dat was, vond ik, een heel goed begin voor als je de eerste keer naar Europa komt, want derde klasse is toch wel moeilijker dan eerste klasse. Het is harder, agressiever, hoor ik ook van anderen. Als ik in mijn foto-albums kijk met foto’s van mij en de ploeg in Sint-Niklaas, dan moet ik meestal eens goed lachen. Dat waren allemaal toffe jongens en goeie spelers, maar spijtig genoeg zijn er niet zoveel hogerop geraakt. Een stuk of twee, Christian Van Hoeylandt en ik, zijn de enigen die naar Lokeren konden. Ik kreeg bij Sint-Niklaas een contract van drie maanden, omdat Lokeren wou zien of ik geschikt was voor hen. Maar na één maand spelen, kwamen ze al met een contract van een jaar. Ik speelde zes, zeven maanden en ze zeiden : oké, we gaan je voor vijf jaar vastleggen. Georges Leekens is toen naar Sint-Niklaas komen kijken en heeft mij naar de eerste ploeg van Lokeren gebracht.

Dat ik daarna naar Genk kon, heeft niet zo lang geduurd. Ik zat in Afrika, omdat een van mijn vaders was overleden, toen Lokeren mij belde dat ze iets met Genk geregeld hadden. Voor mij ging dat veel te snel. Ik had door die reis naar Afrika en een blessure drie weken niet gespeeld, moest op vrijdag bij de reserven starten, op zaterdag tegen Lokeren en de week daarna al tegen Praag, dus dat was een beetje moeilijk. Maar het was oké. Na twintig minuten realiseerde ik mij dat ik iets moest veranderen en gaf ik passes. It changed my mind. Gelukkig zat iedereen goed in de wedstrijd, anders had ik in de problemen kunnen komen. Daarvoor kon ik ook naar het buitenland, waar twee andere clubs geïnteresseerd waren. Dikwijls bellen mensen mij : ( acteert) ‘ik ben van dit land en er zijn clubs in jou geïnteresseerd’. Maar als ik dan vraag welke, dan willen ze de naam niet geven. Typisch.

De meeste Afrikaanse spelers van Lokeren zijn via hun satellietclub in Abidjan gekomen en spreken Frans. Jij bent Engelstalig én je kwam rechtstreeks vanuit Gambia. Hoe was je contact met hen ?

Ja, dat was heel moeilijk. Ik sprak in het begin geen Frans en ze lachten altijd als ik iets zei. Maar op het eind kon ik heel goed met hen praten.

Hoe is je Nederlands ondertussen ?

( Vlekkeloos :) Ja,… euh… dat is moeilijk, hé.

Klinkt nochtans goed.

Sonko praat het al vlot, maar hij zit hier ook al twee jaar langer, natuurlijk.

Jullie logeerden allebei in Hamme bij Roger Everaert, die jullie als zijn zonen beschouwde en overal mee naartoe nam. Vertel eens.

Als je uit Afrika naar hier komt, moet je vanalles leren en dan is het toch beter dat je niet alleen woont. Je moet veel leren.

Zoals ?

Mekaar begroeten. ‘Goeiemorgen’ ( lacht). In de tijd dat ik bij hen woonde, trainden we met Sint-Niklaas zoals Lokeren. Zelfde systeem, zelfde uren. Niet zoals de meeste derdeklassers, omdat wij voorbestemd waren om daarna voor Lokeren te spelen. Roger zei altijd tegen mij : ‘als je in een kleine ploeg speelt, moet je hard werken’. Dus ging ik in mijn vrije tijd veel lopen en fietsen. In Lokeren leerde ik ook op mijn gewicht letten. Als je boven je maximum zat, moest je werken om eronder te raken of anders boete betalen. Dat zal ik hier in Genk ook doen.

Ten tijde van je transfer naar Genk was je in Gambia voor de begrafenis van je stiefvader. Hoe emotioneel was dat ?

Heel emotioneel. We willen graag onze moeders naar hier brengen, dan zou het makkelijker zijn voor ons. Maar ik ben hier nu al drie jaar, dan leer je daarmee omgaan. In het begin was het heel moeilijk.

Wat is er met je vader zelf gebeurd ?

Mijn vader is ook al overleden toen ik nog heel jong was. Mijn stiefvader is zijn jongere broer, hij is overleden aan een te hoge bloeddruk. Iedere keer kreeg hij problemen met de grote warmte. Ik was aan het zoeken naar iets om hem hier te kunnen laten verzorgen, maar mijn hulp kwam te laat.

Je bent een paar jaar opgevoed in een Belgisch gezin. Hoe verandert zoiets je ?

Het is normaal dat mensen merken dat je veranderd bent na drie jaar in België. Als ik terugga naar Afrika, kan ik zien dat er iets in mijn gedrag veranderd is. Als ik in Gambia naar een voetbalwedstrijd ga kijken, denk ik : hey, zo was ik vroeger ook. Automatisch ga je vergelijken. Iedereen wil je zien, wil langskomen, zo gaat dat ginder. Raar, maar soms hou ik daar niet meer van. Je wil soms wat tijd voor jezelf. Je wil wat bijtrainen, wat slapen, maar dat is niet makkelijk. Sommige mensen begrijpen dat niet. Ze bellen je om drie uur ’s nachts op (g rijnst). Soms moet ik tegen mezelf opnieuw zeggen : Afrika is zó. In België zou dat ondenkbaar zijn. Maar ik kan Sillah om drie uur ’s nachts bellen ( lacht).

De tijd gaat altijd te snel. Als je om vijf uur wil trainen omdat het ’s middags te warm is, komt iedereen bij je staan en voor je het weet is de tijd om, is het zeven, acht uur. Als je hen dan wil uitleggen dat je die tijd nodig hebt en dat ze op een bepaald uur moeten komen, dan zeggen ze automatisch : ‘ah, hij is veranderd, hij is een ‘dikkenek’ geworden’. Jongens met wie ik altijd naar school ging, moet ik nu zelf opzoeken, anders zien ze mij niet meer staan. Ze zeggen : ‘nu heb je geld, nu moet je naar ons kijken’. Maar zo werkt het niet. Ik stuur wel elke maand geld om de school van mijn broers en zussen te betalen.

Everaert is, zegt hij, een van zijn beste vrienden kwijtgeraakt omdat hij zich zo over jou ontfermde.

Daar praten ze met ons niet over en dat is best, anders zouden we alleen gaan wonen omdat we ons overbodig voelen.

Raymond Goethals zei onlangs dat hij je ’s nachts in een donker steegje niet zou willen tegenkomen.

( Lacht.) Raymond ! Ja, ik ken hem. Toen ik jong was, zag ik hem met Marseille de Champions League winnen. Hij mag dat zeggen, want hij is oud nu ( lacht). Als je oud bent, word je mentaal weer zoals iemand van elf ( lacht). Ik heb daar geen probleem mee. Eén keer ben ik wel racistisch behandeld, op de markt in Brugge. Ik stond met Roger aan een parkeermeter aan te schuiven en de man voor ons zei iets van pipo of neger tegen mij. Ik kon daar mee lachen. Sommige mensen zijn niet zo goed, zelfs in Afrika, en misschien had hij daarvoor problemen gehad. Hij kan zeggen wat hij wil, maar Roger heeft zich heel kwaad gemaakt.

Eén keer ben ik zelf kwaad geworden, toen ik in Lokeren naast de ploeg ben gezet. Ik moest een paar dagen met de reserven trainen. Ik had tegen Aalst niet zo goed gespeeld. De trainer was niet zo gelukkig, hij wou mijn reactie zien. Toen besefte ik dat ik heel hard moest blijven werken. Ik heb het geld nodig en ik moest aan mijn carrière werken. Ik zat vier wedstrijden op de bank en daarna zetten ze mij in de ploeg als rechtsachter. No problem. We wonnen en ik bleef daar staan, daarna kwam ik terug centraal in de verdediging en op het middenveld.

Hein Vanhaezebrouck heeft mij veel geholpen. Hij praatte veel met de jongere spelers. Rudi Cossey ook. Ze zeiden altijd : ‘je bent een hele goeie, maar steek het niet in je hoofd, anders ga je altijd zeggen dat je de beste bent’.

Net als Lokeren speelt ook Genk achterin in een vier op lijn.

Er is weinig verschil. Alleen speelt Genk goed voetbal, ook als ze het moeilijk hebben. In Lokeren kon je het als we het moeilijk hadden soms simpel houden en de bal gewoon wegtrappen. Genk wil blijven combineren. Dat is het verschil.

Zokora zei dat hij jou wat moet coachen op het veld.

Verdedigen is niet één iemand die de leiding geeft. Wie het verst achteraan staat, ziet het meest en moet de anderen sturen.

Maar in Lokeren zeggen ze : Soley is een goede voetballer, maar hij heeft in de wedstrijd mentaal nog wat begeleiding nodig.

Oké, we zijn jong en we proberen zoveel mogelijk te leren. In Genk zal ik er alles aan doen om dat te veranderen. Dat is belangrijk, want als je hier, drie, vier seconden je positie uit het oog verliest, kan je een doelpunt slikken. Misschien zal dat in Genk aan de oppervlakte komen. Want wie praat er in Lokeren op het veld ? Vidarsson. Katana niet, Zéré ook niet zoveel. In Genk praat iedereen. In Lokeren had ik daarom misschien wat sturing nodig, omdat er maar één sprak. Hier in Genk doet iedereen dat en dat maakt veel uit. Genk is misschien iets professioneler dan Lokeren, maar daar proberen ze het ook.

Hoe goed kan het lukken met jou en Zokora centraal ?

Heel goed. Kijk naar Lokeren : Conté, ik, Zéré en Coulibali, allemaal blacks en het werkte. Ze hebben daar heel goeie spelers waarmee ze als derde, vierde of vijfde kunnen eindigen. Vorig seizoen waren Zoundi, Bangoura en ik een paar weken geblesseerd en toch deden we het nog goed. Lokeren is een gewoon goeie ploeg. Maar naar Genk komen is heel goed voor mij, de stap hogerop waarnaar ik aan het uitkijken was. Hoe Sparta Praag ook speelt, Genk blijft hetzelfde systeem houden. Dat was in Lokeren soms anders : de verdediging bleef altijd hetzelfde, maar in het middenveld of vooraan werd wel eens iets veranderd afhankelijk van de tegenstander.

Waarom kwamen we pas na je transfer naar Genk ineens te weten dat Seyfo je voornaam is en niet Soley ?

Ik wou het nu veranderen. In Lokeren had ik dat ook al vaak gezegd, dat ik Seyfo Soley heet en niet Soley Seyfo, maar ze vergaten dat altijd. Ik zei altijd tegen mijzelf : als ik Lokeren verlaat, moet het veranderen. Nu moet het voor mij een nieuwe start worden. Je weet nooit dat ik voor andere ploegen dan Genk kan uitkomen, dan is het goed dat ze mijn juiste naam kennen. Als ik het nu niet verander, gaat het nooit lukken.

Sommigen zien in jou een potentiële Europese topper.

En dan vragen ze, zoals in Lokeren, altijd naar belangstelling van andere clubs. Maar als dat hier gebeurt, zal ik zeggen wat ik in Lokeren ook zei : dat alleen de club telt voor mij en dat ik wel zal zien.

Maar als een speler als Balakov, tegen wie je in de Intertoto speelde, dat zegt, moet je dat toch wel iets doen.

( Lacht.) Hij is een goeie speler. In de eerste wedstrijd tegen Stuttgart kreeg ik eerst een overtreding tegen, maar in de twee volgende duels pakte ik hem de bal af. Toen ze naar Lokeren kwamen, was het precies hetzelfde : eerst een overtreding tegen en dan won ik de volgende duels. Hij wou na de wedstrijd weten hoe oud ik was en hij zei dat ik een hele goeie was. Maar ik antwoordde : neen, neen, ik probeer een hele goeie te zijn. Hij was verbaasd dat Lokeren mijn eerste ploeg in Europa was, hij vond dat ik veel hoger kon spelen.

Ze mochten mij wel in Stuttgart. Kort daarna kreeg ik trouwens een telefoontje van iemand uit Stuttgart. Maar als jonge speler moet je je voeten op de grond houden.

door Raoul De Groote

‘Raymond Goethals ? Die mag zeggen wat hij wil, hij is oud nu.’

‘Dit is een nieuwe start. Daarom is het goed dat de mensen mijn juiste naam kennen.’

‘De tijd gaat altijd te snel.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content