Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Twee gelijke spelen zetten nog maar eens de sukkelgang van Anderlecht in de verf. De club strompelt door het kampioenschap naar het beeld van zijn spits, Nenad Jestrovic. “Alles slaat tegen.”

Toch geraakte hij nog aan een onverwachte transfer naar Anderlecht. Daar wachten ze acht maanden later nog altijd op het moment dat de gewezen spits van Rijsel, Bastia en Metz ontploft. Drie doelpunten staan er op zijn conto. Vrijdagavond speelde Jestrovic alweer zeventig minuten met de invallers (één doelpunt, twee assists). Om ritme op te doen. Na de zaterdagse ochtendtraining bleef zijn optreden in Charleroi later in de vooravond beperkt tot het laatste half uur. Daarin raakte hij negen keer de bal, maakte hij één fout, leed hij vijf keer balverlies, schoot hij twee keer op doel, en zag hij een doelpunt afgekeurd worden voor vermeend buitenspel.

Echt zijn stempel drukken op de wedstrijd kon hij niet. Daarvoor is hij fysiek nog niet fit genoeg. “Het gaat iets beter, maar na al die maanden afwezigheid heb ik veel meer tijd nodig dan ik vooraf had verwacht. In november dacht ik er helemaal terug te staan, in elke reservenwedstrijd scoorde ik twee, drie keer.”

Aimé Anthuenis gooide hem toen in de strijd tegen Standard en Lokomtiv Moskou. Twee topmatchen. Daarna volgde de terugslag. Heeft hij zich daar geforceerd ? “Neenee,” bezweert Jestrovic, “alles gebeurde in overleg met de clubdokter. Ik denk dat ik niet slecht ben ingevallen in die twee wedstrijden, ook al kon ik niet veel meer uitrichten.”

Blijft het feit dat het vervolgens tot de terugronde duurde voor hij weer speelde. “Klopt. De achterstand was te groot. Het was een samenloop van omstandigheden, fysiek en mentaal. Het was lastig om terug te keren, ook omdat ik nog niet echt op mijn plaats speelde. Als centrumspits, vind ik, moet je minder defensief werken en kan je offensief meer brengen. Nu is het omgekeerd, ik sta vaak aan de linkerkant en moet daar defensief harder werken. Offensief verlies ik aan concentratie en kracht, omdat ik van veel te ver moet komen. Laat me zeggen dat ik nu meer voor het team probeer te werken en minder aan scoren mag denken.”

ijn spel – hij zal er in de loop van het gesprek herhaaldelijk op terugkomen – is voetbal met twee spitsen. “Ik rendeer niet in een systeem met drie. Wij voetballen vaak over de rechterkant, met acties daar. Gilles ( De Bilde, nvdr) kruipt dan naar het midden en ik moet vanaf links komen. Dat is niet evident. Als ik fysiek goed ben, is het misschien nog te doen, maar nu niet. Ik sta veel te ver van de goal. Let maar eens op de tv-beelden, waar ik sta als iemand van ons scoort.

“Ik vind het vreemd. In november heette het nog dat Anderlecht zo moeilijk tot scoren kwam, omdat het in het centrum een afwerker miste. Nu ik terug ben, sta ik meestal aan de linkerkant. Allemaal moeilijk te begrijpen, maar ik moet het accepteren. De trainer stelt de ploeg op, hij stippelt de tactiek uit. Op links moet ik ook nog eens de rechtsachter van de tegenstander het oprukken beletten. Dat kost soms kracht die je tekort schiet om je vrij te lopen. Zie jij elders spitsen tot in de zestien terugkeren ? ( Lacht) Maar zo doe ik fysiek op voor komend seizoen.”

Dat hij vrijdagavond met de invallers moest aantreden, zegt hij geen probleem te vinden. “Ik ben prof.” En dan, met zijn breedste glimlach en een knipoog : “Bij de reserven doe ik tenminste vertrouwen op, ik scoor er geregeld. Kijk, als het goed gaat, lach ik. En nu het slecht gaat, moet ik ook proberen te lachen. Ik kan toch niet anders ?”

Nooit, zo kon je vorige zomer in het Brusselse huishouden horen, had Anderlecht Nenad Jestrovic zonder medisch onderzoek op vakantie mogen laten vertrekken nadat hij van Moeskroen was aangetrokken. “Ik heb de dokter inderdaad gezegd dat ik al mijn vakantie gepland had,” zegt de speler, “maar dat was geen probleem. Op de foto’s was te zien dat de breuk nog niet geheeld was, en dat ik toch niet veel kon doen tijdens mijn verlof. Iedereen zegt dat ik fouten gemaakt heb, maar als ik niet mocht lopen of met de bal spelen… Het is in Moeskroen dat het verkeerd liep, dààr hadden ze me direct moeten opereren. Dan was alles veel sneller achter de rug geweest.

“Volgens de dokter in het ziekenhuis volstonden zes weken gips om de blessure te genezen. Toen het tegendeel bleek, heb ik tweede en derde meningen gevraagd, onder meer in Zürich. Daar heeft men gezegd dat topsporters bij een dergelijke breuk altijd geopereerd moeten worden om bouten aan te brengen, en dat je zeker géén gipsverband mocht leggen. Want daardoor verdwijnen de spieren. Bon, ik maak er geen zaak van, dit is gewoon een verloren jaar.”

entaal en fysiek is het allemaal hard te verwerken. Jestrovic klampt zich vast aan de wil om er alsnog iets van te bakken. “Daarom blijf ik na training nog wat na, om te oefenen op wat ik mis. Afwerking. Het komt allemaal terug. Ik blijf geloven in mijn kwaliteiten.”

Het is alsof hij zelf de onzekerheid in zijn stem hoort doorklinken. “Heb ik gelijk of… ? Ik heb me laten zien bij Moeskroen en Metz, ik mag het hoofd nu niet laten hangen, het zal hier ook lukken.” Hij herpakt zich. “Volgens mij is het uitsluitend een kwestie van fysiek. Je mag de beste speler van de wereld zijn, als je fysiek niet goed bent… Kijk naar Ronaldo.

“Ik heb veel wedstrijden nodig om er weer bovenop te komen. Volgens mij ben ik op de goeie weg, ook al gaat het ontzettend slecht en heb ik alle pech. Scoren en het doelpunt dan toch afgekeurd zien, dat soort dingen. Alles slaat tegen, maar zo gaat dat in een zwart jaar. Tegen La Louvière voelde ik me goed, maar kom ik slecht neer op mijn schouder. Weer een week niet trainen. Tegen GBA speelde ik daarom met een inspuiting. Dat was wél een fout, ik had daar nooit mogen spelen. Vervolgens, na Gent, kreeg ik last van de knie. Een bacteriële infectie, meent de dokter, wellicht opgelopen op een kalklijn.

“Zo is het altijd iets, ik val van het ene kleine probleem in het andere. Heel atypische blessures ook. Vroeger was ik zelden geblesseerd. Ik herinner me dat ik in Metz een keer drie weken afwezig was met een verrekking. Gek hoe deze blessure wel mijn karakter heeft veranderd. Vroeger kon ik zenuwachtig rondlopen, als ik een tijdje niet scoorde. Nu blijf ik daar veel kalmer onder.”

Verdwenen lijkt vooral zijn explosiviteit. Jestrovic : “Dat is fysiek. Ik heb ook nog steeds wat last van de schroeven die in mijn been zitten. Als het héél koud is, voel ik ze duwen. Volgende zomer laat ik ze verwijderen. En dan, dan denk ik dat ik klaar ben om te ontploffen, mits een goeie voorbereiding. De irritatie zal weg zijn en de explosiviteit zal iets groter zijn. Nu is het vooral emmerdant. Ik wist niet dat een blessure je zo hard kon terugslaan.”

oodgedwongen volgde hij de verrichtingen van zijn nieuwe ploeg dus vooral vanuit de tribune. Veel goed voetbal zegt Nenad Jestrovic niet te hebben gezien. Gelukkig wel wat doelpunten in het laatste kwartier of zelfs in de slotminuten, zodat de achterstand op Club Brugge en RC Genk nog steeds niet onoverkomelijk groot is. “Met wat meer geluk en wat normaler spel van Anderlecht, konden we vijf punten voor liggen de rest”, meent hij zelfs.

Twee spitsen, drie spitsen, vijf verdedigers, vier verdedigers. Er werd dit seizoen al wat af geïmprovisserd op Anderlecht. “Je zou eens moeten nakijken of er een elftal is dat twee, drie weken na elkaar bleef staan. Ik denk het niet. Voortdurend mensen afwezig, nu op Genk : zonder De Bilde, zonder mij, zonder Mornar. Anderlecht had nog nooit een basisploeg, maar ondanks al die zorgen staan we niet zo slecht geplaatst, vind ik. Volgend jaar kan het dan ook alleen maar goed gaan, mits een paar wijzigingen hier en daar.”

Wijzigingen ? “Het is niet aan mij om daar op in te gaan, dat is voor de directie.”

De trainer ? “Neenee, de ploeg. De trainer blijft toch gewoon ?”

De vertrouwensstemming tegen de Aimé Anthuenis had hem verrast, zegt Nenad Jestrovic. “Ze praatten de hele tijd Nederlands, ik verstond niet eens waar het over ging. Ik begrijp wel een paar woorden Nederlands, maar niet alles. Ik zat met grote ogen te luisteren naar de trainer, toen die vroeg of de spelers tegen hem waren. Nadien heb ik moeten vragen wat er scheelde. En toen moesten we plots stemmen, op papiertjes die werden gesloten. Stom, toch ? Heel slecht georganiseerd, meer dan de helft van de spelers was niet op de hoogte. Je moet eerst discussiëren met de spelers voor je zoiets organiseert.”

Mocht het voetbal van de titelverdediger niet af en toe wat sprankelender ? Wat offensiever ook ? Jestrovic : “Dat is een andere zaak, daar ben ik het volledig mee eens. De toeschouwers komen naar een stadion om doelpunten te zien, voor spektakel, niet voor een gelijkspel. Met drie punten voor een zege is het toch logischer dat je voor de winst gaat, neen ? In dat opzicht was het beter geweest dat we in Genk voluit voor de drie punten waren gegaan. Ik zag een paar keer mogelijkheden om te scoren, maar goed, ik stond er niet, hé. Dan is het moeilijk.

“De trainer heeft een goede verdediging op punt gezet, maar anderzijds hebben we nooit verloren als we met drie spitsen speelden. Als we druk ontwikkelen, scoren we. Opvallend toch ? Het is mijn eerste jaar hier, ik wil me niet te veel met de zaken bemoeien, maar ik vind het toch vreemd. Normaal wordt Brugge kampioen, maar de tweede plaats moet van ons zijn.”

Geen kliekjes ? Jestrovic : “Ik hoor dat de Joegoslaven een groepje vormen en zich aangesloten hebben bij de Franstalige oppositie. ( Lacht) Logisch, omdat we allemaal Frans spreken, maar voor mij is er geen onderscheid tussen Vlamingen en Walen. Ik geef wel toe dat er soms communicatieproblemen zijn, we zijn niet altijd van alles op de hoogte. Ik heb dat achteraf ook gezegd tegen Glen ( De Boeck, nvdr), dat het allemaal beter kon met wat meer overleg. Onderscheid wil ik niet maken. Toen Mornar, die Kroaat is, kwam, vroeg men zich ook af of hij zou passen bij ons, Serviërs. Maar zie, ik had hem gisteren nog aan de lijn vanuit Pula, we zijn de beste vrienden. Samen met die kleine daar ( wijst op Stoica, nvdr). Ook al opgemerkt dat hij weer helemaal opleeft ? Hij voelt zich goed in ons gezelschap.”

Alin Stoica grapt en lacht – jawel, hij kan het -, maar wijst een uitnodiging om mee aan tafel te schuiven af. Ik tel mijn geld liever rustig. Als hij tien minuten later de deur achter zich dicht trekt en Jestrovic hem vraagt wat er in de frigobox zit die hij meesleurt, klinkt het : “Ik ga vissen”. Buiten is het donker en valt er natte sneeuw uit de lucht. Weg lijkt het zorgenkind dat niet eens een spier vertrekt als hij scoort. Is het omdat het einde in zicht is ? Jestrovic : “Vorig jaar was hij hier niet graag, maar nu leeft hij weer. Dankzij ons. Ik ben helemaal niet zeker dat hij vertrekt.”

Moet er iets veranderen op training ? Jestrovic : “Sommige spelers trainen graag, anderen niet. Sommige jongens kunnen niet altijd alles geven, anders zijn ze cuit. Dat is mijn stijl, als ik me alle dagen honderd procent geef, kom ik in een wedstrijd geen poot vooruit. Ik geloof niet in het cliché dat je speelt zoals je traint. Een beetje meer tolerantie op dat vlak mag wel, vind ik, wij doen ook ander werk in een match.”

Dan duikt hij in het verleden. “Wat maakt van spelers uit ex-Joegoslavië zulke goede spitsen ? Specifieke training, één, twee keer per week. Heel speciale oefeningen, gericht op afwerken, gericht op blind samenspel. Zo’n trainingen kreeg ik nadien nooit meer. Ik vond dat leuke trainingen, want Joegoslaven houden niet van lopen, dat weet je. Ik doe het nu na de training. Een kwartiertje afwerken, zoals vroeger. Ik geloof niet dat alle spelers altijd hetzelfde moeten doen. Onze coach heeft goede trainingen, ik kan hem niks verwijten, maar ik voel dat ik na de training op sommige zaken extra moet werken.”

Om dan volgend jaar te ontploffen ? Jestrovic : “Dat moet mijn seizoen worden.”

door Peter T’Kint,

“In november miste Anderlecht zogezegd een afwerker, en nu moet ik op links spelen. Vreemd.”

“Ik geloof niet in het cliché dat je speelt zoals je traint.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content