Vier media-watchers geven beurtelings hun mening over de voetbalactualiteit : Peter Vandenbempt (VRT-radio), Gui Polspoel (Canal+), Dirk Deferme (VTM) en Frank Raes (VRT-tv). Deze week is Gui Polspoel aan de beurt.

Dankzij een nipte zege in de slotminuten blijft Standard de eerste achtervolger van Anderlecht.

Gui Polspoel : “Mij viel tegen dat ze zich zo makkelijk lieten intimideren door een scherp Charleroi. Van voetballen bleef helemaal niets over, de hoge ballen vlogen over en weer. Toen Emile Mpenza scoorde, schrok ik dat hij er nog bij was. Want hij had nauwelijks een bal geraakt. Dit was voor mij weer een, na de sterke prestatie tegen Brugge, tegenvallend Standard. De hoogtes en laagtes zijn er nog niet uit. Anderlecht speelt ook wel eens niet goed, maar kon de dingen dan wel naar zijn hand zetten. Wat Standard op Charleroi liet zien, was niet ‘iets naar je hand zetten’, maar de situatie helemaal ondergaan.”

De invallers deden het niet goed.

“Het blijft vooral een onevenwichtig samengestelde groep. Iedereen schrok zich dood toen ze én Kaklamanos én Bangoura aantrokken. Maar waar zitten die nu ? Op de bank, en niet eens door blessures of schorsingen. Maar als Mumlek en een weer goed presterende Bisconti uitvallen, dan moet je al teruggrijpen naar Okpara en met hem is het opeens veertig procent minder. Zijn snelheid is afgebot en zijn actieradius is bijzonder klein geworden. Hij is maar een schim meer van de grote Okpara van Aalst. Die man wordt oud.”

Club speelde Ajax bij momenten weg, maar sputterde dan weer tegen Bergen. Het heeft blijkbaar grote ploegen nodig om zich te overtreffen.

“Er bestaan twee Club Brugges, één voor elke competitie. De vraag is : is Ajax nog wel een grote ploeg ? In Nederland denken ze nog van wel. Maar het was zó’n gewone ploeg. Zo’n Sneijder al meteen iemand noemen ‘in de traditie van Cruijff” : ja zeg, hou op ! Dat is een combinatie van Hollandse bluf plus wat bij Anderlecht ook heel lang leefde : Verschueren die maar bleef zeggen : ‘Wij zijn een grote club.’ Terwijl dat al tien jaar nergens meer op sloeg. Misschien was Ajax gewoon de minste van de vier. Ik vond Club een heel goed parcours afleggen. Voor mij is de terugkeer van Englebert de verklaring voor het afsluiten van de mindere periode. Want hij gaat niet alleen altijd diep, hij denkt ook diep. Door zijn bewegen zonder bal brengt hij vooruitgang in het spel. Dat zie je heel weinig.”

Mag Club Milan met de vinger wijzen ?

“Ach. Stel dat die trainer wel zijn sterspelers opstelt, maar met de boodschap : take it easy. Wat dan ? Vorig jaar speelde Real op Genk ook met zijn B-elftal. Daar zitten spelers bij met een niveau dat je in België al tien jaar niet meer hebt.”

Kijk je al uit naar de verplaatsing van Club naar Debrecen ?

“Ik dacht dat het in Turkije lag. Misschien is het wel een vergiftigd geschenk voor Club, dat dit seizoen zijn beste matchen tegen sterke ploegen speelt. Blijkbaar hebben ze een uitdaging nodig om scherp voor de dag te komen. Debrecen lijkt me zowat het La Louvière van Hongarije.”

Heeft Anderlecht het aan zichzelf te wijten dat het niet door gaat ?

“Niets. Op één seconde na speelde het de perfecte wedstrijd. Het domineerde Bayern München en ik had niet de indruk dat die terugkropen, wel dat ze werden teruggedúwd. Je zag ook aan Hitzfeld dat hij het niet meer wist, dat hij bang was. Ik vind niet dat Anderlecht meer had moeten durven. Het is niet omdat je tactisch de goeie keuzes maakt, dat je altijd wint.”

Worden de kleine landen geviseerd ?

“Niet door de scheidsrechters. De discriminatie zit al vervat in de vergoeding die verdeeld wordt over de deelnemers aan de Champions League, naar rato van het aantal televisiekijkers. Ajax, dat vorig jaar de halve finales bereikte, verdiende een flink pak minder dan een Italiaanse ploeg die er in december uitging. Dat is alsof Peter Van Peteghem als winnaar van de Ronde van Vlaanderen maar de helft van de premie krijgt van Michele Bartoli, die tiende werd maar uit een land komt met meer tv-kijkers en sponsors.”

Opmerkelijk was de uitspraak van de voorzitter van Lierse dat trainer Emilio Ferrera afgerekend zal worden op de prestaties van Bertrand Crasson en Gilles De Bilde.

“Ik neem aan dat Ferrera niet stiekem in zijn eentje Crasson op Lierse heeft binnengesmokkeld. Uiteindelijk heeft de voorzitter toch zelf de beslissing genomen, wetende dat zulke spelers een risico inhouden. Is voor iemand die bij Anderlecht de top meemaakte voetballen voor dit Lierse, dat dan nog zijn twee aanvallers verkoopt, een motiverende uitdaging ? Dit is een beetje gemakkelijk Ferrera de zwartepiet toespelen. Ik vond die uitspraak niet netjes van Vets.”

Krijgt De Bilde Lierse straks weer aan het voetballen ?

“Ik geloof daar niet in. Voor hem telt dat hij zich amuseert op het veld, maar ga de spelvreugde maar eens zoeken bij dit Lierse. De Bilde heeft daar niets te zoeken. Hij is ook geen type dat de rest meetrekt naar een hoger niveau. In een goed draaiend geheel kan, of kon, De Bilde een ster zijn. Maar ik heb hem nooit, zoals Degryse of Nilis, in een kwakkelend Anderlecht de boel op gang zien trekken.”

Onderaan blijft Robert Waseige met Charleroi in het sukkelstraatje.

“Ik zou niet graag in zijn schoenen staan. Hun scorend vermogen is nul. Met Grégory Dufer heeft hij een goed spelertje dat bij iedereen mee kan : Club, Anderlecht én Standard. Plus een goede doelman : Laquait. Maar vooraan heeft hij werkelijk niets. Van het trio Charleroi, Bergen en Heusden-Zolder heeft dat laatste duidelijk het meest in huis. Een creatieve speler als De Condé en een spits als De Camargo hebben Bergen en Charleroi niet. Ik denk dat Heusden-Zolder zich gemakkelijk uit de bedreigde zone moet kunnen voetballen.”

Volgend weekend wordt de heenronde afgesloten. Hoe vond je hem over het algemeen ?

“Van een tegenvallend niveau. Alleen Moeskroen biedt nog enig weerwerk. Al een aantal jaar valt de balans tussen wie vertrok en wie in de plaats kwam negatief uit. Dat viel minder op omdat we ons af en toe nog amuseerden. Maar nu heeft een aantal clubs echt de bodem bereikt. Omdat het vooral een uitstroom van spitsen betreft.”

Kunnen we verwachten dat clubs niet meer in het rood gaan, maar toch spektakel brengen ?

“Er is één alternatief : de uitstroom aanvullen met eigen jeugd. Maar die traditie hebben we niet. Welke ploeg in België heeft een échte jeugdopleiding ? Eén van de besparingen was ook : de jeugd afbouwen. Zoals Gent deed, bijvoorbeeld. Terwijl het de enige uitweg is. Zo duur is dat ook niet. Is wat Beveren doet dan de toekomst ?”

Wat vind jij ?

“Nee. Genk heeft ook veel Afrikanen, maar het is geen vitrine voor een privé-handeltje. Wat heeft Beveren daar verder aan ? Ik ben daar niet kwaad op, maar ik vind het zo kortzichtig allemaal, zo kruideniersachtig. Niemand houdt zich bezig met overmorgen, heeft nog een concept van waar hij over vijf jaar wil staan. Dan krijg je zo’n nivellering naar beneden, met ploegen als Bergen, waar we van dachten dat we er vanaf waren. Dat is toch om te huilen ? Of een ploeg als Heusden-Zolder, dat in eerste klasse speelt maar geen stadion of spelers heeft. Waar zijn we dan mee bezig ?”

door Geert Foutré

‘Gilles De Bilde heeft niets te zoeken in Lier. Ga er de spelvreugde maar eens zoeken.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content