DOELMAN, 44, ZKT. CLUB

© BELGAIMAGE - CHRISTOPHE KETELS

In de lagere regionen van het voetbal bots je soms op verrassende verhalen. Deze week: Jürgen Belpaire, in de jaren negentig na Dany Verlinden tweede doelman bij Club Brugge, nu in het doel bij de beloften van eersteprovincialer SVV Damme.

Woensdag 7 november 1990, Olympiastadion, Brugge. Jürgen Belpaire, 17 jaar jong, zit op de bank wanneer Club Brugge na de 0-0 in San Siro tegen AC Milan de poort naar de kwartfinales van Europacup I probeert open te beuken. Hij vergaapt zich aan de sterren van de Rossoneri. Carlo Ancelotti – toen nog een middenvelder -, Paolo Maldini, Alessandro Costacurta, Frank Rijkaard, Franco Baresi, Ruud Gullit, Marco van Basten, … Het jongenshart breekt wanneer Angelo Carbone de titelverdediger kort na de rust naar de volgende ronde schiet. ‘Een mooie herinnering. Drie jaar ervoor voetbalde ik nog in Blankenberge’, blikt de doelman bijna 27 jaar later terug.

Hij ziet er nog altijd afgetraind uit, maar de sport heeft zijn lichaam niet gespaard. Een scheenbeenbreuk op zijn 16e, een paar gebroken vingers (‘Ik plakte ze aan elkaar in mijn handschoenen, zodat ik toch kon spelen’) en twee meniscusletsels. In december 1999 leek het doek over zijn voetbalcarrière gevallen, toen hij in een competitiematch met RBC Roosendaal zwaar geraakt werd door… een ploegmaat. Het verdict was zwaar – gebroken rechterscheenbeen, rechterkuitbeen én linkerscheenbeen – en de revalidatie lang, maar hij herstelde. ‘Vier maanden aan een stuk elke dag met de fiets van Zuienkerke naar mijn kinesist in Blankenberge, waar ik drie of vier uur werd behandeld.’

Nog meer blessures. Bij HSV Hoek ging de schouder uit de kom (‘zelf opnieuw ingeduwd’), jaren erna werd het schoudergewricht met enkele pinnen vastgezet. In het tussenseizoen werd ook het kniegewricht nog eens opgekuist. Opgelapt en klaar voor een nieuw voetbalseizoen bij KFC Varsenare, een tweedeprovincialer aan de rand van Brugge, maar toen de afspraken niet werden nagekomen, stapte hij er enkele maanden geleden op.

‘We hadden een duidelijke overeenkomst: als ik fit was, dan zou ik spelen. Toen ik hoorde dat ik toch op de bank zou zitten, heb ik mijn handschoenen uitgetrokken en ben ik opgestapt. Zo principieel ben ik wel’, zegt Belpaire, net voor Nieuwjaar door SVV Damme opgevist. Om, na de beenbreuk van de tweede doelman, bij de eersteprovincialer op de… bank te zitten. ‘Als dat de afspraak is, dan heb ik er geen problemen mee. En, ik kan met de beloften mijn matchke spelen.’

Zijn oudste zoon Aaron (20), een middenvelder, voetbalt er in het eerste elftal, de drie jaar jongere Jari speelt in Varsenare. ‘Samen op het veld staan, zal wellicht niet meer lukken, maar de kans is groot dat we elkaar straks (24 februari, nvdr) bij de beloften in de ogen kijken.’

Het niveau is bedenkelijk, maar spelen blijft het allermooiste. Ook voor iemand die 44 jaar is geworden, Europees voetbal speelde en in 1995 – na een liesblessure van Dany Verlinden – de beker van België won. 3-1 tegen Germinal Ekeren, in de dug-out zat Hugo Broos: óók een overlever. ‘Mijn mooiste periode in Brugge. Hugo was een rustige mens. Titels en bekers gewonnen, maar nooit grootspraak.’

Met zijn opvolger, Erik Gerets, klikte het niet. Dat was verrassend, want een paar jaar ervoor had de Limburger hem nog een werelddoelman genoemd. ‘Hij zei: ‘Als die tweede doelman al zo goed is, wat moet die eerste dan zijn?’ Maar toen hij naar Brugge kwam, wilde hij Dany Verlinden – een monument – door Stanley Menzo vervangen. Neen, Gerets was niet mijn beste vriend, zeker niet toen hij in de voorbereiding op zijn tweede seizoen zei dat Ibrahim Nader El-Sayed tweede keeper zou worden. Zomaar. Achteraf bekeken had ik nog een paar jaar op mijn tanden moeten bijten.’

LAATSTE MATCH

Hij kan het zich niet voorstellen om volgend seizoen niet meer te kunnen voetballen, want hij houdt van de routine. ‘Op zaterdagavond de sporttas klaarmaken, zondagmorgen met een pistoletje Match of the Day bekijken, het ambetante gevoel tijdens het middagmaal… Als ik geen club meer vind, wat moet ik dan op zondag doen? Maar ja, de leeftijd, hé. Wie haalt er nu nog een oude zak van 44 jaar binnen?’ (lacht)

Maar, klinkt hij overtuigd: ‘Ik kan nog mee. De dag dat ik nog moet beginnen te duiken als de bal al tegen het net ligt, zal ik wel stoppen. Iets minder snel dan vroeger, natuurlijk, maar door mijn ervaring en inzicht win ik tijd en meters. Onlangs, tijdens de opwarming, hoorde mijn vader enkele supporters van Lauwe praten. ‘Dat is Belpaire van de Club. Alle ballen klemvast.’ Leuk om te horen.

‘Na een zware keeperstraining ben ik wel wat stijf aan de rug en ’s morgens, wanneer ik van de trap kom, kraken mijn enkels en knieën. Maar al bij al herstel ik vrij goed, al merk ik wel dat ik in het tussenseizoen toch drie keer per week moet gaan lopen. Ik was geen supertalent, maar moest het vooral van werken hebben’, zegt Belpaire, die werkt op het BLOSO-centrum in Blankenberge, waar hij tien jaar (2004-2014) het doel van fusieclub KSC verdedigde én een jeugdploegje trainde. ‘In de paasvakantie geef ik ook keeperstrainingen, maar er gaat niets boven zelf voetballen.

‘De voorbije seizoenen miste ik amper wedstrijden en ik merk dat ik nog altijd enorm veel van het spelletje houd. Alleen: als ik naar het klassement kijk, dan word ik ziek. Dertiende plaats op zestien ploegen. Altijd maar willen winnen, hé. Ik kán niet verliezen, ook niet als ik op de bank zit. Coachen, intens meeleven. Na de match ben ik óp, alsof ik negentig minuten op het veld gestaan heb. En: als je tussen jonge gasten speelt, dan blijf je zelf ook jong.’

Voorstellen kreeg hij nog niet. ‘Bedrijfs- of amateurvoetbal zie ik niet zitten, er moet toch íéts op het spel staan. De meeste clubs zijn nu met spelers aan het praten, ik hoorde nog niets. Ik ben sowieso van plan om nog zes maanden door te trainen, maar het zou schitterend zijn om afscheid te kunnen nemen óp het veld. Je laatste match spelen en dan kunnen zeggen: het is definitief gedaan. Mooier kan niet.’

Wie ideeën heeft voor een verrassend verhaal ‘In de schaduw’ mag de redactie e-mailen op sportmagazine@roularta.be.

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO’S BELGAIMAGE – CHRISTOPHE KETELS

‘Als ik geen club meer vind, wat moet ik dan op zondag doen?’ – JÜRGEN BELPAIRE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content