Na het bijleggen van hun onderlinge vete stuwen Kobe Bryant en Shaquille O’Neal de LA Lakers naar nieuwe hoogten.

Het vorige seizoen luidde voor de Lakers de wederopstanding in. Al jaren probeerden ze wanhopig de successen van de jaren ’80 te evenaren. Het sterrenteam van toen bevatte ronkende namen als Kareem Abdul-Jabbar en Magic Johnson. De Lakers domineerden het reguliere seizoen en ook in de play-offs veegden ze de vloer aan met hun tegenstanders. De titel was een logisch gevolg. Die prestatie kan in grote mate op naam van de magiër Phil Jackson geschreven worden. Na een gouden periode aan het hoofd van de Chicago Bulls, lastte hij een sabbatjaar in. Vervolgens pakte hij z’n koffers, geladen met triangle offenses en Zen-filosofie, richting Westkust. Jackson had maar één doel : een zevende persoonlijke titel.

“Ik koos voor LA omdat ik beter overweg kan met gevestigde waarden dan dat ik jonge talenten moet opleiden,” gaf Jackson indertijd toe. De coach dacht met O’Neal, Bryant, Harper en Shaw over een volwassen ploeg te beschikken. Daar vergiste hij zich schromelijk in. Toen de kampioenenploeg een middelmatige start kende, was dat een ideale voedingsbodem voor kleine akkefietjes binnen de groep. Voornamelijk de twee vedetten, Shaquille O’Neal en Kobe Bryant, gingen meermaals verbaal in de clinch. Zelfs de uitleg van Phil Jackson dat zo’n discussies schering en inslag zijn in het profcircuit, kon de indruk niet weerleggen dat het ditmaal menens was.

O’Neal, die gewoon is alle aandacht te krijgen, had het er moeilijk mee dat de ster van zijn ploeggenoot Bryant snel rijzende was. Op een persconferentie na een wedstrijd, die de jonge Bryant domineerde, liet hij zich ontvallen dat laatstgenoemde zijn plaats en rol in het team vergat. Een ambitieuze Kobe nam die kritiek niet. Zeker als die kwam van iemand die hem altijd influisterde dat hij z’n basketinstincten niet mocht verloochenen. Bryant antwoordde cryptisch : “Ik denk er niet aan een tweede Scottie Pippen te worden.” Vrij vertaald : Bryant denkt er niet aan om zijn talent op te offeren in dienst van een andere sleutelspeler.

Ondertussen was het januari en de resultaten bleven onder de verwachtingen, het gekibbel tussen de twee sterren steeg ten top. O’Neal, gesteund door z’n enorme schare fans en symphatisanten, sloeg nog eenmaal hard terug : “Kobe probeert al te vaak de held van de wedstrijd te zijn in plaats van een vrije ploegmaat te vinden !”

In datzelfde artikel verklaart de MVP van 2000 overigens dat hij voor z’n vorige coaches bijzonder weinig respect had. Zowel Del Harris als Kurt Rambis lieten volgens O’Neal te veel toe. En dan vooral van de grillige Kobe. Voor Phil Jackson had O’Neal alleen maar lovende woorden. Jackson staat erom bekend de harde aanpak niet te schuwen. Hij plaatst de spelers voor hun verantwoordelijkheid, ongeacht hun status.

Met de All Star game leek er een verzoening in de maak. Shaquille verklaarde plots in de pers : “Kobe is mijn kleine broer en ik zal hem onder mijn vleugels nemen.” Antwoord van de jonge Bryant : “Ik en niemands kleine broer.” Geen verzoening dus en terug naar af. O’Neal deed nog een poging om de trein terug op de rails te krijgen : “Afgelopen seizoen verloren we maar 15 wedstrijden op het ganse kampioenschap. Ik herken het team van enkele maanden geleden niet meer. Er zit geen passie en enthousiasme meer in.” Lees : de zaken draaien niet en Kobe Bryant is daar niet vreemd aan !

De crisis kent een dieptepunt. Volgens de Los Angeles Times, die de Lakers op de voet volgen, vroeg O’Neal al van eind december om naar een ander team te mogen vertrekken. Een verzoek waar voorzitter Mitch Kupchak geen gehoor aan gaf. Het feit dat de geliefde O’Neal dit vroeg, bewijst toch enigszins de ernst van de vete tussen hem en Bryant. Want voor de center is LA veel meer dan alleen basketbal. De hoofdstad van de entertainmentsector bood hem de mogelijkheid om z’n imago, z’n ego en z’n bankrekening te onderhouden : acht langspeelfilms, vijf cd’s en onnoemelijk veel reclamespots. Dat maakte van O’Neal de best betaalde sportman, op Michael Jordan himself na, in de VS.

Al die tijd bleef Phil Jackson ijzingwekkend kalm. Daar waar de pers een kans zag om de boekjes met pikante uitspraken te kruiden, bleef Jackson op de achtergrond. Over de venijnige woordenstrijd tussen z’n twee sterspelers zei hij alleen : “Het is een interessante dynamiek.”

De tactiek van Jackson was duidelijk. Hij trachtte zo licht mogelijk over de feiten heen te gaan, vooral niets op te blazen. De ontgoocheling van de overige teamspelers probeerde hij om te zetten in motivatie, wat hem aardig lukte. De Zen-master heeft een heel aparte levensfilosofie en ook z’n visie op de sportwereld kan je bijzonder noemen. Z’n aanpak is gestoeld op veel relativeringsvermogen. Hij wil altijd trachten de discussies intern te houden. Deze aanpak bracht bij vele Lakers een metamorfose te weeg. Niet in het minst bij Bryant. “Ik heb eindelijk begrepen dat de ploeg boven het individu staat”, sprak die opeens wijze taal.

Eén van de paradepaardjes van Jackson is de Warrior Room. Deze kamer, die de tegenstanders ook wel eens smalend de War Room noemen, is een uitvindsel van de mentor zelf. Hij richtte de ruimte eigenhandig in en gebruikte daarvoor tomahawks, indianenveren en een herdenkingsplaat van Crazy Horse. Phil Jackson verafgoodt die Crazy Horse, stamhoofd van de Sioux Hunkpatila en gestorven in 1877.

In de Warrior zaal worden enkel spelers en technische staf toegelaten. “Toen we de kamer voor de eerste maal gebruikten”, herinnert de rookie Mark Madsen zich, “vroeg de coach aan iedereen om even rond te lopen en de sfeer op te snuiven.” Bij thuiswedstrijden houden de Lakers hun theorielessen in de spirituele kamer. Daar begint het opladen voor de confrontatie. Sommigen mediteren zelfs. Forward Horace Grant verklapt dat er in de Warrior Room ook wel eens harde woorden vielen tussen beide kemphanen Bryant en O’Neal, maar dat was allemaal voor februari. Voor de metamorfose.

Sindsdien rijgt de ploeg uit Los Angeles de overwinningen weer aan mekaar. Bryant en O’Neal verstaan elkaar beter als ooit tevoren. Hun complementariteit straalt af op de rest van het team. De twee sterren delen de complimentjes kwistig uit. Soms zelfs op het geforceerde en onnatuurlijke af, maar het werkt. De Lakers, terend op het aanwezige talent, maken brandhout van de tegenstand en winnen alsnog de divisie en de Western conference. Een mooie prestatie, want het Westen is beduidend sterker dan het Oosten.

Daarenboven was er het paradoxaal effect bij Kobe Bryant, die meer in belang van het team speelde maar er toch in slaagde z’n scoregemiddelde op te trekken naar 29, 5 punten per match. O’Neal plukte daar ook de vruchten van : hij dreef z’n gemiddelde op met drie punten per wedstrijd tegenover vorig seizoen. Daarmee leverde het dynamische duo een gemiddelde van 60 punten per wedstrijd.

De stad, de staat California en het hele land raken in de band van het magische spel van de Lakers. Tot grote frustratie van de Philadelphia 76ers, die nochtans het kampioenschap afsloten met het meeste aantal overwinningen. Voor de 76ers was er nog meer aanzet tot angst : de Lakers gingen door op het elan van voor de play-offs. Ze leken zelfs nog te groeien. Achtereenvolgens Portland, Sacramento en San Antonio gingen in zuivere sweeps voor de bijl. Dat betekende dat de Lakers voor de finale nog geen enkele wedstrijd verloren in de play-offs en dat tegen gereputeerde opponenten. Sinds 1 april boekten ze 19 opeenvolgende zeges. Geen verrassing dus als insiders de kampioen van vorig jaar ook dit jaar als favoriet tippen.

Uit een enquête van CNN/Sports Illustrated voor de play-off-finale, waar 125.423 mensen aan deel namen, bleek dat 42 procent overtuigd waren dat de Lakers de 76ers zouden inblikken in vier wedstrijden (de finale wordt gespeeld naar een best of seven); 27 procent zag ze de titel binnen halen in vijf of zes wedstrijden. Globaal genomen, gelooft dus slechts één op drie ondervraagden in de winstkansen van de Philadelphia 76ers. Opmerkelijk, want de ploeg uit het Oosten had immers dezelfde winstbalans als de Lakers aan het eind van het reguliere seizoen (56 overwinningen en 26 verliespartijen). Ondertussen wisten de 76ers, onder leiding van MVP Allen Iverson, wel de eerste finalewedstrijd in LA te winnen met 101-107. Is een verrassing in de maak ?

door Bernard Geenen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content