Tien jaar geleden voetbalde KVV Coxyde nog in tweede provinciale, straks debuteert het in de Proximus League. Een verhaal over een triest afscheid, de Francky Dury van de westkust en de kleine Messi.

Tien maanden geleden. Koninklijke Voetbalvereniging Coxyde staat autoritair aan de leiding in derde nationale en heeft zich met de strafschoppen tegen Mouscron- Péruwelz van een plaats in de achtste finale van de beker van België verzekerd. De loting is mild. Een korte verplaatsing naar het Jan Breydelstadion, waar Cercle Brugge dan al met de rode lantaarn flirt.

Plannen worden gesmeed, het programma voor de Mooiste Avond uitgestippeld. Ruim 1200 supporters kopen een ticketje voor het bezoekende vak, na de wedstrijd is er in ’t Oud Gemeentehuis in Varsenare een afterparty voor spelers en supporters. Een speciale wedstrijd, zeker voor T1 Hugo Vandenheede, begin de jaren tachtig jeugdinternational en onder Leo Canjels op zijn achttiende in het eerste elftal gedebuteerd. Tot het noodlot toesloeg. ‘Achillespees volledig gescheurd.’ De revalidatie was lang, maar Canjels’ opvolger – Han Grijzenhout – schoof de jonge talenten een voor een aan de kant. Een levensles, toen al. ‘Toen zei ik tegen mezelf: ‘Mocht ik ooit trainer worden, zal ik anders met jonge spelers omgaan.” Afscheid in mineur, gedoemd om in derde en vierde nationale te voetballen. Dertig jaar later keerde hij als bezoekende coach terug naar het Jan Breydelstadion.

En: er waren mogelijkheden. KVV Coxyde is aan een formidabele reeks bezig (43 op 45) en heeft drie dagen ervoor titelfavoriet KMSK Deinze op zeven punten gezet. Vandenheede heeft op dinsdagnamiddag zelfs een miniafzondering in Hotel Van der Valk gepland (‘Samen iets eten en nog eens het tactisch plan overlopen’), maar Cercle – vaste klant in het Oostkampse hotel – stelt zijn veto.

Kleinzielig, vinden ze in Koksijde, niet voor het laatst die avond. Vandenheede: ‘Voor of na de match van ArnarVidarsson zelfs geen hand gekregen. Belachelijk, net als zijn uitleg dat je op het veld duidelijk het niveauverschil had gezien. Waarom stond het dan na 90 minuten nog 0-0 en hadden wij ook kansen gecreëerd?’ De verlengingen zijn er te veel aan (3-0). Logisch: groot veld, twee matchen in vier dagen, getrainde en uitgeruste profs versus amateurs, die zich na hun dagtaak naar het Jan Breydelstadion moesten haasten. Zoals Nicholas Tamsin, de 27-jarige verdediger bij wie de wekker om vijf uur ’s morgens afliep en die vervolgens twaalf uur in de slagerij van de Colruyt moest rechtstaan. De helden waren moe gestreden, maar verbaasden het weekend erna. ‘Ik vreesde voor decompressie, maar we wonnen met 4-0.’

Het is op dat moment begin december. Sinterklaas is nog maar net vertrokken en KVV Coxyde ligt dan al op titelkoers, maar de technische staf werkt onverstoord verder. De wedstrijdbeelden worden met LongoMatch opgenomen en geanalyseerd – een unicum in derde klasse -, T2/fysiektrainer Frank Claeys waakt over de fitheid van de beperkte kern, tegenstanders en kandidaat-spelers worden week na week gescout.

De beperkingen

Koksijde, 22.000 inwoners, pareltje aan de westkust. In de belle époque het gedroomde toevluchtsoord voor rijke Brusselaars en ex-kolonialen, een hotelschool (Ter Duinen) waar Peter Goossens (Hof Van Cleve) en Geert Van Hecke (De Karmeliet) hun culinaire veroveringstocht richting drie Michelinsterren begonnen. De Hoge Blekker (met zijn 33 meter de hoogste duin langs de Belgische kust), de Duinencross, natuurreservaten, het polderdorpje Wulpen, de historische kern van Koksijde-dorp, de bedevaartsoorden voor zonnekloppers (Koksijde-bad, Sint-Idesbald en Oostduinkerke), de Noordzee…

Maar: beperkende schoonheid. ‘Als je hier met een passer een cirkel trekt met een straal van 30 kilometer, dan heb je een beperkt gebied om spelers te rekruteren’, zegt Vandenheede. ‘Aan de ene kant de zee, in het westen Noord-Frankrijk, maar in het verleden waren de ervaringen met spelers uit die regio allesbehalve positief.’ Broodspelers: trainen, douchen, naar Calais of Duinkerke terugrijden, in het weekend een match spelen, op het einde van de maand cashen. Een mentaliteit die niet paste hij de familieclub. ‘Die gasten speelden niet met hun hart’, zegt erevoorzitter HenriHoutsaeger, levend geheugen van KVVC, supporter sinds… 1938.

Hij heeft zelf ook gevoetbald. Vanaf 1949, toen hij op zijn zeventiende van het pensionaat terugkeerde en in de brouwerij/bierhandel van zijn grootvader en vader begon te werken. ‘Ik speelde bij de reserven, andere jeugdploegen had je toen nog niet. Het voordeel was dat we thuis een bestelwagen hadden, gemakkelijk voor de verplaatsingen naar De Panne, Gistel, Veurne of Nieuwpoort. Een paar lege bakken als zitplaatsen…’ (lacht)

Twee vriendenmatchen met de eerste ploeg, meer zat er niet in, maar de roeping lag in de bestuurskamer. ‘Sinds 1957! Toen ‘de commerce’ te groot werd en mijn zoon – René – in het eerste elftal speelde, ben ik vijftien jaar uit het bestuur gestapt, maar in de jaren negentig hebben ‘ze’ me als voorzitter teruggehaald.’

De zaak-Van Laer

Derde, tweede of (bij uitzondering) eerste provinciale, meer lijkt voor de blauwtjes niet haalbaar. Moeilijke jaren ook. Verkeerde transfers, amper toeschouwers, schulden, een verouderde kantine. Henri Houtsaeger moet bijspringen. Niet voor het eerst, zeker niet voor het laatst. ‘We hebben al veel betaald hoor… Hoeveel?’ Zijn echtgenote WillyameDesmedt, alias Moetje, komt tussen: ‘Dat hoeft niemand te weten.’ Een hobby mag iets kosten…

Het voetbalstadion krijgt een nieuwe naam: Henri Houtsaegerstadion. ‘Prestige, mijnheer. KVV Coxyde zit in de familie. Mijn zoon is ondervoorzitter en sportief verantwoordelijke, ik ben erevoorzitter… We willen hier iets achterlaten.’ Hij zal nog geregeld moeten bijpassen, maar de fans zijn dankbaar en dopen de clubmascotte – een zeehond – Henrietje.

Op dat moment is KVVC hét voetbalsprookje van de westkust, want in het debuutseizoen in vierde nationale strijdt het met Royale Jeunesse Sportive Taminoise en Winkel Sport voor de titel. Tot de club drie speeldagen voor het einde in een diepe rouw wordt gedompeld wanneer T1 JanMerlevede (44) onverwacht overlijdt. Houtsaeger: ‘Toen we in de namiddag in Lauwe wonnen, voelde Jan zich al niet lekker, maar hij ging toch naar Diksmuide en zag hoe de thuisploeg leider Taminoise versloeg. (stil) De dag erna was hij overleden. Zo’n jonge mens, door iedereen graag gezien… Zijn vrouwtje Ann doet bij ons nog de kantine.’

De minuut stilte voor de beslissende wedstrijd is beklijvend, negentig minuten later mag Coxyde dansen. Kampioen! Verdriet en vreugde. ‘Dit is het hoogste wat we ooit kunnen bereiken’, klinkt het voor de start van het eerste seizoen in derde nationale, wanneer Hugo Vandenheede als trainer wordt voorgesteld. Maar de club blijft verbazen (zesde en vierde plaats), tot het in het seizoen 2011/12 met elf Waalse ploegen en urenlange verplaatsingen wordt geconfronteerd. Expedities naar Bertrix (580 kilometer heen en terug), Verviers (630), Bleid (680) en Virton (750) om 90 minuten te voetballen… Vandenheede: ‘Dat heeft ons een bom geld gekost. Bussen, onderweg eten en accommodaties die je bij ons zelfs in derde provinciale niet meer ziet. Wij moesten verplicht een spelerstunnel plaatsen, daar voetbalden ze nog achter een lint.’

En: op drie speeldagen van het einde dienen Bleid en Betrix bij de KBVB een klacht in omdat Alan Van Laer volgens hen niet speelgerechtigd is. De secretaris, Peter Binquet, zit in zak en as. ‘Het seizoen ervoor was Alan wel aangesloten, maar omdat hij net als industrieel ingenieur was afgestudeerd, zou hij niet meer aan het seizoen beginnen.’ Maar Van Laer speelt wel. ‘Hij had een contract met de club getekend, maar geen aansluitingskaart bij de bond. Het vreemde was dat Van Laer dat seizoen door de voetbalbond zelfs geel geschorst werd. Hoe kan dat nu? ‘Ze’ hebben tot op het laatste moment gewacht – een maand na de laatste wedstrijd – om klacht neer te leggen.’

De club verliest alle punten van matchen waarin Van Laer in de selectie zit – 20 in totaal! – en dendert van de zevende naar de zestiende plaats. ‘Gelukkig konden we ons via de barrages redden. Voor hetzelfde geld speelden we nu opnieuw in bevordering.’

Licentieaanvraag

Na twee rustige seizoenen begint Hugo Vandenheede in de zomer van 2014 aan zijn zesde campagne in derde klasse. De ambities zijn, net als de voorbije jaren, bescheiden. In voetbalclichés: een rustig seizoen, nooit in de problemen komen… Logisch, zegt de T1. ‘Aan de spelers en technische staf was gevraagd om financieel in te leveren, terwijl we pas heel laat Niels Mestdagh – eigendom van Cercle – en Marko Petrovic konden binnenhalen.’ Vooral de komst van de Servische centrale verdediger (32), eerder bij onder andere KV Oostende, Inter Baku en Eendracht Aalst, is een beslissende factor. ‘Hij lag al een paar maanden stil, maar klasse en talent genoeg. Met hem in de verdediging viel de puzzel helemaal in elkaar.’

KVV Coxyde domineert de competitie en bouwt zijn voorsprong week na week uit. Wie zal deze ploeg tegenhouden? Het bestuur beraadt zich: willen we wel naar tweede klasse? De voorzitter, RonyHiele, en CEO Geert Meesschaert, ex-scheidsrechter in eerste nationale, zijn tijdens hun rondrit in de streek onder de indruk van het enthousiasme van de bedrijfsleiders. De knoop wordt doorgehakt. In februari, wanneer Deinze al op vijftien punten volgt, wordt de spelersgroep ingelicht: de club heeft de licentie voor tweede aangevraagd.

En toch wordt het nog spannend. ‘Sommige jongens waren nog nooit kampioen geworden, terwijl de andere ploegen elke week tegen de leider wilden stunten en ons hard aanpakten.’ Goalgetter Karel Ternier, door zijn ploegmaats ‘de kleine Messi‘ genoemd, wordt van het veld getrapt, Petrovic blijft met een gebroken oogkas zeven weken aan de kant. Op vijf speeldagen van het einde heeft Geert Meesschaert een opmerkelijke boodschap: de titel wordt beloond met een trip naar Barcelona. ‘Dat sloeg in als een bom. Liever een reisje voor drie dagen dan een kampioenspremie. Toen we na een overwinning op de bus zaten, zongen ze allemaal samen ‘E vivaEspaña’. Schitterend…’

Niet iedereen is overtuigd van de goede afloop. Wanneer de voorsprong tot één schamel puntje is geslonken en het nieuwe clublied (The Coxy Song) officieel wordt voorgesteld, schrappen charmezanger Paul Bruna en Paul Van Laer nog snel het zinnetje: ‘En we worden kampioen, daar is niets aan te doen.’ Onterecht. Op de voorlaatste speeldag pakken de blauwtjes in eigen huis de titel.

De blauwe zee, de Blekkerduin,

Het strand tot in de achtertuin

’t lijkt misschien ongewoon

Maar dat is echt Koksijde

Een voetbalploeg, waar vriendschap telt

Met wedstrijden zonder geweld

Zo behoort dat te zijn

En dat is in Koksijde…

Kunstgras

Zomer 2015. Het tripje naar Barcelona, met de afscheidswedstrijd van Xavi als climax, is een mooie herinnering. De avond in de Carré, waar de voltallige spelersgroep voor de vierde keer topschutter Karel Ternier mocht vieren, is verteerd. Contracten worden verbeterd en/of verlengd. Ook de trainer tekent bij. Hij begint straks aan zijn zevende seizoen in Koksijde. Lachend: ‘We weten wat we aan elkaar hebben. Zoals Francky Dury met Zulte Waregem…’

Maar in de zoektocht naar versterking (zie kaderstukje) wordt hij opnieuw geconfronteerd met de ligging van de badstad. ‘Wij hadden een goed gesprek met Wesley Vanbelle, maar die jongen zag het niet zitten om vier of vijf keer per week van Mechelen naar de kust te rijden. Een auto en een appartement konden wij hem niet bieden, zodat hij uiteindelijk bij Cercle tekende.’

Maar ook de spelersgroep is kieskeurig. ‘Spelers met vedetteallures of gasten die er de kantjes aflopen, worden hier niet aanvaard. Er moet hard gewerkt worden, zelfs trainingspartijtjes worden op het scherp van de snee gespeeld. Die mentaliteit typeert de spelersgroep.’

Is dat voldoende om straks met profploegen (Cercle, Eupen, Lierse, Antwerp…) te concurreren? ‘Dat we als enige ploeg van de reeks op kunstgras voetballen, zal wellicht een voordeel zijn. Maar de vraag is of we ook in een fysiek zwaardere reeks op voetbaltechnisch vlak de betere zullen zijn. We hebben met beperkte middelen veel gewonnen, dat zal niet elk jaar lukken. We zullen moeten léren verliezen.’

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO’S KOEN BAUTERS

“Spelers met vedetteallures of gasten die er de kantjes aflopen, worden hier niet aanvaard.” Hugo Vandenheede

Koksijde, pareltje aan de westkust, was in de belle époque het gedroomde toevluchtsoord voor rijke Brusselaars en ex-kolonialen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content