Soms herhaalt de geschiedenis zich, ook in het voetbal. In de jaren zestig hekelde toenmalig Standardbaas Roger Petit de – wat hij noemde – ‘Anderlechtisation’ van het Belgische voetbal. Petit vond dat de paars-witte club te zwaar doorwoog op het beleid van de KBVB en dat de Brusselaars op te veel niveaus vertegenwoordigd waren in de structuren van de bond. Dat leidde in 1964 tot het aantreden van elf Anderlechtspelers bij de Rode Duivels. Toenmalig selectieheer was… Constant Vanden Stock. Meer dan een halve eeuw later is Petits oppositierol overgenomen door Clubvoorzitter Bart Verhaeghe.

Maar ook nog andere clubvoorzitters vinden dat de belangen van Anderlecht zwaar doorwegen en wel erg goed behartigd worden, zelfs door mensen die niet van de club zelf zijn, zoals bondsvoorzitter François De Keersmaecker en CEO Steven Martens. Toen laatstgenoemde onlangs zwaar onder vuur kwam te liggen, zou Anderlecht discreet tussenbeide gekomen zijn om de zaken te laten bekoelen. Steven Martens is een belangrijke pion in het dossier omtrent het nieuwe nationale stadion dat Anderlecht op termijn nodig heeft, al is het maar omdat hij het dossier tot in de puntjes beheerst.

In de wandelgangen van de Jupiler Pro League wordt hard nagedacht hoe de invloed van Anderlecht binnen de bond teruggedrongen kan worden, terwijl het sommigen ook stoort dat de nationale ploeg zijn trainingen afwerkt op Neerpede, ten huize van Philippe Collin, voorzitter van de technische commissie van de bond én Anderlechtbestuurder.

Op dat vlak zet Club op dit moment alle zeilen bij. Club weet dat de positie van KBVB-voorzitter De Keersmaecker kwetsbaar geworden is. De Keersmaecker dankte zijn verkiezing in 2006 aan de steun van Anderlecht en de amateurclubs, die zich na de recente golf van ontslagen op de bond tegen de voorzitter gekeerd zouden hebben. Dat zou betekenen dat De Keersmaecker het ongewilde slachtoffer zou worden van de anti-Martensstemming die tegenwoordig heerst.

Wat opvalt is dat op de oppositiebanken de traditionele Vlaamse erfvijanden AA Gent en Club Brugge een nieuwe as aan het smeden zijn. Het voor de hand liggende scenario zou het volgende kunnen zijn: Verhaeghe zou steun verlenen aan AA Gentvoorzitter Ivan De Witte wanneer die zich in juni kandidaat zou stellen om Belgisch bondsvoorzitter te worden. De Witte kan zich beroepen op zijn ervaring als clubvoorzitter, maar ook als voorzitter van de Profliga, het financiële werk waarmee hij succesvol de Gentse schuldenlast heeft weggewerkt, de bouw van een fantastisch stadion, zijn diplomatisch optreden en de drang om met Gent sportief een stap hoger te zetten. Dat zou Gent en Club toelaten de macht van Anderlecht, dat ongetwijfeld op de hoogte is van die intenties, te beknotten.

DOOR PIERRE BILIC

Club weet dat de positie van De Keersmaecker kwetsbaar is geworden.