Een broeinest van talent

© belgaimage

In de lagere regionen van het voetbal bots je soms op verrassende verhalen. Deze week: RWDM Girls, een positief verhaal in het fel geteisterde Molenbeek.

In de Mahatma Gandhilaan in Sint- Jans-Molenbeek sijpelen jonge meisjes het Sippelberg Complex binnen. Hun rood-zwarte outfit verklapt dat ze zogenaamde RWDM Girls zijn, op weg naar de vrijdagavondtraining. Ramzi Bouhlel wacht hen op, de bezieler van de RWDM Girls. Zijn vereniging kreeg vorig jaar van de Europese voetbalbond UEFA de titel Best Grassroots Club. De UEFA omschrijft RWDM Girls als ‘een multiculturele club die lokale meisjes hoop geeft en uitgroeit tot broeinest van talent’.

Alle meisjes welkom

Bouhlel, die een verleden bij Anderlecht heeft als jeugdtrainer en als videoanalist van de eerste ploeg, ging in 2010 aan de slag bij Buurtsport Brussel, een vzw die ‘via sport bouwt aan een leefbaar en kansrijk Brussel’. Hij begon sportactiviteiten te organiseren op scholen. ‘Daar ontdekte ik dat veel meisjes graag voetballen, maar geen club vonden in deze gemeente’, vertelt Bouhlel. ‘De dichtstbijzijnde club waar ze terechtkonden, was Anderlecht. Maar verscheidene meisjes die daar gingen testen, werden doorgestuurd.’

Na enkele tussenstappen stampte Bouhlel in 2013 de FC Molenbeek Girls uit de grond. ‘De meisjes droomden toen al van de naam RWDM. Die spreekt nog altijd tot de verbeelding, ook bij allochtone Molenbekenaars. Veel ouders van onze meisjes zijn in Molenbeek geboren en kennen het grote RWDM nog. Maar om juridische redenen konden we die naam eerst niet gebruiken. Intussen kan het wel, omdat we een samenwerking sloten met RWDM (kampioen in de derde klasse amateurs, nvdr). We zijn nu een aparte club onder de RWDM-koepel en hebben 150 leden. We spelen met zeven meisjesploegen in competitieverband. Daarnaast hebben we ook drie recreatieve ploegen. De sportieve pijler van RWDM Girls is even belangrijk als de sociale pijler. Bij ons zijn álle meisjes welkom.’

‘De terroristen zijn daar!’

De training is begonnen. Op het veld: een mengelmoes van culturen. Vierentwintig nationaliteiten telt Bouhlel onder zijn leden. Naast het oefenterrein zit Nathalie, moeder van de prille tiener Alison, die bezig is aan haar eerste jaar bij de RWDM Girls. Nathalie, een Belgische, spreekt niet op een positieve manier over de multiculturaliteit in Molenbeek. ‘Als ik de Lotto win, verhuis ik. Maar tussen de meisjes bij deze club gaat het goed. Het zijn vooral de jonge gasten in de buurt die weleens voor problemen zorgen.’ Dat verklaart waarom Nathalie hier zit; geen haar op haar hoofd dat eraan denkt om Alison alleen naar de training te laten komen. Nochtans woont ze vlakbij, in de Vierwindenstraat. Maar dat is de plaats waar de politie vorig jaar Salah Abdeslam vatte. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij de aanslagen die medio november 2015 dood en vernieling zaaiden in Parijs. Veeleer dan een broeinest van voetbaltalent kreeg Molenbeek de reputatie een broeinest van terreur te zijn. Bouhlel: ‘Op verplaatsing riep al eens iemand: ‘Waar is de zus van Abdeslam?’ En: ‘De terroristen zijn daar!’ Zulke opmerkingen raken. Daarom deed het ook zo’n deugd dat we konden antwoorden met een sportief succes: onze U16 wonnen de beker van België.’

Niet alle ouders zijn zo ongerust als Nathalie. Tientallen meisjes mogen van hun ouders wel alleen naar het voetbalcomplex komen of worden aan de poort afgezet en weer opgepikt. HadiOuedarbi, een Algerijnse Belg van 70, is dan weer een van de ouders die enkele keren per week hun kroost vanaf de zijlijn gadeslaan. Om de twee weken propt hij zijn wagen ook vol met speelsters als er op verplaatsing wordt gespeeld. Maar Hadi laat zich niet leiden door veiligheidsoverwegingen, zegt hij. ‘Op deze manier kom ik zelf ook buiten. Altijd maar thuiszitten is niet goed.’ Over de problemen van de wijk doet hij niet zwaarwichtig. ‘Ik woon in Laken, want hier is het te gevaarlijk. (lacht) Nee, dat is maar een grapje. Problemen heb je toch overal? Molenbeek staat heus niet elke dag op zijn kop.’ Hadi benadrukt ook het verrijkende aspect van multiculturaliteit. ‘Ik werkte vroeger bij Renault. Zeventien jaar lang liep ik er tussen Vlamingen. Zo leerde ik Nederlands te begrijpen.’

één grote familie

Bouhlel zegt dat hij van Molenbeek een subsidie van 1500 euro per jaar krijgt voor dit project. ‘Maar we moeten 5000 euro per jaar betalen om dit veld te huren. En we proberen ook geld te verzamelen via projectoproepen. Maar dat dikt niet aan, dat zijn in het beste geval eenmalige financiële injecties.’ Toch blijft Bouhlel ijverig schrapen, want wat hij zeker niet wil doen, is het lidgeld optrekken. Dat schommelt nu tussen 210 en 240 euro. ‘Veel jongens in andere clubs betalen het dubbele.’ Maar Bouhlel is zelf de eerste om in te zien dat 200 euro nog veel te hoog gegrepen is voor een pak gezinnen in de buurt. ‘Bij ons lidgeld hoort wel een mooie outfit van de club. Dat vinden we belangrijk, hier mag niet zichtbaar zijn wie thuis meer of minder middelen heeft. Maar ik kan wel twintig meisjes noemen die niet komen om financiële redenen.’

Ook op infrastructureel vlak kreeg Bouhlel al te kampen met grote uitdagingen. Zo heeft hij geen bureau of vergaderzaal op het Sippelberg Complex, er is geen kantine van de club en de meisjes kunnen niet eens deftig douchen na een training. Het kapseizen van WS Brussels wakkert nu wel de hoop aan dat RWDM volgend seizoen voluit gebruik kan maken van het Edmond Machtensstadion, iets wat ook de RWDM Girls ten goede zou komen.

Bouhlel is lovend over de samenwerking met RWDM. ‘De RWDM Girls mochten zich al eens gaan voorstellen bij een match van RWDM. We zijn één grote familie. Er zijn zelfs veertig RWDM-fans die onze eerste ploeg elke wedstrijd komen steunen. In totaal lokken de matchen van onze eerste ploeg zo’n 150 mensen. Veel clubs in de Super League halen dat aantal niet. Ook sportief doen we het goed: op drie jaar promoveerden we twee keer, nu mogen we naar eerste provinciale. En verscheidene van onze meisjes schopten het intussen tot hun nationale ploeg. Zelfs ik had niet verwacht dat dit zo’n succes zou worden.’

door Kristof De Ryck – foto Belgaimage

‘Op verplaatsing riep al eens iemand: ‘Waar is de zus van Abdeslam?” – Ramzi Bouhlel

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content