Een club in de kering

© BELGAIMAGE

Op Celtic speelde Anderlecht zijn laatste Europese wedstrijd van het seizoen. Het zou wel eens zijn laatste met Roger Vanden Stock als voorzitter kunnen geweest zijn. Sport/Voetbalmagazine reisde mee naar Schotland en peilde hoe het paars-wit binnenskamers vergaat.

De doedelzakspeler staat al klaar aan de ingang van Blair Estate, het prachtige domein op 25 minuten rijden van Glasgow Airport, waar Anderlecht net is geland voor zijn laatste Europese wedstrijd van het seizoen. Het decor is adembenemend, en de miezerige regen kan de verwondering niet wegspoelen. In Schotland weten ze: je hebt nu eenmaal veel regen nodig om whisky te maken, en de regen van vandaag is de whisky van morgen.

De sfeer in de dining hall, die een paar weken geleden nog gewoon de living was van de eigenaars die het domein in 2012 kochten van een familie die het 900 jaar bewoonde, is gemoedelijk. Geen treurnis om de nakende uitschakeling, geen somberheid omtrent de verkoop die er nog deze maand aankomt. Anderlecht lijkt wel een grote familie die op vakantie is. Aan de eretafel van de voorzitter zitten sportief manager Herman Van Holsbeeck,voormalig clubdokter en huidig bestuurslid José Huylebroek en het echtpaar François.Huylebroek is een geboren Aalstenaar die ooit in het Amerikaanse basket bij de Los Angeles Lakers belandde en nu afdelingshoofd is van een van de grootste privéziekenhuizen in West-Europa. Hij woont al lang in het Brusselse, maar is zijn Aalsterse tongval nog niet verloren.

Wat bij iedereen die de Anderlechtdelegatie in Glasgow observeert opvalt, is hoe sereen men bij paars-wit omgaat met de nakende verkoop.

De voorzitter van de profliga en zijn vrouw hebben de reis uit eigen zak betaald, om neutraal te blijven. Pierre François deed dat ook al bij Europese wedstrijden van andere Belgische clubs, hij woont vanuit zijn functie matchen bij van alle Belgische profclubs uit 1A en 1B. Hij zal Roger Vanden Stock missen, mijmert hij, wanneer die zich straks terugtrekt uit de profliga. De Anderlechtvoorzitter heeft er een gewaardeerde mening die vaak anderen kon overtuigen om te kiezen voor het algemeen belang van het Belgische profvoetbal.

Tafelen met Roger Vanden Stock is een aangename ervaring omdat de voorzitter goedlachs is en een goed humeur als levensstrategie vooropstelt. ‘Ik ben van nature optimist’, zegt hij daarover. ‘Maar met het ouder worden wordt dat moeilijker, optimist zijn.’ Vanaf wanneer wordt dat moeilijker? ‘U bent 54? Allez, dan hebt u nog tien jaar om optimist te zijn.’ En hij proeft van het hoofdgerecht, de nationale Schotse specialiteit. Haggis is zo’n gerecht dat je eerst eet en waarvan je pas daarna vraagt wat er allemaal in zit. Vandenstock herinnert zich dat hij zelf ook eens zoiets heeft gedaan met zijn toenmalige verloofde Lucienne Liebaert,afkomstig uit Wetteren en na haar huwelijk beter bekend als madame Kiki. Hij trakteerde haar op een typisch Brussels gerecht. Kiki trok bleek weg toen ze na de aangename maaltijd hoorde wat ze gegeten had. Toch ging het huwelijk door, het echtpaar vierde in augustus zijn 50e verjaardag.

In een majestueus kader geeft Roger Vanden Stock zijn mogelijk laatste speech als voorzitter voor een Europese wedstrijd van Anderlecht.
In een majestueus kader geeft Roger Vanden Stock zijn mogelijk laatste speech als voorzitter voor een Europese wedstrijd van Anderlecht.© BELGAIMAGE

Cricket

Op de heenreis bladerde de voorzitter in de krant zelfs door de uitslagen van de lagere reeksen. Roger Vandenstock is een echte sportliefhebber. ‘Hij kan zelfs urenlang naar cricket kijken’, lacht José Huylebroek. Als jonge gamin voetbalde hij tot zijn negentiende bij de jeugd van Anderlecht. Daarna speelde hij nog tot zijn 40e in het Brussels amateurverbond ABSSA, met een ploeg die genoemd werd naar Partizan Belgrado en Les Partizans de Forest heette. Kampioen werden ze nooit, zelfs niet in het seizoen dat ze maar veertien goals tegen kregen, mee de verdienste van Vanden Stock die als verdediger aantrad. Later, in zijn huidige functie, heeft hij dat gebrek aan titels ruim goedgemaakt. Maar in feite was hij meer getalenteerd in tennis, waar hij training kreeg van een toenmalige Belgische wereldtoppers, Brusselaar Jacky Brichant. Maar tennis was niet zijn wereld. Golf, waar hij het tot een handicap vier bracht, interesseerde hem meer.

Gezeten aan zijn rechterzijde hoort Herman Van Holsbeeck de verhalen glimlachend aan. Het valt op hoe voorzitter en manager de laatste jaren verworden zijn tot een hechte twee-eenheid. De brouwerszoon uit Ukkel en de bakkerszoon uit Sint-Lambrechts-Woluwe. Nooit zal Van Holsbeeck vergeten hoe de voorzitter hem steunde toen hij in het stadion uitgefloten werd. Het maakt dat hij onvoorwaardelijk zijn lot aan dat van Vanden Stock heeft gekoppeld. Het plan is om samen door te gaan tot 2020, maar als Vanden Stock in de nieuwe clubstructuur geen voorzitter meer zou zijn, blijft Van Holsbeeck onder geen beding aan. In zijn jonge jaren heeft hij gezien hoe belangrijk het is dat je op je hoogtepunt vertrekt, voor men opmerkt: wat doet die ouwe hier nog? Toen hij bij Johan Vermeersch in de woningbouw werkte, zag hij hoe Jean-Baptiste L’Ecluse,die ooit de grote buildings in Hoog Molenbeek bouwde en RWDM de enige landstitel uit zijn geschiedenis bezorgde, van een machtig man afgleed tot niets, tot hij door Johan Vermeersch opgevist werd en aangesteld tot werfleider. De manier waarop zijn vroegere werknemers met L’Ecluse omgingen, deed Van Holsbeeck concluderen dat hij zoiets nooit wilde meemaken.

Roger Vanden Stock heeft zelf nog tien jaar in een van de buildings van L’Ecluse gewoond, aan het Karreveld in Molenbeek. Later verhuisde hij naar Vorst, en nu woont hij gewoon in zijn Anderlecht. Hij is de zoon van een vader die voetbalde voor paars-wit en voor Union, en die tien jaar selectieheer was van de nationale ploeg, en een moeder, Claire,die voor haar huwelijk met Constant fan was van Union.

Wanneer het gesprek op de Champions League en het geldgewin in het topvoetbal komt, wordt de voorzitter somberder. De gemiddelde club uit de vijf Europese topcompetities haalt 40 procent van zijn budget uit tv-geld, bij Anderlecht is dat amper 10 procent. Is de voorzitter dan nog blij met zo’n Champions Leaguematch? Wat is de lol van naar Glasgow afreizen met nul punten? ‘Steeds minder, omdat we niet meer meedoen’, klinkt het eerlijk. Is Anderlecht dan niet beter af in de Europa League? Nee, zegt de realist in Vanden Stock: ‘We hebben wel het geld uit de Champoins League nodig. De premies in de Europa League worden volgend seizoen ook verhoogd, maar in verhouding veel minder dan in de Champions League gaat gebeuren.’ Dit jaar zal Anderlecht een kleine 20 miljoen overhouden aan zijn Champions Leaguedeelname. Volgend jaar vergroot de geldpot in de meest prestigieuze beker. Deelname aan de groepsfase alleen al levert dan 25 miljoen op. Dat houdt in dat Anderlecht er straks weer absoluut moet bij zijn, en dus kampioen moet worden. Desnoods moet er tijdens de wintermercato daarvoor bijgekocht worden.

De spelers warmen zich op in Celtic Park.
De spelers warmen zich op in Celtic Park.© BELGAIMAGE

Sportief project

’s Avonds staat plots iemand die geen deel uitmaakt van de delegatie naast Vanden Stock, net voor het vertrek naar de training van paars-wit, in de lobby van het hotel. Hij heeft een fototoestel mee, en wil een foto samen met de president. Waarom wil hij dat? ‘Rangers’, zegt de man. ‘Jullie winnen morgen met 0-4. ‘

Terwijl Vanden Stock met zijn gasten praat, legt madame Kiki met een warm gebaar even de kraag van zijn jas goed. Bij het buitengaan houdt ze galant de deur open voor enkele passanten. Het toont de menselijke kant van Belgiës meest gelauwerde topclub.

Aan tafel en op de bus gaat de Antwerpse Lisa De Croocq,amper 22 en één van de nieuwe jonge mensen in de club, rond voor de pronostiek. Ze doet dat samen met nog een nieuwkomer, Emmanuel ‘Manu’ Rutsaert, sponsoring en hospitality manager. Hij kwam afgelopen zomer over van Kinepolis.

Ze slaan bewust de werknemers van de club over. Die mogen niet meedoen, ook niet voor de lol. In het arbeidscontract bij Anderlecht is een verbod ingeschreven op het gokken op wedstrijden, wereldwijd. De club heeft té veel ex-spelers in tal van landen, en je kan in deze materie niet voorzichtig genoeg zijn.

Eén iemand is er niet bij: Jo Van Biesbroeck, de man die Anderlecht de voorbije jaren met enige vertraging op organisatorisch vlak de 21e eeuw heeft ingeleid. Hij zou echt ziek zijn, en niet zoals gefluisterd bezig met de verkoop van de club.

Van Biesbroeck, die volgende week 61 wordt, belandde in 2015 op voorspraak van aandeelhouder Alexandre Vandamme bij paars-wit. Om vertrouwd te geraken met de eigenheid van het voetbal bezocht hij in de drie maanden voor zijn komst allerlei Europese topclubs, om er zich te verdiepen in hoe het daar werkt.

Van Biesbroecks grote kwaliteit is dat hij heel goed kan luisteren, met alles rekening houdt en dan beslist. Hij kwam bij Anderlecht niet binnen als een olifant in een porseleinwinkel. Van Biesbroeck trok mensen aan om hun capaciteiten, niet om wie ze kenden en waren, zoals het vroeger al eens gebeurde. Zijn werkwijze is simpel: je zet een doel voorop, en wordt beloond als je dat haalt.

Recordomzet

Wat bij iedereen die de Anderlechtdelegatie in Glasgow observeert opvalt, is hoe sereen men bij paars-wit omgaat met de nakende verkoop. Er heerst geen somberheid, geen ongerustheid. Of, zoals een hooggeplaatste medewerker het omschreef: waarom zou je je zorgen maken om zaken waar je toch geen vat op hebt? ‘Waar deze club altijd goed in slaagt, is rustig blijven als het brandt’, zegt David Steegen, communication and media manager.

Dat de verkoop versneld op de agenda werd geplaatst (voor eind december), vindt iedereen binnen de club positief. Het geruchtencircuit is geen goeie zaak voor de business. Hoe de onzekerheid ook op sportief vlak een negatieve impact had, merkte men bij paars-wit in de heenmatch tegen Celtic, toen de thuisploeg onkennelijk zwak acteerde tegen een zeer matig team, in een sfeer waarbij niemand wist wat er zou gebeuren.

Straks zullen de zaken duidelijk zijn: wie koopt Anderlecht, en voor hoeveel. Op dat vlak is de romantiek voorbij.

Wie de club koopt, moet dat niet doen om er geld mee te verdienen. Dat kan niet in een kleine tv-markt als België, bleek nog eens uit het afgelopen weekend gepubliceerde jaarresultaat. Paars-wit kende vorig seizoen met 104,5 miljoen een recordopbrengst, de eerste keer dat een Belgische club over de 100 miljoen ging, maar het maakte, ondanks de recordtransfer van Youri Tielemans (25 miljoen euro), amper winst omdat de kosten bijna even hoog waren. Opvallend was dat de gewone omzet (recettes, sponsoring, publiciteit, tv-gelden) niet eens de helft bedroeg van de opbrengsten. Kortom: zonder uitgaande transfers en deelname aan de CL zal Anderlecht altijd verlieslatend zijn in de huidige voetbalcontext.

Waar deze club altijd goed in slaagt, is rustig blijven als het brandt.’ David Steegen

Wie de club toch wil kopen, kan dat alleen maar doen om wat paars-wit is. Een stuk traditie, een naam, die kleiner geworden is, maar nog altijd uitstraling en grandeur heeft. ‘Wij verkopen magie’, zegt Steegen. ‘Dat is net wat de mensen die geïnteresseerd zijn om ons te kopen, willen.’

Belangrijk, naast de overnameprijs, wordt het sportieve project. Net dat miste men vooralsnog bij Paul Gheysens,die ook al een moeilijke entree maakte bij de gesprekken omtrent Anderlechts mogelijke verhuis naar het Eurostadion. Zelfs Alisjer Oesmanov, de Oezbeekse kandidaat-overnemer die al 30 procent aandelen in Arsenal bezit, stelde een sportief project voor. Met zijn investeringen zou men aan spelers kunnen die nu niet betaalbaar zijn, maar die wel een meerwaarde zouden betekenen in de CL, waardoor er dan weer meer geld terugvloeit naar de club.

Dennis Appiah ontzet de bal.
Dennis Appiah ontzet de bal.© BELGAIMAGE

Vraag is of buitenlandse overnemers de Belgische complexiteit kunnen inschatten. Anderlecht ligt in Brussel, maar heeft amper 8,5 procent stadionbezoekers uit het Brussels gewest. Het wil toch vooral een nationale club blijven. Het maakt dat Anderlecht vandaag de enige club in België is die nog aangesloten is bij de bond en niet bij één van de twee taalgemeenschappen. De prijs voor die onafhankelijkheid is dat Anderlecht géén recht heeft op subsidies. Het is een prijs die men niet te hoog vindt voor de vrijheid, en de gevoeligheden die daarmee te maken hebben. Het maakte dat Anderlecht toen het nog meewerkte aan het Eurostadiondossier (dat op Vlaams grondgebied zou komen) een aanvraag indiende tot een uitzondering op de taalwetgeving, waardoor naast Nederlandse en Engelse ook Franse opschriften zouden mogen aangebracht worden op Vlaams grondgebied. Tot nu is er maar één uitzondering daarop: op de luchthaven van Zaventem.

Lippen op elkaar

Hét pakkende moment van de wedstrijd op Celtic, nog altijd voor de volle 100 procent in Schotse handen, komt net na affluiten. Terwijl het stadion leegloopt, blijven de bijna 3000 Brusselse fans verplicht nog even in het uitvak, wanneer plots Roger Vanden Stock op hen afstapt. Wanneer ze met zijn allen ‘We are Anderlecht, we are Anderlecht!’ scanderen, wordt het de voorzitter te veel. Hij draait zich om en veegt zijn brilglazen af, het resultaat van vochtige ogen. Het is een pakkend beeld, alsof Vanden Stock hier Europees afscheid neemt.

Later in het hotel geeft hij ook toe dat het een aangrijpend moment was, al heeft hij dat de voorbije jaren nog een paar keer gedaan, na een uitmatch de meegereisde fans begroeten. Het gebeurde tegen Arsenal, en vorig seizoen nog tegen Manchester United.

Maar even later is de sfeer weer uitgelaten wanneer hij met zijn meegereisde vrienden een paar keer het glas heft, en zelf een foto maakt van de dames in het gezelschap.

’s Anderdaags staan er, o verrassing, op de luchthaven weer doedelspelers. Voor één keer zijn ze niet naar Anderlecht gericht, maar staan ze met hun rug naar de delegatie, wachtend op andere belangrijke gasten. Vanden Stock gaat op de foto met een paar fans, maar met de pers praat hij niet. Dat deed hij tot voor een paar jaar nog op de luchthaven voor de afreis. Nu neemt Herman Van Holsbeeck de honneurs waar. Ook hij weet welke vraag hij zal krijgen, omtrent de verkoop, maar het perscommuniqué dat een week voor de afreis werd opgesteld en bij iedereen binnen de club bekend is, is duidelijk: geen woord, geen mening, om het tot stand komen van een deal op geen enkele manier te hypothekeren. Het is een afspraak waar iedereen zich tijdens deze verplaatsing keurig aan houdt. Maar altijd op een aardige manier verwoord, en vol vertrouwen naar de toekomst.

Who is who?

Hoe ziet de structuur van het huidige Anderlecht eruit?

Onder de raad van bestuur staat enerzijds de sportieve commissie, onder leiding van Herman Van Holsbeeck. Daar horen ook de medische dienst onder leiding van Jochen De Coene en de jeugdacademie onder leiding van Jean Kindermans bij. Het operationele luik wordt beheerd door Jo Van Biesbroeck. Daaronder ressorteert de 35-jarige financieel directeur Gert Boutsen, Limburger en sinds 2012 bij paars-wit. Hoofd van de dienst communicatie, media en fan engagement David Steegen werkt nauw samen met sales- en marketingmanager Matthijs Keersebilck, een 34-jarige Gentenaar die dit seizoen nieuw is op de club. Bert Van der Auwera is UEFA Liaison Manager en verantwoordelijk voor de wedstrijdorganisatie. De IT-dienst wordt geleid door Didier Desmet, de catering en evenementen door Jimmy Van Goolen die onder Michel Verschueren en Philippe Vercruysse in de Saint-Guidon ervaring opdeed. Stéphane Boillat is verantwoordelijk voor de infrastructuur en de veiligheid.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content