In de coulissen, op het veld of in de tribunes: het botert nergens nog bij Standard. De crisis is totaal. Een analyse.

Zondag 20.15 uur. Jelle Van Damme verlaat als eerste de Cristal Arena in Genk. Niet om in de spelersbus te stappen, maar om in zijn eigen wagen te kruipen en zo snel mogelijk de weg naar zijn huis in Hasselt te nemen, een vijftigtal kilometer van Genk. Het is de vlucht vooruit van de kapitein, die zijn troepen in de steek laat, en het tekent de diepe malaise die er heerst in het hart van een ploeg die op de rand van de afgrond bengelt en van een club die compleet de weg kwijt is.

Hoe valt er ook maar een greintje voldoening te halen uit het nieuwe debacle van vorige zondag? Tijdens de nederlaag op Gent (met nochtans zware 4-1-cijfers) meenden de fans van de Rouches nochtans enige lichtpunten te bespeuren en hadden ze nog applaus over voor de spelers. Dit keer kenden ze geen genade en werden de spelers bij het groeten van de supporters luidkeels weggejaagd. Die supporters hadden zich tijdens de match wel laten horen: ‘Wij zijn hier! Wij zijn hier! Al verdienen jullie ’t niet, wij zijn hier!’ Het rolde enigszins verrassend minutenlang van de tribunes aan het einde van de wedstrijd en het is symbolisch voor de kloof tussen de spelers en de aanhang, die steeds dieper wordt.

POPULISTISCHE COMMUNICATIE

Standard strompelt al sinds het begin van het seizoen depressief over het veld en door de coulissen. De Europese uitschakeling tegen Molde was de voorbode van moeilijke tijden. De lastminutetransfers konden het tij niet keren en de onbegrijpelijke uitlatingen van de nieuwe voorzitter Bruno Venanzi in de media maakten de malaise alleen maar erger. Zaterdag gooide de krant La Dernière Heure een nieuwe knuppel in het hoenderhok door de waarschijnlijke terugkeer van Luciano D’Onofrio aan te kondigen, die een bloedeloos Standard – zoals ook werd erkend door zijn eigenaar – te hulp zou komen. Ook al werd die informatie zijdelings ontkend door de club, het beleid van Standard blijft zeer vaag voor de aanhangers van de club, die gehoopt hadden om na het tijdperk van de fel bekritiseerde Roland Duchâtelet hun goede humeur terug te vinden. Het duo Bruno Venanzi en Axel Lawarée teerde lang op een communicatie die rook naar populisme (discipline! waarden!), maar die tot op heden dode letter blijft. Waar er vorig seizoen al enkele keren een schokgolf door de club ging – met name toen het genoemde duo de onpopulaire beslissing nam om Ivan Vukomanovic te ontslaan – bevindt de club zich nu, door de ontwikkelingen van de voorbije weken, in een precaire situatie.

LAWARÉE TER DISCUSSIE

De voorzitter wacht momenteel de juridische uitkomst af van de zaak rond de vermeende omkoperij vooraleer hij nog verklaringen aflegt. Derhalve komt Axel Lawarée meer en meer in het oog van de storm terecht. Hij werd eerder al met de vinger gewezen door Ricardo Faty, ondertussen vertrokken naar Bursaspor: ‘Sinds Lawarée er is, loopt het sportief voor geen meter meer. Iedereen moet zijn verantwoordelijkheid opnemen, hij ook. Hij moet zijn fouten toegeven.’ En fouten zijn er genoeg geweest. De wens die voorzitter Venanzi uitsprak – dat de transfers snel afgerond moesten worden om het werk van Slavo Muslin makkelijker te maken – bleek al vlug onhaalbaar. De dure nieuwe aankopen Ivan Santini en Mohammed Yattara toonden al snel hun slechte vorm en de uitgaande transfer van Geoffrey Mujangi Bia sleepte te lang aan. Zo lang zelfs dat Venanzi, die van de grootverdiener af wilde, bereid was om de beste Standardspeler van vorig jaar gratis van de hand te doen. De tussenkomt van makelaar en vriend Christophe Henrotay was nodig om een compromis te zoeken waarin beide partijen zich konden vinden.

Niet alleen de inkomende transfers van Lawarée staan ter discussie – al mag hij het terechte excuus inroepen dat hij met beperkte middelen moest werken – maar men verwijt hem ook dat hij er niet in slaagde om enkele dure vogels te laten uitvliegen en zo de kas te spekken. Lawarée heeft nog niet de allure van een technisch directeur van een grote club als Standard. ‘Hij lijkt wel een harde wanneer je hem tegenkomt, maar hij heeft nog geen enkele doortastende beslissing genomen’, vertelt een speler. Daar staat tegenover dat Venanzi zeker kan zijn van Lawarées totale loyauteit en inzet, aangezien die zo’n unieke kans met beide handen wil grijpen. Op een uurtje meer of minder kijkt hij dus niet. Maar is het wel de taak van een technisch directeur van Standard om zich bezig te houden met, bijvoorbeeld, het zoeken van een verblijfplaats voor de nieuwe aankopen? De officiële indiensttreding van Daniel Van Buyten – die er naar verluidt wel zit aan te komen, maar die toch lang op zich laat wachten – zal Lawarée zeker naar de achtergrond verdringen, want Big Dan bokst in een andere categorie qua uitstraling en netwerk. De voormalige verdediger van Bayern München was door privéproblemen een paar weken uit beeld, maar werd eind vorige week opnieuw op de Académie gesignaleerd.

GEZOCHT: AANVOERDER

De club moet ook snel de sportieve wonden van de laatste wedstrijden zien te likken. Yannick Ferrera kan moeilijk nog de positivo blijven uithangen na de nieuwe zeperd in Genk. Zijn tactische keuze voor een 5-3-2 bleek weinig overtuigend. Het middenveld werd opgegeten door dat van Genk, de flanken liepen verloren en op de twee aanvallers van hetzelfde type (Ivan Santini en Renaud Emond) was het gemakkelijk verdedigen. Bovendien was het gebrek aan persoonlijkheden opvallend. Niemand is in staat om het tij te keren wanneer het vierkant draait. Zeker aanvoerder Jelle Van Damme niet, die afgelopen week nog meermaals te laat kwam op de training en die binnen de groep meer en meer als kapitein ter discussie staat. Zijn recente prestaties zijn niet van dien aard om daar snel de spons over te vegen.

Ook het geval van Adrien Trebel is veelzeggend. Die doet zijn best om een zieltogende groep weer wat leven in te blazen, maar ondanks de contractverlenging voor vier jaar die hij in augustus tekende, blijft hij hengelen naar een transfer. Het bestuur zou zijn vertrek niet ongenegen zijn. Alleen zullen zijn rendement en vooral zijn contract – een van de dikste na dat van Jelle Van Damme – een transfer niet gemakkelijker maken.

Er zijn er bij Standard meerderen die hun vette contract gebetonneerd hebben, wat hen in een comfortabele positie brengt. Ter vergelijking: Axel Witsel verdiende in zijn laatste Luikse seizoen 350.000 euro bruto, ruim onder de huidige norm. En het zijn niet de wat geforceerde lastminutetransfers Sambou Yatabaré en Matthieu Dossevi, die sowieso niet de intentie hebben om een paar jaar in de Jupiler League te blijven hangen, die de groep een boost gaan geven. Dossevi hing het trouwens al fameus uit op training. Ferrera maakt de oefenstonden dan wel een stuk intenser, een gezonde agressiviteit is nog altijd niet te bespeuren. Ondertussen blijft het Franse contingent aan spelers zich arrogant opstellen. ‘Het ergste is dat niemand beseft hoe ernstig de situatie is’, zegt een speler.

DOOR THOMAS BRICMONT – FOTO BELGAIMAGE

Ferrera maakte de trainingen al een stuk intenser, maar een gezonde agressiviteit is nog altijd niet te bespeuren.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content