Anderhalf jaar na de overname blijft het project-Germinal Beerschot onafgewerkt in de steigers. De bouwheren zijn moe.

Het kantoor van Marc Van Beek is klaar ! Nu de voorzitter van Germinal Beerschot met pensioen is, wil hij wat meer tijd uittrekken voor de club. De voorbije jaren was de minzame Van Beek zelden te vinden waar beleidsbeslissingen toegelicht moesten worden. Daarom verbaasde het bij de overname velen dat Van Beek eraan hield zijn titel te behouden. Jos Verhaegen en René Snelders, de financieel sterke mannen achter de overname en ook qua persoonlijkheid de stuwende krachten, hadden daar geen probleem mee. De buitenwereld evenmin : iedereen wist wie op het Kiel de lakens uitdeelde en hoe die te bereiken.

Dat Van Beek samen met bestuurder Herman Kestens tegenwoordig vaker op de club vertoeft, komt eigenlijk wel goed uit. Ze vullen een gat op omdat Jos Verhaegen en René Snelders zich de laatste tijd steeds minder vaak met de zaken op het Kiel bemoeien. De affaire rond Kristof Snelders heeft hun enthousiasme een flinke bijkomende klap gegeven. René Snelders verkiest voorlopig afstand te nemen en zijn kleinzoon te volgen. Jos Verhaegen deelt Snelders’ ontgoocheling, maar wordt geconfronteerd met de zure nasmaak van de zaak. Vooral de gebrekkige interne communicatie rond de transfer stoort de andere bestuurders. De meesten waren niet eens op de hoogte van de inderhaast afgewerkte transfer en vernamen het nieuws samen met de supporters via de website.

Dat Verhaegen en Snelders aan strijdlust inboeten en gas terugnemen, maakt een aantal mensen op het Kiel ongerust. De dagelijkse werking is sterk genoeg om het schip nog even drijvende te houden. Maar niemand lijkt in staat het als stuwende kracht over te nemen. Het lijken, met alle respect, niet Marc Van Beek en Herman Kestens die de club met een uitgekiend project sportief en structureel naar een hogere divisie gaan leiden. Tenzij ze, met meer verantwoordelijkheid op de schouders, plots wel met een langetermijnvisie op de proppen komen waarmee ze pers, supporters én kandidaat-investeerders kunnen overtuigen.

Dat Verhaegen en Snelders morgen de zaak in de steek laten, lijkt onwaarschijnlijk. Maar als er morgen iemand komt die hen hun investering (1,25 miljoen euro) terugbetaalt en nog een half miljoen euro kan investeren om de zaak dit jaar draaiende te houden, menen sommigen, is de kans groot dat ze op het aanbod ingaan. Intussen gaat het met de club van kwaad naar erger. Germinal Beerschot is nu al een grijze muis. Voor een entertainmentbedrijf (wat een profclub toch is) is maar één ding nog erger dan een negatieve pers (zie het dossier over de Brazilianen) : niét in de publiciteit komen. Behalve de beperkte verknochte aanhang zijn kandidaat-kijkers en investeerders niet geïnteresseerd in een club waar niets te beleven valt, waar in ruil voor geld geen emotionele return geleverd wordt. Dat is op het Kiel tegenwoordig het geval. Een half uur na de wedstrijd is de gemiddelde bezoeker al vergeten wat hij die avond heeft beleefd, op en naast het veld.

Toen Jos Verhaegen en René Snelders anderhalf jaar geleden Germinal Beerschot overnamen van Ajax, drongen zich twee ingrepen op. Eerst moest serieus bespaard worden om vervolgens op een verantwoorde maar duidelijke manier een nieuw project op te bouwen tot een topclub in Antwerpen. Met enige afstand zou dat moeten lukken, nadat de fouten uit de twee eerdere pogingen daartoe, het project- De Vries en het project-Ajax niet het verhoopte resultaat opleverden. Maar anderhalf jaar later blijft ook het project-Verhaegen-Snelders onafgewerkt en lijken de twee bezielers de kracht en de wil te ontberen om verder te gaan.

Er is het afgelopen anderhalf jaar flink bespaard in alle geledingen zonder dat de werking werd aangetast. De jeugdtrainers, instrumenten van een opleiding die in een grondige praktijkstudie van de VUB uitgeroepen werd tot beste in België, leverden bijvoorbeeld zonder verpinken de helft van hun verloning in : geen enkele trainer stapte op.

Ook de dagelijkse werking functioneert, maar zowel de interne als de externe onvrede over het management stijgen. Bij beetjes wordt geld binnengehaald, maar meer dan de gebruikelijke stopmiddelen van een bescheiden eersteklasser die probeert te overleven, zijn het niet. Niet dat het algemeen manager Luc Verheyen aan goede wil ontbreekt. Van Verheyen, door Verhaegen en Snelders verantwoordelijk gemaakt voor het dagelijks beleid, wordt na een aantal rigoureus opgelegde besparingen verwacht dat hij niet enkel meedrijft met en de vruchten plukt van de inspanningen van een goed geolied en ervaren team, maar ook een meerwaarde biedt. Na de voorspelbare saneringsronde wacht hem een lastiger opgave : naar buiten een visie verkopen waarmee hij de club naar een hoger niveau helpt dan waar ze nu een beetje doelloos en vooral heel erg kleurloos rondzweeft. Dat lukt, om het zacht uit te drukken, nog niet zo goed. Niemand kan ontkennen dat Verheyen, die zichzelf met de stille goedkeuring van Verhaegen en Snelders profileerde tot woordvoerder van de club, heel hard zijn best doet. Maar soms is dat niet genoeg.

Zoals het nu gaat, vinden veel betrokkenen het nieuwe Germinal Beerschot niet meer dan een doorsnee amateurclub onder de kerktoren. Ook Jos Verhaegen beseft dat een club bestieren in een grootstad met zijn verschillende fracties niet hetzelfde is als in het gezellige dorp Ekeren, waar iedereen aan zijn lippen hing. Bij de overname leek het niet de bedoeling opnieuw het clubje van Ekeren te worden dat al blij is met een matchke op zaterdagavond waarna iedereen een frisse pint drinkt. Soms ontstaat de indruk dat de dorpsmensen van Ekeren zich niet helemaal op hun gemak voelen in de grootstad waar de lijnen meer door elkaar lopen waardoor het moeilijker werken is.

Communicatie met de buitenwereld én intern laat te wensen over, een commercieel plan dat hoger mikt dan een nieuwe bedelronde bij de plaatselijke slager is er niet. Grote bedrijven wachten op een uitgewerkt project én een man die hen overtuigt dat het zin heeft om mee in de boot op het Kiel te stappen. Maar of er zo’n project is, wat het inhoudt en hoe men het denkt te bereiken, weet niemand. In Antwerpen volstaat het niet om eens met burgemeester Patrick Janssens (toch een fan van Germinal Beerschot, net als Filip De Winter) te gaan babbelen om beweging te krijgen in een aantal dossiers. Janssens kan hooguit bewegen als hij een uitgewerkt plan in handen krijgt. Maar of dat er is ?

Het gebrek aan langetermijnvisie stoort velen. Die langetermijnvisie zou er moeten zijn in de prestigieuze raad van advies, bestaande uit gerenommeerde mensen uit de Antwerpse zakenwereld. Maar die raad van advies wordt enkel gebruikt als uithangbord naar buiten, een schaamlapje waarvan de leden zich stilaan afvragen of ze dit prestigieuze maar voorlopig nutteloze orgaan niet beter opdoeken. Een pintje drinken en gezellig kletsen kan ook elders in de stad.

Het gebrek aan langetermijnvisie en een groter project komen anderen wel goed uit. Waarom zou men bijvoorbeeld nog geld pompen in de prestigieuze jeugdopleiding als na volgend jaar de jaarlijkse financiële inbreng van Ajax in die jeugd stopt ? Met de zakelijke contacten van een aantal bestuurders en sponsors kan men altijd nog wel in Brazilië terecht, op zoek naar de witte merel die extra geld oplevert. Als de sympathieke Joao Paulo niet gauw beter rendeert, laat men wel een andere Braziliaan overkomen van wie men hoopt dat hij een meerwaarde biedt waar iedereen sportief en financieel beter van wordt. Iedereen behalve eigen talent als Ageyman Dickson, Moussa Dembele of Asubonteng Prince, die nu gewillig plaats maken voor spelers die vaak niet eens zo goed zijn als zijzelf. Anders had Ajax echt niet overwogen om Prince naar Amsterdam te halen of om straks Moussa nog eens te komen bekijken.

Goed voor Tom De Mul en het Belgisch voetbal dat hij een paar jaar geleden wel de overstap van GBA naar Amsterdam kon maken. Anders speelde hij afgelopen zaterdag waarschijnlijk niet met de nationale ploeg in Spanje, maar als rechtsachter bij de reserven van Germinal Beerschot omdat op zijn beste positie weer een buitenlander uitgeprobeerd moet worden. Toekomstgericht is dat geen goed beleid. Maar wie houdt zich daar op het Kiel nog mee bezig ?

Geert Foutré

Wie houdt zich op het Kiel nog bezig met toekomstgericht beleid ?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content