Nog geen uur van de Belgische grens vandaan groeide Michael Schumacher op. In Kerpen liggen de roots van de zevenvoudige wereldkampioen Formule 1.

Aan het geluid van voorbij suizende auto’s valt nergens in Kerpen te ontkomen. Niet onlogisch voor een stad die op het kruispunt ligt van de A61, die van Venlo zuidwaarts naar Koblenz voert, en de A4, die Aken met Keulen verbindt. Vanaf de Duits-Belgische grens is het een klein uurtje rijden tot de afrit Kerpen, halfweg tussen Aken en Keulen. Aan de linkerkant ligt, tegen de autoweg aangeschurkt, het Michael Schumacher Kart-Center. Vanaf de afrit staat het complex al aangeduid : over de snelweg en dan links het industriepark in. Aan de rotonde voert een doodlopende straat naar het complex.

Voorheen heette de weg Chrysler-Strasse, nu Michael-Schumacher-Strasse. Drie jaar geleden stemde het schepencollege een naamsverandering. Doorgaans krijgen enkel overleden burgers met enige verdienste een straat naar zich genoemd. De zevenvoudige wereldkampioen moet zo lang niet wachten. In Kerpen, waarschijnlijk zelfs in heel Duitsland, heeft Michael Schumacher als enige nog bij leven zijn naam op een straatbord.

Niet iedere inwoner van Kerpen is het daarmee eens. Dat Schumacher eerst naar Monaco en later naar Zwitserland uitweek, zet bij sommigen kwaad bloed. Erg vinden ze het dat zo iemand nog een straat naar zich genoemd krijgt. “Wat doet Michael Schumacher eigenlijk voor Kerpen ?” vraagt een inwoner in het gastenboek van de stadswebsite.

Bijvoorbeeld de naam van de stad op de kaart zetten. Nooit kreeg Kerpen zoveel pers als toen Schumi voor het eerst wereldkampioen werd. Zelfs een Fins tv-team zakte toen naar Kerpen af. Ex-stadsdirecteur Ferdinand Wind : “Als vroeger iemand vroeg waar we vandaan kwamen, zeiden we : ‘Uit de buurt van Keulen.’ Sinds de zeges van de Schumachers zeg ik gewoon : ‘Uit Kerpen.’ Financieel beter worden we niet van zijn succes, maar we hielden er wel een positief imago aan over.”

Aan de Michael-Schumacher-Strasse nummer vijf ligt de kartbaan, die in 1997 geopend werd door de wereldkampioen. Die kostte Schumacher 25 miljoen euro, iets meer dan wat hij jaarlijks bij Ferrari opstrijkt. Het centrum wordt uitgebaat door vader Rolf Schumacher. Die heeft het te druk om een interview te geven, is van tevoren duidelijk gemaakt.

Bij de ingang van het Italiaanse restaurant ‘La Piazza’ kom je in de ‘Welt der Schumachers’. Het museum bevat de oude karts en auto’s van Michael, die zijn vader zorgvuldig bewaarde. Er wordt een filmpje gedraaid waar de achtjarige Michael in een oude Fiat 500 rijdt. Om aan de pedalen te kunnen moet hij rechtstaan, maar dat belet hem niet vriendelijk naar de camera te zwaaien. Toen al !

De échte roots van Michael en Ralf Schumacher bevinden zich aan de andere kant van de A4-snelweg Aken-Keulen. Kerpen, sinds 1975 de omvattende naam voor zeven fusiegemeenten die samen 63.000 inwoners tellen, wordt door de A4 letterlijk in twee gesneden. Ligt Sindorf met het Michael Schumacher Kart-Center ten noorden, dan bevinden het stadje en de meeste deelgemeenten zich net onder de snelweg. In Kerpen zelf brandt de kerstverlichting in winkelstraat Hahnenstrasse. Op de hoek prijkt in de plaatselijke juwelierszaak een krantenartikel waarin de link wordt gelegd tussen Schumacher en de zaak. Aan de overkant staat het moderne stadhuis, van waar Schumacher na zijn eerste wereldtitel de fans begroette. Toen woonde hij nog in Kerpen met zijn vrouw Corinna.

Kerpen heeft, richting Aken, nog een tweede afrit : Buir. Die voert naar het piepkleine Manheim, een dorp van nog geen 2000 inwoners. In de plaatselijke Sint-Albanuskerk werd in 2003 mama Schumacher begraven.

Even verderop ligt het kleine Toni- Wilschewskistadion van Viktoria Manheim 1919. Jeugdverantwoordelijke Wolfgang Staatz is druk in de weer in het clublokaal, maar herinnert zich dat de beide broers Schumacher hier voetbalden. Dat klopt, bevestigt voorzitter Bernd Niespodziany. Van Ralf Schumacher heeft hij trouwens nog de aansluitingskaart. Ralf voetbalde vijf jaar lang tot zijn twaalfde in competitie, tot zijn vader hem naar de kartsport afleidde. Net als Ralf was Michael middenvelder, maar die trainde als jonge snaak alleen maar mee, speelde nooit competitie.

Even buiten het centrum van Manheim voert, net voor de weg over de autostrade gaat, een zijweg naar beneden. Tussen de bomen langs de snelweg zijn vaag een paar huizen te zien. Hier woonde Schumacher met zijn ouders. Nog steeds is het huis, dat afgesloten is van de buitenwereld, eigendom van de familie. Verder bergafwaarts wordt hard gewerkt aan de vernieuwing van de buitenbaan van de Kart-Club Kerpen-Manheim. Die club werd in 1961 gesticht door fans van de voormalige Duitse Formule-1-rijder Wolfgang Graf Berghe von Trips.

Kerpen-Manheim is Duitslands grootste kartpiste, meldt PR-man Willi Neffgen trots. Al in 1981 werden hier de Europese kampioenschappen georganiseerd, met Ayrton Senna als deelnemer. Dat de vier Duitse Formule- 1-rijders van de laatste twintig jaar in deze club gevormd zijn, mag geen toeval heten. Kart-Club Kerpen-Manheim investeert als enige club in Duitsland in jeugdopleiding. Officieel is Michaels broer Ralf hier volgens het cluborganigram nog altijd Jugendleiter.

In de Geschäftstelle hangt een grote gesigneerde foto van Michael Schumacher. Neffgen wijst op de mini-kartbaan achter het kantoor. Daar repareerde Rolf Schumacher karts toen hij begin jaren zeventig hier belandde, mét zijn vrouw en de oudste zoon. Want Michael Schumacher werd niet hier in Manheim geboren, wel in Hürth Hermülheim, een voorstad op tien kilometer van Keulen, zo’n twintig kilometer ten oosten van Manheim. Daar werkte Rolf Schumacher als ovenreparateur. Tot de Kart-Club Kerpen-Manheim een toezichter zocht en het gezin naar Manheim verhuisde. Tot de echtscheiding stak mama Schumacher een handje toe in het plaatselijke eethuisje. Rolf Schumacher werkte hier tot 1997, toen zijn zoon hem als uitbater naar het fonkelnieuwe Michael Schumacher Kart-Center haalde.

“Rolf Schumacher”, zegt Willy Neff- gen, “was een handig man. Op de mini-kartbaan hierboven reed Michael voor het eerst in een omgebouwde go-kart waar Rolf een kleine motor aan bevestigde. Vier jaar oud was hij toen. Opdat hij niet te snel zou gaan, liep de vader erachteraan, met een touw waaraan het karretje bevestigd was.”

Naast de piste is een motorenzaak, KSN-Sport. Dat staat voor Kart Sport Noack. Uitbater Peter Kaiser, een jeugdvriend van Schumacher, is er niet. Als kind maakten ze na school de hele tijd de baan onveilig. Tot heden zijn de contacten hecht gebleven. “U moet begrijpen”, zegt Willi Neffgen, “dat hier heel veel mensen komen om over Schumacher te praten. Na een tijdje hebben de mensen die hem goed kennen daar geen zin meer in.” Peter Kaiser nam de zaak over van Gerhard Noack, die ook de stad uit is maar even later toch opbelt met de vraag of alles goed gaat. Voor hij in motoren investeerde, had Noack in Keulen een handel in verfwaren en tapijten. Aan hem heeft Michael Schumacher veel te danken. Noack liet voor zichzelf een kart bouwen, maar erg succesvol was hij daarmee niet. Toen hij het talent van de kleine Schumacher zag, schonk hij hem zijn tuig.

In plaatselijke wedstrijden reed de achtjarige Schumacher alle concurrenten naar huis. Tegenwoordig mag je in Duitsland vanaf tien jaar deelnemen aan internationale wedstrijden, maar toen was hij te jong. Daarom bezorgden ze hem een Luxemburgse vergunning. Een aantal keer dreigde Schumacher bij gebrek aan financiële steun te moeten afhaken. Alleen omdat Gerhard Noack hem financieel bijstond, kon hij zich verder ontwikkelen. Willi Neffgen : “Tegenwoordig betaal je voor rijders van acht tot twaalf tussen 25 en 30.000 euro per seizoen. Een seizoen racen bij de senioren kost al gauw 75.000 euro. Een stel nieuwe banden kost 230 euro. Per weekend gebruik je toch twee tot drie stellen banden. Reken maar uit.”

Geld was niet Schumachers motivatie om voor de autosport te kiezen. Integendeel, Rolf Schumacher had gewoon onvoldoende geld om zijn zoon te laten racen, al zag iedereen dat de jongen overliep van talent. Aan training ontbrak het hem evenmin. Toen Gerhard Noack financieel afhaakte, meldde een andere mecenas zich. Jürgen Dilck is vandaag voorzitter van de officiële Michael Schumacher Fanclub in Alsdorf. Voorheen verkocht hij gokautomaten en automaten voor sigaretten. Dilck bezat een caravan waarmee hij de jonge rijder van circuit naar circuit voerde. Vader Rolf moest immers aan het werk op de piste.

Toen Schumacher in de Formule Ford alles won wat er te winnen viel, kon ook Jürgen Dilck hem niet meer verder helpen. Om een eerste testrit met een Formule-3-auto te mogen rijden, had Schumacher 200 euro nodig. Die had hij niet, zijn vader evenmin. Nog één keer paste Jürgen Dilck bij. Toen trok hij de aandacht van horecamagnaat Willi Weber uit Stuttgart, die een Formule-3-team bezat. Weber kwam, zag en gokte. “Ik kocht een lot uit de loterij, dat later het winnende lot bleek te zijn. Voor hetzelfde geld haakte die jongen een paar jaar later anoniem en ongeïnteresseerd af.”

Niet dus : vandaag is Weber in hoofdverdienste Schumachers manager en toeverlaat. Weber merkte Michaels kwaliteiten, die ook de mensen in Manheim al opgemerkt hadden. Neffgen vat ze nog eens samen. “Ambitie en perfectionisme. Hij kent zijn auto tot in de details, interesseert zich oprecht voor de techniek. In tegenstelling tot de meeste van zijn collega’s kan hij in samenspraak met ingenieurs een auto verder ontwikkelen. Je hebt maar weinig rijders die een auto beter kunnen maken. Michael kan een ingenieur precies uitleggen hoe hij de wagen sneller maken kan. Hij weet ook hoe motoronderdelen functioneren.”

Vorig jaar zakte Michael Schumacher nog eens naar zijn oude kartbaan af om er de eerste wedstrijd van de winterbeker te rijden. Willi Neffgen : “Je had moeten zien hoe dolgelukkig hij was met een simpele zege in een kartwedstrijd. Een zesvoudige wereldkampioen die zo reageert, dat is een echte motorsportfanaat. Dat is niet gespeeld.”

door Geert Foutré

Niemand anders kreeg al bij leven een straat naar zich genoemd.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content