Met een hoop puzzelwerk is Jan Ceulemans afgelopen maandag als trainer van Club Brugge begonnen. De recordinternational zal meteen op zijn waarde worden getest : er blijft niet veel meer over van de hoekstenen die Trond Sollied in de ploeg bouwde, Ceulemans moet op zoek naar nieuwe patronen en een nieuwe identiteit. Met het vertrek van Timmy Simons naar PSV verloor de kampioen vorige week zijn ziel : de middenvelder speelde in een zowel brekende als bouwende rol elke week zo goed dat het haast niet meer opviel. Hij was bovendien de stille leider van het elftal, de begeleider van jong talent.

Club leek na die transfer heel kort op de bal te spelen en haalde Sven Vermant terug. Die kan echter niet als vervanger van Simons worden beschouwd. Vermant heeft als voetballer bij Schalke 04 veel vooruitgang geboekt, werd veelzijdiger en steekt aanzienlijk meer agressie in zijn spel, maar een specifieke defensieve middenvelder is hij niet. Hij kan op het middenveld wel naast een stofzuiger als Philippe Clement fungeren.

Het komt er voor Jan Ceulemans op aan zo snel mogelijk het concept te vinden waarin hij Club wil laten spelen. Dat de werkmethode zal verschillen van die van zijn voorganger hoeft geen betoog. Ceulemans denkt anders over voetbal en liet zich afgelopen vrijdag, toen hij officieel werd voorgesteld, nog ontvallen dat er ook al ploegen zonder looplijnen kampioen zijn geworden. Hij gebruikt geen wetenschap in zijn trainingsopbouw maar voedt zich aan de bron van de eenvoud.

Toch is het niet onmogelijk dat Ceulemans de 4-3-3 van Trond Sollied gewoon doortrekt. Op de sleutelposities staan wel andere spelers. Vooral het middenveld – zonder Simons en Nastja Ceh – krijgt een heel ander geraamte. Het laat zich aanzien dat Philippe Clement inderdaad op de positie van Simons terechtkomt, de plaats waar zijn voorkeur trouwens altijd al naar uitging. Het ligt in de lijn van de verwachtingen dat Sven Vermant en Ivan Leko verder dat middenveld zullen bevolken. Drie voetballers die niet bepaald uitblinken door snelheid en explosiviteit. In de Belgische competitie valt dat ongetwijfeld nog op te vangen, internationaal niet.

Door zijn ruime kern kan Jan Ceulemans de komende weken naar hartelust experimenteren. Alleen al voor het middenveld beschikt hij nog over Gaëtan Englebert, Jonathan Blondel en Grégory Dufer. Zes spitsen verdringen zich voor twee of maximaal drie plaatsen : Gert Verheyen, Bosko Balaban, Rune Lange, Manaseh Ishiaku, Victor en de jonge Dieter Van Tornhout. Opmerkelijk is wel de kwetsbaarheid van de centrale defensie. Hoewel Club met Joos Valgaeren een uitstekende transfer deed, bleek de verdediger van Celtic Glasgow afgelopen seizoen gevoelig voor tal van (kleine) blessures. Veel alternatieven zijn er niet : Birger Maertens blijft stagneren en Marek Spilar heeft veel mogelijkheden maar is constant geblesseerd. Philippe Clement kan natuurlijk achteraan blijven staan, maar dan is er weer een lacune in het middenveld. Op de flanken loopt er een ander duo dan dat van vorig seizoen : Olivier De Cock en Michael Klukowski in plaats van Hans Cornelis en Peter Van Der Heyden. Zelden is blauw-zwart zo grondig door elkaar geschud als tijdens deze voetbalzomer. Ook in dat opzicht staat Jan Ceulemans voor een grote test.

Bij Anderlecht bevindt ook Frank Vercauteren zich in een cruciale fase van zijn trainerscarrière. In een poging om de neuzen allemaal in dezelfde richting te krijgen, werkte hij vorige week aan de teambuilding. Dat was zinvol in een groep die van oudsher verscheurd is in verschillende clans. De trainer geeft de indruk veel harder te zullen optreden dan zijn voorgangers, maar intussen zit hij wel met een sportieve erfenis opgezadeld : 31 spelers en Walter Baseggio die niet weggeraakt. En wat zijn de nieuwe spelers waard ? Laurent Delorge deed het uitstekend bij Lierse, maar bij Anderlecht gaat het allemaal sneller. Akin Serhat neemt sterke taal in de mond maar hoe zwaar weegt hij echt ? Kan Marius Mitu, die niet echt een speler leek waarop Vercauteren zat te wachten en die tot op zijn 28ste in de middenmoot speelde, echt iets toevoegen aan paars-wit ?

Zonder Aruna Dindane wordt het ook bij Anderlecht herbeginnen. Net zoals bij zoveel andere clubs die niet echt voor een politiek van continuïteit kozen : van de achttien eersteklassers die precies een jaar geleden aan het seizoen begonnen, hebben er nu twaalf een andere trainer.

door Jacques Sys

Jan Ceulemans moet snel een concept vinden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content