EEN PLEK ONDER DE ZON

© BELGAIMAGE

Drie titels en een beker in veertien seizoenen Ajax, maar sinds vorig jaar op een dood spoor in de Amsterdam ArenA. Deze zomer verkaste hij naar Club Brugge: Ricardo van Rhijn, méér dan zomaar een voetballer.

24 oktober 2012, de Amsterdam ArenA kolkt. De jonkies van Frank de Boer vieren op de derde speeldag, na nederlagen tegen Borussia Dortmund (1-0) en Real Madrid (1-4), hun eerste zege in de Champions League. Ajax-Manchester City 3-1. Eindelijk. Ricardo van Rhijn glundert, maar is tegelijk bescheiden. Want: slechter kon zijn avond niet begonnen zijn. Verkeerde keuze gemaakt op een steekballetje van James Milner, waarna Samir Nasri de 0-1 droog voorbij Kenneth Vermeer knalde. ‘Ik was een stap te laat. Die bal had voor mij moeten zijn’, zegt de 21-jarige rechterflankverdediger aan Het Parool.

Rio Ferdinand, de centrale verdediger van Manchester United die op Twitter meer dan 3,5 miljoen volgers heeft, heeft dan al een tweet (in spreektaal-Engels) de digitale wereld ingestuurd. ‘Ajax right back was quality tonight, modern day full back.’ In de mixed zone tussen het veld en de tribunes laat een journalist hem de tweet van Ferdinand zien. Hij glimt. Die modern day full back, dat is hij. ‘Het ging wel lekker.’

Net voor de rust legde hij een assist voor de voeten van Siem de Jong, na de pauze duwden Niklas Moisander en Christian Eriksen de regerende Engelse landskampioen naar een eerste crisis. ‘De miljonairs hebben van de tieners verloren’, is Roberto Mancini kritisch voor zijn sterren.

Rica duwt op het knopje, waardoor het schermpje nog eens oplicht en hij de woorden van Ferdinand opnieuw kan lezen. ‘Een mooi compliment!’ Of hij het zal retweeten, wil er iemand weten. ‘Neen. Ik zit niet op Twitter.’ Een jonge voetballer die er geen behoefte aan heeft om dagelijks meninkjes uit te braken, dat hadden ze in Nederland ook nog maar zelden gezien.

Van Rhijn had drie weken ervoor, toen hij in Dortmund in de Champions League zou debuteren, ook al indruk gemaakt op Willem Visser, journalist van de Volkskrant. ‘Hij praat gemakkelijk en snel en roept geen rare dingen.’ Op de teller stonden amper achttien wedstrijden in de Eredivisie en drie interlands onder Louis van Gaal. ‘Een gekke verhouding’, klonk het bij Van Rhijn. ‘Ik zie het Nederlands elftal als een bonus, die ik meeneem in de grote tas van ervaring.’

Exact een jaar eerder zat hij nog in de tribunes met een wit vlaggetje te wapperen, toen de bombastische hymne van de Champions League door de ArenA galmde. De wereld van de Leidenaar zag er helemaal anders uit. Hij voetbalde nog bij Jong Ajax, wachtte op een contractverlenging, zijn toekomst bij ‘het eerste’ was omhuld door vraagtekens. Nu staan duels met Real, Dortmund en Manchester City op zijn agenda. In een sneltrein naar de top. ‘Zenuwen? Neen. Ik heb soms kriebels tijdens het eten of een beetje in de kleedkamer, maar daarna is het voorbij. Dan wil ik naar buiten, naar het veld. Ik durf van mezelf te zeggen dat ik een nuchtere jongen ben.’

INVESTEREN IN JEZELF

Van Rhijn dribbelt zijn eerste balletjes op Sportpark Morskwartier I, de terreintjes van RKSV D(oor) C(ombinatie) S(terk) in zijn woonplaats Leiden. Zes jaar erna, in 2002, wordt het elfjarige zoontje van een Antilliaanse vader en Nederlandse moeder voor de neus van Feyenoord en ADO Den Haag door Ajax weg gescout.

Hij begint op De Toekomst, het jeugdcomplex van de Amsterdamse voetbaltrots, als rechterflankaanvaller. ‘We haalden hem al vrij snel naar achteren. Eerst naar de rechterkant in het centrum van de verdediging, later werd hij onze rechtsback’, vertelde Robin Pronk, zoon van oud-Ajacied Ton en een van zijn jeugdtrainers, aan Metronieuws. ‘Je ziet geregeld aanvallers die vleugelverdediger worden. Omdat Ajax veel op de helft van de tegenstander speelt, is het belangrijk dat ook de backs goed kunnen voetballen.’

Maar het leven op De Toekomst is hard. Eten of gegeten worden. Bij de A1, de jeugdcategorie tot 19 jaar, zet trainer Frank de Boer hem zelfs geregeld op de bank. Hij moet meedogenlozer worden, vindt De Boer, die ook als T1 – sinds 2010 – de voorkeur aan de jongere Ruben Ligeon zal geven.

In de zomer van 2011 begint Van Rhijn met de A-kern aan de voorbereiding, een paar weken erna wordt hij naar Jong Ajax teruggezet. Hij worstelt met zichzelf, maar verlengt zijn aflopende contract toch met een seizoen. ‘Ik had ook naar FC Utrecht kunnen gaan – de belangstelling was concreet – maar ik was nog niet klaar om wekelijks in de Eredivisie te spelen. Ik nam me voor om bij Jong Ajax in mezelf te investeren’, zegt hij aan Voetbal International.

PIEKEN EN DALEN

Bij Jong Ajax, waar trainer Gery Vink hem in het centrum van de verdediging zet en de aanvoerdersband toeschuift, duikt hij na de trainingen in het krachthonk. Hij moet sterker worden, klinkt het, en zijn zwakkere punten weg gommen. Na de Fluwelen Revolutie, waarin de visie van Johan Cruijff wordt doorgedrukt en ex-toppers nog meer betrokken worden in de jeugdopleiding, wordt Van Rhijn voortgekneed. John Bosman, Yannis Anastasiou, Wim Jonk en Jaap Stam gaan met de Leidenaar aan de slag.

De kopduels kunnen beter, in balbezit is hij vaak nog iets te onrustig en in lijf-aan-lijfgevechten te braaf, vindt de ex-verdediger van onder andere PSV, Manchester United, Lazio, AC Milan en Ajax. Van Rhijn hangt aan de lippen van de Kampense ijzervreter. ‘Het was geweldig om met meneer Stam te werken’, klinkt het in VI. ‘Hij heeft liever dat ik hem bij zijn voornaam noem, maar dat lukt me niet. De carrière en uitstraling van Jaap Stam zijn zó geweldig dat ik hem vanzelf met meneer aanspreek. Met hem heb ik de basis gelegd voor het verdere verloop van mijn carrière.’

De koude en mistige ochtenden, aan de zijde van Wim Jonk en Jaap Stam, duwen hem naar een hoger niveau. Met Jonk worden zijn aanvallende kwaliteiten verfijnd, Stam slijpt er de principes van het pure verdedigen in. ‘Dat was vroeger niet mijn sterkste punt. Ja, een verdediger voor wie verdedigen niet het sterkste punt is, dat is apart. Ik was meer de mooie, opbouwende voetballer.’

Hij wordt getest en uitgedaagd. Voorzetten vanop de flanken, hoge en lage ballen door het centrum, sprintduels, man-tegen-mangevechten, positie kiezen, coachen… ‘In het begin ging ik vaak op mijn bek, maar na verloop van tijd voelde ik de progressie. Ik begon wekelijks uit te blinken in Jong Ajax, mijn zelfvertrouwen groeide.’

In september 2011, amper een paar maanden na zijn verwijdering uit de A-selectie, neemt hij in het bekerduel op het veld van VV Noordwijk in de 65e minuut – naast Jan Vertonghen – de plaats van de geblesseerde Toby Alderweireld in. Op 18 december debuteert hij in de Arena met een 4-0-overwinning tegen ADO Den Haag. Theo Janssen, de bonkige middenvelder, is onder de indruk van Ricardo’s eerste balcontact – een lange pass met het mindere linkerbeen. ‘Typerend voor zijn zelfvertrouwen’, legt Tattoo Theo uit. Van Rhijn: ‘Op basis van mijn spel bij Jong Ajax kreeg ik een kans in het eerste elftal. Dus stond me niks anders te doen dan mijn eigen spel te spelen. De trainer stimuleert ons om durf te tonen, niet bang te zijn.’

Maar opnieuw krijgt het vertrouwen een serieuze deuk wanneer Frank de Boer hem begin 2012 niet op de spelerslijst voor het oefenkamp in São Paulo zet. Door het aanslepende blessureleed van Gregory van der Wiel – ook een ex-aanvaller – ligt de rechtsbackpositie nochtans voor het grijpen, maar de 20-jarige verdediger moet met Jong Ajax mee naar Cyprus. ‘Een behoorlijke klap.’

Na een schouderblessure van Dico Koppers mag hij alsnog naar Brazilië. En het gaat plots heel snel. Hij vervangt Van der Wiel met succes. De Boer: ‘Ricardo heeft zich in het team gespeeld door keihard te werken. Wat hij nu bereikt, heeft hij aan zichzelf te danken.’

Twee maanden na zijn competitiedebuut staat hij op Old Trafford in de basis, mag hij een nieuw contract tot 2015 tekenen en debuteert hij midden augustus in het Koning Boudewijnstadion met Oranje (4-2). Vanop afstand kijkt meneer Stam tevreden mee. ‘Ricardo heeft alles om als verdediger te slagen: snel, technisch vaardig, sterk, en puur verdedigend wordt hij steeds beter’, citeert De Telegraaf de Kampenaar. ‘Hij is leergierig en chagrijnig als het niet zo gaat als hij wil.’

Wanneer Van der Wiel in de zomer van 2012 naar PSG vertrekt, spreekt ook assistent-trainer Dennis Bergkamp duidelijke taal. ‘Hij wordt de nieuwe rechtsachter van Ajax’, zegt de ex-spits aan AjaxTV. ‘Hij heeft een bepaalde bodem van een loopbaan gezien en is daar sterker uitgekomen. Een voorbeeld voor alle spelers in de opleiding.’

ADIEU ORANJE

Hij zal drie seizoenen basisspeler bij Ajax blijven. Degelijk tot goed in de Eredivisie, in de Champions League is het soms schrikken. Zoals die avond toen Cristiano Ronaldo voor zijn onemanshow de ArenA binnenstapte. ‘Drie keer gescoord. Telkens als ik voorin en uit positie was, werd hij gevaarlijk. Hij verdedigt nauwelijks mee. Raak je de bal kwijt, dan staat Ronaldo meteen op scherp.’

En, voegt hij eraan toe: ‘Ik ben blij dat ik een aantal keren door het ijs ben gezakt. Je ziet in dat niet alles vanzelf gaat en je ook met kritiek moet leren omgaan. Voor mijn vormingsproces is dat waardevoller dan gewoon maar wat mee te hobbelen.’

Ook wanneer hij bij Oranje zijn plaats aan Feyenoorder Daryl Janmaat verliest, is de Leidenaar opvallend realistisch. ‘Mijn spel was niet goed genoeg, dus is het logisch dat de bondscoach voor hem koos.’ De Boer is niet verbaasd over Van Rhijns verstandige teksten: ‘Een bevlogen prof, met als valkuil dat hij nog harder gaat werken als het minder gaat. Daarin moet ik hem weleens afremmen. Maar dat heb ik liever dan dat ik hem moet aanduwen.’

In maart 2014 treedt de 22-jarige verdediger toe tot Ajax’ Club van 100 en breekt hij zijn contract open tot juni 2018. Voorbestemd voor een leven in dat wondermooie witte shirt met rode streep, zo lijkt het, tot de vier jaar jongere Kenny Tete in het voorjaar van 2015 zijn eerste speelminuten krijgt. ‘Laat hij het Ricardo maar lastig maken’, klinkt het bij De Boer, die net als de verdediger naast een vierde opeenvolgende titel grijpt.

Tete start ook het seizoen erna in de basis en wanneer hij aan de enkel geblesseerd geraakt, mag Joël Veltman langs de flank draven. ‘Hoe Ricardo zich in deze omstandigheden opstelt, dat wil je van elke speler. Altijd dezelfde beleving en vrolijkheid. Dat siert hem’, zegt de T1 wanneer Galatasaray in januari 2016 bereid is om twee miljoen euro voor de rechtsback neer te tellen.

Tot een transfer komt het echter niet. De club van Wesley Sneijder haalt Martin Linnes (Molde FK) naar Turkije, Van Rhijn en zijn zaakwaarnemer Søren Lerby moeten de zomer afwachten. Het wordt Club Brugge, met dank aan zijn ex-ploegmaat Stefano Denswil, die sinds begin juli contact houdt. ‘In Brugge kun je weer openbloeien’, zei hij na de supercup aan het Algemeen Dagblad. Net zoals hijzelf en Ruud Vormer, ooit op een zijspoor bij Ajax en Feyenoord, ook weer hun plaatsje onder de zon vonden.

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO’S BELGAIMAGE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content