Niet toevallig tegen Club Brugge blonk Zulte Waregem zondag opnieuw uit.

Twee mei. Noteer alvast die datum in uw agenda als u aan de Gaverbeek een stunt wil zien. Dan ontvangt Zulte Waregem huidig competitieleider Standard. Voordien heeft de club nog interessante uitmatchen, die van 7 maart (op Anderlecht) en die van 21 maart (op Gent), maar voor de thuismatchen tegen Dender en Westerlo houden de fans hun hart vast.

Dat Zulte Waregem zich presenteert als ploeg met twee gezichten, komt omdat de kern te smal is, zegt trainer Francky Dury. Vallen één of twee spelers weg uit de groep van twaalf tot dertien volwaardige eersteklassespelers, moet hij teruggrijpen naar onervaren spelers. Dury rekende uit dat zijn ploeg 22 op 33 haalde in de wedstrijden waarop hij zijn team een week kon voorbereiden, en maar 2 op 18 wanneer de voorbereiding korter was.

De smalle kern was ook de reden waarom Dury maandag zijn hart vasthield, terwijl manager Vincent Mannaert aan de telefoon wachtte op een eventuele geïnteresseerde koper voor Mbaye Leye. Maandagochtend had Mannaert nog geen officieel schriftelijk bod ontvangen voor de spits die na de zege tegen Club liet uitschijnen dat hij zijn laatste thuismatch aan de Gaverbeek had gespeeld. Drie clubs – twee Russische en één uit een ander land – klampten Mannaert zondag aan voor Leye: “Ik heb ze gezegd dat ze zich maandag moesten melden.”

Maandag nog hoopte Dury dat Leye tot mei zou blijven. Nog in december gaf Dury aan dat hij voor Leye geen vervanger had. Intussen kwam Ernest Nfor, maar die werd niet gehaald als stand-in, wel om samen met Leye in de spits te spelen. “Als ik die vandaag alleen in de spits zet, heb ik op de rechterkant een hangende spits nodig”, zegt Dury.

Leye bij een versneld vertrek niet vervangen, was geen optie. De naam Elimane Coulibaly (KV Kortrijk) wordt niet weggelachen. “Mooi profiel,” zegt Mannaert, “maar we hebben nog niet gepraat met Kortrijk. Eigenlijk zijn we met iemand anders bezig voor die positie.” Ook Dury is gecharmeerd van Coulibaly: “Een hele goeie spits, eerder het type Salou. Ik houd van zulke types, omdat ze balvast zijn waardoor de rest van je team kan aansluiten. Je kan dan hoog spelen.”

Koning van de assists

Nog meer dan Leye profileerde Franck Berrier zich zondag, gehaald omdat Zulte Waregem op positie zeven aan de rechterkant nog iemand zocht, maar intussen een soort spelmaker. Of hij zich voor een Belgische topclub, genre Club Brugge of Standard zag spelen, wilde de televisie-commentator zondagavond na Zulte Waregem – Club Brugge van Berrier weten. Jazeker. “Standard zegt me wel iets, die club doet me wat denken aan Marseille”, antwoordde de 24-jarige Fransman zonder verpinken.

De snelheid waarmee Berrier zich ontwikkelt, verbaast iedereen. “Doet hij het echt zo goed?”, vraagt Patrick Rémy verrast. Onder de sportieve leiding van de ex-trainer van AA Gent speelde Berrier in het seizoen 2004/05 een paar wedstrijden in de Franse hoogste klasse. Rémy vond hem sterk, ” très vif, technisch sterk, goed speldoorzicht. Hij miste alleen regelmaat en vertrouwen. Ik heb hem nog aangeraden om naar België te gaan, omdat dat een goeie springplank is voor spelers met kwaliteiten. Bij mij speelde hij op de rechterflank. Maar hij kan op alle aanvallende posities spelen. Zijn grote kwaliteit is dat hij vooruit voetbalt.”

De koning van de assists kwam pas voor het eerst aan de aftrap half oktober, tegen Anderlecht. Een paar weken eerder was hij Francky Dury opgevallen, toen hij met de invallers op KV Mechelen met 0-5 won. Berrier maakte vier fantastische goals, werd vervolgens uitgespeeld in de vriendschappelijke wedstrijd tegen Heerenveen en maakte daar zo veel indruk dat Dury hem aan de aftrap bracht tegen Anderlecht. Dat gebeurde eerst aan de rechterkant, waardoor Tim Matthys naar de bank verhuisde. Eind november deed hij als invaller thuis de match tegen Germinal Beerschot kantelen, als centrale middenvelder. Toen de trainer hem daarmee confronteerde, gaf Berrier aan dat hij zich eigenlijk het best voelde als numéro dix.

Sindsdien is, behoudens blessures en schorsingen, de driehoek Berrier- RoelandtsVan Nieuwenhuyze een zekerheid op het middenveld bij Waregem omdat de combinatie vrij compleet is: ze bevat werkkracht, loopvermogen, recuperatievermogen, maar ook snelheid, spelinzicht en techniek.

De man die Berrier naar Waregem haalde, was scout Eddy Mestdagh, in het voorjaar overgekomen van KV Kortrijk. Dat Berrier eigenlijk dit seizoen bij Kortrijk had moeten spelen, klopt niet helemaal, zegt Mestdagh. Toen hij de speler twee jaar geleden voor het eerst aan het werk zag, met derdeklasser Beauvais, was hij nog scout van Kortrijk, “maar de transfer met Zulte Waregem werd pas heel laat – in juni – afgesloten, terwijl ik al in april bij Kortrijk vertrok. In die tussentijd had men hem wel nog kunnen halen, als men dat echt wilde.”

Mestdagh viel het gemak op waarmee Berrier de bal beroerde, alsook de intelligentie waarmee hij voor diepgang zorgde, plus het feit dat hij tweevoetig was: “Je kon hem links of rechts zetten, of als schaduwspits, hij heeft een fantastische traptechniek.” Dat hij zich ondanks al die kwaliteiten niet doorzette in de Franse hoogste klasse, verbaast Mestdagh niet: “Hij was toen een frêle manneke met een groot loopvermogen, maar hij miste de hardheid die je in de Franse eerste klasse nodig hebt.”

Bij Zulte Waregem ging Dury af op Mestdaghs advies. Aanvankelijk vond hij de Fransman wat schuchter: “Toen ik hem daarover aansprak, zei hij dat hij toch een paar maanden aanpassingsvermogen nodig zou hebben. Hij was bij Cannes ook een lichter trainingsregime gewend dan hier.”

Dat een speler die nog geen drie maanden in de basis staat, zich zo snel ontwikkelt, noopt Zulte Waregem om snel een goed schaduwelftal aan te leggen. “Als we erin slagen onbekenden als Berrier en Leye aan te trekken, ze zich te laten ontplooien en ze liefst langer dan één jaar hier te houden, hebben wij goed gewerkt”, zegt Mannaert. Illusies om zulke spelers langdurig aan zich te binden, maakt hij zich niet. “Wat nu met Leye gebeurt, zal altijd het lot van clubs als de onze of Lokeren zijn. Daar moet je mee kunnen leren leven. Het zou economisch gevaarlijk zijn als we dat niet zouden kunnen.” S

door geert foutré – beelden: belga

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content