In de Gazzetta dello Sport geeft voormalig Italiaans toptrainer Arrigo Sacchi regelmatig zijn mening over het Italiaanse topvoetbal. Sport/Voetbalmagazine sprak met hem over het komende seizoen, de topteams en de problemen waar de Serie A mee kampt.

Sinds het grote voetbalschandaal Calciopoli in de lente van 2006 het Italiaanse topvoetbal overhoop gooide (het proces is momenteel aan de gang), greep Internazionale in eigen land de macht en loste die niet meer. Maar hoezeer Inter de Serie A ook domineerde, in Europa speelde het, net als de andere Italiaanse clubs, geen rol van betekenis meer. Lijdzaam keek Italië toe hoe de macht in het voetbal naar Spanje en vooral Engeland verschoof. Zelfs de toonaangevende Gazzetta dello Sport bericht dagelijks over de transfers van topspelers naar de Premier League en vraagt zich af hoe Italië die kloof ooit nog kan dichten.

In zijn columns voor de Gazzetta legt voormalig toptrainer Arrigo Sacchi regelmatig de vinger op de wond. In de jaren tachtig en negentig liet Sacchi bij Milan en de nationale ploeg een nieuwe wind waaien doorheen het door resultaat geobsedeerde calcio. “De geschiedenis zal zich niet zozeer de winnende ploegen herinneren, maar wel de ploegen die wonnen met mooi voetbal”, lichtte hij zijn filosofie toe. Met aantrekkelijk voetbal won Sacchi met Milan de titel én twee Europabekers, en haalde met de Squadra Azzurra de finale van het WK’94.

De voormalige toptrainer deelt het pessimisme van veel Italiaanse voetbalkenners niet. In de huidige crisis ziet hij een uitdaging, op voorwaarde dat het Italiaanse voetbal de problemen gebruikt om zichzelf te zuiveren. “Dan verdwijnen alle profiteurs en witwassers vanzelf.”

Wat voor een seizoen verwacht u?

Arrigo Sacchi: “Vooreerst hoop ik dat de eersteklasseclubs leren op eigen benen te staan en niet langer moeten terugvallen op leningen of bijkomende schulden gaan maken. In de tweede plaats hoop ik dat de supporters geduldiger worden, beter opgevoed, zodat er minder geweld in en rond de stadions plaatsvindt. Dat ze een voetbalwedstrijd gaan beschouwen als een sportief spektakel, niet als een uitdaging om keet te schoppen. Ten derde verwacht ik dat de Italiaanse ploegen in een serener klimaat voetbal zullen spelen met minder druk. Dat moet hen toelaten moediger en positiever te voetballen.”

Wordt het net als vorig jaar een competitie waarin Inter de rest van het deelnemersveld domineert, of zal er meer concurrentie zijn?

“Op het technische vlak verwacht ik dat Juventus, op basis van de gedane investeringen van de afgelopen maanden, een concurrent wordt voor Inter. Op basis van de individuele kwaliteiten blijft Inter wel de grote favoriet.”

Wat betekent het verlies van Ibrahimovic voor Inter?

“Met Ibrahimovic verloor Inter een topspeler die, qua individuele kwaliteiten, bij momenten zijn gelijke niet had. Maar collectief kan Inter nog groeien. Want Inter is in Italië een topploeg, maar niet in Europa. Europees lagen ze er telkens vroeg uit, té vroeg. Dat toont de limieten van Inter en van Ibrahimovic.”

Wat kan Eto’o Inter bijbrengen?

“Ik vind hem een uitstekende speler, al zal Inter mét hem wel anders moeten gaan voetballen. Met Eto’o moet je geen lange en hoge ballen spelen, maar veel korte acties maken. Alleen op die manier betrek je hem bij het spel en kan hij zijn stempel drukken.”

In eerste instantie was Mourinho niet tevreden met de transferpolitiek, het leek eerder de ploeg van de voorzitter dan die van de trainer.

“Ik ben het niet met u eens: Mourinho is heel tevreden. Ik heb daar met hem over gepraat. Het enige wat hij wil, is minder spelers. Ik hoop dat men hem daarin volgt, in het afslanken van de kern: dat komt de financiële balans ten goede en het maakt het werken makkelijker.”

Vorig jaar was heel wat te doen rond de komst van Mourinho. Heeft hij na een jaar de Serie A veranderd, of heeft het Italiaanse voetbal zijn denken veranderd?

“Hij heeft zich erg goed aan de omstandigheden aangepast. Vandaag moet hij een volgende stap zetten: iets nieuws creëren. Daar heeft hij volgens mij de geschikte spelers voor.”

Wat heeft hij het Italiaanse voetbal bijgebracht?

“Vorig jaar heeft hij met een kern die al samengesteld was, optimaal gewerkt. Dit jaar heeft hij zelf inspraak gehad in de komst van de nieuwe spelers. Komend seizoen moet Mourinho daarom niet alleen winnen, maar ook overtuigen. Non deve solo vincere ma anche convincere. Zoals het een Special One betaamt!”

Positief werkklimaat

Toen Juventus Diego kocht, was u vol lof. Vindt u nog steeds dat Juventus zich goed versterkt heeft?

“Ja. Met middenvelder Felipe Melo haalde het kracht en persoonlijkheid binnen, met Fabio Cannavaro ervaring achterin, en met Diego haalde het klasse. Daarnaast heeft Juventus nog een aantal interessante jongeren.”

Vorig jaar presteerde Juventus niet zoals verwacht. Waaraan lag dat?

“Ik moet u corrigeren: Juventus heeft vorig jaar wél een uitstekend seizoen gedraaid. Alleen de supporters waren niet tevreden. Als je in Italië tweede eindigt, vindt iedereen dat een ramp. Alleen vergeten die mensen dat Juventus dik twee jaar geleden nog in tweede klasse zat. Het enige wat vorig jaar op hen aan te merken viel, was dat het spel niet heel aantrekkelijk was, een beetje stroef bij momenten.”

Zowel Juventus als Milan heeft een trainer die geen of amper trainerservaring heeft. Wat verwacht u van Ferrara en Leonardo?

“Trainers moeten vooral een positief werkklimaat vinden, een geduldige omgeving, competente medewerkers. Als dat lukt, bij Milan en Juventus, zijn het twee geschikte namen, allebei persoonlijkheden en mensen met veel passie. Alleen volstaat dat niet altijd in hun vak. Je mag zo veel persoonlijkheid hebben als je wilt, je blijft afhankelijk van het functioneren van je spelers en van het geduld van club en supporters. Om succesvol te zijn heeft een trainer spelers nodig die willen en kunnen functioneren binnen de lijnen die hij uittekent.”

Wat is voor u een goeie trainer?

“Een goeie trainer vindt altijd de juiste oplossing op het gepaste moment. Hij moet aanleg hebben voor de job, véél passie ook. Hij moet een innovator zijn, iemand die zijn vak verder bestudeert, die durft te experimenteren, zich elke dag opnieuw wil ontwikkelen en vooral overtuigd is dat het altijd beter kan, en dat hij altijd beter zal doen, en dat ook uitstraalt.”

Hoe ziet u Milan het verlies van Kaká opvangen?

“Wat ze aan persoonlijke klasse verloren, moeten ze compenseren met een grotere strijdlust, een grotere motivatie en met beter samenspel. Dat leidt tot beter voetbal.”

U had twijfels bij Ronaldinho, van wie Berlusconi veel verwacht. Wat moet hij anders doen?

“Hij moet een echte prof zijn.”

Wat verstaat u onder een ‘echte prof’?

“Iemand die zich professioneel gedraagt, discipline en passie bezit.”

Ronaldinho gedroeg zich vorig jaar dus niet professioneel?

“U zegt het.”

Ziet u Milan een goed seizoen maken?

“Alles hangt af van personen: van hun bereidheid tot inzet, van hun motivatie om een vooropgesteld doel te bereiken. Als die bereidheid bij de spelers maximaal aanwezig is, kan Milan een goed seizoen draaien.”

Berlusconi kwam zwaar onder vuur omdat hij een van zijn beste spelers liet gaan om het budget in evenwicht te krijgen. Wat vindt u daarvan?

“Als het Italiaanse voetbal een sport wil zijn die een toekomst heeft, kan men niet langer de financiële balansen negeren. Vroeg of laat moet elke club op eigen benen leren staan. Wat binnenkomt, kan men uitgeven. Meer niet. Als men dat als principe aanvaardt, verdwijnen vanzelf alle personen die in het voetbal zitten om zichzelf te laten verheerlijken, om er zelf beter van te worden of om geld wit te wassen. Zo’n aanpak zou diegenen weghouden die eigenlijk niet van voetbal houden, alle arrogante mensen en opportunisten die nu in het wereldje zitten maar die daar niet thuishoren. Dus vind ik het een heel goede zaak wat Berlusconi nu doet. Ik hoop van harte dat veel andere clubleiders zijn voorbeeld volgen. Mijn vader ( die een groot schoenbedrijf had, nvdr) zei altijd: ‘Als de economische balans in het rood gaat, zijn alle prognoses en conclusies die je trekt, negatief en niets waard.’ Dat is in het voetbal niet anders.

“Ik droom ervan dat er een ernstiger aanpak komt. Door een goeie samenwerking, een menselijke aanpak, hard werk, verbeterde stadions en meer betrokkenheid van de supporters bij de clubs. Ik weet dat andere clubs Milan gaan volgen. Het Italiaanse voetbal moet opnieuw geloofwaardig, ernstig en transparant gaan werken.”

Verwacht u AS Roma bovenaan in de titelstrijd, na een tegenvallend seizoen?

“Als AS Roma de onrust bant en de spanning verdwijnt tussen spelers, club en aanhang, kan Roma weer de ploeg worden die we zo lang bewonderd hebben en die een rol van betekenis speelt bovenaan in de rangschikking.”

Schoonheid zoeken

Een paar maanden geleden merkte u op dat in de Serie A jong talent maar met mondjesmaat kansen krijgt, waardoor de gemiddelde leeftijd van de Italiaanse eersteklassers hoger ligt dan die in andere competities. Waarom krijgen jonge spelers in Italië zo weinig kansen?

“Dit is een oud land dat van oude dingen houdt, in de algemene zin van het woord. Dat geldt ook voor het voetbal.”

Ooit zei u dat de voetbalgeschiedenis zich niet zozeer de grote, winnende teams zal herinneren, wel de teams die wonnen met mooi voetbal. Waar komt die filosofie vandaan?

” Del gusto per il bello. Uit een voorliefde voor schoonheid. Over het algemeen heeft Italië die liefde voor mooie dingen in alle aspecten van het leven. Kijk maar naar het aantal dichters, schrijvers en architecten dat dit land doorheen de eeuwen heeft voortgebracht. Altijd zijn we een gidsland geweest als het op mooie dingen aankwam. Alleen in het calcio heeft men dat gevoel voor schoonheid ontkend. Voor mij was niet alleen winnen belangrijk, maar ook overtuigen: non solo vincere, ma anche convincere. Ik wilde een voetbal brengen dat vreugde bracht bij wie ernaar keek én bij wie het speelde.”

Ziet u tegenwoordig trainers of clubs die uw filosofie van toen navolgen?

“Er zijn veel goeie trainers met ideeën in Italië. Alleen hebben ze niet altijd het geluk in een omgeving te werken die hen toelaat om zichzelf te zijn en hun ideeën uit te werken. Pas als dat gebeurt, zullen trainers het beste van zichzelf kunnen geven en komen tot een spel dat aantrekkelijker is, piu divertende, moderner, een voetbal dat mensen inpalmt.”

Het ligt dus in de eerste plaats niet aan de trainer, maar aan de omgeving.

“Helaas wel. Ik had het geluk in mijn beginjaren bestuurders en clubs te treffen ( Parma en Milan, nvdr) die geduld hadden, bekwaam waren en me toelieten om spelers te verbeteren binnen het voetbaltechnische project dat ik had uitgetekend. Ik wens alle huidige trainers ook dat geluk toe.”

door geert foutré

Mourinho moet straks niet alleen winnen, maar ook overtuigen. Zoals het een Special One betaamt.