Vorige vrijdag kwam ik van de kust en hoorde ik op mijn autoradio dat er een ongeluk was gebeurd ter hoogte van Wemmel en dat er een wachttijd was van een uur. Daar had ik geen zin in en ik nam de afrit Dilbeek. Ik besloot een pintje te gaan drinken in De Meiboom, een taverne waar Paul Van Himst en Eddy Merckx weleens over de vloer komen. De spitsbroeders waren er niet, maar wel de enige echte Michel De Wolf, de huidige trainer van FC Brussels. Hij was in het gezelschap van Thierry Dailly, de nieuwe sportief directeur van de Brusselse club.

De Wolf was jaren kapitein en boegbeeld van RWDM, daarna trok hij naar AA Gent en KV Kortrijk. Op 32-jarige leeftijd kreeg hij de kans om naar Anderlecht te komen en was hij er vier jaar een vaste waarde. Michel sloot zijn loopbaan op het hoogste niveau af bij Marseille. Hij maakte drie WK’s mee, en werd 42 keer geselecteerd voor de Rode Duivels, dat kunnen er niet te veel zeggen. Toen ik hem daarmee confronteerde, relativeerde hij: “Een uitzonderlijk talent kon men mij niet noemen en als verdediger was ik qua gestalte niet van de grootste. Wat ik bereikt heb, heb ik te danken aan keihard werken en aan het tonen van veel karakter! Ik ben dankbaar dat ik als jong manneke twee jaar in een fabriek heb gewerkt. De hele dag heb ik me moeten afpeigeren voor een schamel loon, daar heb ik mijn karakter gevormd. Bij Anderlecht trainde ik extra bij als ik vond dat er niet hard genoeg gewerkt was. Maar dat viel niet in goede aarde bij de technische staf. Die vonden dat ik dat maar thuis moest doen en niet op de oefenvelden van de club, zodat mijn ploegmaats het niet konden zien. Ik heb vier jaar bij paars-wit gespeeld, maar ik heb me er nooit echt thuis gevoeld. Er was geen band tussen de spelers en de supporters. Bij RWDM kon het wel- eens gebeuren dat ik na een verloren match een vat bier trakteerde aan de ontgoochelde supporters. De volgende training ging ik rond in de kleedkamer, want iedere speler moest zijn duit in het zakje doen om het bier te betalen. Misschien vergeven de mensen jullie wel, voegde ik er gewoonlijk aan toe.”

Michel speelde ook voor Olym- pique Marseille, de ploeg waar Raymond Goethals de plak had gezwaaid. De Wolf aarzelde even voor hij mij daarover iets zei: “Je moet dat niet overdrijven, want ik vernam toen van mijn ploegmaat Bernard Casoni dat de Brusselaar er dikwijls voor spek en bonen bij zat. Het was Tapie en niemand anders die de belangrijke beslissingen nam in die tijd!”

De Wolf zette zijn eerst stappen als voetballer bij SC Clabecq. Als ik die naam hoor, denk ik automatisch aan Walter Baseggio, die daar ook begon. Grootvader Baseggio immigreerde in 1947 van Treviso naar de streek rond Halle, om er te werken voor de staalreus Forges de Clabecq. Vader Ba-seggio tekende in 1959 een voorlopig contract op zijn zeventiende bij de Forges, maar liep in 1996 nog steeds door de gangen van de enorme fabriek. In 1997 sloeg het noodlot toe: de metaalreus ging failliet en 1800 werknemers verloren hun job. Vader Baseggio stond op straat en belandde in een depressie. Walter bracht veel tijd door in het café van zijn grootmoeder, maar voetbalde bij Clabecq en werd daar gespot door Anderlecht. Een pleister op de wonde voor de familie: zoonlief brak door bij paars-wit en werd de lieveling van het Anderlechtpubliek. Maar na zijn overgang naar Moeskroen gebeurde het onvoorstelbare. Tijdens een medisch onderzoek voor het seizoen kwam men tot de conclusie dat er iets niet in orde was met zijn bloedspiegel. De schildklier werd verwijderd, maar na de operatie werd kanker vastgesteld. Toen ik De Wolf daarover sprak, werd het even stil. “Walt is een brave jongen, maar soms een beetje goedgelovig. Hij nam een makelaar onder de arm, die hem zeker naar de Italiaanse Serie A zou brengen. Baseggio geloofde hem blindelings en werd beduveld voor een heel pak geld. Walter probeert nu onder dak te komen bij een of andere provinciaal ploegje. Maar dat is allemaal niet belangrijk. Prioritair is dat hij volledig herstelt …”

“Keihard werken en het tonen van veel karakter.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content