R ossina Picasso, vrouw van Gonzalo Sorondo (Standard) : “Ik weet niet of ik een afstammeling ben van Pablo Picasso. Mijn opzoekwerk leverde alleszins niets op. Het is wel niet onmogelijk, want ik weet dat mijn grootouders destijds van Spanje naar Uruguay geëmigreerd zijn. Maar áls er een bloedverwantschap is met de bekende schilder, dan moet het hoe dan ook een zeer verre zijn. In ieder geval interesseer ik mij voor schilderkunst. Ik interesseer mij trouwens voor alle kunstvormen, ook voor muziek, theater, film. Mijn interesses zijn trouwens zeer verschillend. Op school kon ik altijd moeilijk mijn studierichting kiezen, omdat gewoon alles mij interesseert. Van welke sport ik het meest hou ? In mijn studententijd speelde ik jarenlang handbal.

“Ik ben in Uruguay heel eenvoudig gekend voor de vrouw die ik ben, niet voor mijn bekende familienaam of mijn huwelijk met de bekende voetballer Gonzalo Sorondo. Maar laat het duidelijk zijn dat voetbal een zeer belangrijke plaats inneemt in het leven van de Uruguayanen. Het is er een beetje zoals in Italië : de bal weekt veel emoties los, hij laat de passie hoog oplaaien. Ik ben er zelf ook niet in geslaagd om eraan te ontsnappen. Ik heb altijd geprobeerd afstand te houden van de wedstrijden en mijn eigen leven te leiden, maar als Gonzalo slecht gespeeld had, wist ik het snel. De commentaren lopen er als vuurtjes.

“Het belangrijkste nadeel van een profvoetballer als echtgenoot te hebben, is dat je heel moeilijk kunt plannen op lange termijn. Je moet bijvoorbeeld al vaak verhuizen. Voor de speler zelf is dat minder een nadeel. Hij doet zijn job en concentreert zich op het voetbal. En als het hem niet meer aanstaat, of het nu door de omgeving is of door het klimaat of de voeding, dan neemt hij contact op met zijn relaties in het milieu en maakt hij een transfer naar een andere club. Voor de vrouw die hem moet vergezellen op zijn zwerftochten, is dat veel gecompliceerder. Ik heb echt moeten leren leven zonder mijn familie en vrienden, die in het verre Montevideo zijn gebleven. Maar ik klaag niet, want aan alles zijn twee kanten : zo maakte ik ook nieuwe kennissen.

“Toen Gonzalo bij Inter speelde, woonden wij in Como. Daar is het rustiger en mooier dan in Milaan. Ik hield ervan langs het meer te wandelen. Ook in Luik kon ik mij eigenlijk vrij gemakkelijk aanpassen. Ik leerde er zeer aangename mensen kennen, mensen die altijd klaar staan om ons te helpen met het minste probleem. En ik moet zeggen dat ook de stad mij zeer bevalt.

“Wie het meest lijdt onder al die verhuizingen, is ons dochtertje. Op twee en een half jaar tijd leefde zij al in drie verschillende landen : eerst Uruguay, dan Italië, nu België. Wij doen er alles aan opdat zij een zo normaal mogelijk leven kan leiden, maar ondanks alles is haar bestaan tot nu toe toch zeer verwarrend geweest. Nu zit zij in Luik in een kinderdagverblijf tussen kinderen die zij niet kent en van wie zij zelfs de taal niet begrijpt. Ik wil best geloven dat die verschillende culturen op lange termijn een verrijking kunnen zijn, maar momenteel is het toch hard voor haar.

“Gelukkig zijn de nadelen tijdelijk : de carrière van een voetballer is kort en hij moet er in de kortst mogelijke tijd zoveel mogelijk proberen uit te halen. Onze thuis is in Montevideo. Daar hebben we een huis waar we in de vakantie wonen en waar we ons definitief zullen vestigen zodra Gonzalo de schoenen aan de haak hangt.”

(DDv)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content