Zelden raasde er zo’n golf van enthousiasme door dit land als vorige week in de aanloop naar de match tussen de Rode Duivels en Servië. De barre economische tijden, de wurgende onzekerheid in vele bedrijven, een veel te lang uitblijvende zomer, het werd allemaal weggeveegd onder de vlag van het nationalisme. Het rood, geel en zwart rond het Koning Boudewijnstadion, de kinderlijke blijheid bij de supporters, het leek erop dat het land vorige week vrijdag tussen kwart voor negen en halfelf tot stilstand was gekomen, alsof iedereen zich had verzameld rond dezelfde sporttotem. De remmen werden losgegooid, de wedstrijden van de Rode Duivels groeien langzamerhand uit tot een soort symbolisch ritueel.

Die euforie toont dat sport nog steeds een lichtstraal is want ondanks de klim op de FIFA-ranking spelen de Rode Duivels nog lang niet de eerste viool in het concert van het internationale voetbal. Overwinningen tegen Servië, Schotland, Wales en Macedonië kunnen in wezen nooit voor een gigantisch verwachtingspatroon zorgen, ook niet als ze behaald worden door een getalenteerde en met veel lof overladen generatie. Want, willen sceptici wel eens opwerpen, is deze lichting echt wel zo goed als we denken? Is het gegeven dat sommigen in Engeland een hoofdrol spelen echt wel zo’n goeie graadmeter in de periode dat de Britse Premier League veel van haar grandeur inboette?

Het zijn vragen waarop de toekomst een antwoord moet geven. Ze werden na de 2-1-zege tegen Servië en meer nog door de onverwachte uitschuiver van Kroatië tegen Schotland onder de mat gestopt. Er werd gevierd alsof de Rode Duivels het WK hadden gewonnen, het was alsof deze zege iedereen nieuwe levenskracht had gegeven.

Briljant was de prestatie van de Rode Duivels tegen het verrassend fris voetballende Servië nochtans niet. Hoewel er collectief werd gedacht zit dit elftal nog lang niet aan zijn plafond. De vooruitgang die er het afgelopen jaar onder Marc Wilmots werd gemaakt zit hem, naast de teamspirit, vooral in de volwassenheid, compactheid en efficiëntie. Ook tegen Servië bleek dat deze ploeg weinig kansen nodig heeft om te scoren. En dat er met Thibaut Courtois een doelman tussen de palen staat die in deze WK-kwalificatieronde is uitgegroeid tot de meest regelmatige Rode Duivel. Een paradoxale vaststelling in een team met veel aanvallend talent. Er is een gelijkenis met Anderlecht, dat kampioen werd met een doelman, Silvio Proto, als uitblinker.

Maar de wedstrijd tegen Servië was vooral die van Kevin De Bruyne, op dit moment de beste Belgische voetballer. Het is verbluffend welke vooruitgang De Bruyne in één jaar Bundesliga, waar hij de speler is die de meeste kilometers aflegt, heeft gemaakt. De Bruyne wil nu in Duitsland een stapje hoger zetten, alvorens dan terug te keren naar Chelsea. Het komt er in een carrière op aan op het juiste moment de juiste keuzes te maken.

De Belgische voetbalbond is met een positief project bezig en de Rode Duivels zijn daar de ambassadeurs van. Aangevoerd door Vincent Kompany nemen ze stoere taal in de mond, de uitspraken zijn doorweven door een stuk gezonde arrogantie en dat staat haaks op de voorzichtigheid die bondscoach Marc Wilmotsblijft prediken. Het Belgisch voetbal is destijds groot geworden door zich te wentelen in de rol van de underdog, maar in dit tijdperk zijn bluf en branie belangrijke wapens in het moderne voetbal.

Toch doet Wilmots er goed aan voorzichtigheid te blijven prediken en de voeten op de grond te houden. Zelfgenoegzaamheid en zelfoverschatting hebben in het verleden al vaker tot problemen geleid. De kracht van deze ploeg zal pas echt blijken als het tempo hoger ligt en er tegen een topland moet worden gespeeld. Volgend jaar in Brazilië. Want ofschoon er nog verplaatsingen naar Schotland en Kroatië op het programma staan, lijkt het onwaarschijnlijk dat de deur naar het WK alsnog wordt dichtgeklapt. Het is nu genieten en straks verder werken. In een sfeer van eendracht en solidariteit. Op en naast het veld. Ook dat viel vrijdagavond in en rond het Koning Boudewijnstadion nog maar eens op: de Rode Duivels zijn onherroepelijk uitgegroeid tot een nationaal product.

DOOR JACQUES SYS

Kevin De Bruyne is op dit moment de beste Belgische voetballer.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content