Brusselaar in hart en nieren, vooral bekend uit de glorietijd bij RWDM, maar ook het shirt gedragen van Anderlecht, Union en Racing White. Vandaag komt Jacques Teugels aan de kost als zelfstandig verkoper van horeca-attributen.

Taverne Green Park, vlak tegenover het Constant Vanden Stockstadion van Anderlecht, is één van de vaste afnemers van wat Jacques Teugels te bieden heeft. Kopjes, servetten, koekjes, lepeltjes, kortom, alles wat aan klein horecamateriaal op de markt is. “Twee jaar al doe ik dit nu op zelfstandige basis. Daarvoor deed ik hetzelfde, maar in dienstverband bij een kennis” ,vertelt de nu 55-jarige ex-voetballer bij voorkeur in het Frans. “Niet dat ik geen Nederlands begrijp of het niet meer spreek – bij RWDM destijds verliep alle communicatie in het Nederlands, dus moest ik het wel spreken – maar ik mis het gevoel voor nuance in de taal en ik zou niet graag domme dingen zeggen.”

Teugels is nu zijn eigen baas. Werkt hard om een normaal leven te leiden. Geen glitter en glamour, nooit gehad trouwens. De robuuste linkervleugel hield wel van het leven, maar het grote geld heeft hij in zijn beste jaren niet verdiend. “Voor zover ik weet is er maar één speler uit mijn generatie die na zijn carrière niet meer moest werken : Robbie Rensenbrink. Ken jij er nog ? Ik niet”, zegt Teugels in de schaduw van het Astridpark, waar zijn carrière begon. Toen hij bij Anderlecht speelde, waar hij nooit een basisplaats kon afdwingen, hielp hij toenmalig secretaris Steppé met wat administratieve taken. Later bij Union werkte hij bij tv, video, hifi, elektro : u heeft goed gekozenVandenborre, die toen voorzitter was van de club uit het Dudenpark. En in zijn periode bij Racing White was hij in loondienst van de garage Mabille, waar hij verantwoordelijk was voor de wisselstukken. Teugels : “Na de fusie met Daring Molenbeek ben ik stilaan overgeschakeld naar een volledig profstatuut, maar het grootste gedeelte van mijn loopbaan was ik dus ook naast het voetbal nog actief. Vandaar dat de omschakeling na mijn carrière ook vrij vlot is verlopen. De volle tribunes of de geur van de kleedkamers heb ik nooit echt gemist. Mijn grootste fout is wel geweest dat ik na eerste klasse ingegaan ben op het aanbod van derdeklasser Racing Heirnis Gent om er speler-trainer te worden. Het verschil met eerste klasse was werkelijk in alle opzichten te groot.

“In mijn laatste periode als profvoetballer, bij La Louvière, kon ik ook aan de slag als vertegenwoordiger bij Adidas. Een kans die ik niet heb laten liggen en op dat moment perfect kon combineren met mijn leven als voetballer. ’s Ochtends de baan op en in de namiddag trainen. Toen ik mijn laatste seizoen op Tivoli uitviel met een knieblessure, waarna ik nooit meer de oude werd, had ik toch nog genoeg omhanden. En door mijn werk bij Adidas bleef ik in de sector actief, hoewel ik de sportwinkels bezocht en Willy Wellens de clubs. Toch was het niet zo vanzelfsprekend om mij nadien goed op mijn functie van speler-trainer bij Racing Gent te concentreren. In gedachten was ik te veel met mijn werk bezig, en dan is het niet simpel om ook nog trainingsschema’s uit te werken.”

Teugels deed zijn werk met liefde en toewijding, haalde naar zijn zeggen goede verkoopcijfers, maar werd toch na twintig jaar onverwacht gedumpt. “De grootste ontgoocheling uit mijn leven”, zegt hij met weemoed, maar ook met nauwelijks ingehouden woede. “Op een dag kregen we ’s ochtends onze opdrachten. Kort na de middag stond er een belangrijke vergadering gepland, waarop iedereen verwacht werd. Dat bleek niet helemaal het geval te zijn. Ieder van ons werd één voor één bij de nieuwe baas geroepen. We kregen te horen dat we op staande voet ontslagen waren. Alles meteen in te leveren, firmawagen incluis. “Een collega brengt u wel naar huis”, zei de man, die amper zes maanden daarvoor een monument als Willy Gillard was opgevolgd, maar op één dag heel wat levens verwoestte.

“Negen maanden heb ik toen thuis gezeten. Niet simpel als je éénenvijftig bent. Hoe vaak heb ik het niet moeten horen : “Met je naambekendheid zal jij snel wel ander werk vinden”. Ja, santé ! Gelukkig ben ik dan via een kennis in mijn nieuwe vak getuimeld. Ik bekijk er vooral de voordelen van. Als mijn kleinzoon van school moet worden gehaald en mijn vrouw en zoon zijn aan het werk, dan doe ik het wel.”

Het voetbal volgt Teugels vanop een afstand. “Heel af en toe ga ik nog eens kijken naar Anderlecht of RWDM, maar meestal volg ik het via de kranten en de televisie. En ik mag dan wel Franstalig zijn, op zaterdag kijk ik naar Goal ! en niet naar Match 1. Op de RTBf zijn ze te negatief, ik heb het trouwens nooit anders geweten. Een echte voorkeurclub heb ik niet. Ik volg alle Brusselse ploegen. Als het ooit terug tot een Anderlecht-RWDM komt ? Ja, dan ben ik neutraal, tenzij Anderlecht die dag voor de titel speelt en Molenbeek gered is : dan wil ik dat Anderlecht wint.”

door Stefan Van Loock

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content