Een getalenteerde zoon hebben is niet altijd een zegen. Drie getuigenissen van ouders die hun kinderen voortijdig los moeten laten en daarover dubben. ‘Elk kind droomt, maar kan hij de droom aan?’

Eerlijk, wie droomt er niet van om zijn zoon (of dochter) de top te zien bereiken? Schitteren op de Olympische Spelen, dan wel een of ander WK. Zijn kind in het shirt van de nationale ploeg, bij de beteren van zijn generatie … Maar er staan opofferingen tegenover voor het zo ver is. Uren zwoegen in de modder, kou en regen. Uren in de auto, stampvoetend langs de lijn, de hete koffie tijdens de rust niet voldoende om het verkleumde lichaam te verwarmen. En keuzes maken. Voor toppers lang niet evident, leren de volgende getuigenissen.

U kent hem (wellicht) nog niet, maar een van de meest getalenteerde voetballers van zijn generatie is Mats Rits (15). Google maar, de grootste ploegen jagen op dit talent. Duitsland, Nederland, Engeland, alle scouts kennen hem. Nu nog Germinal Beerschot, straks …? Want hij is nog vrij, een jeugdvoetballer kan hier pas op zijn zestiende een eerste contractje tekenen. Vrij en dus begeerd wild.

Hoe gaat een ouder daarmee om? Op een druilerige maandagavond gingen we langs in Sint-Katelijne-Waver en proefden twijfel en verwondering bij een familie die het topvoetbal in al zijn facetten ontdekt.

Mama Nancy Nuytkens: “Mijn idee over voetbal was: hij blijft rustig thuis tot zijn achttiende en dan zien we wel. Maar dat is inmiddels lichtjes achterhaald.”

Vader Ludo Rits: “In het begin vind je dat plezant, die aandacht. Je bent fier op je zoon. Maar nu begin het te dagen dat je een beslissing moet nemen. En je weet niet wat het beste is.”

Nancy: “Wij zeggen onze Mats altijd heel duidelijk: vanaf het moment dat je niet meer voetbalt, is die aandacht weg. Dan kan hij nog alleen op ons rekenen.”

Ludo: “Dat moet je altijd goed voor ogen houden. Al die clubs zijn alleen geïnteresseerd in Mats, de voetballer. Die zijn er allemaal honderd procent zeker van dat hij profvoetballer wordt. Wij zijn dat niet.”

Hun zoon studeert nog, en goed. Hij volgt wetenschappen, denkt aan wetenschappen/wiskunde, als hij straks wat anders moet kiezen. Voor de ouders staat het vast: school blijft belangrijk.

Nancy: “Ik vind het heel goed dat ze ook eens een ander gesprek hebben dan voetbal. Alleen voetbal, die oogkleppen, dat zou ik zeker willen vermijden?”

In België kennen ze het schoolsysteem. Anders wordt het als je naar het buitenland trekt. De hele familie was al op verkenning in Nederland, bij Feyenoord en in Ajax.

Nancy: “Feyenoord vangt buitenlandse jongeren op in appartementen met toezicht. Formidabel. Maar ik heb zoiets van: ik wil mijn kind nu nog niet afgeven. Want dan krijg ik binnen dit en twee jaar een Hollander terug.”

Dus denken ze, na een bezoek aan Ajax, dat hard werk maakt van hun komst, aan een alternatief. Meereizen, zelf in Amsterdam wonen, eventueel halftijds, ervoor zorgen dat er altijd iemand is. Of de mama, of de papa. Het bezoek aan de ArenA, de ontvangst door Danny Blind, de kennismaking met Thomas Vermaelen en JanVertonghen, die beiden hun verhaal deden en weinig verbloemden over opvang, de jeugdopleiding, de school, het verduidelijkte al veel. Het schoolniveau in Nederland is anders, hoorden ze al van de Jan ( Vertonghen, ook een begaafd student, nvdr). Dus onderzoeken ze andere pistes, de mogelijkheid van een middenjury, eventueel met de hulp van leraars die Ajax ter beschikking stelt. Binnenkort volgt nieuw overleg.

Plezant

In de wetenschap dat Ajax voor telkens ongeveer 27 miljoen euro voetballers als Klaas-Jan Huntelaar of Wesley Sneijder naar Madrid liet vertrekken, snapt u wel dat ook een jongere wat mag kosten.

Nancy: “Waar ik héél erg van geschrokken ben, is wat ze die kinderen nu al durven aan te bieden. Eigenlijk vind ik dat zoiets niet kan.”

Mats (geruststellend): “Ik ben anders opgevoed mama.”

Ludo: “Hoe laat je jezelf daarin adviseren? Dat is ook zo’n vraag. In het begin denk je: ach, ik heb zulke mensen niet nodig. Maar na een tijdje begint het toch te dagen. Qua wetgeving, fiscaal, de contracten, een zeker advies heb je op een gegeven moment toch nodig. Zeker als het buitenland ter sprake komt. Want dan heb je het haast over handel in mensen hé.”

Nancy: “Maar die bedragen … We hebben hier een aanbod binnengekregen. Ik heb het eens voorgelegd aan Claude ( Bamelis, verantwoordelijke voor Nike, nvdr) en die schrok daarvan.”

Moet het sportieve niet de doorslag geven? Geld komt later wel.

Mats: “Dat klopt, maar ik vind zelf ook dat je met het financiële rekening moet houden. Je moet niet doen alsof het niets is, want het is wél iets.”

Ze zijn er nog niet uit, blijkt uit een verder nog heel geanimeerd gesprek. Vader zou liever wat sneller een beslissing nemen, Mats en zijn ma willen het nog wat aankijken.

Mats: “Ik vind dit eigenlijk wél plezant. Wat gaan babbelen, iets zien.”

Nancy: “Sommige mensen zeggen; amai, dat moet toch leuk zijn voor jullie. Die horen dan allerlei namen van ploegen. Maar mijn antwoord is: neen, dat is niet plezant. De mensen hebben daar een verkeerd beeld van.”

Mats: “Maar ik zou toch niet willen ruilen met een andere speler van mijn ploeg.”

Nancy: “Jij niet, maar ik heb toch al nachten gepiekerd.”

Ludo: “Je hebt geen zekerheid, dat is het. Je moet een keuze maken met je volle goesting en eigenlijk afstand doen van alle externe factoren. Als je daarin slaagt, kan je je die keuze later niet beklagen, mocht het verkeerd lopen.”

Nancy: “Dat is een beetje juist. Alleen, je moet die keuze veel vroeger maken dan een doorsneemens. Anderen maken die op achttien en dan weten ze het vaak nóg niet. Eigenlijk moeten die mannen veel te snel groot worden. En dat vind ik ook niet goed. Ik wil die jongen zo lang mogelijk van zijn jeugd laten genieten. Van mij mag hij gerust eens naar een fuif gaan. Genieten. Want die tijd komt nooit meer terug. Anderen hebben ook verplichtingen, school is er daar een van. Maar dan stopt het toch vaak.”

Thorgan Hazard

In Braine-le-Comte liepen de verslaggevers mekaar onlangs voor de voeten in de avenue du Stade, om het verhaal van Eden Hazard op te tekenen. Vader Thierry, net als zijn vrouw gewezen voetballer én leraar LO, heeft nog een tweede zoon, die ook bij de nationale min 16-jarigen speelt. Net als Mats Rits. Thorgan heet hij. Een paar dagen voor Eden plots hot was, zaten we hier nog rustig op de koffie. Want hier zijn ze er al uit, Eden heeft de opleiding bij Lille doorlopen, Thorgan voetbalt al zijn tweede jaar in Lens. In Frankrijk mag je tekenen vanaf vijftien, vandaar. Wat gaf in huize Hazard op het keuzemoment de doorslag?

Thierry Hazard: “Een poging om de familiale cel zo intact mogelijk te houden. Eden kon al op belangstelling van Anderlecht rekenen toen hij nog een duiveltje was, maar die boot hebben we direct afgehouden. Ik wilde niet dat hij na school direct de auto in moest.”

Ook het sportieve was van belang. Anderlecht bleef contact houden, maar had volgens Hazard “nooit een totaalproject”. Dat verwijt hij de meeste ploegen: allemaal doen ze wel een financieel voorstel, maar er is geen ‘project’ met school en voetbalopleiding, mentaal, de postformatie enz.

Rond zijn elfde kwam Lille voor Eden aankloppen. In het begin stond de familie om dezelfde redenen wat afwijzend, na tests, wedstrijden en bezoekjes werd het serieuzer. En rond zijn veertiende vroeg de club hen om een keuze te maken.

Er waren nog andere clubs, Ajax onder meer. Maar daar speelde het probleem van de taal. Thierry ziet het aan Vlamingen die naar Lille verhuizen. Lessen zijn er in het Frans, niet evident. Omgekeerd, voor een Franstalige in Amsterdam, zal dat ook niet evident zijn. Afstand speelde minder een rol. Lille is voor hem dichterbij dan pakweg Luik. België leek hem ook niet ideaal als ontwikkelingsbodem voor jong talent. Niet alleen het voetbal, alle sport op hoog niveau lijkt hem hier moeilijk te combineren met een opleiding. Thierry: “De vader van de broers Borlée heeft hetzelfde probleem.”

15 dagen thuis

Toch is hij ook kritisch voor de Fransen. In Lille logeren, oefenen en studeren jongeren op het prachtige nieuwe oefencomplex, het domaine de Luchin. Thierry Hazard vindt het op papier ideaal, in de praktijk ongezond: “Luchin gaat jongeren kraken. Er zijn nu en dan activiteiten in de stad gepland, maar de individuele vrijheid is er sterk beperkt. Op zaterdag mogen ze de stad in, maar welke vrienden hebben ze nog buiten het voetbal, als ze de hele tijd in dat trainingscentrum zitten? Zwaar gesteld is dat een moderne gevangenis. Ik pleit voor een samenwerking met een ‘normale’ school, een college, een lyceum.”

In Lens, waar Thorgan zijn opleiding geniet, is dat zo. Thorgan testte ook bij Lille, maar werd niet geselecteerd, en dat vindt hij achteraf gezien niet zo erg. Zo vermijd je de logische vergelijkingen tussen de twee.

Hoe dichtbij ook, een claim op het kind legt zo’n overgang wel. Eden heeft zijn schoolcarrière, nu hij bij de A-kern zit, stopgezet, daardoor is hij wat vaker thuis. Thorgan niet. In Frankrijk hebben ze ook op zaterdagvoormiddag les. Op zaterdagnamiddag heeft hij vrij, maar Thorgan voetbalt op zondag, in de voormiddag of in de namiddag. Op maandag heeft hij les. Dat houdt in dat hij amper thuis is. Thierry: “Eden was vorig jaar over een heel seizoen ongeveer 15 dagen hier, kerstvakantie inbegrepen. Dat moet je allemaal meenemen in je beslissing.”

Je ziet vaak alleen het eindresultaat, waarschuwt hij. Imago van een prof, mooi contract, dikke wagen … Maar er staan tussen veertien tot achttien jaar opofferingen tegenover en misschien is er nadien niks. Iedereen dezelfde droom, maar slechts twee of drie realiseren die. “En terugkeren in je jeugd kan je niet.”

Te beklagen zijn ze evenwel niet. Ze beoefenen hun hobby in een heel correct milieu, met de beste trainers, in de beste omstandigheden. Maar kinderen moeten zélf de keuze maken, goed voorgelicht. Zo hebben zij het aangepakt.

Het financiële? “Als we willen, kunnen we Thorgan morgen naar Manchester sturen of naar Arsenal, en zal iedereen er meer aan verdienen. Wij, de tussenpersoon, iedereen.”

Geld. Hij noemt het een groot probleem in het voetbal, omdat er zo veel van is. Ook bij de jeugd. Thierry Hazard: “En dan moet je erover waken dat je het niet laat primeren in je besluit.” Kinderen worden veel te snel een product, vindt hij.

Hij heeft de ervaring, in tweevoud. Er zijn dus wel wat mensen die hem raad komen vragen. Het belangrijkste, antwoordt hij dan altijd, is de sterkte van je kind goed inschatten. ” Sa force mentale. Elk kind droomt, maar kan hij de droom aan? Eén jaar te vroeg naar het buitenland en je kan alles kapotmaken. Omgekeerd ook. Wat is de invloed van zo’n vertrek op de familie? Als je uit een warm nest komt en je zoon weet dat mama thuis de hele tijd triest rondloopt, dan heeft dat ook zijn invloed. Kijk ook naar onderwijs. In Engeland is dat niet verplicht na je zestiende. Je kind traint op maandag, laat ons zeggen: ’s ochtends. Tot de middag. Daarna vrij. Wat dan? Op je achttiende, negentiende is dat al niet makkelijk, laat staan op je vijftiende. Om die redenen hebben we Engeland afgehouden, het project leek ons te veel op voetbal alleen afgestemd.”

Brice Tambwe

Met die zorgen worstelt ook Patricia Tambwe. Quasi alleen, de papa erkende haar zoon Brice bij de geboorte niet en het contact is intussen helemaal vervaagd. Brice ruilt komende zomer Brussels voor Manchester City, tenminste als de laatste details over opvang en school geregeld worden.

Patricia (geen familie van de voetballer die nog voor Lokeren speelde) heeft de Belgische nationaliteit, maar is van Congolese afkomst. Ze komt uit een grote familie van acht kinderen: vier broers en vier zussen. Ook zij, die voor raad onder meer langsgaat bij Pierre Kompany, vader van, heeft haar vragen bij en twijfels over wat haar te wachten staat.

Patricia: “Voor mij is sport iets wat je na school doet. Dat was het ook voor onze ouders. Allemaal deden we wat, maar school had voorrang.”

Voor Brice was dat ook lang zo. Tot hij verhuisde van het provinciale Ritterclub naar toen nog eersteklasser Brussels. Het eerste jaar had hij het zo moeilijk dat Patricia al spijt had dat ze de overgang had ingewilligd. Gelukkig verdween na een paar maanden zijn tristesse. Na een jaar wilde Brice zelfs voetballer worden. Patricia slikte: “Ik besef als volwassene dit: het is voor veel mensen zéér moeilijk om werk te vinden dat ze graag doen en al helemaal om het te kunnen in een omgeving die hen volledig bevalt. Wie dat kan, heeft uitzonderlijk veel geluk. Ik gun dus iedereen de realisatie van zijn droom. Maar voetballer worden …”

In haar ogen was dat iets hoogst onzeker voor een twaalfjarige. Dus eiste ze een parachute. Brice moest studeren: wat informatica, talen, boekhouding. Geen sportrichting, ze wilde dat zijn kop ook bezig was. Net als Nancy dacht ze toen nog: tot achttien rustig op school en thuis, daarna zien we wel. Waarbij het voetbal de afwezigheid van de vader compenseerde. Dat had Brice, die net als elke adolescent zijn eigen jardin secret cultiveerde, haar in een moment van openheid al verteld. Dat hij zonder zijn sport misschien sneller in de delinquentie verzeild geraakt zou zijn. Nu vulden trainers en begeleiders de rol van de afwezige vader wat in.

De bal rolde evenwel harder dan ze durfde vermoeden. Na een Brabantse selectie kwam er een nationale. Brice werd Rode Duivel. Clubs meldden zich: Lille, Standard, Manchester City, …

Patricia:”Brice snapte het niet meer. Hij viel van de ene ladder, de Franse, waar een test mislukte, maar mocht direct een andere beklimmen.” Een eerste test, drie weken tijdens de zomer, viel mee. Een tweede, een paar dagen tijdens de herfstvakantie, ook. Toen Vincent Kompany ook nog eens voor City tekende, werd hij helemaal gek: “Een teken, mama!”

Russische beer

Zij is minder enthousiast. “De wet van de markt gaat spelen. Mijn zoon wordt in hun ogen iemand die moet presteren, of die ze anders laten vallen. Gaat die droom dan nog kunnen? Gaat hij niet zo diep vallen dat het misschien helemaal voorbij is?”

De afstand speelt ook een rol. In augustus kreeg ze al een indruk van wat haar te wachten staat: de eerste week belden ze drie keer per dag. De tweede week kwamen sommige telefoontjes al ongelegen en de derde week hoorde ze haast niks meer. Opvoeden is loslaten, maar zo snel …

De schoolsituatie moet ze ook nog bestuderen. Ze neigt naar begeleiding ter plaatse, maar wil de club ook in haar onderhoud voorzien? En wat met haar werk? Verlof zonder wedde? En voor hoe lang? Volgend jaar kan het al voorbij zijn.

Patricia: “Ik weet: als ik hem laat vertrekken, ga ik mijn zoon niet meer zien. Er zijn vluchten heen en terug voorzien in het contract, maar Manchester is niet zó dichtbij. En het blijft een ado, een adolescent.” Er was al contact met het gastgezin en ze denkt wel dat die mevrouw het goed zal doen, maar haar zoon zit toch nog in een fase waarin hij zich ontwikkelt, bedenkt ze. Dus moet er nog veel onderhandeld worden.

Het voetbal heeft haar leven serieus overhoop gezet. Ze kijkt ook verder dan haar neus lang is: “Wat als mijn kind het mij later kwalijk neemt, dat ik te ver en te snel ben meegegaan in zijn droom? Moet ik hem niet beschermen tegen wat hij wil?”

Hard zal het zijn, dat weet Dedryck Boyota, speler van de nationale min 17-jarigen en ook al bij Manchester City. Brice kent hem, zij intussen ook. Van hem hoorden ze dat hij het in zijn eerste jaar heel moeilijk had. Patricia: “Er was een Russische jongen, een beer. Elke dag heeft die geweend als een klein kind van vijf, een jaar lang. Allemaal hebben ze geweend, zei Dedryck, de eerste drie maanden. Heeft het zin om je zoon in een avontuur te storten waar hij na een, twee maanden misschien alweer uit wil? Het spel, zoals het allemaal is begonnen, de vrije tijd rustig invullen op een gezonde manier, dat is nu helemaal weg. Dus denk ik af en toe: waarom is hij niet beginnen te zwemmen? Of muziek te spelen. ( lacht)” S

door peter t’kint

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content