Cagliari doet het als nieuwkomer beter dan verwacht, dankzij Gianfranco Zola.
Van in het seizoen 1992/93 is het geleden dat Cagliari in eerste klasse nog eens zo hoog gerangschikt stond als vorige week. Toen steeg het na de eerste uitzege van het seizoen (op Lazio) naar de vierde plaats. Dat is nog niet zo goed als in dat ene, uitzonderlijke seizoen 1969/70 toen de club voor de enige keer landskampioen werd van Italië.
Die ambitie heeft ze nu niet. Toen Cagliari in juni na vier jaar tweede klasse weer promoveerde naar de Serie A, liet voorzitter Massimo Cellino de ambitie optekenen : het behoud in eerste. Het elftal was, zo meende iedereen, niet echt versterkt. De nieuwe, door Cellino ontdekte trainer, Daniele Arrigoni, was een nobele onbekende zonder enige eersteklasse-ervaring. Die ambitie verandert niet nu het plots zo veel beter dan verwacht gaat. Dat Cagliari niet gaat zweven, heeft het ook te danken aan de regisseur op het veld. Achtendertig is Gianfranco Zola intussen, maar nog steeds voert hij zijn team met verve aan op het veld. Zola praat niet veel, maar als hij wat zegt, geven zijn ploegmaats toe, kunnen ze er iets van leren. Dat geldt onder meer voor aanvaller Mauro Esposito, die onlangs na nog maar enkele wedstrijden in de Serie A al opgeroepen werd voor het nationale elftal.
Twee jaar geleden verliet Zola Chelsea om in zijn geboortestreek (hij is afkomstig van Sardinië) de plaatselijke club weer uit de tweede klasse omhoog te helpen. Dat lukte meteen : Cagliari promoveerde. Even nog overwoog Zola om de schoenen aan de haak te hangen, maar onder enorme druk besliste hij toch door te gaan. Met succes, al overweegt de spelverdeler na dit seizoen toch te stoppen met voetballen. Vorige week zorgde hij ongewild voor een controverse met een zeldzame spectaculaire uitspraak. Toen hem gevraagd werd wat hij dacht van de uitspraak in het dopingproces tegen Juventus, vond hij het jammer dat hij “bij Parma zo hard werkte terwijl anderen ongeoorloofde middelen namen.” Een dag later nam hij die uitspraak al terug door te benadrukken dat hij Juventus niet viseerde. Toch had het voorafgaande interview betrekking op dat ene seizoen 1994/95, toen Juventus kampioen werd en Parma daar net onder eindigde. (GF)
Zaterdagavond maakte doelman Fabio Carini, vorig jaar onder de lat bij Standard, zijn debuut voor Inter in de Serie A. Vlak na rust viel hij in en stopte een penalty. Adriano (Inter) scoorde drie keer tegen Messina (5-0). (GF)
TOPSCHUTTERS : 1. Adriano (Inter) 13 goals ; 2. Montella (AS Roma) 11 goals ; 3. Shevchenko (AC Milan) 9 goals ; 4. Bojinov (Lecce), Totti (Roma) 8 goals.
GF
