Nadat al op de eerste trainingsdag twee spelers met krampen waren uitgevallen, trok de assistent-trainer van SK Beveren een hesje aan om het kleine partijtje vol te maken. Verslag van een chaotisch seizoensbegin.

Welgeteld vijf fanatieke, vergrijsde supporters schuilden vorige maandag om tien uur stipt voor de harde regen in het portaal van het secretariaat op de Freethiel, voor wat de eerste training van SK Beveren onder de nieuwe trainer Herman Helleputte moest worden. Het bleef echter lang stil in de catacomben, net zoals in het tussenseizoen. De Waaslanders kregen pas anderhalve week geleden zekerheid over een verlengd verblijf in de hoogste afdeling, nadat RWDM zelf de handdoek wierp. Het zorgt ervoor dat Beveren straks, ondanks de schamele oogst van veertien punten vorig seizoen, alsnog handig de laatste reddingsboei greep die werd uitgeworpen door de Belgische voetbalbond. Het ontliep daardoor niet alleen de sportieve degradatie, het leidde zelfs tot een zeker optimisme bij de fans.

Waar dat optimisme op gebaseerd moet zijn, werd vorige week alvast niet duidelijk op het oefenveld. De vijf fans bleven op hun honger. Behalve de aankomst in commandostijl van veiligheidsverantwoordelijke Koen Van Hal en Régis Laguesse, de rechterhand van patron Jean-Marc Guillou, viel er maar weinig beweging te noteren. Het duo had de vijf Ivorianen mee, die vorig seizoen al Beveren waren. Gilles Yapi Yapo, Arsène Né, Venance Zézéto, Josselynn Joss Péhé en Gneri Yaya Touré gaven spontaan een hand aan de die hards.

Navraag op het secretariaat leerde dat de kennismaking om vijf uur in de namiddag was gepland. Kennismaking ? Vreemd, want van nieuwkomers was er tot dan in Beveren nog helemaal geen spoor. De beloofde Ivoriaanse spelers ( Baky, Junior, Madinho, Tony, Kaipa en Boka) uit de school van Guillou in Abidjan werden nog niet vrijgegeven door de Fifa, na een dispuut tussen Guillou en zijn Franse mede-eigenaar. Het zorgt er wel voor dat het contingent Afrikanen op de Freethiel wordt opgedreven tot elf, wat zal neerkomen op de helft van de kern van 22 selectiespelers. Zij vormen het zwarte goud en de hoop van het financieel zwaar geteisterde Beveren, dat nog altijd op zoek is naar een gulle mecenas.

Door de sterke afroompolitiek bleven er in totaal maar veertien spelers over voor de eerste trainingen op dinsdag op de terreinen van vierdeprovincialer SK De Klinge. Niet echt wat je je voorstelt bij professioneel voetbal. De doelmannen Christophe Revel, David Meul, Philip Deckers kregen assistentie van Steven Wostijn, Stéphane Demets, Zézéto, Yapi Yapo, Joss, Né, Touré en Zino, een testspeler uit de B-kern van GBA. Davy Theunis, Anouar Bou-Sfia en Kenny De Vuyst hielden het bij aqua-jogging en fitness. De Engelse doelman Graham Stark (Arsenal) tekende nog niet present.

Het deed echt aandoenlijk aan, want zelfs in vierde provinciale worden de eerste trainingsessies hervat met meer spelers. Routinier Gunter De Meyer, Nadir Sbaa, Younous Oumouri en Johan Van Rumst (vertoefde voor een test in Nederland) kregen geen nieuw contract voorgeschoteld. Stijn Vlaminck (Westerlo), Wim De Decker (AA Gent), Andreï Demkine (gehuurd van GBA), David Grondin (gehuurd van Arsenal), topschutter Tomas Danilevicius (gehuurd van Arsenal, nu bij de Italiaanse tweedeklasser Livorno), jong talent Jan De Langhe (Westerlo), Grégory Capidis (KVK Tienen) en Mehdi Makhloufi (Wezet) kozen voor een nieuwe werkgever. Zo werd Helleputte geconfronteerd met een beperkte keurgroep. Wie dacht dat een aantal jeugdspelers in de A-kern zou worden geïntegreerd, toch jarenlang het handelsmerk van Beveren, kwam bedrogen uit.

Het deerde de voormalige assistent van Franky Van der Elst niet om zijn spelers al om half acht s’ morgens uit te nodigen voor een bosloop. Hoogtepunt van de voormiddagtraining werd het afsluitende partijtje op een half terrein – met buitenspelval ! Vijf tegen vijf ging het, want op dat moment was doelman Meul al geveld door krampen. Maar nadat ook Touré na een kopduel uitviel met krampen, moest assistent-trainer Eddy De Bolle een geel hesje aantrekken om de ploegen te vervolledigen. “Is dit trainen in eerste klasse ? Je mag toch wel ietske meer verwachten van een profclub. Worden zij daarvoor zo goed betaald ?”, vroeg ook een van de weinige omstanders zich af.

“Ik beschouw dit helemaal niet als een start in mineur”, behoudt Helleputte alsnog zijn optimisme. “Op voorhand wist ik dat we ietwat gehandicapt zouden beginnen. Dat was ingecalculeerd. Wees gerust : we zullen met meer dan genoeg zijn als de competitie van start gaat. Ik verwacht tegen 20 juli nog drie Engelsen, voornamelijk verdedigers, en een aantal Belgen. Hoeveel, dat is afhankelijk van Arsenal. Zij begonnen gisteren te trainen, waardoor we pas vanaf vandaag met mogelijke kandidaten kunnen praten. Ze moeten ook willen komen, hé. Grondin komt zeker niet terug, dat staat vast. Er zijn genoeg mogelijkheden op de transfermarkt, ook in België. Op dit moment zitten er misschien wel 150 profspelers zonder club. De meeste ploegen moeten serieus afslanken.”

Helleputte weet als geen ander dat hij straks tegen promovendus Bergen meer dan waarschijnlijk met een onervaren groep de competitie opent. “Wat is ervaring als je niet kan voetballen of uitgeblust bent ? Daarom heb ik liever leergierige jongens met kwaliteiten. Die mogen eens een foutje maken. Het overkomt zelfs routiniers. Kijk maar naar Kahn tijdens de WK-finale. Veel slechter dan vorig seizoen kan moeilijk, hé. In de wedstrijden die ik zag, werd Beveren ook nooit weggespeeld. Het was vaak kantjeboord. De meesten hebben toen leergeld moeten betalen. We gaan proberen zo aantrekkelijk mogelijk voetbal te brengen, zeker niet met tien voor de goal liggen en speculeren op de counter. Het behoud van Zézéto beschouw ik als een pluspunt. Let maar op : hij zal alleen maar groeien en verbeteren. Met welke veldbezetting we zullen aantreden, weet ik ook nog niet. Ik beschik immers nog niet over mijn volledig spelersmateriaal. Maar in eerste klasse blijven, wordt al een onverhoopt succes.”

Dat hij in vrij amateuristische omstandigheden zijn werkzaamheden moest aanvatten, komt ook door de financiële beperkingen van de club. “We trokken niet op trainingskamp, wegens te duur. Het zou toch maar weggegooid geld betekenen. Beter is het om dat uitgespaarde kapitaal te investeren in mogelijke nieuwkomers. Bovendien moet je in het buitenland ook beroep doen op velden van amateurclubs. Met De Klinge vonden we een perfect alternatief : een goed veld, een heel mooi en rustig bos waar je conditie kunt opbouwen, plus een locatie op amper een kwartier van Beveren.”

Misschien moet flankspeler Steven Wostijn, die aanvankelijk ook mocht vertrekken, zich straks – als een van de weinige Belgen – voor de kar spannen ? Davy Theunis kreeg ondertussen al de aanvoerdersband. “Daar kan ik nog maar weinig over zeggen”, houdt Wostijn zich liever op de vlakte. “Het zal wel weer een bikkelseizoen worden, zeker ? Het vinden van mentale weerbaarheid was vorig jaar het allermoeilijkste. Je telkens weer opladen voor een verloren wedstrijd werd zwaar. Ik vermoed dat er nog wat kracht en gestalte moet bijkomen voor de verdediging en het middenveld. Met Theunis, Demets en mezelf tellen we toch wat knokkers, terwijl de Ivorianen wel voor de technische finesse zullen zorgen. In die optiek was het goed dat Zézéto bleef : hij kan makkelijk een mannetje uitschakelen en scoort vlot.”

“We zien wel wat het de komende weken wordt”, besluit Steven Wostijn.

door Frédéric Vanheule

‘Een buitenlands trainingskamp zou weggegooid geld zijn.’ (Herman Helleputte)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content