De Engelse pers verwijt hem dat hij Chelsea te defensief laat voetballen. Maar met deze stijlbreuk loodste coach José Mourinho zijn team wel naar de tweede ronde van de Champions League en de top van de Premier League.

Hij heeft er net een vergadering van anderhalf uur met Roman Abramovich, de grote baas en mecenas van Chelsea, en clubmanager Peter Kenyon op zitten. Zulke gesprekken noemt coach José Mourinho “de normaalste zaak van de wereld”. Allicht was de toon tijdens de meeting voorkomend, mogelijk zelfs vriendelijk. Totnogtoe brengt Mourinho immers de successen die rijmen met de ambities en de investeringen van de steenrijke Rus : Chelsea voert het klassement van de Premier League aan en is intussen doorgestoten naar de tweede ronde van de Champions League, want kroonde zich overtuigend tot winnaar van Groep H, waarin het PSG, CSKA Moskou en Porto ontmoette. Uitgerekend het Porto dat José Mourinho vorig seizoen tot algemene verbijstering de eindzege in de Champions League schonk.

Of Mourinho bij zijn nieuwe werkgever voor een herhaling van die stunt zorgt, laat hij liever in het midden. Een gesprek over het verschil tussen zullen en kunnen, de problemen van passie, de trouw van de Engelse supporters, het belang van voetballer met een laag profiel. En over grijs haar, want :

Is je haar de laatste maanden niet wat grijzer geworden ?

José Mourinho : “Dat weet ik niet. Als ik het kort laat knippen, zie je het grijs beter. Ik denk niet dat ik veel veranderd ben. Ik voel ook niet meer druk dan ik voordien voelde. Ik geniet van mijn werk, ik geniet van elke seconde van mijn professioneel leven. Als je hier in de stadions komt, is de sfeer daar zo prachtig dat je misschien wel het belang van de wedstrijd niet meer zo erg gewaar wordt. Soms, als je in Portugal uitwedstrijden speelt, is de sfeer zeer vijandig. In Latijnse landen voel je meer van de negatieve kant van het voetbal. De negatieve kant van onze samenleving. Ik denk dat Engeland de beste plaats is om in het voetbal te werken.”

Had je vooraf een idee over hoe lang het zou duren om jouw ideeën op de groep over te planten ?

“Dat was de grote vraag. Ik had een gesprek met Mario Stanic, dat zal ik nooit vergeten. Hij zou de club verlaten, maar ik ontmoette hem op mijn eerste dag bij de club. Hij zei : ‘Zoveel mensen komen naar Engeland en passen zich gewoon aan de werkelijkheid van het Engelse voetbal aan. Ik weet dat jouw methoden, jouw filosofie en jouw manier van denken heel speciaal zijn. Verander dat niet. Ook al heeft het tijd nodig : verander jezelf niet.’ Ik zal me die woorden altijd blijven herinneren.

“De vraag was dus of de spelers zich zouden kunnen aanpassen. Ik volgde een Italiaanse coach op en het is nooit gemakkelijk wanneer je in de plaats komt van iemand die op een heel andere manier denkt. De voorbereiding op het seizoen zou cruciaal voor me zijn. Ik analyseerde op welke manier en in welke mate de spelers openstonden voor de verandering die ik wilde invoeren. Daarbij maakte het me bijzonder gelukkig dat de spelers van bij het begin de indruk gaven dat ze plezier beleefden aan onze manier van werken.

“Op dit ogenblik vind ik dat we een sterk defensief team zijn. Let wel, ik zeg niet dat we een defensief team zíjn. Ik zeg dat we een team zijn dat sterk is in defensief opzicht. Tegelijk zijn we een ploeg zonder offensieve automatismen, maar offensieve automatismen zijn altijd een kwestie van tijd, dus dat komt wel. En ik zie ons vaak goed voetbal brengen. Het enige wat ik zou willen, is meer controle op de wedstrijd op het vlak van balbezit.”

De pers heeft kritiek op het defensieve spel van Chelsea. Lig je daarvan wakker ?

“Nee, daar lig ik niet van wakker. Toch niet in de zin dat het me zou beïnvloeden en me van idee te doen veranderen. Wat die kritiek wél kan beïnvloeden en waarop we zelf geen controle hebben, dat is ons publiek. Maar normaal gezien staan Engelse supporters achter hun ploeg. Ze zijn trouw. Ik denk dat de fans van Chelsea begrijpen wat het team hen kan geven, en ik denk dat ze begrijpen dat we goed bezig zijn. Ik heb het gevoel dat we op een dag de goals zullen maken die we nu niet maken – maar dat we ook de doelpunten zullen incasseren die we nu niet incasseren. En dat er op een dag 3-3 op het scorebord verschijnt. Dat zal me niet van mening doen veranderen.”

De drie nieuwe buitenlandse coaches – jijzelf, Benítez en Santini – beroeren de Engelse media door jullie voetbalstijl.

“Er zijn in Premier League twintig coaches. Slechts drie van hen hebben Europese prijzen gewonnen. Drie, geen twintig : Alex Ferguson, Benítez en ikzelf. Dus als Benítez en Mourinho naar het Engels voetbal komen, zouden de media moeten zeggen : ‘Dit is goed voor ons, misschien kunnen die kerels ons iets nieuws geven.’ Op z’n minst bezorgt de komst van deze coaches het Engels voetbal prestige. De media zouden zich hier beter afvragen waarom de Engelse teams geen Europese competities meer winnen.”

Heb jij na drie maanden al een antwoord op die vraag ?

“Ik heb dat antwoord al gegeven in de kleedkamer, want ik wil mijn team transformeren in een winnend team. Ik weet niet of dat mogelijk is, want als je naar de Champions League kijkt, zie je wel tien kandidaat-winnaars. In algemene termen zou ik zeggen dat er in het Engelse voetbal meer moet worden nagedacht. Er wordt te veel op basis van instincten gespeeld. Het Engelse voetbal is passie. Elke Engelse speler, elke Engelse supporter, elke Engelse journalist wordt door die passie verteerd. In Engeland worden de meeste wedstrijden gespeeld, met liefde voor het voetbal, gedreven door instincten. Maar in het voetbal moet je nadenken. Natuurlijk, als Engelse ploegen tegen elkaar spelen, met dezelfde kenmerken in hun stijl, dan wint doorgaans de beste ploeg. Maar als ze tegen anders voetballers en andere teams spelen – voetballers en teams die nadenken, die niet puur op instinct drijven, die collectief denken, die het tempo van een wedstrijd kunnen veranderen, die zelf het verloop van een match kunnen bepalen – dan wordt het veel moeilijker.”

In Engeland wordt gefascineerd naar Real Madrid gekeken. De ‘Galácticos’ ! Ronaldo werd benaderd, Roberto Carlos evenzeer. Heb jij tegen Abramovich gezegd : “Die hebben we niet meer nodig” ?

Ja, dat klopt, dat heb ik hem gezegd. De eerste dag al. Ik heb hem ook uitgelegd waarom we Ronaldo en Alberto Carlos niet meer willen. Ik denk dat de boodschap aangekomen is. En intussen begrijpt iedereen waarom ik Paulo Ferreira verkoos boven iemand anders en waarom ik Drogba verkoos boven iemand anders.”

Is het niet begrijpelijk dat Abramovich vedetten naar zijn ploeg wil halen ? Met al het geld dat hij in de club pompt.

“Hij wil winnen en ik probeer hem uit te leggen op welke manier dat kan. Ik leg hem mijn filosofie over het maken van een winning team uit. Voor de eerste keer winnen, dat is zeer moeilijk. Zodra je wint en daar een gewoonte van maakt, wordt het anders. Kijk naar hoe de ploegen tegen Arsenal spelen. Ze geloven er niet in. Je ziet ze denken dat ze geen schijn van een kans hebben. De mensen hebben de mond vol van de fantastische goals van Thierry Henry. Ik vind het belachelijke goals, en dat ik zeg ik met alle respect voor de kwaliteiten van Henry. Maar als diezelfde ploegen tegen Chelsea spelen, dan spelen ze heel anders. Omdat ze erin geloven. En tegen Manchester United geloven ze er ook in, omdat Manchester United niet meer de ploeg van een paar jaar geleden is. Het heeft te maken met respect. Ik heb dat bij Porto ook gevoeld. In de Portugese competitie vooral. Dat je de wedstrijd al had gewonnen nog voor ze begon.”

Toch had je bij Porto niet veel vedetten. Bij Chelsea daarentegen.

“Niet akkoord. De spelers van Porto waren wél vedetten. De dimensie is misschien anders, maar het waren stuk voor stuk sterren van het Portugese voetbal. In Portugal keek iedereen naar hen op. Let wel, Arsenal heeft dat voordeel ook niet cadeau gekregen. Ze hebben dat voordeel zelf afgedwongen door fantastisch voetbal te spelen, door te winnen, door prijzen te pakken.”

Chelsea probeert zeer vlug te groeien. Voel je daardoor extra druk ?

“Neen. En dat Chelsea vlug probeert te groeien, was een van de redenen voor mij om naar hier te komen. Ik wou daar deel van uitmaken. Het belangrijkste gesprek tijdens de onderhandelingen met Chelsea had ik met Peter Kenyon. Hij is totaal gefocust op de club en op de ambitie om van Chelsea een van de beste clubs van de wereld te maken. Ik wil meewerken aan dat project, ik wil tot dat project behoren.

“Hoe realiseer je zo’n project ? Je mag de grootste voetbalsterren in huis hebben, het mooiste stadion, met de beste faciliteiten, de wildste plannen op het vlak van marketing en dergelijke. Maar als je geen wedstrijden wint, wordt al het werk van al die mensen gewoon vergeten. Je moet prijzen pakken. En, ik herhaal het, je moet voor de eerste keer winnen. Chelsea moet op veel verschillende gebieden groeien en de club is daarmee bezig. Het nieuwe trainingscentrum is grandioos. De job die de club doet op het vlak van merchandising ? Briljant. De manier waarop meneer Abramovich ter hulp schiet bij alle dingen waarvoor je een belangrijke financiële investering nodig hebt : geweldig is dat. Maar onze rol, die van mij en van de spelers, is het middelpunt van dit alles.”

Tot dusver was je carrière eenzijdig succesrijk. Hoe denk je dat je zal reageren bij tegenslagen ? Want die overkomen elke coach.

“Natuurlijk overkomen die elke coach. Dat is voetbal. Ik ken dat. Ik was negen of tien jaar toen mijn vader ontslagen werd. Het was Kerstmis. Hij was coach en de resultaten waren niet goed. Op 22 of 23 december verloor hij een wedstrijd. Op kerstdag ging de telefoon, we zaten feestelijk te eten. Mijn vader nam de telefoon op en kreeg te horen dat hij ontslagen was. Ik ken dat dus. Ik weet dat er een dag komt waarop de resultaten niet goed zullen zijn. Het is normaler dat mijn ploeg geen succes heeft, dan dat ze twee keer na elkaar de Champions League wint.”

Op persconferenties ga je vaak in discussie met de coach van de tegenstander. Waarom doe je dat ?

“Dat hangt ervan af. Die persontmoetingen zijn niet gemakkelijk. Maar je moet het toch doen, dus kan je best proberen om er iets goeds voor jezelf uit te slepen. Wanneer ik naar een persconferentie ga, probeer ik klaar te zijn voor de vragen die ik verwacht. En hoop ik daarop de antwoorden te geven, zodat ik een boodschap kan overbrengen. Als Joe Cole van Liverpool tegen ons scoort en ik ga naar de persconferentie, dan denk ik onderweg : ze gaan Cole op een troon zetten. En dan voel ik me geroepen om Cole even naar beneden te duwen.”

Dat is dan die arrogantie van jou.

“Ik vind niet dat ik arrogant ben.”

Maar als je schaak speelt met de media…

“Als ik voor en na een match de pers ontmoet, beschouw ik dat als een onderdeel van de wedstrijd. Als ik naar een persconferentie ga voor een wedstrijd, is de wedstrijd al bezig. En als ik naar een persconferentie ga na een wedstrijd, is de wedstrijd nog niet gedaan. Of, als de wedstrijd dan toch gedaan is, dan is de volgende al bezig. Dus ben ik op een persconferentie niet wie jullie willen dat ik ben, en zeg ik niet wat jullie willen dat ik zeg. Sorry, ik speel in een andere film. Maar ik vind niet dat ik arrogant bent. Misschien zie ik er soms zo uit, maar het behoort niet tot mijn persoonlijkheid.”

Wat is misgelopen met Del Neri bij Porto ?

“Ik kan me voorstellen dat het niet gemakkelijk was voor een Italiaanse coach om mij op te volgen, zoals het voor mij niet gemakkelijk was om na een Italiaanse coach te komen. Het zijn totaal verschillende concepten. Ik geef een voorbeeld : Claudio Ranieri, mijn voorganger bij Chelsea, liet conditietrainer Sassi aan de aërobe conditie werken met twaalf sprintjes van honderd meter. Ik werk op een andere manier aan de aërobe conditie : drie tegen drie in een vierkant van twintig op twintig. Dat is iets totaal verschillends. Ik kan me inbeelden dat Del Neri iets dergelijks heeft meegemaakt bij Porto. De spelers van Porto hadden twee en een half jaar met mij gewerkt. Zij geloofden in mij, in mijn methode, in de manier waarop we werkten. Dan komt er ineens een nieuwe coach die het helemaal anders wil doen. Dat is niet evident.”

door Gavin Hamilton

‘Op een dag zal er 3-3 op het scorebord staan, maar dat zal me niet van mening doen veranderen.’

‘Ik zei tegen de voorzitter : Ronaldo en Carlos Alberto wil ik niet.’

‘Iedereen heeft het over de fantastische goals van Henry. Ik vind die goals belachelijk.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content