Na drie jaar Duitsland keert Yves Defraigne terug naar de heimat.

Optima Gent bengelt al een half seizoen lang troosteloos onderaan in de rangschikking. Tijd voor een schokeffect moet sportief manager Tony Van den Bosch gedacht hebben: de Israëlische coach Erez Bittman werd de laan uit gestuurd en meteen vervangen door Yves Defraigne (45), de Gentenaar die de voorbije drie seizoenen het Duitse Trier onder zijn hoede had. Voordien maakte de oud-speler in België vooral naam als coach van Bergen.

Zijn eerste taak bij Gent bestaat erin om weer spirit in de ploeg te krijgen. “Dit team heeft het syndroom waar elke ploeg die vaak verliest onder gebukt gaat: bij de minste achterstand gaan de kopjes omlaag. Op tactisch gebied zullen we wellicht nog meer tijd nodig hebben. Ik ga niet ineens alles omgooien wat ze de voorbije zes maanden leerden van mijn voorganger. Alles op zijn tijd. Ik tref hier in ieder geval een mooie ploeg aan die goed aan elkaar hangt, maar op het veld misschien niet altijd de goede keuzes maakt.”

Defraigne krijgt bij Gent vooral een vinnige ploeg onder zijn bewind. Het ontbreekt de Oost-Vlamingen echter aan wat gewicht en présence onder de borden. “Dat is zo”, erkent Defraigne. “Kijk naar de ploegen die het goed doen in de competitie: ze hebben allemaal een sterke vijfspeler. Zoals Chris Young bij Aalstar. Wij houden de markt in de gaten, maar waar kan je in januari nog een grote jongen met kwaliteiten vinden, die bovendien vrij is en betaalbaar?”

Het is een van de redenen waarom hij aandrong op een contract van langere duur, tot 2012 om precies te zijn. “Ik had geen zin om hier vier of vijf maanden opruimwerk te doen, want ik wil iets op langere termijn neerzetten.”

De keuze voor Gent is er eentje die al lang voorbestemd leek voor Defraigne, geboren en getogen in de Arteveldestad. “Mijn familie woont hier. Op tien minuten sta ik op de club. Ideaal dus. En toch is dat niet de voornaamste reden voor mijn handtekening. Ik zie hier een project. Gent verdient een grotere basketbalclub. Toen ik destijds voor Bobcat Gent speelde, zaten er elke thuiswedstrijd 2500 tot 3000 fans in de zaal. Er bestaat dus zeker potentieel. Alleen wachten die fans op resultaten om hen over de streep te trekken. Dat is het lot van elke grootstad: door de talloze keuzemogelijkheden gaan de mensen enkel voor het beste.”

DOOR DANIEL DEVOS & MATTHIAS STOCKMANS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content