Denk maar niet dat Jan Olde Riekerink, ondanks een tegenvallend eerste seizoen bij AA Gent, de lat lager legt. ‘De nieuwe spelers,’ zegt de trainer, ‘passen beter bij wat ik wil brengen : verzorgd voetbal.’

België is toch meer het buitenland dan hij dacht toen hij een jaar geleden trainer werd van AA Gent. “Nooit heb ik me meer Nederlander gevoeld dan hier,” zegt Jan Olde Riekerink, “maar we hebben het wél fantastisch naar onze zin.” Ook óp het veld werden de verwachtingen niet ingelost. Zijn nieuwe club ging voor de vijfde plaats, een ambitie waarin hij zich zelf moeiteloos kon vinden. “Liefst met goed voetbal”, voegde hij er zelfs aan toe. Helaas, geen van beide doelstellingen werd gehaald. De hand van Olde Riekerink bleef nog onzichtbaar, er zat geen lijn in de Gentse prestaties en de ploeg sloot het seizoen af als achtste. Dus ligt de eerste vraag voor de hand :

Mikt u dit jaar even hoog ?

Jan Olde Riekerink : Met zijn achterban en verleden moet Gent altijd gaan voor een vijfde plaats. Vorig jaar kregen we wat we verdienden. Dit jaar zijn een aantal barrières weg. De nieuwe spelers passen beter bij wat ik wil brengen : verzorgd voetbal.

Bij uw aantreden benadrukte u dat voetbal altijd ook gespeeld wordt om mensen te vermaken. “Als ik naar een toneelstuk ga kijken en ze bakken er niets van, wil ik mijn geld terug”, zei u toen. Hoe dikwijls zou u als toeschouwer van de wedstrijden van AA Gent uw centen gaan terugvorderen zijn ?

Toch wel een paar keer, hoor. Mentaal zat het bij momenten heel moeilijk. Ik kan het verklaren, maar ik kan het niet verantwoorden naar de mensen die zitten te kijken. Iemand als Jacky Peeters nam de bal aan alsof hij 220 volt op de voet moest nemen. We kwamen er pas uit toen we met een bepaalde opstelling aantraden. Dat is : met Peeters als verdedigende middenvelder.

Wat onthoudt u vooral van uw eerste jaar in Gent ?

De veranderende samenstelling van de kern. Van de 33 spelers waarmee ik begon, blijven er welgeteld elf over. Als je voortdurend wisselt, kan je geen team bouwen. Als je dan nog eens alle nationaliteiten bekijkt, kom je aan zestien of zeventien. Nu moet ik geen kwart van de tijd van vorig jaar besteden aan het uitleggen van wat ik wil. De huisregels staan vast. Vorig jaar hield ik in tegenstelling tot wat ik me had voorgenomen, de teambesprekingen niet enkel in het Nederlands, maar ook in het Engels. Nu enkel nog in het Nederlands. De Franstaligen krijgen een extra briefing door Herman Vermeulen.

De eerste speler die vertrok, was Eric Joly, vervolgens uitblinker bij Bergen, terwijl jullie tevergeefs een verdedigende middenvelder zochten.

Ik vind Joly géén verdedigende middenvelder. Hij kan maar uitblinken als anderen in zijn dienst spelen. Degene die wij misten, was degene die hem zou moeten laten voetballen. Dus waren we ook mét hem in de problemen gekomen. Centraal op het middenveld zijn alle mogelijke variaties uitgeprobeerd : alle spelers die ervoor in aanmerking kwamen, kregen daar hun kans, maar het werkte niet. Dat bleef het zwakke punt. Pas met Peeters op die positie speelden we wedstrijden op een redelijk acceptabel niveau. En Mudingayi werd op die positie toch internationaal.

Tot uw verbazing.

Tot mijn verbazing. Maar hij is niet het type dat naast zijn schoenen gaat lopen, hij pikt ook dingen op. Hij moet bijvoorbeeld nog leren dat hij niet alleen in balbezit kan komen door de bal af te pakken, maar ook door gewoon verdedigend een meter verder te gaan staan. Er zullen altijd spelers zijn in wie je pas na een tijdje dingen ziet, die je eerder niet opvielen. Kraouche ging pas scoren toen ik hem dichter bij Kaklamanos liet spelen, waardoor ook bleek hoe nauwkeurig hij zijn voorzetten binnentrapt. Ik heb niet de illusie dat ik bij mijn komst alle geheimen achter één speler of een combinatie van spelers meteen doorzie. Voor elke wedstrijd is het puzzelen om de stukjes het best bijeen te krijgen. Vorig jaar arriveerden de internationals ook pas laat en moesten we meteen de Intertoto in.

In die beginfase ging er veel lof naar de jongeren, die vervolgens helemaal uit beeld verdwenen.

Jullie schreven dat ik de jeugd een kans gaf, maar vervolgens omschakelde naar realistisch voetbal. Dat was niet zo. De jeugd kreeg een terugval, ik heb nooit bewust gekozen voor oudere voetballers.

Wat is talent ? Talent is aangeboren geluk, waarvan je nooit kan bepalen waar de lat ligt. Talent bepaalt zelf zijn lat, dat doe ik niet. Ik heb nu duidelijke afspraken met de jonge spelers. Op het moment dat ik ontevreden ben, wil ik niet dat zij tevreden rondlopen omdat ze in de A-kern zitten. Een jeugdspeler moet gretig zijn, niet verzadigd omdat hij het eerste elftal niet meer als doel ziet. Jeugdspelers worden vaak teleurgesteld en dan kan je op twee manieren reageren : gelaten, of je tanden laten zien. Dat eerste heb ik te vaak gezien vorig jaar, ook al zijn het stuk voor stuk goeie voetballers. De afstand was vaak ook groot. Zo’n jeugdspeler was bij ons nummer 28 tot 33. Daarom vond ik het beter dat ze een tussenstap zetten naar een club waar ze wél aan spelen onder druk toe komen.

Heeft u nu een selectie waar u zich beter in terugvindt ?

Op de trein die nu is vertrokken, zou een aantal namen van vorig jaar niet passen. Zoals Vasov en Oyawolé, bijvoorbeeld. Niet omdat ze vaak geblesseerd waren, want dat was Brian Laudrup bij Ajax ook. Alleen compenseerde híj dat door wat hij op het veld liet zien. Bij sommigen hier miste ik dat wel eens.

Uw topschutter is weg. Mocht Kaklamanos gaan van u ?

Alex is belangrijk geweest voor Gent. Maar als je hoort voor welk bedrag hij kan gaan, is dat ondergeschikt. Ik ben namelijk opgegroeid in een vereniging waar het clubbelang altijd primeerde op het teambelang.

Maar als Gent volgend jaar niet scoort, wordt u wel afgerekend op de feiten.

Dat weet ik. Maar je krijgt andere mogelijkheden. Als Alex speelt, gaan spelers snel de lange bal hanteren. Zonder hem moeten anderen nu proberen het spel te maken. Met de komst van Verschuere en Theunis moet dat kunnen. Als ik mijn elftal neerzet, stel ik vast dat het achterin heel goed zit, dat we op het middenveld heel veel mogelijkheden hebben – zelfs té veel, met name voor de plaats van verdedigende middenvelder -, en dat we op de flanken flink uit de voeten kunnen. Alleen voorin mag er nog iemand bij. Anderzijds hebben we veel spelers die makkelijk een bal bij kunnen houden. Dat hadden we vorig jaar niet : Alex scoort wel makkelijk, maar je moet hem niet vragen om de bal vast te houden. Op basis van de aanwezige kwaliteiten kunnen we nu soepeler van systeem veranderen dan vorig jaar.

Terwijl u toen nog stelde dat u zichzelf het best herkent in een 4-3-3.

Vorig jaar had je Alex. Ik vind Alex het best renderen als hij alleen centraal voorin staat. Dan is het heel moeilijk om met twee spitsen te spelen. Omdat hij zo sterk is met het hoofd, zoek je op links en rechts wie de bal voor kan brengen.

Was het een voor- of een nadeel dat u de Belgische competitie niet kende ?

Er bestaan geen perfecte mensen, alleen perfecte bedoelingen. Nu ik de Belgische competitie ken, kan ik wat beter anticiperen.

Naar het heette kwam u een beetje overmoedig van Ajax, met de idee dat het wel los zou lopen. U heeft heel snel moeten inbinden.

Ik ga van de filosofie uit dat als je de bal kan houden, je niet hoeft te verdedigen. Alleen moet je daar het type spelers voor hebben. Heb je geen balvaste spits en middenvelder, wordt dat iets moeilijker. Door het ontbreken van de balans op het middenveld konden we nooit een stap verder zetten. Ik ben er hier nooit van uitgegaan dat ik het hier, van Ajax komende, wel even zou rooien. Een aantal jongens maakte wel degelijk progressie, zoals Machethe en Ibou Fayé. Spelers individueel beter maken is één van mijn kwaliteiten.

Met Anic slaagde u daar niet in.

Daar ontbrak de tijd voor. Over zijn gedrag ben ik nog steeds te spreken, maar hij speelde in een team dat niet klaar was om een type Anic te laten renderen. Dan moet elke speler wat meer geven. Dat kon hij niet opbrengen.

Stonden de spelers die u nu ter versterking kreeg op uw lijstje ?

Niet allemaal, hoor. Het economische aspect bepaalt veel. Maar ik ben zéér tevreden met de opportuniteit Zézéto. En ik had ook een heel goed gesprek met De Brul : een verstandige jongen die qua persoonlijkheid een goeie indruk op mij maakte.

Heeft u persoonlijkheden nodig ?

Ja. Maar wat zijn persoonlijkheden ?

Mensen die meedenken en het team kunnen dragen.

Die heb je nodig omdat zij de hiërarchie bepalen. Voor een trainer zijn zij je aanspreekpunten. Maar ze zijn moeilijk te vinden, hoor.

Waren Schepens en Kaklamanos persoonlijkheden ?

Absoluut, zij het op een andere manier. Ik vond Alex zeer betrokken bij het team, terwijl je dat niet meteen zou denken. Hij heeft zijn ideeën, maar uit dat verbaal niet makkelijk naar de buitenwereld. Dat heeft met zijn cultuur te maken.

U verliest een aantal persoonlijkheden.

Nou… Voorlopig is Herpoel er, Peeters op zijn manier, De Brul komt erbij. Vergis je niet in Van Hoyweghen of Dever.

Dus het klopt niet dat u alleen maar met jonge spelers wil werken en moeilijke jongens uit de weg gaat.

Ik vond Gunther Schepens geen moeilijke jongen, wel een persoonlijkheid. Bij Ajax werkte ik de hele tijd met jongens die teruggezet werden naar het tweede : Mido, Machlas, Ibrahimovic, Witschge, Winter. Wat moeilijke jongens betreft, had ik dus best wel een aardige leerschool.

Schepens was ontgoocheld omdat u hem niet vlakaf zei wat er speelde.

Ik heb niet gereageerd op dat interview, ik vind dat nu ook niet meer van belang. Ook omdat ik vond dat er meer insinuerende vragen werden gesteld dan er insinuerende antwoorden terugkwamen.

Als een speler met persoonlijkheid de trainer verwijt niet open te zijn, is dat een zwaar verwijt.

Als hij het zo interpreteerde, is dat zijn persoonlijke mening. Ik weet hoe het gegaan is. Dat volstaat. Op professioneel gebied voelde ik me door hem niet aangevallen. Dus liet ik hem staan. Hij heeft zich verder heel professioneel gedragen. Ik heb van het hele verhaal geen minuut wakker gelegen.

U moest van het bestuur om budgettaire redenen kiezen tussen hem en Peeters.

Zo kan je het stellen. Op dat moment bepalen sportieve redenen mijn keuze. Voor een trainer zijn dat niet de leukste momenten, omdat ik vind dat hij zich tijdens en na zijn blessure erg voor het team bleef inzetten. Ook naast het veld had hij oog voor het algemeen belang. Maar dát alleen kan nooit volstaan om een speler te houden.

De voorzitter zei : “Spelers die zich alleen maar konden opladen voor topwedstrijden, mochten weg”.

Daar ben ik het mee eens. Overal heb je wel dat soort spelers, maar op een bepaald moment is het geduld op.

Ook met Cipi, nadat die een week eerder met Albanië nog man van de wedstrijd was geweest.

Ja. Dat gaf hij zelf ook aan in het clubmagazine : dat hij zich moeilijker kon opladen voor een kleine competitiewedstrijd dan voor een interland. Klasse had hij zeker, maar geest en lichaam gaan samen. Hij was moeilijk te bereiken voor mij. Vóór mijn komst blijkbaar ook al.

Had u zelf ook meer willen brengen in uw eerste jaar ? De drie vorige buitenlandse trainers van Gent – Sollied, Vergoossen en Remy – drukten hier meteen een eigen stempel. Wat heeft u aan het Belgische voetbal toegevoegd ?

Ik kan moeilijk zeggen dat wat ik in mijn hoofd had en waar we op training aan werkten, in de wedstrijden tot uiting kwam. Maar de werkwijze was voor de spelers een meerwaarde. Alleen toonden we dat als team veel te weinig in de wedstrijd, konden we onvoldoende op basis van balbezit een tegenstander de wil opleggen. Als je veel wisselt, is dat niet goed voor de vastigheid. Daarbij kwam Gent uit een heel defensieve speelwijze. Dat vergt enige omschakeling. Maar dat ik alles vorig jaar niet kon doordrukken, is niet erg : ik tekende hier voor drie jaar, niet voor één seizoen.

door Geert Foutré en Frédéric Vanheule

‘De goeie samenhang met spelers en bestuurders heeft me gered.’

‘Mijn werkwijze is voor de spelers een meerwaarde geweest.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content