In Sint-Truiden kent iedereen zijn plaats en is niemand te beroerd om fouten toe te geven. Dus bleef het rustig, ondanks de precaire sportieve situatie. Tegen Brussels betaalde zich dat uit.

Het is een stuk comfortabeler in de schoenen van Marc Wilmots staan dan in die van Emilio Ferrera. Zowel Sint-Truiden als FC Brussels misten hun competitiestart, maar in het epicentrum van de fruitnijverheid leidde dat niet tot drieste uitspraken van de voorzitter aan het adres van zijn trainer. In tegenstelling tot Johan Vermeersch kent Roland Duchâtelet zijn plaats. Dat is prettig werken voor een trainer. Geruggensteund door zijn baas was Wilmots nog op geen enkel moment te betrappen op een zweem van onrust. Zaterdag had hij eindelijk zijn eerste thuiszege van het seizoen beet. Brussels was het slachtoffer. Alsof hij ergens een bui voelde hangen, bleef Ferrera weg van de persconferentie, na eerst bij de spelerstunnel enkele radio- en tv-interviews te hebben weggegeven. Achter hem liepen halfnaakte thuisspelers en hun trainer met een glas champagne door de gang.

Maar het had ook helemaal anders kunnen lopen. “Als het na een kwartier 0-2 staat, hebben we niks te zeggen”, moest Wilmots toegeven. Al na twee minuten stond Kristof Snelders oog in oog met Dusan Belic, die redde. Een half uur later : zelfde scenario, maar ditmaal trapte Snelders huizenhoog over. Het waren de grootste kansen van de wedstrijd, zoals STVV er geen enkele had. Met die twee vaststellingen wordt STVV al een heel seizoen geconfronteerd : centraal achterin staat het niet echt goed (elke week verschijnt de tegenstander wel een paar keer alleen voor Belic) en voorin worden er amper kansen bijeen gevoetbald.

In de verdediging valt het gebrek aan wendbaarheid en snelheid op. De aanwinsten Matthieu Beda en Lassina Diabaté laten zich gemakkelijk in de rug verschalken. Gehaald als centrale verdediger lijkt Beda ondertussen de vaste rechtsachter te zijn geworden, maar daar is hij in de duels niet altijd even secuur en opbouwend schiet hij tekort. Ook straalt hij niet het leiderschap uit, waarmee hij van de eerste trainingsdag indruk maakte op zijn medespelers. Wat een verschil met Diabaté, die zich met veel brede armgebaren wél laat gelden. Ook naast het veld gaat de ervaren Ivoriaan, met zijn dertig jaar een pak ouder dan de meeste spelers, door voor “iemand die verbaal sterk is en luidruchtig en hardnekkig zijn standpunten verdedigt”. Een rare snuiter ook, die voor zijn eerste wedstrijd tot eenieders verbijstering het voetstuk van zijn kousen afknipte en alleen het beengedeelte over zijn witte sokken trok. Sindsdien speelt hij altijd met hetzelfde paar : hij krijgt geen nieuwe kousen meer.

Maar een leider is hij niet voor de groep. Daarvoor mist die Thomas Caers, de gestopte vice-aanvoerder die de gids was voor de vele jonge spelers. Als linksachter is hij voorlopig opgevolgd door Christofer Baratto, voor wie die positie, als rechtsvoetige, nieuw is. Hij trekt er zich uit de slag, maar veelbelovend was opnieuw de invalbeurt van Laundry Mulemo. Mulemo, een jeugdproduct van Standard en een echte linksback, heeft alles wat de Truiense verdediging mist : hij is snel, kan een man terughalen, is technisch sterk, heeft lef, voetbalt verzorgd, maar schuwt ook het ruwe verdedigende werk niet. Waarom trekt Wilmots niet voluit zijn kaart ? “Ik geloof in elke speler uit mijn kern,” aldus de trainer, “maar hij is pas zeventien ( achttien sinds vorige maand, nvdr). Op die leeftijd is het geen cadeau om in een ploeg te komen die het moeilijk heeft. We mogen hem niet verbranden.”

Wilmots vond dat zijn ploeg uit de vorige twee wedstrijden, tegen Oostende (0-0) en Charleroi (2-2), toen hij nochtans door het oog van de naald kroop, niettemin vier punten meer had verdiend. “Vandaag spelen we een beetje minder, maar hebben we wel de punten”, zei hij. Een beetje een vreemde uitspraak, die moeilijk te rijmen viel met wat hij enkele ogenblikken eerder opmerkte : “Vandaag hadden we misschien wel tien kansen, maar we scoren slechts twee keer. We hadden minimaal vijf, zes keer moeten scoren. Het is altijd hetzelfde : we maken moeilijk een doelpunt.”

Minder goed spelen, maar toch tien doelkansen afdwingen ? Dat laatste was dan ook een overdrijving. STVV kwam pas na bijna een half uur aan zijn eerste kans. Brusselsdoelman Istvan Dudas sloeg de bal van Michaël Goossens buiten het strafschopgebied weg en werd uitgesloten. Tegen tien man trok STVV pas na de rust het laken naar zich toe. Het scoorde uit twee hoekschoppen en was verder uitsluitend gevaarlijk op afstandsschoten. Goéde schoten overigens, want zes keer gekadreerd : evenveel keer stond de uitstekend ingevallen Isa Izgi (twintig jaar) op de goede plaats. Geen enkele keer kwamen de aanvallers Goossens en Benjamin De Ceulaer in scoringspositie. Harde werkers zijn het, maar een echte targetman is wat STVV mist. Samuel Ipoua en Marlin Piana vierden maandag hun terugkeer bij de invallers – net als de om disciplinaire redenen weer even naar de B-kern verbannen Guy Mamoun -, maar het blijft gissen of hun conditionele en fysieke problemen van de laatste jaren nog helemaal weggewerkt raken. En alsof dat nog niet erg genoeg is, zag Wilmots zaterdag ook Papy Kimoto uitvallen met waarschijnlijk een spierscheur.

Na de afstraffing tegen Cercle Brugge, voorafgegaan door een hoopvolle vijf op negen, herademt STVV. “We komen stilaan uit een moeilijke periode,” besloot Wilmots, “maar er is nog veel werk. Dat heb ik ook direct gezegd in de kleedkamer. De ploeg is jong, we blijven leren. Vandaag ben ik vooral blij voor mijn spelers.”

door Jan Hauspie

‘Het is altijd hetzelfde : we maken moeilijk een doelpunt.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content