Na een turbulente week slaat Standard een nieuwe weg in. De trots van Wallonië is nu in Vlaamse handen. Een reconstructie.

Nee, er zijn geen media-activiteiten voorzien die dag, en ook niet ’s anderdaags: er is geen nieuws, en er lijkt niet meteen iets te bewegen in het overnamedossier of het trainersverhaal, zegt Sacha Daout, op dat moment nog woordvoerder van Standard Luik. Het is kwart voor tien ’s ochtends, op donderdag 23 juni.

Twee uur later ligt de website van Standard plat. Om kwart voor elf is bekend geworden dat Roland Duchâtelet voor 41 miljoen euro Standard heeft overgenomen. Op de website haast men zich te beklemtonen dat Duchâtelet wel degelijk iets met Luik heeft. Zijn ouders verlieten Luik toen Duchâtelets vader beroepshalve gedetacheerd werd naar Antwerpen, nog voor Roland geboren was. Van een ‘Retour à Liège’ gesproken!

Het bericht speelt in op de groeiende angst in het Luikse dat de Waalse trots in ‘vreemde’ handen komt. Vreemde handen, dat zijn Nederlandse, of zelfs Vlaamse.

De eerste reacties op de website van Standards huiskrant, het Luikse La Meuse, tonen de verbijstering en ook de ontgoocheling bij de echte Luikenaren.

‘Le seul vrai club WALLON, c’est Mons. ‘

‘On va parler flamand?’

‘Pfft, nous voilà flamand. On est en train de tomber très bas!’

‘Opgekocht door een Vlaming: dieper konden we niet vallen. ‘

‘De nieuwe kleuren van Standard worden geel en zwart. ‘

Opvallend is hoe erg Luciano D’Onofrio plots wordt gemist, nu hij er niet meer bij is. Nochtans waren de eerste reacties negatief toen D’Onofrio in 1998 de coördinatie van de club in handen nam. Dat gebeurde nadat de vorige beheerders hem vroegen om uit te kijken naar een overnemer. D’Onofrio kon zijn vriend Robert Louis-Dreyfus overtuigen om 25 miljoen te investeren (omgezet in 89 % van de aandelen), op voorwaarde dat hij – Luciano – zelf ook tien procent kapitaal in de nieuwe club kocht.

De eerste jaren was het voorbehoud bij een aantal schimmige operaties groot. Er werd met bedragen en spelers ( Jurgen Cavens en Daniel Van Buyten) gegoocheld, de kritische artikels maakten dat een aantal media ( Sport/Footmagazine, Het Belang van Limburg, de RTBf, vorig seizoen nog ‘La Dernière Heure’) in de loop van de jaren geboycot werd. Sportief leek Standard met een enorm verloop van spelers jarenlang op een duiventil, met overbetaalde en afgeschreven vedetten ( Robert Prosinecki, Antonio Folha, Manuel Dimas, Jorge Costa om er maar een paar te noemen), geen doorstroming van eigen jeugd (op Jonathan Walasiak na) en amper kansen voor de betere Belgische spelers. In die jaren eindigden de Rouches al eens zesde, vijfde of zevende.

De waardering kwam met de betere prestaties, met de komst van buitenlanders die een meerwaarde boden ( Sérgio Conceição), met de komst van jong Belgisch talent op wie iedereen aasde ( Steven Defour) en de doorstroming van eigen talent ( Marouane Fellaini, Axel Witsel). Drie jaar na de overname – in 2001/2002 – telde Standard 6564 abonnees. Afgelopen seizoen waren dat er 24.063. Een absoluut record.

De eerste jaren moest een put van 20 miljoen euro gevuld worden, vanaf 2001 draaide Robert-Louis Dreyfus de geldkraan dicht en mocht Standard zichzelf bedruipen. Met een inkrimping van het budget, en de verkoop van spelers moest Standard een jaarlijks verlies van 2 tot 5 miljoen euro goedmaken. De deelname aan de Champions League en de verkoop van Marouane Fellaini, Dieumerci Mbokani en Igor De Camargo maakten van Standard ineens een financieel gezond bedrijf. In 2009-2010 had het een overschot van tien miljoen.

Van Luciano D’Onofrio zullen vooral zijn sportieve knowhow en zijn adressenboekje gemist worden. Marouane Fellaini verkopen voor 20 miljoen euro – de duurste uitgaande Belgische transfer – is niet iedereen gegeven. Het heropstarten van een sportieve lijn – gaat Jean-François de Sart een scoutingsysteem in het buitenland op poten zetten? – is dé grote uitdaging in het nieuwe project. Geld en ambitie heeft Roland Duchâtelet voldoende.

Glorie en verval

Donderdag 23 juni om kwart voor zeven ’s avonds staat Jos Daerden op de parking van Sclessin. Niet omdat hij de nieuwe trainer wordt, zegt hij lachend. Daerden is hier, samen met Guy Vandersmissen, om posterreplica’s van de Europese finale van 1982 (Standard verloor van Barcelona met 2-1) te signeren in de fanboetiek. Vanavond worden de nieuwe spelerstruitjes (nog zonder shirtsponsor) gepresenteerd, maar daarvoor zijn de vele camerateams en journalisten niet gekomen. Zij hebben maar oog voor één man. Algemeen directeur Pierre François loopt met een brede glimlach rond. Het is aanschuiven voor een interview met hem, en op het einde staan de journalisten drie rijen dik. Later wordt François overal aangeklampt door fans in Standardshirts die met hem op de foto willen.

Een paar meter verderop slaat Sacha Daout het tafereel gade. Hij heeft die ochtend niet gelogen toen hij zei dat er geen nieuws was en niets voorzien werd, zegt hij, wanneer hij met het gesprek van een paar uur eerder geconfronteerd wordt. “Ik viel uit de lucht, zoals iedereen. Ik wist echt van niets.” Sinds hij op vraag van Luciano D’Onofrio op 1 januari 2010 de communicatie van Standard organiseerde, moet het de eerste keer zijn dat hij zich niet met een persmoment bemoeit. Terwijl de camera’s draaien, gaat Daout aan een kraampje een glas drinken. Een maand geleden liep hij nog mee de ereronde in het Koning Boudewijnstadion, vandaag heeft niemand hem nog nodig. Glorie en verval liggen dicht bij elkaar.

Een dag later is Sacha Daout ontslagen. Pierre François neemt zelf, op vraag van Duchâtelet, de communicatie over. Makkelijk is dat niet, want Standard moet in een paar dagen heringericht worden, als een leegstaand huis, ten minste wat de directie en de technische staf betreft. Tijd om journalisten te woord te staan, heeft hij amper. Zaterdagavond wil hij wel een stuk van de eerste oefenwedstrijd van Standard zien: “Bel me in de auto.”

Gerechtelijke problemen

Terugblikken op de geslaagde overname en de manier waarop Standard met Value8 in contact kwam, wil de algemeen directeur niet. “De afspraak is dat ik over de overnamepogingen van andere kandidaten, én over deze niet communiceer.”

Waarom ziet hij het wel zitten om door te gaan, terwijl Luciano D’Onofrio afhaakt? “Luciano was aandeelhouder. Ik werkte voor Luciano, maar ook voor Standard. Op mijn 47e heb ik mijn loopbaan een andere wending gegeven, toen ik in het voetbal stapte. Ik zie niet in waarom ik op mijn 55e nog eens een nieuwe stap moet zetten. Ik vind het project van mijnheer Duchâtelet interessant. We komen goed overeen. Als mijnheer Duchâtelet al eens verstek moest laten gaan voor de profliga, mandateerde hij mij om namens hem te stemmen.”

Toch loont het de moeite om het overnameverhaal te reconstrueren.

Donderdag twittert Maasbert Schouten: ‘Jammer. Een leuke deal gaat (toch nog onverwacht) niet door. Nu dus snel door met de volgende.’ Maasbert Schouten is de Nederlandse zakenman die indertijd Vitesse van de dood redde en vorig jaar verkocht aan de Georgische zakenman Merab Jordania, een vriend van Roman Abramovitsj. Schouten werd genoemd als de man die Value8 en Standard met elkaar in verband bracht, al sprak hij zich daar nooit over uit. Op 19 april twittert hij: ‘Straks meeting over mooie opportunity mbt aansprekende buitenlandse – en NB winstgevende – solvabele voetbalclub. Uitdaging!’ Op 29 april meldt hij: ‘Zeer interessante propositie buitenlandse (top)voetbalclub ‘loopt’ nog steeds!’

Twee weken voor de overname werd Roland Duchâtelet uit Standardkringen geraadpleegd (door Pierre François?) met de vraag of hij zijn mening kon geven over Value8. Toen het hem begon te dagen dat het bod van Value8 niet toereikend zou zijn – het Nederlandse bedrijf dacht in eerste instantie enkel aan de overname van de 89 % aandelen van Robert-Louis Dreyfus ten bedrage van een goeie 30 miljoen euro – en dat in Luik snel een aversie groeide tegen de Nederlandse aanpak – kreeg Duchâtelet een idee. Waarom niet zelf een bod doen? Via Standard (Pierre François?) kwam hij in contact met de advocaten van Margarita Louis-Dreyfus.

Begin vorige week maakte Duchâtelet Luciano D’Onofrio duidelijk dat hij ook diens pakket aandelen (tien procent) over wilde kopen. Dat er uiteindelijk nog een flinke som geld bovenop werd gedaan laat veronderstellen dat de nieuwe eigenaar daarmee ook D’Onofrio’s aanspraak op mogelijke commissie bij uitgaande transfers van Steven Defour, Axel Witsel of Sinan Bolat wilde vermijden, waardoor D’Onofrio geen enkel financieel belang meer heeft om vanaf de zijlijn aan te dringen op een verkoop van een of meer van de betere spelers. Overigens zouden D’Onofrio én Duchâtelet vorige maandag al op de hoogte geweest zijn van de nakende gerechtelijke problemen waarin eerstgenoemde donderdag zou belanden.

Waalse haan

Twee dagen na de overname zakken zo’n 1000 Standardfans af naar de oude mijn van Blegny, tussen Luik en Visé, voor het eerste treffen van hun ploeg tegen Richelle United. Vijf jaar geleden gesticht als vriendenclubje in het café van Edhem Sljivo is de club pijlsnel omhoog geschoten vanuit de kelders van het Belgische voetbal. Vorige maand vierde Richelle de promotie naar eerste provinciale. Al een aantal jaar opent Standard zijn voorbereiding tegen deze ploeg op de terreinen van neovierdeklasser RE Blegnytoise, net achter de mijnterril van de mijn van Blegny. Het vernieuwde complex is, zo staat te lezen op een mooi bord aan de ingang van de kantine, ‘ingehuldigd door Michel Daerden in 2001′.

Achter de kassa aan de inkom van het stadionnetje zit een medewerker van Richelle, gehuld in een trainingspak van Standard. De opkomst is een stuk kleiner dan vorig jaar, toen de fans vedetten als Axel Witsel en Steven Defour aan het werk konden zien. Vandaag zijn die er niet: pas twee dagen later sluiten de internationals bij de kern aan. Franck Berrier, Sébastien Pocognoli en Aloys Nong trainen wel, maar spelen vanavond niet. Dus heten de vedetten in de achttienkoppige kern Réginal Goreux, Koen Daerden, Mbaye Leye en Luigi Pieroni. Ook de nieuwkomers Geoffrey Mujangi-Bia en GuyDufour staan aan de aftrap, maar de meeste spelers komen uit de B-kern, zoals de 18-jarige keeper Hendrik Van Crombrugge.

Langs de lijn staat beloftentrainer José Jeunechamps. Die werd woensdag op uitdrukkelijk verzoek van de spelers van de A-kern tijdelijk overgeheveld naar de eerste ploeg om de voetbaltrainingen te leiden. Maandag had Standard de trainingen aangevat met enkel physical coach Guy Namurois, afkomstig uit de atletiek. Namurois had de dag tevoren een telefoontje gekregen van Pierre François dat hij er een paar dagen alleen kon voorstaan. De andere twee trainers die nog tot eind juni onder contract stonden, Hans Galjéen Siramana Dembele kregen de boodschap dat ze beter thuis bleven tot er een doorbraak kwam in het trainersdossier.

Op een druk bijgewoonde persconferentie die eerste dag maakte Namurois geen probleem van de situatie. De internationals sloten pas een week later aan, en de eerste dagen was het toch een opeenvolging van medische testen en conditietraining, waardoor er geen specifieke voetbaltrainer nodig was. “Als er tegen maandag een oplossing is, is dat goed voor mij. Desnoods zit ik zaterdag op de bank.”

Tijdens de rust van de wedstrijd schuiven vaders met hun zonen aan de spelersbus van Standard aan, om een foto te maken. Wanneer een fan het veld op stapt en Guy Namurois om een handtekening vraagt, aarzelt die wat onwennig en kijkt voor de zekerheid nog eens om om zeker te zijn dat het niet aan iemand anders was dat de handtekening gevraagd werd.

Een jongetje durft niet onder de afsluiting door om aan de rand van de dug-out een handtekening te vragen aan Luigi Pieroni. Koen Daerden staat gewoon met wat supporters te kletsen naast een van de eetkraampjes waar de braadworsten vers van de barbecue komen. Na de wedstrijd stromen de fans het veld op, om met de spelers te praten. Een man heeft een Waalse haan op de schouder. Een relict uit vroeger tijden?

Van de top van de mijnterril schreeuwen een paar jonge fans: “Allez les Rouges, allez les rouge-et-blancs!”

Pierre François, die na een kwartier wedstrijd arriveerde, is bij de rust alweer weg. Dus verlaten ook een paar journalisten – die hem vergeefs hebben gezocht – het veld. “Om straks niet in de file te staan.” Het moet de eerste keer zijn dat iemand in Blegny het woord ‘file’ uitspreekt.

Geen uittocht

Spelers, journalisten en werknemers weten zaterdagavond nog van niets en zitten met veel vragen. Dat Duchâtelet beloofd heeft om ze twee dagen later (afgelopen maandag) toe te spreken, komt geen minuut te vroeg. Een maand voor Standard de kwalificaties voor de Champions League moet aanvatten, heeft het nog geen trainer, geen sponsor en geen sportief project.

Maandag keerden ook de internationals (op Axel Witsel na die pas later deze week verwacht wordt) terug uit vakantie. Dinsdag werd de nieuwe technische staf (zie kader) voorgesteld. Manager Paul Stefani die Steven Defour vertegenwoordigt, is niet in paniek. Het belangrijkste is dat er met Pierre François continuïteit is, zegt hij. Stefani die altijd goed met D’Onofrio kon opschieten, is niet bang dat de eerder gemaakte beloftes over een mogelijke uitgaande transfer plots vergeten zijn. “Pierre François was altijd bij die besprekingen, hij heeft de contracten getekend, en weet wat er telkens met de speler besproken is. Ik heb al begrepen dat hij niet van plan is dat allemaal van tafel te vegen.”

Verwacht hij een uittocht van de topspelers? Stefani: “Nee. Het is ook nog heel vroeg. Hadden Steven en Axel maar een paar miljoen euro gekost, waren ze waarschijnlijk al weg. De grote sommen, dat duurt altijd iets langer, omdat een inkopende club eerst nog een dure speler van de hand wil doen, of omdat een club in paniek geraakt omdat een belangrijke pion zich blesseert, en dan een waardige vervanger zoekt. Het is niet omdat Luciano weg is, dat niemand nog Steven of Axel kent.”

Paul Stefani verwacht ook niet dat Steven Defour zich met tegenzin naar de training sleept nu José Riga trainer wordt. “Ik zeg altijd tegen mijn spelers: geef iedereen een kans, jullie hebben ook ooit een kans gekregen toen niemand je kende. Valt het tegen, kunnen we nog altijd zoeken of er een andere oplossing is, maar begin met een positieve ingesteldheid. Dat zal Steven ook doen.”

Zaterdag waarschuwde Pierre François nog voor té hoog gespannen verwachtingen: “Het wordt hoe dan ook een overgangsjaar. Natuurlijk gaan we voor Europees voetbal en dingen we mee met de top in België, maar we gaan nu eerst rustig een nieuwe structuur uitbouwen.”

DOOR GEERT FOUTRÉ

“Ik verwacht geen uittocht van de betere spelers.” Paul Stefani

“Het wordt hoe dan ook een overgangsjaar.”

Pierre François

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content