In tweede klasse was SV Zulte Waregem een maat te sterk voor de concurrentie. De West-Vlaamse ploeg werd met een straat voorsprong kampioen. Het bestuur van de ambitieuze club toonde zich bijzonder alert en spitsvondig op de transfermarkt. Niet alleen haalde SV Zulte Waregem spelers die het kende uit tweede, het ging ook verstandig winkelen bij AA Gent. Naast jong talent ( Tim Matthijs) kreeg Francky Dury met de dertigers Matthieu Verschuere en Tjörven De Brul ervaring, overzicht en voetballers met revanchegevoelens bij zich.

VERDEDIGING

In doel krijgt Pieter Merlier de voorkeur op Bjorn Sengier. Merlier is een publieksspeler, iemand die kickt op applaus en aanmoedigingen. Maar vooral een goede goalie : sterke reflexen op de lijn, iemand die in de voeten duikt en op hoge ballen voor doel de duels met de spitsen durft aangaan. Alleen heeft Merlier soms wat moeite met de concentratie. Dury wil graag uitpakken met een 3-5-2-veldbezetting, ook al weet hij dat zijn ploeg even goed kan overschakelen naar een 4-4-2, een 4-3-3 of een 4-5-1-systeem. Daarvoor beschikt zijn team over voldoende voetbalintelligentie en doorzicht. Centraal achterin moet aanvoerder Stefan Leleu voor de organisatie en communicatie zorgen. Hij is niet meer van de snelste, maar slim en leep genoeg.

Op rechts kan Dury uitpakken met de altijd rustige Tjörven De Brul – volledig hersteld van zijn knieblessure – of de iets snellere en meer impulsieve Frédéric Dupré, die aan de zijde van Leleu vorig seizoen een hoog niveau haalde. De Brul is echter beter bij het inspelen, maakt minder fouten, blijkt verdedigend iets sterker en bezit toch wat meer ervaring. Ook Stijn Minne blijft een optie : perfect ingespeeld op Nathan D’Haemers en een sobere voetballer die weinig fouten nodig heeft om de bal afhandig te maken van de tegenstanders. Minne werd vorig seizoen vaak op links uitgespeeld. Hij deed het daar zo goed door de langdurige enkel- en buikspierblessure van Guy Veldeman, dat hij ook nu weer in beeld is. Dury wil immers een verzorgde passing van achteruit, een manco bij Veldeman.

Frédéric Dindeleux, die werd weggehaald bij het Schotse Kilmarnock, bleek tijdens de voorbereiding fysiek nog niet honderd procent in orde. Opvallende kenmerken van de Fransman : kopbalsterk, een goede linkervoet en lange bal, plus een stevige tackle. Om het loopvermogen en de snelheid te doen stijgen posteerde Dury tijdens de voorbereiding ook Jo Vermast, die bij Club Brugge al eens linksachter speelde, in de verdediging.

MIDDENVELD

Ludwin Van Nieuwenhuyze behoort tot het soort van voetballers dat makkelijk wordt onderschat. Als verdedigende middenvelder is hij de centrale regelaar, daarbij geholpen door zijn grote actieradius. Door zijn tweevoetigheid kan hij gemakkelijk het spel verleggen, terwijl de steun van even grote werkpaarden als Matthieu Verschuere en Tony Sergeant hem wat ontlast in zijn defensieve taken. Deze laatste twee, die een driehoek vormen met Van Nieuwenhuyze, dienen meer als aanspeelpunten en proberen handig gebruik te maken van de ruimte die ontstaat, door- dat aan de buitenkanten Stijn Meert (links) en Nathan D’Haemers (rechts) het spel goed breed houden. Vooral Verschuere zorgt ervoor dat het voetballend vermogen stijgt, terwijl Sergeant meer de man is die op de loer ligt om te kunnen scoren vanuit de tweede lijn. D’Haemers (of Michaël Wiggers) en Meert (of de iets offensiever ingestelde Wouter Vandendriessche) hebben een duidelijke opdracht : diepgang brengen en met goede voorzetten – vaak aan de eerste paal – de spitsen bevoorraden.

AANVAL

Aangezien Ibrahim Tankary nog minstens tot oktober niet inzetbaar is, werd er gezocht naar een targetman. Salou Ibrahim beantwoordt perfect aan dat profiel : fysiek sterk, kopbalkrachtig en hij kan goed de bal afschermen. Kiest Dury voor countervoetbal, dan kan hij gebruikmaken van de snelheid van Tim Matthijs (soms iets te overhaast bij het besluiten) of de Fransman Sylvio Breleur. Als breekijzer kan ook goaltjesdief Frederik D’Hollander, sterk in de zestien meter met de rug naar de goal, worden ingezet.

CONCLUSIE

SV Zulte Waregem zal gemakkelijk kunnen omschakelen naar verschillende tactische systemen, maar heeft nog zwakke punten weg te werken. De ploeg blijft, ondanks de nodige gestalte achterin, kwetsbaar op stilstaande fasen. In de voorbereiding kwam ook een ander pijnpunt naar boven : ze missen een vlot scorende aanvaller, een afwerker pur sang. Maar eens de ploeg op mekaar ingespeeld zal zijn, mag een plaats in de veilige middenmoot geen enkel probleem opleveren. Tenzij het semi-professionalisme voor problemen zorgt.

door Frédéric Vanheule

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content