De gemeente Denderleeuw toetert dat FCV Dender EH uit haar stadion vliegt, de club schermt met Indonesische roepia’s. Tijd om in de kelder van de derde klasse eens te gaan vragen of dat avontuur op het hoogste niveau niet de hele toekomst van blauw-zwart hypothekeerde. ‘Eigenlijk wel.’

Het is zaterdag 22 september 2007. Dender-Bergen staat op het programma. Om 20 uur. Als het donker wordt dus. Maar geen nood: het veld is niet langer onverlicht. Sinds kort prijken er vier lichtpylonen omheen. Patrick Asselman, op dat moment manager bij de thuisploeg, legt zonnebrillen op de perstribune. “Ze hebben om ons gelachen, omdat we geen lichtmasten hadden”, zegt hij. “Nu hebben we 1600 lux in plaats van de verplichte 1200 lux en is het míjn beurt om te lachen.” De journalist die de quote optekent, werkt voor Voetbal International. Dat Nederlandse weekblad vindt in Denderleeuw wat het zoekt: een smeuïg verhaal over een kolderiek, volks clubje dat nieuw is op het hoogste niveau in België. Rond het Florent Beeckmanstadion bulkt het van de grappige anekdotes. En als Johan Boskamp erenkele maanden later trainer wordt, buldert ook hij van het lachen wanneer hij hoort dat er begin dat seizoen bij elke thuismatch kranen rond het veld stonden om verlichting in de lucht te houden.

Zo’n zeven jaar later valt er bij Dender niet veel meer te lachen. De lichtpylonen torenen nog altijd majestueus uit boven de gemeente met haar 19.000 zielen, maar de plaatselijke voetbalclub zeult nu een stevige schuldenlast met zich mee en ploetert in de degradatiezone van de derde klasse. De gemeente dreigt bovendien Dender uit haar stadion te zwieren, vanwege onnauwkeurige schuldaflossingen. Die horen bij een lening van 1.050.000 euro, die Denderleeuw in 2007 gaf in het kader van een erfpachtregeling. De lening diende voor werken aan het stadion. Sinds die werken telt dat stadion meer dan 8000 plaatsen. Maar thuismatchen van Dender lokken nu maar een paar honderd man meer.

Goed gerekend

Als André Van Roy, de 71-jarige voorzitter van Dender, de toestand van zijn club toelicht, duikt hij in ettelijke aanmaningen; meer dan eens floepen er bedragen met zes cijfertjes tevoorschijn. Terwijl Van Roy erdoor ploegt, krijgt hij verscheidene telefoontjes, allemaal over geldkwesties.

Hoe diep is de put van Dender nu eigenlijk? “Momenteel gaat het, goed gerekend, om circa 500.000 euro”, zegt Van Roy. “Dan laat ik de lening van de gemeente wel even buiten beschouwing.” Een paar straten verder zegt burgemeester Jan De Dier (N-VA): “Het saldo van die lening schommelt rond de 600.000 euro.” En nog wat meer stroomafwaarts langs de Dender is er iemand die grijnst bij de vraag over de totale schuldenlast van de gelijknamige club. “Volgens mij weten ze het zelf niet”, aldus Guy Valckenier (48)in Aalst. Hij is zaakvoerder van een aantal Renaultgarages in de regio en voorzitter van de naburige vierdeklasser SK Terjoden-Welle. Vanuit die laatste functie kon hij tijdens fusiegesprekken de boekhouding van Dender inkijken. Hij stelde daarbij naar eigen zeggen vast dat een openstaande factuur van een van zijn garages aan de club nergens terug te vinden was. Als die verdwenen is, dan andere waarschijnlijk ook, redeneert Valckenier.

De das om

Onder het voorzitterschap van Patrick De Doncker promoveerde Dender in 2007 voor het eerst in zijn geschiedenis naar de eerste klasse. Daar redden de Oost-Vlamingen het twee seizoenen; halfweg 2009 degradeerden ze weer. Iets later werd Van Roy algemeen voorzitter, nadat hij op het hoogste niveau al voorzitter was geweest van de raad van bestuur. “We leefden vanaf 2007 een beetje boven onze stand”, vertelt Van Roy. “We waren euforisch en fier. Met te dure spelerscontracten tot gevolg. Op dat moment leek dat geen kwaad te kunnen. Maar we moesten al vlug terug naar de tweede klasse. En toen wilden we snel weer promoveren. Dat deed ons de das om. We bleven volwaardige lonen betalen aan spelers die contractueel nog vastlagen – mannen van 90.000 euro per jaar.”

“En kijk eens naar dit stadion”, zegt Rik Beeckman. Zijn vader was medestichter van FC Denderleeuw, de moederclub van het huidige Dender. Van de stadionwerken in 2007 was volgens Beeckman maar een deel echt noodzakelijk om in de eerste klasse te mogen spelen. “Als ik naar Brussel wil via de E40, dan heb ik een auto nodig, maar niet per se een van 100.000 euro.” Beeckman was in de eerste klasse naar eigen zeggen “bestuurslid, maar niet echt betrokken bij het bestuur; er waren hier toen managers en directeurs die het beter wisten.” Na de degradatie verliet hij de club. Sinds vorig jaar is hij terug, “zonder officiële functie”.

Kat en hond

“Eén jaar na de degradatie bedroeg de schuld van Dender zo’n twee miljoen euro”, stelt Beeckman. In die periode maakte Dender een deal met het Terjoden-Welle van Valckenier: die vierdeklasser kwam ook in het Florent Beeckmanstadion spelen. Het was een oplossing voor de locatieproblemen van Terjoden-Welle en een even cruciale redding voor Dender; Van Roy inde 300.000 euro huur en had die nodig voor dringende schuldaflossingen.

Vier jaar later zijn Terjoden-Welle en Dender kat en hond; verwijten over niet nagekomen onderlinge afspraken vliegen over en weer en fusiegesprekken liepen stuk op het stamnummer waarmee zo’n fusieclub verder zou gaan. Valckenier, die een gezonde club heeft, wou de schulden van Dender niet meenemen in een nieuw verhaal. Hij stelde voor dat Dender in vereffening zou gaan en dat de gezamenlijke club zou werken met het stamnummer van Terjoden-Welle. Wel zou in dat nieuwe project plaats zijn voor de huidige leiding van beide clubs en Dender mocht prominent in de clubnaam. Halfweg 2012 gaf Van Roy zijn fiat. Maar een dag later trok hij zijn staart weer in. Valckenier: “Ex-bestuurders van Dender kunnen Van Roy makkelijk overtuigen om voort te doen. Dan moeten zij hun verantwoordelijkheid niet nemen. Als ik vandaag schulden begin te maken, ook sociale schulden, en daarna stop ik, dan vrees ik dat mijn schuldeisers nadien nog bij mij terecht zullen komen.”

Als Van Roy zelf terugblikt op het herroepen akkoord, zegt hij: “In zulke zaken zou een mens zijn gezond verstand moeten gebruiken. Maar ja, het is je club, je kind. Ik ben te fier om den FC in vereffening te laten gaan. Met een vereffening was ik er trouwens nog niet vanaf, hé. Hoe ver gaat de aansprakelijkheid van bestuurders in een vzw? Ik weet dat niet.” Beeckman: “En wat gebeurt er dan met onze schulden aan leveranciers? Het kan toch niet de bedoeling zijn dat al die mensen hun geld kwijt zijn?”

Een cowboyverhaal

Wie intussen centen verliest, is Van Roy, nog het enige lid in de vzw van de club. Op de vraag hoeveel hij al in den FC pompte, antwoordt hij: “Een duur appartement in Knokke, ten minste.”

Een fusie met Terjoden-Welle is inmiddels definitief van tafel. Eerder dit seizoen dreef Valckenier nieuwe gesprekken daarover op de spits. Zonder fusie zou hij stoppen met Terjoden-Welle, zei hij. Maar Valckenier wou nog altijd enkel verder met een schuldenvrij Dender. En Dender wilde nog altijd zijn stamnummer niet lossen. Wel dook één nieuw element op: plots zei Dender dat een Indonesiër de schuldenlast van de club volledig wil afbouwen. “Als iemand op papier schrijft dat hij die investering gaat doen, met zijn handtekening erbij, dan ben je toch schuldenvrij?”, vindt Beeckman. Maar Valckenier spreekt van een cowboyverhaal, mede omdat er nog veel mist hangt rond die Indonesiër, van wie de identiteit nog niet openbaar gemaakt werd. Ook wil Valckenier niet in een project stappen waarbij een exotische figuur spelers stalt om ze nadien door te verkopen. Volgens Beeckman is dat “in geen geval de eerste bedoeling van de Indonesiër”. “Die man is gewoon voetbalgek. Hij liep op andere plaatsen wat ontgoochelingen op en zoekt nu bij ons een nieuwe kans.” Waarom of all places in Denderleeuw? “Als je voetbal wil spelen op enig niveau, heb je een accommodatie nodig.”

Stoppen met groeien

Onderhand rijst de vraag of het avontuur in de eerste klasse niet de hele toekomst van Dender hypothekeerde. “Eigenlijk wel”, knikt Van Roy. Toch kijkt de voorzitter op een positieve manier terug op de twee seizoenen in de eerste klasse. “Er was hier toen veel ambiance. Volgens mij is het nog altijd leefbaar.” Valckenier ziet dat anders. “Het kleinste kind weet dat je in Denderleeuw op termijn nooit de mogelijkheden hebt om een eersteklasser uit te bouwen”, zegt hij. “Dender had in 2007 moeten praten met Eendracht Aalst (de tweedeklasser zes kilometer verderop, in een stad met 82.000 inwoners, nvdr). Als een deal met Aalst toen onmogelijk bleek, had Dender moeten stoppen met groeien.” Een analoge redenering voor zijn eigen club zorgt ervoor dat Terjoden-Welle na dit seizoen effectief stopt. “Zonder langetermijnvisie heeft het geen zin.”

Valckenier stipt graag nog eens aan dat Terjoden-Welle in Denderleeuw “op twee jaar twee kunstgrasvelden aanlegde ter waarde van 834.000 euro, zonder één euro van de gemeente.” Hij zegt niet te snappen dat Denderleeuw bij de club Dender geen druk zette om mee te stappen in zijn verhaal. De burgemeester vindt dat de gemeente dat wel deed, door begin dit jaar te dreigen Dender uit haar stadion te gooien omdat de club haar schulden aan Denderleeuw niet stipt afloste. “We gebruikten het enige wettelijke instrument dat we hadden”, aldus De Dier. “Maar als Dender zijn schuld toch weer verder aflost en voort wil doen, is het niet makkelijk om die club uit dat stadion te zetten.” Verder afbetalen deed Dender intussen met een deel van de eerste 75.000 euro die de Indonesiër stortte.

Dorpspolitiek

Pikant detail: Valckenier zwaaide al een keer met een papier dat hij in handen kreeg en dat hem naar eigen zeggen het laatste zetje gaf om Terjoden-Welle op te doeken; het was een intern document van de advocaten van de gemeente en van Dender. Daarin stond niet alleen dat de gemeente na de komst van de Indonesiër zou terugkomen op haar intentie om Dender uit het stadion te zetten, de Indonesiër werd ook nog eens omschreven als “een geloofwaardige partner”, ondanks de karige informatie over hem. “Dat was louter een werkdocument van onze advocaat”, verdedigt burgemeester De Dier zich. “Het moest op het schepencollege nog behandeld worden. Zo ver kwam het door dat lek dan overigens niet. Ik vroeg onze advocaat intussen om nog extra info in te winnen over de Indonesiër.”

Volgens De Dier is nu afgesproken dat Dender vóór eind april moet garanderen dat de club haar maandelijkse aflossing van 7000 à 8000 euro voortaan nauwkeurig zal betalen. Vervolgens zal de gemeente beslissen hoe het verder moet. Hoewel een nieuwe, valabele invulling voor het stadion niet meteen voorhanden is en een slechte betaler nog altijd meer opbrengt dan geen betaler, blijft De Dier toch stoere taal spreken: “De vorige coalitie nam het niet zo nauw met de datums van de schuldaflossingen, wij gaan voor een correct beleid.”

Sinds 2013 wordt Denderleeuw bestuurd door een coalitie van N-VA, CD&V en Open VLD Plus. Dat Valckenier zijn plan niet kon doordrukken, staat volgens insiders niet los van de goeie band tussen de garagehouder en Jo Fonck (SP.A), de vorige burgemeester, die nu in de oppositie zit. Dat de gemeente in dat bewuste “werkdocument” een bruuske bocht maakte, linken anderen dan weer aan druk die CD&V’ers onder impuls van Dender zouden hebben uitgeoefend. “Dat is ook hun plicht”, zegt Van Roy vanop zijn voorzittersstoel bij het door katholieken gestichte Dender. “Ik was ontgoocheld dat CD&V dat dreigement om ons uit het stadion te zetten liet passeren. Bepaalde mensen die nu de baas zijn, hebben iets tegen mij.” De Dier zegt: “Ik heb geen weet van politieke druk van wie dan ook.”

DOOR KRISTOF DE RYCK – BEELDEN: BELGAIMAGE

“Het kleinste kind weet dat je in Denderleeuw nooit een eersteklasser kan uitbouwen.” voorzitter Guy Valckenier van Terjoden-Welle

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content