Geel-zwarte nostalgie: hoe gaat het nog met Alemannia Aachen, ooit een hotspot voor Belgen?

© Belga Image
Jacques Sys
Jacques Sys Jacques Sys is een Belgische sportjournalist

Waar is de tijd dat duizenden Belgen gingen kijken naar de wedstrijden van Alemannia Aachen?

Roger Claessen, de memorabele spits van Standard, was medio 1968 de eerste Belg in de Bundesliga. Hij trok naar Alemannia Aachen. Voor iedere thuiswedstrijd van de traditieclub staken 4000 Luikenaars de grens over. Alemannia was in het seizoen 1967/68 tweede geëindigd in de Bundesliga, na Bayern München. Het proefde even van de top en werkte zijn thuiswedstrijden af in het Tivolistadion, een ouderwetse voetbalburcht met een intimiderende sfeer en steile staantribunes. Supporters denken er met weemoed aan terug. Het is voor hen geel-zwarte nostalgie.

Roger Claessen bleef er twee jaar. De club gleed later af naar de vierde klasse. Daar toeft Alemannia nu nog altijd. Sterker zelfs: het staat op dit moment op een degradatieplaats. De club was al twee keer failliet en werd in een nv ondergebracht. De financiële problemen bleven, het gevolg onder meer van een nieuw stadion dat voor 50 miljoen euro werd gebouwd en met een capaciteit van 32.900 plaatsen een van de meest moderne van Duitsland is. Alemannia speelt sinds 2009 in deze tempel, inmiddels eigendom van de stad. Maar het nieuwe stadion, met catering, business seats en vipruimte, was de definitieve start van de neergang. De toeschouwers zien om zich heen alleen maar leegte. Plannen om terug te keren naar het profvoetbal struikelden, trainers komen en gaan. Nu wenkt de vijfde klasse, al pleit het huidige bestuur voor rede en stabiliteit.

En Belgen? Die zullen Aken allicht niet meer bezoeken. Tenzij voor de kerstmarkt, die geldt als een van de mooiste van Duitsland.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content