Een gevoelig thema blijft de Davis Cup. Ben jij nog kandidaat ?

Xavier Malisse : “Ja, sinds vorig jaar al. Maar ik stond buitenspel door een actie van twee andere spelers. Ik betreur dat. Op den duur begint het moeilijk te worden. Ik was klaar voor een terugkeer, maar werd toen niet geselecteerd. Tja, wat moet je dan doen ?”

Is het grootste breekpunt voor jou nog altijd het feit dat je niet wil spelen onder een privécoach, Julien Hoferlin, die ook kapitein van de ploeg is én de trainer van Olivier Rochus ?

“Ach, de commotie begon in Frankrijk. Toen werd ik uitgescholden, met de beschuldiging dat ik tot een gat in de nacht zou zijn uitgegaan. Een schandalige leugen. Mocht het waar zijn, dan ben ik bereid daarvan de gevolgen te dragen. Het probleem is eenvoudig : zolang je wint, is er geen vuiltje aan de lucht. Maar van zodra je eens een partij verliest, krijg je kritiek te slikken. Daardoor raakte ook mijn relatie met de federatie vertroebeld en kapot. Het verwachtingspatroon lag gewoon veel te hoog. Een halve finale, dat is naar Belgische normen een mirakel. Je moet ook realistisch blijven, hé. Bovendien is er natuurlijk ook nog het financiële aspect, wat vaak niet klopte. Maar dat was voor mij maar bijkomstig. Ik sprak en speelde altijd voor de groep. Het laatste jaar deed ik het wel voor mezelf, omdat ik op een zijspoor werd geplaatst door de jongens waarvoor je vecht. Nu zitten we wat in het slop. En de kapitein beslist nog altijd wie er mag of moet aantreden.”

Dat kan onder Hoferlin ?

“Mja. Zeker. Maar ik ben ook van oordeel dat de coach iemand neutraal moet zijn. Begrijp me niet verkeerd : ik heb Julien graag, hij is een goede coach en ik had met hem geen problemen.”

Wie is dan wel een goede keuze ?

Johan Van Herck. Hij is zelf een oud-speler, heeft een eigen school, kent wat van tennis en zal altijd de besten opstellen. Maar het is niet aan mij om daarover te beslissen.”

Kristof Vliegen en Olivier Rochus zouden je er graag bij hebben in 2008 ?

“In september, bij een nieuwe vergadering, zullen we meer weten. Het stoort me dat ik nu weer nodig ben. Toen ze wonnen, was ik overbodig. En bij verlies hadden ze mij kunnen gebruiken. Ik ben geen speelgoed dat je opraapt, als het past, en even snel weer weggooit.”

Zij moeten eerst hun excuses aanbieden ?

“Nee, ik wil alleen een beetje meer duidelijkheid. Van Olivier kan ik het nog respecteren, omdat hij altijd Davis Cup speelde. Kristof, dat ligt anders en gevoeliger. We spreken daar over één tot anderhalf jaar. Het is ook weer typisch Belgisch. Ik mis wat waardering, merk jaloezie. Jammer, want wij kunnen het perfecte uithangbord vormen voor het mannentennis. De boodschap die ik meekreeg van mijn vroegere coach, vergeet ik nooit : beter een goede persoon dan een goede tennisser. Die leuze draag ik voor de rest van mijn leven mee.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content