Het André Dumontstadion werd eerst het Tyl Gheyselinckstadion, dan het Fenixstadion en nu de Cristal Arena, maar zonder de verkoop van Bart Goor (in 1996) en de Champions Leaguekwalificatie ten koste van Sparta Praag (in 2002) was het misschien niet eens zover gekomen.

We zitten diep in de jaren 1980 en de ene na de andere steenkoolmijn sluit in Limburg, ook die van Winterslag en Waterschei. Limburg is een sociaal en economisch slagveld en de Europese Gemeenschap besluit geld ter beschikking te stellen voor het herstel van de regio. Tyl Gheyselinck, crisismanager van de Kempische Steenkoolmijnen (KS), vat het plan op om op de mijnterreinen van Waterschei het ERC-project te realiseren, een groots pretpark dat Educatief, Recreatief en Cultureel moet zijn. Hij hoopt hiermee nieuwe werkgelegenheid te creëren en een nieuwe dynamiek op gang te brengen in de streek. In het project is ook plaats voor een voetbalstadion. Gheyselinck lanceert het idee om één grote Limburgse club op te richten en er een gloednieuw, centraal gelegen stadion voor te bouwen. Beringen en Patro Eisden bedanken voor de eer, maar Waterschei en Winterslag gaan na veel palaveren akkoord. Winterslag heeft zich ternauwernood gehandhaafd in de eerste klasse, Waterschei degradeert naar de derde klasse en is nagenoeg failliet. Wanneer in 1988 de fusieclub KRC Genk wordt opgericht, neemt die de schulden – 55 miljoen euro (1,4 miljoen euro) – van beide clubs over. KS staat borg met een lening van 30 miljoen frank (745.000 euro).

Bart Goor

De belofte van een nieuw stadion als onderdeel van een groots vrijetijdsproject dankzij de reconversiemiljoenen van Europa heeft als smeermiddel gediend voor de fusie. KRC Genk neemt tijdelijk zijn intrek aan de Noordlaan, de thuishaven van Winterslag. De nieuwe tempel zal worden gebouwd op de plek waar het André Dumontstadion van Waterschei staat. De ambitieuze plannen behelzen een stadion van 20.000 zitplaatsen, rekening houdend met beoogd Europees voetbal. Van de maquette die toen deed dromen, is vandaag geen spoor meer te bekennen. Van het ERC-reconversieproject komt uiteindelijk niets in huis, maar het betekent wel de start van KRC Genk. Politiek verzet zorgt ervoor dat er uiteindelijk een veel beperkter project wordt gebouwd door KS. Met name een moderne hoofdtribune ter waarde van 160 miljoen frank (4 miljoen euro), een fractie van het bedrag dat aanvankelijk zou worden uitgetrokken. In ruil hiervoor verwerft KS niet alleen de gronden en het stadion in Waterschei, maar ook die in Winterslag. Voor die laatste heeft het samen met privé-investeerders grote immobiliënplannen. Het stadion aan de Noordlaan staat op bouwgrond, maar het zal nog tot 2004 duren alvorens het wordt gesloopt.

Wanneer KRC Genk in 1990 eindelijk zijn opgekalefaterde onderkomen in Waterschei betrekt, heeft het eerst zelf nog enkele miljoenen moeten investeren in de afwerking. Dat het stadion vervolgens naar Tyl Gheyselinck wordt genoemd, is dan ook tot grote woede van de supporters. Zijn belofte om een fonkelnieuw stadion te bouwen, is hij niet nagekomen. De club betaalt per jaar tien miljoen frank (248.000 euro) huur aan KS. Bij de promotie naar de eerste klasse in 1996 – de tweede al in het prille bestaan – is KS omgevormd tot nv Mijnen en die eist zijn oude schulden terug. Onder politieke druk wordt geprobeerd om ook de kosten van de bouw van de hoofdtribune terug te vorderen van de nv. Om dit risico voor eens en altijd uit te sluiten, gaat Genk in op het voorstel van de nv Mijnen om die kosten definitief af te schrijven, in ruil voor een onmiddellijke cashbetaling van de oude schulden van Winterslag en Waterschei. Daartoe verkoopt de club de jonge Bart Goor na één seizoen al aan Anderlecht. De 55 miljoen frank (1,4 miljoen euro) die dat opbrengt worden integraal overgemaakt aan nv Mijnen. Daarmee is KRC schuldenvrij en nv Mijnen van de club verlost.

Sparta Praag

We schrijven 1997 en nv Mijnen besluit het stadion en de gronden in Waterschei te verkopen. De gemeente Genk doet een bod van 39 miljoen frank (net geen één miljoen euro), de officieel geschatte waarde. Uiteindelijk past de club nog 25 miljoen frank bij. Het stadion wordt zo eigendom van de stad en KRC Genk krijgt een recht van opstal van 99 jaar. Twee jaar later, in augustus 1999, wordt afscheid genomen van een stuk geschiedenis. Het Tyl Gheyselinckstadion wordt omgedoopt in Fenixstadion, wat het beeld moet oproepen van een vogel die uit zijn as – het puin van de mijnen – herrijst. De naamsverandering is het orgelpunt van een verbouwing waarbij de staanplaatsen achter het noordelijke doel en de grote tribune tegenover het hoofdgebouw worden vervangen door moderne zittribunes.

In 2001 wordt de tweede fase van de verbouwing aangevat. Door de stijgende vraag naar businessplaatsen is beslist om naar het voorbeeld van de Corner Noord ook een Corner Zuid te bouwen. In 2002 wordt ten slotte de zuidelijke staantribune vervangen door een moderne tribune met bovenaan zitplaatsen en onderaan staanplaatsen. Het stadion is nu volledig dicht gebouwd en geldt vanaf dan als een van de, misschien wel hét modernste van België. Maar er is een groot financieel risico genomen, met name door voorzitter Jos Vaessen. Genk is dat jaar voor de tweede keer landskampioen geworden en treft in de laatste voorronde van de Champions League Sparta Praag. Thuis wint het met 2-0 en ook in Praag leidt het halfweg met 0-1 en na een uur met 1-2 – doelpunten van Dagano en Sonck. Zaak beklonken, zo lijkt het, tot de Tsjechische kampioen in een hogere versnelling schakelt en Genk met 4-2 verlies ternauwernood het kampioenenbal en het grote geld bereikt. De gok van Vaessen draait goed uit, maar net zo goed was hij faliekant afgelopen. Zonder CL-kwalificatie zou een nieuwe borgstelling van de onnavolgbare voorzitter nodig zijn geweest. Of die er zou zijn gekomen, zal voor eeuwig onbeantwoord blijven.

Vijf jaar later ondergaat de hoofdtribune een grondige facelift. Commercieel heeft KRC Genk de wind vol in de zeilen. Bierbrouwer Alken-Maes schenkt voor vijf jaar de naam van zijn Limburgse pils Cristal Alken aan het stadion. Een primeur, het eerste stadion in België met een commerciële naam, de Cristal Arena. Toch? Niet dus. KV Mechelen is Genk te snel af geweest, maar het Scarletstadion is in de volksmond altijd Achter de Kazerne gebleven. In Genk raakt de nieuwe naam binnen de kortste keren ingeburgerd. Toch een heel klein beetje een primeur dus.

DOOR JAN HAUSPIE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

‘Fenixstadion’ moet het beeld oproepen van een vogel die uit zijn as – het puin van de mijnen – herrijst.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content