Zouden ze er op Standard nog eens ouderwets voor gaan of toch maar hervallen in de verslapping die hen ook al de Europese uitschakeling kostte ? Racing Genk deed te vaak het tweede en verloor.

Al tijdens zijn eerste training in Genk was het dat Hugo Broos zich op een kerkhof waande. Geen schreeuw of roep hoorde de trainer de oefenpartijtjes doorbreken. Dat verbaal geweld spaarden sommigen dit seizoen voor de pers. Nenad Stojanovic kreeg genoeg van een plaats op de bank en ook het ongenoegen van Kevin Vandenbergh borrelde na tactisch falen van Seyfo Soley op Anderlecht naar de oppervlakte.

Ondertussen is de ploeg van de beoogde vierde plaats weggezakt en zwol het ongenoegen over het vertoonde spel de voorbije weken aan. De trainer weet het. “We spelen niet goed.” Maar daarvoor mag hij met reden verzachtende omstandigheden inroepen, want onder het niet geringe aantal geblesseerden bevinden zich ook sleutelspelers : Eric Matoukou, sterkouder achterin, is al weken onbeschikbaar ; Gert Claessens viel al in de eerste wedstrijd uit en speelde afgelopen week pas zijn tweede wedstrijd met de invallers ; Koen Daerden raakte in de zevende wedstrijd van het seizoen uit circulatie en speelde ook pas zijn tweede partij met de invallers ; Thomas Chatelle, die na het vertrek van Mirsad Beslija de rechterflank moet invullen, zoekt na zijn enkelbreuk op Gent nog naar de beste conditie. “Daar moet men, vind ik, begrip voor tonen”, zegt Hugo Broos. “Het is terecht dat men maar moeilijk kan applaudisseren met een spelniveau zoals tegen Germinal Beerschot, maar de ploegen die wel draaien, zijn de ploegen waarin de minste veranderingen moeten gebeuren, zoals Zulte Waregem. Daarom zeg ik : hebben jullie in oktober en november dan geen mooi voetbal gekregen ?”

Toen nog won Genk met 4-1 van Roeselare en scoorde Kevin Vandenbergh twee keer.

“Vandaag is het met vier achterin en morgen moet je er alweer twee vervangen en daarna weer twee in het middenveld. Zo is het constant zoeken naar oplossingen. Iedereen zegt dat wij niet met dubbele flanken spelen, maar het feit is dat er gewoon geen zíjn. Beslija is verkocht, Chatelle zoekt nog naar zijn niveau en Remacle blokkeert op training dom een bal en verrekt zijn mediale knieband…”

Voor de wedstrijd op Standard, zo rekende de trainer vooraf, had hij welgeteld zestien spelers paraat en moesten er daags voordien nog twee uit de beloften worden gehaald. “Zo gaat het al een heel seizoen, maar dat er zoveel geblesseerden zijn, heeft niks met de trainingen te maken.” Daar sprak Broos voor Kerstmis al met de medische staf van Genk over. “Want je gaat jezelf als trainer op een gegeven moment ook in vraag stellen.” Maar weinig van de blessures bleken door overbelasting te komen. Meestal, zo zag Genk, ging het om contactgerelateerde blessures.

Jongeren

Verdonck, als je die naam in september had uitgesproken, had iedereen zich afgevraagd wie dat was. Nu is hij gewoon titularis : er blijft niks anders meer over”, ziet Broos. Ze kwijten zich van hun taak, de jongeren, maar een ploeg dragen is nog iets anders en dan kent zelfs een talent als Steven Defour, sterk begonnen, een begrijpelijke terugval. Weg zijn de automatismen en weg is ook de dubbele flank.

“We zijn nu eenmaal meer gewoon om via de flanken te spelen”, weet Jan Moons, “en dat komt er niet echt uit door die blessures en ook doordat sommige spelers hun niveau niet halen, want de spelers met een meerwaarde komen niet in hun spel.” Orlando Engelaar bijvoorbeeld weet als geen ander in de Genkse kern een bal bij te houden en kan met zijn dribbels naar voren oprukken. Maar de Nederlander is sfeergevoelig en wil het in de kleinere wedstrijden wel eens lastig krijgen.

“We hebben een voetballende ploeg,” zegt Jan Moons, “en dat zag je ook weer op Standard. Zij namen heel weinig risico achterin en probeerden op de afvallende bal iets te forceren, terwijl wij toch weinig de lange bal hanteren en proberen te blijven voetballen over de hele lijn. Dan oogt het alsof je je minder inzet, maar wij hebben nu eenmaal niet de karakterploeg die knokt van de eerste tot de laatste minuut. Wij hebben niet de spelers die bij wijze van spreken continu het gras opeten.”

Vooral Koen Daerden en Gert Claessens worden gemist. Met of zonder Claessens’ leiding achterin en Daerdens loopacties op de flank, het maakt een heel verschil. Bob Peeters raakt zonder aanvoer van de flanken een deel van zijn troeven kwijt, is niet de man van de snelle diepgang noch de spits die in de hoeken duikt en voorzet. Dus dan toch maar het systeem aangepast ? Hugo Broos : “Waarom we met vijf middenvelders spelen ? Je moet spelers hebben die aanvallen en spelers die recupereren : met Soetaers, Beslija, Engelaar, Defour en een spits heb je weinig recuperatie, dus moet je je wat versterken en dat kan je door daar met vijf man te gaan staan, ook al zijn ze defensief niet zo sterk. Behalve Anderlecht kwam bovendien de tegenstander – GBA, Zulte Waregem, Charleroi – zelf ook altijd met een vijfmansmiddenveld spelen. Als je dan op basis van recuperatie bekeken niet zo sterk bent, moet je zeker niet met vier tegen vijf gaan spelen. Maar dat ziet men blijkbaar niet, men kijkt niet verder en men vergeet de tegenstander.”

Op Standard werd daar vorige vrijdag van afgeweken. Daar probeerde Genk het bij afwezigheid van Bob Peeters in tegenstelling tot de voorbije weken met twee in plaats van één spits. Kevin Vandenbergh kwam als spits in de ploeg en Orlando Engelaar schoof, hoewel geen echte aanvaller, van het middenveld naar voren.

“Als we diepgang krijgen vanuit het middenveld kunnen we wel heel gevaarlijk zijn”, zegt Moons. Maar die komt er dus te weinig. “Een fout die we ook maken, is dat de spitsen te vaak de diepgang zoeken. En ruimte zoeken moet je liggen.” Het gevolg is slag om slinger buitenspel, want diepgang zoeken is niet het zwaartepunt in Vandenberghs manier van spelen.

Vandenbergh alleen voorin is dan ook een moeilijke optie, zegt de trainer : “Met vijf in het middenveld is Bob Peeters vervolgens het meest geschikt als spits. Kevin moet in de zestien zitten en hij zal niet met het hoofd scoren of met twee man op zich een balletje bijhouden. Kevin weet dat ook allemaal, hoor.”

Maar Kevin scoorde op Sclessin ook niet met een spits naast zich. Stojanovic evenmin : de met een voortreffelijke linker begaafde aanvaller kan trappen en steekballetjes geven als geen ander, maar dat maakt diens mindere loopvermogen en balvastheid, om maar twee manco’s van zijn spel te noemen, geenszins goed. De wegens zijn openlijk geuite frustraties even naar de invallers verwezen aanvaller moet met invallen genoegen nemen. Ook hij kwam niet tot scoren en Genk verloor op Sclessin met 1-0.

In de kleedkamer hebben spelers, zoals dat doorgaans gaat, terloops wedstrijdfasen nog eens aangehaald en zich voor de rest ontgoocheld in zwijgen gehuld. Geen schreeuw of roep van Hugo Broos die de stilte heeft doorbroken.

RAOUL DE GROOTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content