Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

Sinds speeldag 23 is Karel Geraerts (27) rechtsback. “Toen de trainer mij vroeg of ik dat zag zitten, antwoordde ik dat ik het wou doen om hem en Club Brugge te helpen”, zegt hij. “Het is een noodoplossing, want dit seizoen mogen er geen transfers meer gedaan worden. Heel januari was ik geblesseerd en zo stond ik na drie à vier trainingen al in de ploeg. Het gaat goed, ik krijg lof, ik voel mij goed in mijn vel.”

Geraerts is geen explosieve speler. Hij stond in zijn loopbaan doorgaans in de centrale as, op positie 4, 6 of 8. “Voorheen speelde ik maar één keer als rechtsachter. Dat was bij Lokeren onder Franky Van der Elst, maar wel in een systeem met vijf verdedigers. Willy Reynders, in die tijd technisch directeur van Lokeren, zei mij toen zelfs dat hij voor mij een toekomst op rechts weggelegd zag.”

Aan een back worden hoge eisen gesteld: hij moet kunnen verdedigen én aanvallen. “Maar in de eerste plaats ben je verdediger. Het woord zegt het: flankverdediger. Als ik op het middenveld voetbal, heb ik de neiging tegen de backs te zeggen: mannen, zorg eerst dat we niet gepakt worden, denk daarna pas aan aanvallen.”

Hij kreeg in zijn nieuwe rol advies van zijn boezemvriend Johan Gerets. “Hij zei: let op dat je goed naar binnen dekt, dat je niet blijft hangen enzovoort ( lacht). Johan is van opleiding rechtsback en Erik maakte op die positie een geweldige carrière. Bij de Geretsen is dat een ‘heilige’ plaats ( lacht).

“In het begin is het wennen omdat je niet gewoon bent tegen de lijn te lopen. Het nadeel is dat je niet kunt opendraaien naar rechts, het voordeel dat er niemand in je rug de bal kan afsnoepen.”

In de zomer van 2007 kwam hij transfervrij naar het Jan Breydelstadion om er een steunpilaar te worden. Club Brugge ging tijdens de contractbesprekingen heel ver, want Geraerts kon ook naar de Bundesliga. In het powerplay van Standard was hij op positie 8 helemaal ontbolsterd en international geworden. “Bij Standard beleefde ik drie fantastische jaren, tot nu toe absoluut de mooiste uit mijn carrière. Het voetbal was er net als dat van Trond Sollied gericht op veel flankvoorzetten, afvallende ballen, aanwezigheid en druk in de zestien meter. Hier kozen ze voor een stijl die andere kwaliteiten vereist. Daar willen ze in de toekomst mee verder, dus …”

Centraal op het middenveld lijkt er voor Geraerts geen plaats meer. Daarom overwoog hij in de winterstop een transfer naar het Griekse Panthrakikos van Emilio Ferrera. “Het was concreet en ik had er zeker oren naar, want ik wou spelen. Maar Club Brugge liet mij niet vertrekken, omdat het mij nodig had, kreeg ik te horen.”

Maar in januari kocht het er met Marc-André Kruska en Vadis Odjidja-Ofoe nog twee centrale middenvelders bij. Het contract van Geraerts loopt nog tot 2012, maar niemand zou ervan opkijken, mocht hij na dit seizoen vertrekken. “Ik zal nog acht weken het beste van mezelf geven en daarna de balans opmaken”, besluit hij. “Het is goed te weten dat ik desnoods ook rechtsback kan spelen, maar mijn topjaren komen eraan en volgens mij liggen die op een andere positie. Club is nog altijd de club van mijn hart, maar ik ben realistisch.

“Ik ben niet transfervrij, neen, maar mijn relatie met het bestuur is uitstekend. Ik zal niet zeggen dat we elkaar niets in de weg zullen leggen, maar ik weet zeker dat we als grote mensen om de tafel kunnen gaan zitten.”

CHRISTIAN VANDENABEELE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content