Nagenoeg zijn hele carrière mocht Coen Burg het voetbal met een job comineren. Nu mag alleen nog de job.

Hoe zou het nog met CoenBurg gaan ? Ooit de fijnbesnaarde draaischijf van Westerlo, maar nadien helemaal uit beeld geraakt bij Lierse en Sint-Truiden en vervolgens afgegleden in de groezelige zone die omkoperij heet. Want toen in Nederland in het kader van een onderzoek naar drugstrafiek, de zogenaamde IRT-affaire, telefoons werden afgeluisterd, bleek een van de verdachten ook de spilfiguur van een goksyndicaat. Zo kwam aan het licht dat Coen Burg en MarcCox zich via JohndeBever hadden laten betalen om KV Kortrijk op 18 april 1999 te laten winnen van Westerlo. Cox kreeg een schorsing van twee jaar, Burg drie jaar. Op 8 januari hangt Burg bovenop de sportieve schorsing die hij nog uitzit, ook een juridische sanctie boven het hoofd : een half tot twee jaar celstraf én een geldboete.

Coen Burg : “Nog tot 21 september ben ik geschorst, maar meer over die hele zaak praten, mag ik niet van mijn advocaat. Maar ik hoop nog altijd terug te komen. Op welk niveau, dat zal van de clubs afhangen, natuurlijk. In januari word ik 35 en ik ben nog steeds geen kilo aangekomen. Ik ga elke week nog vier, vijf keer tien kilometer lopen, zaalvoetballen en zo. Daarnaast ben ik ook scout bij FC Den Bosch. Leuke wedstrijden kijken : Ajax, Feyenoord, PSV… Zo blijf je toch nog wat in dat wereldje. Verder heb ik nog steeds dezelfde vrouw en dezelfde baan als bedrijfsleider in het vloerenbedrijf van mijn schoonvader ( lacht).”

Coen Burg. Zijn naam werd destijds in één adem met Westerlo genoemd en omgekeerd. Coen Burg wás Westerlo.

“Gevoelsmensen, levensgenieters allemaal, net als in Den Bosch. Brabanders noemen ze niet voor niets de reserve-Belgen ( grijnst). Ik was op den duur in België bekender dan in Nederland. Heel merkwaardig. Als een Nederlander elders scoorde, stond op Teletekst telkens z’n naam, maar Coen Burg niet. Ze dachten écht dat ik een Belg was. Ik heb in Nederland eigenlijk pas bekendheid gekregen na anderhalf jaar eerste klasse, na die 6-0 tegen Anderlecht. We hebben bij Westerlo vaak tot vier, vijf uur ’s nachts op café gezeten. Ik mocht bij Westerlo veel. In tweede en derde klasse mocht ik ’s winters altijd langer op vakantie. Zo heb ik een keer één wedstrijd gemist : Lokeren uit. Dat is me altijd blijven achtervolgen. Dat vergeven ze je nooit meer. Van dat moment heb ik altijd spijt gehad. Plus dat ik, omdat ik er nog bij werkte, ook in eerste klasse bij Westerlo elke dag een training mocht overslaan. Dus ik trainde maar één keer in de week twee keer per dag. Dat was mijn privilige.”

Alleen BarryHulshoff ging daar tegen in.

“Voor Barry Hulshoff had ik heel veel respect, ook al passeerde hij me al eens. Hij had heel veel uitstraling. Die vent laat een indruk na. Hij heeft mij heel vaak geprikkeld en ik denk dat ik daar achteraf veel profijt van gehad heb. Als ik een beetje half geblesseerd was, speelde ik bij een andere trainer altijd. Bij hem moest ik voor de wedstrijd iedere keer een test afleggen. Voelde ik iets, dan stond ik er gewoon naast. Het was honderd procent of niks. Ik had vrij veel last van spierblessures. Per dag zat ik vijfhonderd kilometer in de auto, ik denk dat het daarmee te maken had. Alleen toen ik naar Lierse ging, ben ik een jaartje gestopt met werken. Ik moet zeggen, op dat moment werd ik daar gelijk verliefd op, op die club. Binnen een dag had ik voor mezelf uitgemaakt dat ik daar naartoe moest. Zo gecharmeerd na een gesprek met Meeuws.”

Maar bij Lierse kon hij nooit doorbreken.

“Misschien vijftig procent doordat ik het niveau niet aankon, denk ik dan achteraf, en vijftig procent omdat ik geen vertrouwen kreeg van de trainer. Dan kan je op een gegeven moment nog geen pass over twee meter geven. Kijk, iedereen heeft z’n niveau, maar bij Lierse tekende ik een naar mijn gevoel en voor mijn niveau supercontract. Alleen heeft het niet lang geduurd om een beetje te kunnen oogsten.”

Want na een half seizoen vertrok Burg naar Sint-Truiden. Ook geen succes.

“Ik zat toevallig op vakantie in Curaçao toen die contacten gelegd werden en op vakantie heb je toch altijd een ander gevoel dan thuis. ’s Nachts om vier uur belde iemand van Sint-Truiden en toen hebben we dat geregeld. Het was een beetje stom om die transfer te maken. Sint-Truiden speelde niet het voetbal wat geschikt was voor mij. Dus naar ginder gaan, was gewoon een hele domme beslissing. Van die periodes bij Lierse en Sint-Truiden is me weinig bijgebleven. Ik zit zo in mekaar dat ik alle negatieve snel probeer te vergeten. Je schiet er niks mee op alles bij je te dragen. Ik herinner me alleen nog dat ik écht niet meer kon voetballen. RobbieVan de Weyer kwam zelfs een keer naar me toe en zei : Coen, wat is er met jou aan de hand !? Ik had echt helemaal geen vertrouwen meer. Achteraf bekeken had ik naar mijn vrouw moeten luisteren, die zei dat ik daar nooit weg moest gaan. Het financiële plaatje was op dat moment natuurlijk ook belangrijk : ik kon stoppen met werken, wat de droom is van elke voetballer.”

Nu moest hij dus noodgedwongen voltijds de draad van vroeger oppikken in het vloerenbedrijf van zijn schoonvader. “Prijzen maken, zorgen dat werken binnen komen… Er staat wel iemand boven mij, maar ik ben mijn eigen baas, zeg maar.”

En zijn hij en Marc Cox door hoe in de omkoopaffaire een en ander werd gespeeld voortaan alles behalve de boezemvrienden van destijds.

“In Nederland heeft men vrij nuchter gereageerd, maar alle mensen die mij in België na aan het hart lagen, ben ik wel uit het oog verloren, natuurlijk. Vorig jaar zat ik bij het afscheid van FredvanderHoorn. Toen heb ik toch wel effe zitten huilen op de tribune. Het werd me te veel en dan komen al die emoties los. Zo’n afscheid had ik ook kunnen hebben, dacht ik. Het doet heel veel pijn, maar ja… ik kan het niet meer terugdraaien.”

door Raoul De Groote

‘Ik had naar mijn vrouw moeten luisteren en nooit weggaan uit Westerlo.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content