Minder dan zes uur nadat er een monsterlijke aanslag was gepleegd op de wereldvrede werd in dertien Europese stadions gewoon de aftrap gegeven van een Europacupwedstrijd. Terwijl New York herschapen was in een inferno en beelden van de gruwelijke horror de wereld rondgingen, schalde er muziek door de microfoons van de stadions en werden uitbundig publicitaire boodschappen op het publiek losgelaten. Vervolgens was er één minuut stilte en kon het spelletje beginnen. Er werd gejubeld om doelpunten, gesakkerd om gemiste kansen en na afloop gaven de trainers, de ene al wat bedrukter dan de andere, analyses van dat wat zich de voorbije negentig minuten voor hun ogen had ontrold. Intussen lag Manhatten bedekt onder de stofwolken van instortende torens en sidderde de hele wereld van angst voor de gevolgen van de massieve terroristische aanvallen.

De sport heeft altijd al zijn eigen, soms wat wereldvreemde wetten gesteld. In het Nederlandse Deventer had het bestuur van Go Ahead Eagles precies drie seconden nodig om de competitiewedstrijd tegen Emmen uit te stellen. Maar de Nederlandse Voetbalbond vond dat een slecht idee, zwaaide geschrokken met reglementen en liet de club weten dat er moest rekening gehouden worden met een uitspraak van de tuchtcommissie. Het was de onmacht en de besluiteloosheid ten top : zelfs op het moment dat de wereld in brand staat en duizenden mensen onder het puin sterven, wordt er nog even gesproken over tuchtrechtspraak. Het belette het bestuur van Go Ahead niet om die wedstrijd af te blazen. Hemeltergend zou het zijn als de club daarvoor de consequenties moet dragen.

Het is verbijsterend dat een orgaan als de Uefa een volle dag nodig had om het resterende programma in de Champions League en de Uefacup uit te stellen. Pas dan kwam men in gewetensnood. Dat is veelbetekend voor de logheid van dit apparaat. Iedereen heeft op zulke momenten kennelijk schrik om beslissingen te nemen en wringt zich in allerhande bochten om de verantwoordelijkheid af te wentelen. De vrees voor kritiek leidt tot immobiliteit. Ook en vooral omdat de commerciële greep op deze evenementen steeds groter wordt. Pas na de collectieve verontwaardiging viel het commerciële masker in dit voetbalbolwerk af. Al dan niet onder invloed van die sponsors met Amerikaanse wortels.

Het is ongehoord dat er achteraf nog mensen zijn die de late ingreep van de Europese voetbalunie bekritiseerden. En dat Fifavoorzitter Sepp Blatter alle wedstrijden die onder de wereldvoetbalbond vallen, gewoon liet doorgaan omdat hij niet wilde wijken voor de terroristen. Kortzichtiger kan een mening niet zijn. Want dit had niets te maken met een kapitulatie voor terreur. Maar wel met respect, met ethiek, met morele waarden. De sport kan zich op zulke momenten niet boven de maatschappij blijven verheffen. Hoe vaak dat in het verleden al is gebeurd. Onlangs bijvoorbeeld, toen het Schotse Glasgow Rangers vroeg de Uefacupwedstrijd tegen Anzhi Lakhasjkala niet in Dagestan, vlakbij het door bomaanslagen en ontvoeringen geteisterde oorlogsgebied van Tsjetsjenië, te spelen maar wel op een neutraal terrein. Hautain werd dit verzoek afgewimpeld.

Los van de directieven van de federaties werd vorig weekend in Europa voor iedere voetbalwedstrijd één minuut stilte in acht genomen. Dat gebeurde in de meeste plaatsen in een wurgende en beklemmende stilte. Ook in andere sportdisciplines waren er tekenen van solidariteit. In Amerika lieten topsporters weten een deel van hun salaris voor de nabestaanden af te staan. Hoe schril stak dat niet af tegen de tactloze reactie van Club Brugge dat na de tevergeefse trip naar Cyprus liet weten het geld van die reis te willen recupereren.

Als er een moment is dat je daarover moet zwijgen, dan juist in die meest donkere week uit de geschiedenis van de moderne beschaving.

door Jacques Sys

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content