Donderdag 13/5

De spanning stijgt stilaan ten top : wie wordt het ? Wie wordt nummer drie in onze befaamde reeks ‘Legenden van het Europese voetbal’ ? Wie komt na Alfredo Di Stefano en Bobby Robson ?

Wordt het Bernd Hölzenbein ? Franz Roth misschien ? Hugo Hovenkamp ? Paul Le Guen ? Karol Ozlizlo (Gornik Zabrze) ? Josef Capkovic (Slovan Bratislava) ? Georg Buschner (Carl Zeiss Jena) ? We blijven in het ongewisse.

Wij zijn al eens stiekem in het bureau van Jacques Sys op de planning gaan kijken, maar daar staat het niet op. Het zou ons trouwens niet in dank worden afgenomen zo wij het verklapten. Een betere verkooptruc hebben ze bij Roularta zelden gekend. Elke woensdagmorgen stormen duizenden lezers om halfzeven al naar de krantenwinkel om daar de nog warme exemplaren van Sport/Voetbal Magazine weg te grissen. Staat ze er in of staat ze er niet in, de derde aflevering ? Wie kan aan die vraag weerstaan ? Walter Schachner ! Die kan het ook zijn. Die past ook perfect in het rijtje Di Stefano-Robson.

Zaterdag 15/5

Uit een grijs verleden als wielerverslaggever herinneren wij ons het genoegen van kleine buitenlandse rittenwedstrijden. Veel minder druk en drukte dan in de Tour, en dus veel minder werk : een minimale bijdrage vonden ze op het thuisfront al van het goede te veel. En het eten was even lekker.

Wij waren ooit in een Ronde van Spanje waarin Bernard Hinault plots het geel veroverde. Het was ergens in een desolate noordelijke bergstreek. Jean-Yves Donor, van de Franse krant Le Figaro, legde zijn pijp ter zijde en probeerde via bemiddeling van de toen niet erg geavanceerde Spaanse telefoonmaatschappij contact te leggen met zijn redactie in Parijs.

Dat lukte al na vijfenveertig minuten, waarna Donor vroeg hoeveel regels hij moest schrijven. In Parijs wisten ze niet wat ze hoorden : “Over de Ronde van Spanje ? Niets.” Jean-Yves : “Ja maar, Hinault staat op kop.” Parijs : “En dan ? Schrijf maar iets als hij eindwinnaar is geworden. Een regeltje of vijftien, we zetten er wel een mooie foto uit de Tour bij.”

In die kleine rondes was het altijd een beetje vakantie. Als wij iets missen uit het wielrennen, dan is het de veertiendaagse die begon in Parijs-Nice. Daarna op maandag doorsteken naar de Tirreno-Adriatico voor de laatste drie ritten, op woensdagavond doorzakken in San Benedetto del Tronto, op donderdag naar Milaan, op vrijdag een paar korte voorbeschouwingen en op zaterdag Milaan-Sanremo. Perfect.

De Dauphiné Libéré ? Zalige week. De Ronde van Luxemburg ? Altijd plezier. Dat was de koers van onze betreurde vriend en collega André De Brouwer, van Het Nieuwsblad en van de cyclocross in Overijse. André kende elke straat in het Groothertogdom en berekende aan de hand van een set stafkaarten iedere ochtend het ideale kruispunt waar we met zijn allen de hele dag op een terras konden gaan zitten. Daar kwam het peloton dan zeventien keer voorbij, uit elke richting een keer of vier. Meestal kende André ook de uitbaters van het etablissement, dus dat was verwenning gegarandeerd.

De Ronde van Romandië ! Het nec plus ultra. Om vier uur aankomst, om vijf uur alle stukjes en interviews doorgestuurd, en elke avond bal. Wij hebben daar de oude Victor Larcher van La Meuse eens een reusachtige feesttent in vervoering weten brengen door op het podium te klauteren, de microfoon af te nemen van een jodelaar met een accordeon, en met een majestueus gebaar te roepen : “Grappa per tutti !” Victor nam een stormachtig applaus in ontvangst en verliet daarna in alle haast de tent, terwijl de obers met vierhonderd grappa’s tussen de tafels door laveerden.

Nu Ivan Sonck, in zijn beruchte column ‘Buitenspel’ in De Standaard : “Sinds de managers de elektronische media in hun greep hebben gekregen, worden in de eerste dagen van mei de middagen van werklozen, zieken en ouderen opgevrolijkt met beelden uit een Zwitserse gouw waar een peloton derderangscoureurs doorheen sukkelt.”

Ivan, die tot alledrie de genoemde categorieën behoort, spreekt hier over de Ronde van Romandië ! Heiligschennis, ’t woord is niet overdreven. Waar is de tijd dat ze nog atletiek op televisie gaven. Kunt u zich dat nog herinneren ?

door Koen Meulenaere

‘Grappa per tutti.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content