Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Enthousiasme en veel goede wil. Diverse vraagtekens rond de nationale ploeg blijven, maar René Vandereycken en zijn brede kern gingen na een intense veertiendaagse met een goed gevoel de zomervakantie in.

Voor zijn eerste wedstrijd in België trok bondscoach René Vandereycken naar vertrouwde bodem : naar Genk, waar hij een jaar geleden het Fenixstadion in vuur en vlam zette door in een barrageduel Standard te kloppen en zo Europees voetbal voor blauw-wit af te dwingen. Meteen zijn laatste wapenfeit, want een paar dagen later hakte Jos Vaessen er zijn hoofd af. Te weinig spektakel, te weinig jeugd, te weinig enthousiasme bij het publiek, te weinig plooibaar. Vandereycken bleef zes maanden aan de kant en werd vervolgens bondscoach.

O ironie, bij zijn terugkeer naar het Fenixstadion vorige woensdag was dat er allemaal wél. Overvloedig zelfs. ‘We hebben ons geamuseerd’, vond iedereen toen om iets over halfelf Carl Hoefkens de gelijkmaker voor de Belgen binnenkopte. De fans in het stadion zeker, ze moedigden hun ploeg aan als gold het een kwalificatiewedstrijd. Ze hadden dan ook wel wat gezien : acties, goals én jeugd. Na een annus horribilis kon er zelfs bij bondsvoorzitter Jan Peeters, in de tribune naast Jos Vaessen, een glimlach af. Zijn laatste interland als voorzitter had toch nog een sprankel hoop gebracht. De vorige vriendschappelijke interland tegen Turkije was in de slotseconden nipt in het voordeel van de bezoekers gekanteld, dit keer wonnen de nieuwe Belgen op punten. Na de zege tegen Saudi-Arabië en het gelijkspel tegen Slovakije werd niet verloren van een Turkse ploeg die veertiende staat op de FIFA-ranking en qua talent op het WK hoort. Voor een voetballand in diepe crisis is dat een opsteker. Opvallend : Vandereycken had het over zijn ‘jonge ploeg’, maar de basisploeg van de Turken was gemiddeld nog een stuk jonger. Alles is perceptie.

Teambuilding

De Belgische coach had perspectieven gezien en vooral : hij had zijn spelers van heel dichtbij meegemaakt. De voorbije veertien dagen had de groep intens samengeleefd. Niet alle dagen getraind, maar vaak werd er toch nog ’s avonds verzamelen geblazen in het hotel, zodat ze elkaar amper konden ontlopen. Teambuilding stond voorop, een beetje zoals tijdens een trainingskamp met een ploeg of een voorbereiding op een toernooi. Als er kleine ergernissen konden ontstaan, zat de bondscoach er dicht op. En aangezien we aan het begin van een nieuw tijdperk staan, toonde iedereen zich van zijn meest geconcentreerde kant. Want dat viel ook een oude rot als Timmy Simons op : er werd geconcentreerd gewerkt, ook op training.

Vandereycken : “Het enthousiasme, zelfs op de bank, was groot, deze groep is erg naar mekaar toegegroeid. Anders is het tegen zo’n tegenstander bijna onmogelijk om terug te komen na 0-2 en 2-3. Laat de ene of de andere speler zijn defensief werk niet doen en je wordt tegen dit soort ploegen definitief uitgetikt. Je kan iets willen als trainer, maar het is vooral de verdienste van de ploeg dat ze het uitvoeren.”

De bondscoach loofde woensdag zelfs de tactische flexibiliteit van zijn team, dat in de eindfase met vier spitsen ( Luigi Pieroni, MoussaDembele, StevenDefour en Kevin Vandenbergh) ging voetballen.

Weliswaar maar vijf minuutjes en in het geval van Defour en Vandenbergh bleef er voor de rest niet veel te loven over.

Vandereycken : “Daar hebben we niet op geoefend maar het lukte toch, op basis van enkele richtlijnen die je met de wisselspeler meegeeft. Als de organisatie toch blijft staan, met dit resultaat alsnog op het einde, dan is dit iets wat we weken of maanden gaan meenemen.”

Opmerkelijk, zeker omdat die tactische flexibiliteit er in het begin van de match niet was. Tegen een fysiek snel en technisch sterk Turkije deden de Belgen plots weer denken aan de onmachtige groep die in de WK-kwalificaties bij quasi alle grote afspraken onderuit ging. Overal een stap te laat, nergens druk kunnen zetten, te veel ruimte laten aan de tegenstander, steevast wijken. In drie tikken lag na twee minuten de bal al in het net en net voor het halfuur op een snelle counter nog eens. Weg was de zekerheid achterin, het compacte van het middenveld, de rust aan de bal. Pas toen de defensie na een minuut of twintig werd gesommeerd om terug te keren naar drie centrale verdedigers, de aanval werd gevraagd om iets meer terug te zakken en het middenveld wat compacter ging spelen, begon het beter te lopen. De tactische onmacht daar werd na de match door de trainer niet in de verf gezet. Zoals altijd, weet Simons intussen. “De coach zal in zijn nabespreking vooral het goeie loven en nadien terugkeren op de punten waar wat beterschap in zat.”

Perfect was het dus allerminst. Pas toen Vandereycken teruggreep naar iets wat Aimé Anthuenis eerder ook al moest doen, werd het evenwicht hersteld : naast Simons een tweede verdedigende middenvelder, Karel Geraerts, posteren om die wat te ontlasten, en Bart Goor iets meer naar binnen en achteruit trekken om er op zijn Anderlechts het hart van de ploeg bij te staan. Conclusie : de 4-3-3 werkte van geen kanten. Jelle VanDamme en Gill Swerts hadden geen mannetje voor zich bij balbezit en zagen evenmin hoe iemand uit het middenveld zich aanbood voor de combinatie. Resultaat : helemaal verloren en steevast balverlies. De Rode Duivelsploeg was er opnieuw een van eilandjes : eentje achterin, eentje centraal en eentje in de aanval en nergens iemand om de brug te slaan. Pas na tactisch geschuif aangegeven vanaf de kant, want op het veld durft nog niemand de nieuwe bondscoach terecht te wijzen, begon het beter te lopen. Toen stak Stein Huysegems plots de kop boven water, ging Van Damme zich rustiger voelen en ontdekte het Belgische publiek in Swerts de polyvalente rechtsvoetige die ze ook in de Nederlandse competitie kennen. Kortom : we hebben dertig internationals of zo.

Finetunen

Finetunen, bijstellen en straks tijdens de zomer alle beelden nog eens goed analyseren, er is nog een pak werk aan de winkel voor Vandereycken, die nog met een reeks onduidelijkheden zit. Van voor naar achter. Wesley Sonck toonde twee flitsen van klasse, maar heeft straks een goede voorbereiding nodig om weer op topniveau te komen. Thomas Buffel doofde uit (op na een lang seizoen ?), net als Defour, bij wie het hoofd én de benen niks meer kunnen. Beiden zullen in augustus ongetwijfeld fitter zijn. Huysegems had twee assists en een paar prachtige bewegingen in huis. Van het trio dat na de rust in het veld kwam, lijkt Dembele de meeste mogelijkheden te hebben. Nog geen goede voortzetting, maar wel sterk aan de bal. Kazachstan en co komen te vroeg, maar als Dembele zich bij AZ meer kan doorzetten dan Huysegems vorig seizoen, dan zit daar muziek in. Dat denkt ook zijn ex-ploegmaat Carl Hoefkens : “Ik heb er op training destijds dikwijls op gevloekt, want als hij de bal in de voeten krijgt, moet je van goeden huize zijn om er nog aan te kunnen.”

In de rest zit er minder muziek. Pieroni scoort in Frankrijk, maar kon als Rode Duivel nog geen enkele keer over een langere periode bekoren, terwijl Vandenbergh nooit veel meer dan een sluipschutter zal worden. Perfect voor interlands die zich op de rand van de backlijn afspelen.

Op het middenveld komt Koen Daerden terug en moet Karel Geraerts, betrokken bij de gelijkmaker in Slovakije én de 1-2 tegen de Turken, nog iets beter zijn momenten kiezen om voor doel te komen. Bovendien mag hij zich ook iets meer in het samenspel laten betrekken. De manier waarop hij en Buffel Swerts in het eerste halfuur lieten verzuipen bij balbezit was niet zo fijn voor iemand die pas komt kijken. Overigens geldt voor Swerts – dat maakte het eerste halfuur tegen de Turken duidelijk – hetzelfde als voor Anthony VandenBorre : offensief sterker dan defensief. Een échte rechtsachter is hij niet. Centraal achterin hebben we weelde : Thomas Vermaelen, Daniel Van Buyten en Vincent Kompany keken vanuit de tribune toe hoe Jelle Van Damme, Philippe Léonard en Carl Hoefkens niet zo heel veel weggaven.

Conclusie van de voorbije veertien dagen ? De spelers loofden vooral de groepsgeest en inzet. Simons : “Meer dan in de vorige campagne heb ik het gevoel dat we, als het nodig is, tot op het randje kunnen gaan. Je moet ook wat geluk hebben, direct kunnen scoren na de 0-2 geeft een extra boost. Met deze groep kunnen we ons mannetje staan, de nieuwelingen leggen er hun kop voor. Daar kun je heel veel resultaat mee boeken, als het eens moeilijk is. Terugkomen op karakter, misschien ontbrak dat in de vorige vriendschappelijke wedstrijden. We hebben bij de twee vorige campagnes onze start gemist, dat mag straks in augustus tegen Kazachstan niet gebeuren. Maar hoe sterk de groep écht is als we eens een tegenslag krijgen, zullen we pas in een officiële wedstrijd te zien krijgen.”

Carl Hoefkens, auteur van de late gelijkmaker in zijn 59ste match van het seizoen, viel zijn aanvoerder bij. “Ik denk dat we met een positief gevoel op vakantie kunnen gaan. We zijn naar mekaar toegegroeid, hij heeft ons leren kennen, wij hem, wij weten nu wat hij van ons vraagt. Ik denk dat we tegen Kazachstan niet voor verrassingen komen te staan. Iedereen jut elkaar op, er is veel passie om ons te tonen, de honger om naar het EK te gaan is groot.”

PETER T’KINT

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content