‘Er zijn niet zo veel dingen die ik even graag en even goed doe als autoracen.’ De vele gezichten van Michael Schumacher.

Dit verhaal zal hem niet bevallen – zeker niet. Hoewel. Wat de buitenwereld van en over hem denkt, kan Michael Schumacher (35) hoe dan ook gestolen worden. Voor zijn eigen gedachten en gevoelens heeft hij een soort tractiecontrole ontworpen, een systeem waardoor hij niet uit de bocht kan vliegen. Onrust treedt bij Schumacher hooguit als een buikgevoel op. Niet alleen het gelaat van de autocoureur, ook het gelaat van de mens Schumacher blijft verborgen achter het gespiegeld glas van zijn helm. Dat is natuurlijk zijn goed recht, al zorgt de camouflagestrategie van Schumacher in combinatie met zijn natuurlijke verlegenheid voor een grootschalig misverstand. Want hoe moet je de onbereikbaarheid uitleggen die zo ontstaat ? Sommigen interpreteren deze als de uitstraling van een sterke persoonlijkheid, anderen simpelweg als arrogantie.

De meningen over Michael Schumacher blijven verdeeld. Hij is dan ook een man met vele gezichten. Dit portret is het resultaat van een nauwkeurige observatie van Schumacher tijdens het vorige Formule-1-seizoen – jaargang 2003, zijn dertiende al, goed voor een zesde wereldtitel, maar wel eentje waarop hij een hele competitie lang jacht diende te maken. Onder meer daarom laat het seizoen 2003 toe om Schumacher goed te typeren, om hem te schetsen zonder overdreven veel te moeten speculeren.

En waarom dan niet meteen met de essentie beginnen ? De felle inspanningen die een heel seizoen werden geleverd – bij Ferrari, bij de concurrenten – en de soms niet te harden spanning die als een mes door het WK sneed, brachten Schumacher in een toestand van verregaande ontspanning. Het stemde hem bijna euforisch, alsof hij ervan in trance raakte. Michael Schumacher was in 2003 de wereldkampioen van de goede luim. Doorlopend liep hij rond als aangestoken door de ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Zijn vrolijkheid stak de tegenstanders. Het goede humeur van een concurrent valt nu eenmaal moeilijk te ontwapenen : testritten en experimenten in de windtunnel vermogen daar weinig tegen.

Voor Schumacher ligt de meerwaarde van het vorige kampioenschap en van de daarin behaalde wereldtitel besloten in de verhoogde tegenwerking die hij onderweg ondervond. Winnaarstypes zien zich graag voor scherpe uitdagingen geplaatst. Schumacher : “Niet dat record maakt deze titel zo fantastisch, wel de moeilijke omstandigheden waarin ik hem veroverde.” Moeilijke omstandigheden zoals : een wagen die niet meer zoals vroeger de concurrentie overtroefde qua intrinsieke kracht en snelheid.

Dat 2004 zich eveneens als een bijzonder lastig seizoen aankondigt (al valt daar voorlopig weinig van te merken), vormt voor Michael Schumacher de best mogelijke stimulans. Het maakt de eeuwige vraag naar wat hem nog drijft compleet overbodig. Meer dan ooit beleeft ‘Schuminator’ plezier aan zijn job. “Wat een interessante lach heeft Schumacher om de mond”, merkte het Duitse magazine Stern laatst op. “Het is zo een relaxed jullie-kunnen-me-toch-niets-lachje.” Bild am Sonntag tekende het als volgt op : “Hij heeft de perfecte mix van eerzucht, plezier, concentratie en lichtheid gevonden.”

Over sleet op de ambities van Schumacher hoeft men zich geen zorgen te maken. In zijn voorbeschouwingen op het seizoen 2003 lichtte hij wat dat betreft al een tip van de sluier op. “Het was mijn grote ambitie om met en voor Ferrari de wereldtitel te winnen. Gezien we deze doelstelling al in het jaar 2000 bereikten, is alles wat daarop volgde gewoon toegevoegde waarde en een onvergelijkbaar genoegen. Op dezelfde manier kijk ik naar de toekomst : alles wat er nog bij komt, is winst.” Bovendien : Michael Schumacher heeft werkelijk niets beters te doen dan autoracen. “Er zijn niet zo veel dingen die ik even graag en even goed doe”, aldus de rijder.

Zijn vorig jaar verschenen fotobiografie draagt de simpele maar treffende titel Schumacher. Driving force. De drijvende kracht blijft in de eerste plaats Schumacher zelf. Zelfs al gaat het om één schamel WK-puntje – zoals in de slotrace van vorig seizoen in Suzuka -, de Duitser maakt er een erezaak van om dat punt op eigen kracht binnen te halen. Dan deelt Schumacher geen geschenken uit. Hij kent in die omstandigheden zelfs zijn vrienden en familie niet meer – dat kan nagevraagd worden bij zijn broer Ralf.

Michael Schumacher bezit de kenmerken van de absolute heerser. Hij heerst over alle dingen, inbegrepen zijn eigen hoofd en hart. Zonder die zelfbeheersing had hij vorig jaar de Grote Prijs van San Marino niet gewonnen, er zelfs niet aan deelgenomen. Tussen de kwalificatieritten en de wedstrijd zelf vloog Michael met zijn broer van Imola naar Keulen, waar hij aan het ziekbed de laatste momenten van zijn in coma gevallen moeder meemaakte. Toch stapte hij luttele uren later in zijn Ferrari en reed naar zijn eerste zege van het seizoen – een triomf met een rouwband errond.

Wat de camera’s achteraf op en rond het podium in beeld kregen, was een man met een masker. Zelfs wie niets van de familietragedie wist, zag het volle verdriet in de blik van de winnaar. Zo beheerst Michael Schumacher de in mentaal opzicht misschien wel moeilijkste race uit zijn carrière had gereden, zo hulpeloos stond hij op dat podium. In die momenten deed hij wat hij altijd doet : vechten, deze keer tegen de opkomende tranen. Dit verdringingsmechanisme moeten alle autorenners leren hanteren, willen ze hun job goed kunnen uitoefenen. Hun beroep brengt hen uiteindelijk altijd naar een grensgebied tussen leven en dood. Ook Michael Schumacher heeft voor de ogenblikken achter het stuur een magische afstandelijkheid ontwikkeld.

Jean Todt, de teambaas van Ferrari, kon de prestatie van Schumacher in Imola niet genoeg bewieroken. De Fransman snoerde alle critici, die spraken over de harteloosheid van de kampioen, de mond. “Michael”, zei Todt, “reed deze wedstrijd in het belang van het team en dat heeft hij fantastisch gedaan. Daarmee bedoel ik niet wat hij als rijder heeft gepresteerd. Veel belangrijker is wat hij vandaag als mens heeft getoond. Heel Ferrari is ongelooflijk trots op hem.”

In het rennerskwartier blijft Michael Schumacher almaar meer rondhangen om wat te keuvelen of een grap te vertellen. Hij schijnt zich cooler op te stellen, gedraagt zich als een soort ambassadeur van zijn generatie autocoureurs. Ouder en milder geworden, dat is wat zijn lichaamstaal op die momenten vertelt. “Weker geworden”, stelde een waarnemer vast tijdens de Grote Prijs van Frankrijk in Magny-Cour. Niemand hoeft zich echter illusies te maken : aan koelbloedigheid heeft Schumacher nog geen spat ingeboet. Veeleer verstaat de Duitser tegenwoordig beter de kunst om zijn weke en zijn harde kant met elkaar te verzoenen. Ze lopen elkaar niet meer voor de voeten, Schumacher heerst ook over die dingen. De tunnelvisie waarmee Schumacher zijn wedstrijden rijdt en vaak wint, verlaat hem op geen enkel ogenblik. Het is die focus die hem zo sterk en succesrijk maakt.

Zelden verschilde Schumachers eigen mening zo zeer van de algemene opinie als na de Grote Prijs van Hongarije. Na de winst van Fernando Alonso ontwaarde iedereen plots de nieuwe Schumacher. Zeker omdat de nieuwe Schumacher de oude (Michael dus) had gedubbeld. Het monument was van zijn voetstuk gedonderd. Medelijden, maar dan van het gehuichelde soort, was het deel van de Duitser. Toch werden er ook uiterst suggestieve vragen op hem afgevuurd. Of hij zich uitgebrand voelde ? Antwoord : “De computergegevens bewijzen dat we niet zo ver achterop lagen als het toescheen voor de oppervlakkige waarnemer.” Einde van de discussie. Schijnoptimisme of een realistische inschatting van zijn eigen sterkte ? De feiten gaven later het positieve denken van Schumacher gelijk.

De gemoedstoestand van Schumacher en de manier waarop het Ferrari-team zich daaraan optrok, bepaalden in hoge mate de afloop van het WK. De samenhang binnen het team was bijwijlen ontroerend, het moreel van de manschappen stond constant in het zenit. Er sloop een onverzettelijke verbetenheid in het team en het was Schumacher die deze fighting spirit erin pompte. Het toonde de karaktersterkte van de wereldkampioen, de wilskracht waarop hij steeds kan terugvallen. En het openbaarde een andere, minder bekende kant van de Duitser : vaak voor een solist versleten, manifesteerde hij zich het vorige seizoen als een perfecte ploegspeler.

Schumacher voelt zich kiplekker in het gezelschap van mecaniciens. Dat vereist zijn beroep, maar bij Schumacher gaat de technische input verder. Zijn aanwezigheid in het atelier is een bron van inspiratie en motivatie voor elke medewerker van Ferrari. Het is alsof hij met zijn fysieke verschijning zegt : hier ben ik, hier durf ik te zijn. Op de nederlaag in Hongarije volgden twee beslissende overwinningen : in Monza en in Indianapolis. Die zeges waren het resultaat van een week van intens samenwerken met het team : veel testen, maar nog veel meer het moreel opkrikken. Schumacher op de vraag waarom hij in tijden van crisis zo rustig bleef : “Die rust is niet uit de lucht komen vallen. Die rust kwam er omdat ik zag hoeveel energie het team in zijn werk stak.” Wat hem zo zeker maakte, wilden de reporters weten. Weer stak bij Schumacher een zweem van arrogantie de kop op : “Ik beschik over andere informatie dan jullie.”

Hooghartig ? Wel, toen het bij de eerste drie wedstrijden van het seizoen telkens fout liep, schoof Schumacher op geen enkel moment de schuld naar anderen door. In Brazilië oogstte hij voor het eerst in 24 races geen WK-punten : Schumacher legde de mislukking alleen bij zichzelf. En na de Grote Prijs van Maleisië verontschuldigde hij zich bij Jarno Trulli voor een manoeuvre die mogelijk als roekeloos kon worden geïnterpreteerd.

Natuurlijk, routine helpt. Ook in de Formule 1 herhaalt zich de geschiedenis. Ook in dit wereldje keren de roddels na verloop van tijd terug. Schumacher laat zich daardoor niet onder druk zetten. Op druk reageert hij met tegendruk. Leg eens uit, Michael ? “Wel, ik heb met druk leren leven. Druk verhoogt de charme van het winnen.”

Bij Ferrari betekent Schumacher meer dan de eerste rijder. Hij is de leidinggevende persoonlijkheid van het team. Dat illustreerde hij al in Monte-Carlo, toen voor het eerst duidelijk werd hoeveel gevaar de combinatie van BMW en bandenfabrikant Michelin inhield voor Ferrari. Hij verzekerde zijn gehoor dat hij volledig vertrouwde op de ontwikkelingskracht van Ferrari’s bandenpartner Bridgestone. Renners- taal. Want eigenlijk ging het om een messcherpe dreiging, vrij vertaald : vrienden, nu moet ik jullie toch eens goed wakker schudden. De diplomatie die Schumacher hier gebruikte, leerde hij bij Ferrari. Dat hij de dingen veeleer op basis van overleg dan op basis van eisen wil bekomen, wijst op rijpheid.

Vorig seizoen rees de vraag hoe Schumacher zou reageren mocht hij voor een langere tijd op achterstand komen. Beleefdheid kan hij in die omstandigheden altijd blijven opbrengen, maar evenzeer wordt hij kortaangebonden. Wanneer hij geniet, strooit hij daarentegen kwistig met commentaar. En relativeert hij zelfs gevaarlijke momenten tijdens een wedstrijd. Tijdens een pitstop in de Grote Prijs van Oostenrijk vatte zijn wagen even vuur. Schumacher : “Je rust verliezen heeft niet veel zin. Je vertrouwt op je mecaniciens – terecht zoals u hebt kunnen zien. Ik had niet echt het gevoel me in een gevaarlijke situatie te bevinden.”

Een mysterieuze man, een man met vele gezichten. Zelfs zijn vrouw Corinna zegt : “Het raadsel van Michael wordt ook voor mij langzaam ontsluierd.” Toch, tot slot : een poging om te lezen wat er op zijn gezicht stond te lezen toen hij in Suzuka van iedereen afscheid nam. En op het gezicht waarmee hij in januari op het skikamp van Ferrari in Madonna di Campiglio weer opdook. Opnieuw had hij inspanning en ontspanning met elkaar verzoend. Weer zal hij de vreugde plukken uit de weerstand van de concurrentie, eerder dan uit records en cijfermateriaal.

Wie hem bezig ziet, moet onwillekeurig denken aan de woorden van acteur Steve McQueen : “Racen is leven, en de tijd tussen de races dient gewoon om te wachten.” Michael Schumacher herhaalt die woorden niet. Maar je ziet het hem wel denken.

door Elmar Brümme

‘Druk verhoogt de charme van het winnen.’

Na de dood van zijn moeder deed hij automatisch wat hij altijd doet : vechten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content