Door zijn karakter dwong hij respect af bij vriend en vijand. Naast het veld was hij één van de grootste lolbroeken. Sinds twee jaar heeft Mathy Billen het voetbal de rug toegekeerd.

“Wat ben ik toch dom geweest om als trainer van Patro Eisden, Maasland en Patro Maasmechelen nog voor enkele duizenden franken op zaterdagavond of zondagmiddag naar Deinze, Zulte-Waregem of Oostende te rijden…”

Het is maandagmiddag en de eerste klanten van het ‘Bakkemieske’, de taverne die Mathy Billen al een jaar of twintig in Neeroeteren runt, druppelen binnen. “Gisteren,” vertelt hij, “zat hier honderd vijftig man binnen. Heerlijke middag gehad. De hele dag samen met mijn vrouw hard gewerkt, maar als ik dan ’s avonds de kassa sluit, is de voldoening bijzonder groot. Ik wil me nu ten volle met de zaak bezighouden. Door de tijd die naar het voetbal ging, moest mijn vrouw de zaak ’s avonds veel te vaak alleen openhouden. Ik mag de Heer danken dat we nog altijd samen zijn. Hoe vaak heb ik als speler de bloemetjes niet buitengezet. Ik kruiste zelfs geregeld mijn vrouw toen die om zeven uur ’s morgens met de fiets naar het werk reed.”

De fratsen uit het voetballeven van Mathy Billen zijn ontelbaar en onnavolgbaar. “In Koeweit stond ik eens poedelnaakt op de hotelgang, toen mijn ploegmaats hun kamerdeuren op slot hadden gedaan. Ik was snel en zonder kleren mijn fototoestel gaan halen, waarna er een kettingreactie ontstond van spelers die elkaar belden om de kamerdeuren te vergrendelen zodat ik nergens nog binnenkon. Poedelnaakt stond ik daar op de gang toen er een kamermeisje kwam aangelopen en ik nog net een vuilnisbakje voor mijn mannelijkheid kon houden. Een kinderbedje bracht redding. Ik dook erin tot iemand van het bestuur me kwam helpen en de kamerdeuren weer opengingen.

“Na een 5-0 nederlaag in Dundee ging ik iedereen in kostuum zeggen dat ik taxi’s had besteld om nog een stapje in de wereld te zetten. Toen we beneden kwamen, moesten we ervoor zorgen dat het bestuur, dat in een hoekje van de lobby zat, ons niet in de gaten kreeg. Plots deed ik alsof ik mijn portefeuille vergeten was en rende ik terug naar boven. Niet om mijn portefeuille te gaan halen, wel om te gaan slapen. En de anderen beneden maar wachten op taxi’s die nooit kwamen.

“Bij Standard had ik eerder als jonge speler de minder fraaie kanten leren kennen. Na een tegengoal op Club Brugge schold Wilfried Van Moer me de huid vol, waarvoor hij door de trainer werd beboet. Het lag Van Moer zwaar op de maag dat ik zijn vriend Nico Dewalque uit de ploeg had gespeeld. Ze wilden mij doen opdraaien voor de boetes die zij hadden gekregen en namen me op een middag in hun dikke Mercedes mee naar een bar in Luik. Ze bestelden champagne rosé, maar ik hield het bij een vruchtensapje. Toen er vanachter elk gordijn plots blondines en brunettes opdoken, rook ik onraad. Voor die kosten wilde ik echt niet opdraaien. Ik bestelde een taxi, wenste hen nog veel plezier en reed terug naar het stadion.”

Nu en dan lapte Billen ook de tactische richtlijnen van de trainer aan zijn laars. Achteraf bekeken maar goed ook. “Anders had ik nooit gescoord op Arsenal”, glundert hij. “Door de 1-0 zege thuis, mochten de verdedigers van trainer Bollen niet over de middenlijn komen in de terugwedstrijd. Maar na tien minuten dreef Albertsen de bal op en ondanks de smeekbede van de trainer kon ik me niet bedwingen. ‘Billen, blijf staan’, hoor ik libero Vanlessen nog schreeuwen. Maar ik rukte vrolijk mee op, zag de vertwijfeling in de Arsenalverdediging en kopte de voorzet van Albertsen voorbij Pat Jennings in doel : stonden we 0-1 voor op Higbury. Ongelooflijk. Dat we nadien niet meer dan twee tegengoals slikten, hebben we te danken aan de fantastische reddingen van Tarzan De Bruyne. Het bestuur geloofde niet meer in de kwalificatie en had ingestemd met een winstpremie van vijftigduizend frank per speler : voor die tijd en voor Winterslag een hoog bedrag. Toen we na de kwalificatie gingen stappen in Londen, viel er enkele weken later bij de club een al even grote rekening in de bus.”

Twee jaar geleden stapte Mathy Billen enigszins gede- gouteerd uit het voetbal. Financiële problemen luidden het einde van Patro Eisden in. De nieuwe club die daarna ontstond, veranderde op korte tijd twee keer van naam – eerst Maasland, dan Patro Maasmechelen. “Met een lichting spelers die ik bij de jeugd van Patro onder mijn hoede had, onder wie David Crv, Bernt Evens, Christophe Geebelen, Kris Vincken en Mark Waegemakers, had ik het behoud afgedwongen. Daar heb ik een enorme voldoening aan overgehouden. Daarna werd ik te vaak met de keerzijde van de medaille geconfronteerd. Nu hoeft het voor mij niet meer.”

“Ik weet niet of we elkaar na vandaag nog zullen terugzien”, doet Billen ons uitgeleide. “Mij zie je niet meer op het voetbal. Maar kom gerust eens langs in de zomer. Hier liggen enkele prachtige fietsroutes. Ideaal om eens uit te waaien.”

door Stefan Van Loock

‘Ineens doken er vanachter elk gordijn blondines en brunettes op. Ik rook onraad.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content