Vier jaar is Dominique D’Onofrio inmiddels trainer van Standard en wat antwoordt hij op de vraag hoe hij daarin als trainer is geëvolueerd ? “Ik stel me de vraag zelfs niet. J’avance. Hoe meer ervaring je vergaart, hoe beter uiteraard.”

Ofschoon hij zich ook dit seizoen niet als de grootste tacticus liet kennen.

” Attend, tactische kwaliteiten, wat verstaan jullie daaronder ? Wat wint ons de wedstrijd tegen Zulte Waregem ? Twee wissels ! Ik zou daar veel over kunnen zeggen, maar alles zeggen wat ik weet, dat is mijn stijl niet. Waarom had ik zelfs na vier jaar als trainer van Standard na afloop van de wedstrijd op Anderlecht in de perszaal nog altijd het gevoel dat de journalisten maar één ding wilden : over Dominique D’Onofrio praten ? Waarom ? Waarom maken ze de tactische analyse niet in ons voordeel als we Anderlecht en Brugge versloegen ? Hebben ze dan Vercauteren of Jan ( Ceulemans, nvdr) bekritiseerd ? Enfin bon. Als je vier jaar hoofdtrainer van Standard bent, leer je zaken relativeren. De kritiek, ik aanvaard ze, zolang ze niet op de man is. Geen probleem. Maar vier jaar in de vuurlijn liggen doet je soms vragen stellen.”

Wou hij juist daarom vorig seizoen om familiale redenen en wegens de druk een beetje moe eigenlijk liever geen hoofdtrainer van Standard meer zijn, dezer dagen spreekt Dominique D’Onofrio toch andere taal. Over zijn toekomst, zegt de trainer, is nog geen beslissing genomen. “De afspraak is dat we daar na het seizoen over praten.” Maar dat er gepraat kan worden over een verlenging van zijn hoofdtrainerschap leidt nu geen twijfel meer. “Een job als scout was mij destijds voorgesteld en er was interesse van twee buitenlandse clubs, maar in het belang van Standard heb ik hier voortgedaan als trainer, want ik ben toch ook altijd een man van het terrein geweest. Sollied en Gerets probeerden ze vorig seizoen tevergeefs te halen en in België zagen ze vervolgens niemand anders die Standard beter kende dan ik. Het verschil met toen is dat ik vorig seizoen zelf de beslissing al had genomen om te stoppen – om diverse redenen waar ik nu niet meer op terugkom – maar nu ben ik serener. Dus als de directie mij nu vraagt om verder te doen, doe ik verder. Dans mon esprit is de situatie nu niet dezelfde als vorig seizoen. Alles is helderder in mijn hoofd. Ik heb dus geen spijt dat ik dit seizoen trainer ben gebleven.”

RAOUL DE GROOTE EN PETER T’KINT