‘HET GEBOUW STOND OP INSTORTEN, MAAR STAAT NU WEER STEVIG RECHT’

© KOEN BAUTERS

Het sportieve succes van Zulte Waregem heeft lang de zeer wankele financiële situatie van de fusieclub verdoezeld. De redding kwam er vorig jaar met een nieuwe hoofdaandeelhouder, Tony Beeuwsaert, en een krachtdadige gedelegeerd bestuurder, Hendrik Deruyck. Laatstgenoemde legt uit hoe hij, op de al gebetonneerde fundamenten, van Essevee een ‘referentieclub’ wil maken.

Zulte Waregem – Club Brugge, volgende maandag, wordt voor Hendrik Deruyck geen ‘gewone’ play-off 1-match. Een duel immers tussen de oude en nieuwe liefde van de 65-jarige Izegemnaar. ‘Ik heb als student de eerste succesperiode van Club Brugge met Ernst Happel meegemaakt. Toen Club in 1973 voor het eerst in 53 jaar kampioen speelde, en ik op maandag met mijn blauw-zwarte sjaal in de aula van de unief verscheen, kreeg ik zelfs applaus van mijn medestudenten. (lacht) Ook daarna bleef ik Clubfan én gebeten door het voetbal, want ik stond zelf veertig jaar lang op het veld, vooral in het West-Vlaamse liefhebbersverbond. Daarnaast nog veel matchen bijwonen werd door mijn professionele carrière echter moeilijk.’

Die loopbaan is niet min: (onder meer) CEO van tapijtproducent ITC, mede-eigenaar van slaapcomfortspecialist Jaritex Bedding en van 2012 tot 2016 CEO van Balta Group, Europa’s grootste textiel- en -vloerbekledingfabrikant – omzet: 600 miljoen euro, aantal werknemers: 3500. Ondanks dat succes had Deruyck een grote droom: ‘Ooit een voetbalclub leiden, zoals Antoine Vanhove bij Club Brugge.’ Toen Frank De Langhe, bestuurslid bij Zulte Waregem en zijn persoonlijke advocaat, hem in het voorjaar van 2016 vroeg of hij gedelegeerd bestuurder van Essevee wilde worden – ‘Er is hier veel te doen, zei Frank’ – ging die droom in vervulling.

Toch hapte Deruyck pas toe na gesprekken met hoofdaandeelhouder Tony Beeuwsaert, algemeen manager Eddy Cordier, coach Francky Dury en de raad van bestuur. Er zich van bewust dat die ‘veel te doen’ een understatement was. Dat bleek ook uit de jaarrekening van het seizoen 2015/16: een dalende omzet van 17,8 naar 14,6 miljoen euro, een totaal verlies van 2,9 miljoen en vooral een schuldenlast die op een jaar tijd steeg van 13,5 naar 18,6 miljoen, waarvan 12,6 miljoen op ten hoogste één jaar. ‘Het gebouw schudde zo erg dat het op instorten stond’, geeft Deruyck toe. ‘De buitenwereld was zich daar amper van bewust, maar zonder de investering van Tony Beeuwsaert en de ingrijpende herstructurering die ik het voorbije jaar heb doorgevoerd, was Zulte Waregem failliet gegaan.’

De oorzaken voor die wankele fundamenten? Het verkwistende beleid van ex-CEO Patrick Decuyper, zo luidt het vaak bij supporters en in de media – ook al gaf Decuyper al in augustus 2013 zijn ontslag. Hoofdaandeelhouder Tony Beeuwsaert had het eind december in Het Laatste Nieuws dan weer over ‘een te ambitieus stadionproject’. Binnen de club is ook te horen dat de voorbije seizoenen sommige spelers, zoals Jesper Jørgensen en Glynor Plet, een te hoog salaris (tot 700.000 euro) werd toegekend.

Deruyck wil dat verleden niet opnieuw helemaal oprakelen. ‘Ik doe niet mee aan zwartmakerij van personen met wie ik nooit gewerkt heb en die ik niet ken, zoals Decuyper.’ Wel geeft hij toe dat er ook in de post-Decuyperperiode fouten zijn gemaakt door de toenmalige raad van bestuur. ‘Bij onderhandelingen met spelers en clubs, waarbij Eddy Cordier soms overruled werd, maar ook bij het afsluiten van sponsorcontracten en vooral bij de financiering van de stadionrenovatie. Zo werd de kostprijs van onze twee nieuwe koptribunes, 9,5 miljoen euro, betaald met kórtetermijnleningen. Dat zou ik nooit gedaan hebben, want op die manier zet je jezelf het mes voortdurend op de keel. Elke maand was het kiezen welke leverancier eerst betaald werd. En spelers, zoals Sven Kums, moesten onder hun waarde verkocht worden om steeds weer nieuwe putten te dempen. Ik bewonder Eddy Cordier voor de sisyfusarbeid die hij heeft verricht: elke steen die hij naar boven rolde, tuimelde terug naar beneden.’

Ondanks die precaire situatie was Deruyck overtuigd van het potentieel van Zulte Waregem. ‘Twee zaken staan niet in een balans: de reputatie van de firma en de kwaliteit van de medewerkers en de raad van bestuur. Mijn conclusie na alle gesprekken was dat beiden zeer goed waren, mede door de nieuwe mensen in het bestuur.’

En dus ging de Izegemnaar aan de slag, met een driejarenplan. Belangrijkste opdracht: de scheve verhouding korte-/lange-termijnschulden rechttrekken van (ongeveer) 70/30 procent naar 30/70. ‘Door nieuwe betalingsplannen uit te werken met onze leveranciers, die gelukkig geduldig gebleven zijn en, met een beetje druk, mij daarin allemaal hebben gevolgd. Door ook de bankleningen voor de stadionrenovatie om te zetten van ten hoogste één naar meerdere jaren. Ook de rekening courant van Tony Beeuwsaert – het is de bedoeling dat hij ooit zijn euro’s terugkrijgt, al is hij altijd bereid vers geld te investeren – hebben we verlengd.

‘Dat alles omvormen zal nog één jaar duren, schat ik. Helemaal gezond zijn we nog niet, maar het gebouw staat toch weer stevig recht, vroeger dan verwacht. Meer zelfs: dit seizoen zullen we opnieuw winst maken. Hoeveel, dat hangt vooral af van de transfers van Meïté en Lerager, al zal er ook zonder die transfers een plus op de balans staan. We kunnen ons nu permitteren om clubs tegen elkaar te laten opbieden, in plaats van meteen te moeten toehappen.’

Deruyck kuiste niet alleen de financiële balans op, hij herstructureerde, samen met Eddy Cordier, de hele werking van Zulte Waregem, zoals hij dat in het ‘gewone’ bedrijfsleven al had gedaan. ‘Het probleem was dat de verschillende departementen naast elkaar stonden. Te weinig onderlinge communicatie, iedereen deed zijn zegje, waardoor er te traag of helemaal niets werd beslist. Daarom hebben we een transparante, platte structuur ingevoerd, waarin medewerkers – ons grootste kapitaal – meer volgens hun specifieke capaciteiten ingezet worden, waarin ze ook perfect weten wat hun bevoegdheden zijn en aan één baas moeten rapporteren.

‘De eindverantwoordelijkheid ligt bij mij, op alle vlakken. Ik bepaal de strategie. Daarvoor heb ik een volmacht, weliswaar tot een bepaald bedrag. Voor een belangrijke transfer moet de raad van bestuur bijvoorbeeld zijn toestemming geven, maar tot nu toe was dat nooit een probleem.’

ELK JAAR PLAY-OFF 1

Deruyck heeft met zijn driejarenplan een duidelijk doel: ‘Dé referentieclub van Zuid-West-Vlaanderen worden. Dat staat of valt met succes op het veld. Dus willen we vanaf nu élk jaar play-off 1 halen – dat had ik, als enige bestuurder, al begin dit seizoen als een must vooropgesteld – af en toe eens schitteren in de beker en Europees spelen. Een terugval naar een twaalfde plaats, zoals na onze succescampagnes in 2012/13 en 2013/14, mag niet meer, want dan speel je vlug krediet kwijt en wordt het moeilijk om de kritische successupporters naar het stadion te lokken, weg van hun tv of andere clubs.’

Gemiddeld had Essevee in de voorbije reguliere competitie 9600 toeschouwers. Het totale potentieel is volgens Deruyck echter een stuk groter. ‘Voor de bekerfinale trokken liefst 18.000 man naar Brussel. Waar zijn die 8000 man gebleven tijdens de competitie? Hen – ik zag opvallend veel jongeren tijdens de bekerviering – moeten we definitief voor ons winnen als we volgend seizoen ons aantal abonnees van 6200 naar minstens 7000 willen opkrikken – met minder ben ik niet tevreden. Op langere termijn mikken we voor élke wedstrijd op een bijna vol huis van 12.500 toeschouwers, óók tegen Eupen en STVV.’

Deruyck benadrukt dat dat niet alleen met sportieve successen zal lukken. ‘Wij zijn in de eerste plaats een onderneming, dan pas een voetbalclub. En dus moeten we de supporter meer aanbieden dan een match. Ten eerste: een fris ogend – een likje verf kan wonderen doen – en comfortabel stadion voor élke fan, van een twaalfjarige tot een gepensioneerde die slecht te been is. Een stadion met voldoende toiletten, toegankelijke trappen, ruime zitplaatsen, een snelle bediening aan de toog…

‘Ten tweede: beleving creëren, voor en na een wedstrijd. Ik heb in de VS al vele NBA-matchen gezien en wat ze daar allemaal niet doen om hun toeschouwers te entertainen: cheerleaders, halftimeshows, zelfs barbecues op de parking. Niet dat we dat moeten kopiëren – we hébben al onze Studio Essevee – maar ik wil dat iedereen binnen de club meedenkt over welke formules wij kunnen presenteren. Aan de gewone supporter en aan de businessmensen uit de streek voor wie het Regenboogstadion the place to be moet zijn.’

AKKOORD MET WILLY NAESSENS GROUP

Om een referentieclub te worden, beseft Deruyck, zal Zulte Waregem ook zijn omzet moeten verhogen. ‘Van 16 miljoen euro dit seizoen naar 18 à 19 miljoen euro de volgende jaren. Daar hebben we verschillende hefbomen voor. De aflopende verbintenis met Record Bank als hoofdshirtsponsor is met één jaar verlengd en wij spreken ook met moederbank ING (Record Bank zou op termijn verdwijnen als merk, nvdr) om een partnership op langere termijn aan te gaan.

‘Daarnaast hebben we een akkoord met de Willy Naessens Group, die ons stadion heeft verbouwd: volgend seizoen wordt dat de tweede belangrijkste shirtsponsor en daarna, voor twee jaar, de grootste naam op de trui-tjes. Omdat we voor onze Europa Leaguewedstrijden een aparte shirtsponsor zoeken, zijn we ook aan het praten met grote bedrijven die zich op de buitenlandse markt richten. De naam van het Regenboogstadion commercialiseren – zoals de Ghelamco Arena – is voorlopig geen optie. Bedrijven willen zo’n deal pas afsluiten als ons héle stadion is vernieuwd.’

Die renovatie wordt de grootste hefboom om het budget op te krikken. Met, na de verkoop van de commerciële ruimtes in de twee nieuwe koptribunes, een nieuwe hoek/viptribune aan de hoofdingang. ‘De bouw start direct na het seizoen en moet ten laatste in december klaar zijn’, zegt Deruyck. ‘Daarin komen de fan- en ticketshop, een bistro, een feestzaal en twaalf skyboxen die firma’s voor drie jaar kunnen huren. Kostprijs van de tribune: 5,5 miljoen euro, gefinancierd door vooraf betaalde huurinkomsten, twee langetermijnleningen en subsidies van de stad – vloeiend uit de verkoop van de gronden rond het stadion. Het project zal zich binnen de twee, drie jaar terugbetalen, omdat we die tribune – het héle stadion trouwens – tijdens de week veel meer willen exploiteren, tot zelfs trouwfeesten. De omzet van ons evenementenbureau Ballroom is dit seizoen al verdubbeld, maar daar zit nog rek op.’

De volgende en laatste stap van de stadionrenovatie wordt een nieuwe hoofdtribune. Volgens Deruyck is dat, door de hoge kostprijs van 12 miljoen euro, echter pas voor 2020 à 2022. ‘Dat wil ik, met mijn mandaat als bestuurder tot 2022, nog realiseren. Maar eerst de financiële balans weer helemaal op orde krijgen én investeren in de spelerskern. Want wat ben je met een prachtig stadion zonder goede ploeg?’

DOOR JONAS CRETEUR – FOTO’S KOEN BAUTERS

‘Zonder de investering van Tony Beeuwsaert en de herstructurering die ik het voorbije jaar heb doorgevoerd, was Zulte Waregem failliet gegaan.’ HENDRIK DERUYCK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content