Het staat nu vast: Nemanja Rnic verlaat Anderlecht en ook een vertrek van Roland Juhasz is niet uitgesloten. De Brusselaars gaan op zoek naar minstens drie nieuwe verdedigers. Daarbij moet vooral ook de kwaliteit omhoog.

Als de naam van Ivan Perisic valt, zet Ariël Jacobs zich schrap. “Ik sluit niet uit dat hij benaderd is,” zegt de Anderlechttrainer, “maar waar gaat hij spelen? Op zijn positie is er al de concurrentie van Boussoufa en Losada, en ook Suárez speelt het best centraal, zo blijkt intussen, want op de kant vindt hij zijn draai niet. We kunnen de spelers toch niet gaan stapelen?”

De interesse van Anderlecht voor de Kroatische middenvelder van Roeselare is reëel en als het van Perisic zelf afhangt, voetbalt hij volgend seizoen in paars en wit. Zijn zelfvertrouwen is grenzeloos. Limieten kent hij niet, dus wat hem betreft is Anderlecht zeker niet te hoog gegrepen. Niet om er in de spits te lopen, want een aanvaller is hij niet. Wel een infiltrerende offensieve middenvelder met veel loopvermogen, die ook het verdedigende werk niet schuwt. Geen dribbelaar, maar iemand die zich uitstekend vrijloopt en een koelbloedige afwerker.

Perisic is pas twintig. Sochaux, de club die hem verhuurt aan Roeselare, zou slechts 300.000 euro voor hem vragen. Dat is weinig. Maar dat een staartploeg uit de Ligue 1 de in België indruk makende speler niet kan gebruiken, wekt argwaan in Brussel.

Ook de naam van Nana Asare vervult Jacobs met ongemak. Anderlecht ondernam reeds pogingen om de Ghanees los te weken bij KV Mechelen. De Mechelse vraagprijs (1,5 miljoen euro) lijkt voorlopig het struikelblok, of speelt er iets anders? Asare is een polyvalente linkerflankspeler, maar dat is Jelle Van Damme ook. En verder beschikt Anderlecht op links met Boussoufa, Deschacht en Iakovenko al over verschillende alternatieven in diverse posities en veldbezettingen.

“Met Asare erbij dreigen Deschacht of Van Damme naast de achttien te vallen”, waarschuwt Jacobs. “In een goed uitgebalanceerde kern is het misschien niet te veel hem erbij te hebben, maar ik vind dat er andere prioriteiten zijn. Ik geef dat ook intern aan, maar het is de club die de transfers doet.”

Jacobs maakt zich vooral zorgen over het verdedigende compartiment van zijn selectie. “Kwantitatief en kwalitatief nijpt het daar”, zegt hij. “Vorig seizoen deed de club Pareja weg en dat hebben we met veel geluk zonder kleerscheuren doorstaan. Later is er dan Bernárdez bijgekomen. Op training speel ik soms noodgedwongen met Chatelle of Legear als rechtsachter. Hetzelfde centraal. We zitten te krap in de verdedigers.”

Video bekijken

Anderlecht heeft zeven verdedigers voor vier posities. Behalve Deschacht en Van Damme zijn dat verder nog Marcin Wasilewski, Nemanja Rnic, Victor Bernárdez, Roland Juhasz en Arnold Kruiswijk. Voor Rnic is er geen toekomst meer in Brussel. Na uitsluitingen tegen BATE Borisov en KV Mechelen is zijn krediet bij de technische staf helemaal opgebruikt. Om redenen waar niet iedereen in de club hoogte van krijgt, was dat eigenlijk al zo van bij het begin. Voor hem wordt een nieuwe club gezocht.

Rnic wordt vermoedelijk niet de enige vertrekker. Dat Juhasz na vier seizoenen in Brussel de overstap naar Engeland waagt, is een scenario waar Anderlecht ernstig rekening mee houdt. Het vraagt naar verluidt 7 miljoen euro voor zijn Hongaarse international, in de hoop er wellicht een miljoen of vijf voor te krijgen. Toen Anderlecht hem destijds aantrok, probeerde het nog 100.000 euro af te pingelen van de gevraagde 1,1 miljoen. Verdedigers mogen niet veel kosten in het Vanden Stockstadion. Juhasz groeide gaandeweg uit tot Anderlechts betrouwbaarste verdediger en bewees zijn geld waard te zijn geweest.

Twee vertrekkers bovenop een al bestaand tekort: dat betekent dat er minstens drie nieuwe verdedigers nodig zijn na dit seizoen. Een rechtsback en twee centrumverdedigers staan hoog op de verlanglijst.

Zonder Rnic heeft Anderlecht geen alternatief meer voor Wasilewski, of het zou Guillaume Gillet moeten zijn. Eén keer dit seizoen startte die als rechtsback toen Wasliweski geblesseerd was en het vertrouwen in zijn doublure Rnic al zoek was. Gillet echter verafschuwt de positie waarin Georges Leekens hem bij AA Gent neerzette, ook al leverde ze hem even de status van international op. Lang duurde dat niet: daarvoor laat vooral zijn positiespel te erg te wensen over. Het blijft een noodoplossing waar ook Jacobs liever niet naar teruggrijpt.

Op links beschikt Anderlecht wel over een dubbele bezetting. Meestal staat Van Damme er op de backpositie wanneer hij en Deschacht allebei fit zijn. Van Damme is het soort verdediger dat vooral opvalt door zijn aanvallende impulsen. Dat geldt ook voor Asare. Volgens Jacobs heeft Anderlecht nood aan verdedigers die in de eerste plaats goede verdedigers zijn.

Veel offensieve kwaliteiten kunnen Deschacht dan weer niet worden toegedicht. Doordat hij ook verdedigend steeds dezelfde steken laat vallen, is hij altijd een randgeval gebleven. Het is een van de redenen waarom René Vandereycken hem nooit opriep voor de nationale ploeg, ook niet nadat Deschachts ex-trainer Frankie Vercauteren zijn assistent was geworden. In een recent interview met De Morgen sprak de Anderlechtaanvoerder hierover nogmaals zijn onbegrip uit.

“Tegen Standard heb ik een schitterende wedstrijd gespeeld”, zei hij. “Het is te hopen dat Vercauteren die heeft gezien. Indien niet, dan lanceer ik een oproep via deze krant aan Frank Vercauteren: bekijk de video van Anderlecht-Standard.”

Mocht Vercauteren de video hebben bekeken, zal hij hebben vastgesteld hoe Deschacht bij het eerste Luikse doelpunt de mist inging. Binnendoor gepakt door Dalmat, die vervolgens tussen Juhasz en doelman Schollen de 0-1 binnentikte. Tegenstanders weten dat Deschacht slecht naar binnen sluit. Ook uit bij KV Mechelen gebeurde dat. Bij het tweede doelpunt gaf hij geen rugdekking aan Juhasz, waardoor Rossini alleen voor Schollen verscheen. Wie goed toekeek, zag hoe Juhasz na die fase, waarbij hij zelf evenmin vrijuit ging, zijn aanvoerder op diens verantwoordelijkheid wees. Een wegwerpgebaar was het antwoord.

“Na die twee tegengoals tegen Mechelen heb ik geen woord gelezen over wiens schuld het was. Was ik het geweest, de kranten hadden er vol van gestaan”, zei een zich van geen kwaad bewust zijnde Deschacht in De Morgen.

Geen Sarr-Onyewu

Juhasz en Deschacht zijn de verdedigers die bijna altijd in de basis stonden dit seizoen. Zij waren nooit geblesseerd en misten elk slechts twee competitieduels, door schorsing of ziekte. Zonder de blessure die hem vijf speeldagen aan de kant hield, zou ook Wasilewski maar twee keer met te veel geel aan de kant zijn gebleven. Van Damme was bijna vier maanden out en Rnic snel afgeschreven. Bernárdez kwam pas in de winter met een proefcontract. Wat later viel Kruiswijk uit. Doordat Jacobs zelden keuzes moest maken uit meer dan vier of vijf verdedigers, is niet duidelijk hoe achter Juhasz de hiërarchie tussen de huidige centrumverdedigers er precies uitziet.

Of zijn vraag naar een kwantitatieve en kwalitatieve opwaardering van de Brusselse achterhoede wordt gehoord, moet nu gaan blijken. “Als men een goede speler ziet met een actie, wordt al snel gezegd: dat is iemand voor Anderlecht”, zegt Jacobs, de belangstelling voor Perisic indachtig. “Gaat het over een verdediger, is men al snel terughoudender.”

Waar hij zich niet achter kan verschuilen, is dat de krapte aan verdedigers Anderlecht in het nadeel heeft gesteld tegenover de concurrent in Luik. Standard zit nog minder dik in de achterspelers en liet Dante zelfs vertrekken. Van Sarr en Onyewu kan ook niet worden gezegd dat zij het verschil maken met hun uitvoetballende kwaliteiten. Die hebben ze namelijk niet. Toen Anderlecht zonder diepe spits kwam spelen op Sclessin en beide centrumverdedigers aan de bal liet, wisten die zich daar geen raad mee.

Sarr en Onyewu zijn in de eerste plaats verdedigers. Zij vormen samen iets wat Anderlecht mist: een solide blok. Meer dan één spits liep er zich al op te pletter. Dat is wat Jacobs ook in zijn ploeg wil terugzien.

“Het is nog veel te vroeg om al te zeggen voor welke spelers we gaan”, zegt de trainer. “Tijdens de tv-uitzending van België-Bosnië hoorde ik zeggen dat Anderlecht achter Spahic aanzit. Tja, waarschijnlijk is dat één van de 100.000 mails of faxen die hier per jaar binnenkomen. Als dit iets leert, dan is het dat de club haar les heeft geleerd uit het geval- Bulykin. Frutos viel geblesseerd uit en plots was de vraag: wie nu? Zo werd het iemand die af en toe vijf minuten mocht meedoen bij Leverkusen. Als er nu iemand weggaat, zal Anderlecht veel beter voorbereid zijn.” S

door jan hauspie

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content