Te veel middelmatige buitenlanders in Bulgarije, te veel Bulgaarse vedetten in het buitenland : Radoslav Yankulov, de perschef van de voetbalbond, maakt zich zorgen over het peil van de Bulgaarse competitie.

Zoals alle persattachés ter wereld bouwt Radoslav Yankulov bruggen tussen zijn werkgever en de almaar veeleisender media. In het algemeen is hij het eerste contactpunt voor de journalist die een interview met de Bulgaarse bondscoach of een Bulgaarse international wil. Hij regelt ontmoetingen, dient soms als buffer. Hoewel het niet tot zijn taken hoort zichzelf in evidentie te plaatsen, kent Yankulov het Bulgaarse voetbal natuurlijk als zijn handpalm.

De Bulgaarse voetbalfederatie werd in 1923 opgericht, sloot zich een jaar later aan bij de Uefa en nam in 1985 de naam Bulgarian Football Union aan – voordien heette de bond Bulgarian Football Federation. Bulgarije heeft acht miljoen inwoners. “Een beetje minder dan België,” zegt Yankulov, “maar ik denk dat er bij jullie veel meer voetballers bij de voetbalbond zijn aangesloten. Onze eerste afdeling bestaat uit veertien ploegen en ook in de tweede klasse wordt professioneel voetbal bedreven. Nog lager is er alleen amateurisme.”

Yankulov is formeel : de overwinning tegen België van vorig jaar heeft de ambities van zijn land aangescherpt. “Absoluut, maar de kwalificatie is nog lang geen feit. We zullen zaterdag onze prestatie van in Brussel moeten herhalen. Slagen we daarin, dan geloof ik dat we stilaan de reis naar Portugal mogen voorbereiden. Indien we verliezen, durf ik niet goed te denken aan wat er dan allemaal nog kan gebeuren. Hoe dan ook, makkelijk zal het niet worden nu we Krasimir Balakov moeten missen. Momenteel weten we nog niet wie zijn rol kan overnemen. Misschien Stiljan Petrov van Celtic Glasgow. Maar ook al is dat eveneens een middenvelder, het is toch een ander type dan Balakov.”

De grote ploeg van 1994, met charismatische leidersfiguren Hristo Stoichov, Lubo Penev en Emil Kostadinov, lijkt ver weg. “Dat was een team dat in het buitenland enorm tot de verbeelding sprak,” weet ook Yankulov, “vooral dankzij de knalprestaties op het WK in de Verenigde Staten. Behalve enkele legendarische voetballers had die ploeg ook een monumentale trainer in de figuur van Dimitar Penev. Een uiterst intelligent man, die blijkbaar ook een konijnenpoot in zijn zak had zitten. Maar de tijd staat niet stil. De doorstroming van een nieuwe generatie is een bijzonder interessant fenomeen.”

Natuurlijk heeft die nieuwe lichting spelers nog niet de roem van hun voorgangers verworven, geeft de Bulgaarse persattaché toe, maar ze hebben wel al een en ander bewezen. Stiljan Petrov (Celtic Glasgow), Dimitar Berbatov (Bayer Leverkusen), Martin Petrov (Wolfsburg) en Georgi Peev (Dynamo Kiev) kondigen zich aan als bijzonder beloftevol. “Precies voor hen is de kwalificatie voor het EK 2004 zeer belangrijk. Volgend jaar hebben ze de leeftijd bereikt waarop een sporter zijn beste prestaties brengt. De kans om zich met de beste spelers van Europa te meten, kan voor hen ook een enorme stap vooruit beteken op het vlak van ervaring en maturiteit. Maar hetzelfde geldt voor de huidige generatie Rode Duivels.”

De verjonging werd al doorgevoerd onder Stoicho Mladenov en Hristo Bonev, de voorgangers van Plamen Markov. De generatiewissel gebeurt dus progressief, aldus Yankulov, je kunt niet gewagen van een brutale breuk tussen twee generaties. Toch durft hij de jeugdwerking in Bulgarije niet goed te noemen. “Helaas. De -21-jarigen behalen de laatste tijd barslechte resultaten. Op de eerste speeldag van de kwalificaties gingen ze in Waregem nog met 3-1 verliezen tegen België, weet u nog. Nadien leden ze een nederlaag tegen Kroatië en tegen Estland kwamen ze niet verder dan een gelijkspel. We hebben goede jonge spelers, maar de weg naar de eerste klasse wordt hen vaak versperd door het grote aantal buitenlandse voetballers dat hier is neergestreken. Op die manier kun-nen onze getalenteerde jongeren nooit ervaring opdoen. Het is een groot probleem. In sommige ploegen lopen er in het basisteam slechts vier Bulgaren rond.”

Het is de keuze van het gemak, vermoed Yankulov. “Jullie kennen hetzelfde verschijnsel in België, geloof ik. Ik zou het nog begrijpen, mochten die buitenlandse spelers een toegevoegde waarde brengen, maar dat is lang niet altijd het geval. De Bulgaarse clubs zijn niet rijk genoeg om de echte vedetten aan te trekken. Wat hier binnenkomt, is spelersgerief van het tweede garnituur. Veelal heel middelmatige voetballers, maar die wel de plaats van onze eigen beloftevolle spelers blokkeren.”

De Bulgaarse vedetten vertrekken natuurlijk zelf allemaal naar het buitenland. En dat verarmt de Bulgaarse competitie geweldig. “Van de huidige nationale ploeg voetballen veertien of vijftien spelers in het buitenland. Nu is dat niet noodzakelijk een slechte zaak, want ze gaan er in het buitenland fors op vooruit. Maar een nadeel is dat het niveau van de eigen Bulgaarse competitie lamentabel geworden is. Het niveau verarmt zienderogen. Stel je voor hoe sterk CSKA Sofia voor de dag zou kunnen treden, mocht het al zijn vedetten hebben kunnen behouden. Ik geloof nooit dat we dan een Champions League zonder Bulgaarse ploegen zouden meemaken. Stiljan en Martin Petrov en Dimitar Berbatov helpen nu het mooie weer maken bij West-Europese clubs, maar ze zijn wel alledrie van CSKA afkomstig.”

Jammer genoeg, betreurt Yankulov, is de exodus verre van gedaan. “Momenteel loopt Velizar Dimitrov bij CSKA in het vizier van een aantal buitenlandse clubs. Onlangs las ik dat Marseille zijn oog op hem heeft laten vallen. Natuurlijk, de verkoop van spelers is voor de Bulgaarse clubs veelal de enige manier om te overleven. Onze clubs zijn allemaal geprivatiseerd, dus moeten ze zich plooien naar de wetten van de economische markt. De clubvoorzitters zijn hier over het algemeen zakenmannen.”

De grote Bulgaarse clubs zitten allemaal in Sofia. Yankulov : “De laatste jaren heeft alleen Litex Lovech, een provincieclubje op 150 kilometer van Sofia, twee keer de landstitel gepakt. Radostin Kishishev, momenteel bij Charlton Athletic, komt daar vandaan en Rosen Kirilov, een andere international, speelt er nog altijd. Maar het zijn uitzonderingen die de regel bevestigen. Zoiets gebeurt in Bulgarije bijna nooit. Sofia is vanzelfsprekend ook het economische centrum van het land. In vergelijking met de andere Bulgaarse steden heerst daar veel meer welvaart. Als ik nu bijvoorbeeld in België kom, zie ik niet zoveel verschil tussen Brussel, Antwerpen, Gent en Luik.”

Het eerste doel nu van de Bulgaarse voetbalbond is de eindronde van het EK 2004 te bereiken. “Op langere termijn willen we werk maken van onze jeugdwerking,” zegt Radoslav Yankulov, “maar misschien uit ik hier alleen maar een vrome wens.”

door Daniel Devos

‘In sommige ploegen lopen er in het basisteam slechts vier Bulgaren rond.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content