2005-2007, FC DEN BOSCH, 18 WEDSTRIJDEN, 1 GOAL

Toenmalig trainer Theo Bos: “Toen ik in 2005 begon bij FC Den Bosch, zat Glynor in de A-jeugd. Gaandeweg dat seizoen is hij met de eerste selectie gaan meetrainen en viel hij ook enkele keren in. Hij was toen zeventien jaar, nog jong dus, maar je zag al wel de potentie. Hij was balvast, technisch vaardig en hij maakte in de A-jeugd gemakkelijk goals. Daarnaast wilde hij toen al alles op het voetbal zetten, daarvoor had hij ook zijn school opgegeven. Na die twee jaar kon Glynor alleen als amateur bij FC Den Bosch blijven, de club had geen geld. Ik vind het mooi dat hij nu via een omweg toch aan het slagen is. Ik heb Glynor later bij Telstar gevolgd en hij heeft de ontwikkeling doorgemaakt die bij deze leeftijdscategorie hoort. Hij is slimmer en fysiek sterker geworden en heeft meer inhoud gekregen. Daarnaast heeft hij van nature scorend vermogen. Dat is een kwaliteit waar je niet op kunt trainen en een instinct dat nooit zal verdwijnen.”

2007-2008, FC LISSE, 23 WEDSTRIJDEN, 19 GOALS

Trainer Niek Oosterlee: “Na FC Den Bosch deed Glynor een stap terug naar de amateurs en dat was te merken. In ons eerste gesprek kwam hij heel teleurgesteld over. Hij zei ook dat hij het plezier in het voetballen een beetje kwijt was. Dat heeft hij bij ons teruggevonden. We wonnen dat seizoen alles en Glynor had daarin een belangrijke rol. Aanvankelijk was hij een goed aanspeelpunt van waaruit wij verder konden voetballen. Vooral na de winterstop begon hij ook belangrijke doelpunten te maken. Wat me vooral is bijgebleven, is zijn enorme drive en enthousiasme, en de wil om te leren. Je merkte aan alles dat hij terug wilde naar het profvoetbal. Die aspecten hebben volgens mij gemaakt dat hij zich ook na Lisse stormachtig heeft ontwikkeld en een echte goalgetter is geworden.”

2008-2010, TELSTAR, 73 WEDSTRIJDEN, 39 GOALS

Trainer Edward Metgod: “Ergens was het aantrekken van Plet destijds een gok. Er was bij Telstar geen scoutinglijst waarin je potentiële versterkingen waardeert en vervolgens daaruit selecteert. Via een vriendje van mijn zoon die met Plet samen speelde bij FC Lisse, werd ik geattendeerd op hem. We wilden Glynor eerst twee weken op proef laten komen, maar een sponsor van FC Lisse blokkeerde dat. Glynor werkte bij hem en als hij bij Telstar op stage zou gaan, werd het dienstverband direct beëindigd. Toen hebben we maar besloten hem een contract aan te bieden. Wat me aansprak, was dat Glynor bereid was financieel in te leveren. Bij Telstar zou hij minder gaan verdienen dan de vergoeding van Lisse en het baantje bij de sponsor samen. Hij wilde die laatste kans in het betaalde voetbal gewoon met beide handen aangrijpen. Op de eerste training zal je al zijn kwaliteiten. Ik heb zelden een lange speler met een trage motoriek gezien die tegelijkertijd heel vaardig is aan de bal. Wel hebben we veel erop gehamerd dat hij een echte eerstepaalspits kan worden. Je hoort vaak trainers zeggen dat zij spelers hebben doorontwikkeld, maar het belangrijkste is dat bij Glynor het bewustzijn kwam. Hij heeft alles in het werk gesteld om zijn doelen te halen, is zich gaan focussen. In het professioneel denken en handelen heeft hij grote stappen gemaakt. Aan zijn spel valt nog steeds het nodige te verbeteren. Zijn startsnelheid is niet hoog en hij heeft ook niet de power om met een schot van- op 25 meter te scoren.”

2010-JANUARI 2012, HERACLES, 41 WEDSTRIJDEN, 17 GOALS

Trainer Peter Bosz: “Toen Glynor bij Heracles Almelo kwam, heb ik hem eerlijk gezegd dat hij in mijn optiek eigenlijk onze derde spits was. We zochten een opvolger voor Bas Dost en Samuel Armenteros was er ook nog. De opvolger voor Dost is er niet gekomen, Samuel raakte op het eind van de voorbereiding geblesseerd en in de eerste competitiewedstrijden moest ineens Glynor erop. Hij pikte de zaken sneller op dan verwacht, presteerde een aantal duels goed, maar op een gegeven moment zag je dat hij het moeilijker en moeilijker kreeg. Zo’n terugval is logisch bij een speler die net uit de Eerste Divisie komt. Armenteros kwam voor hem in de ploeg, ging vervolgens draaien en is blijven staan. Daar heeft Glynor mentaal wel een tik van gekregen. Hij ging minder trainen en minder presteren, en als gevolg daarvan zat hij ook twee keer niet bij de wedstrijdselectie. Ik heb daar uitgebreid met hem over gesproken en gaandeweg heeft hij de draad weer opgepakt. Hij is hard gaan trainen en had gretige invalbeurten, waarbij hij ook daadwerkelijk iets extra’s bracht. Glynor was altijd een statische spits die er stond om goals te maken en niet meer dan dat. Bij Heracles heb je als ploeg de bal ook geregeld níét. Dan moet je als spits meedoen in het druk zetten en de verdedigende arbeid. Ook op zijn handelingssnelheid hebben we veel getraind. Daarnaast is hij fysiek een stuk sterker geworden. Glynor heeft potentie, maar ik kan niet zeggen waar zijn plafond ligt. Bij dat soort vragen moet ik altijd denken aan Dirk Kuijt. Van de amateurs naar FC Utrecht, daarna naar Feyenoord en het Nederlands elftal en vervolgens Liverpool. Steeds weer hoorde je de vraag: ‘Kan Kuijt die volgende stap wel aan?’ Het kan dus. Omdat Dirks handelingssnelheid en technische vaardigheid steeds weer omhoog zijn gegaan. Ook Glynor Plet zit op die weg.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content