FC Barcelona speelt volgende week woensdag de halve finale van de Champions League tegen Bayern München. Barça aast ook op de titel in de Primera División en winst in de Spaanse beker. Wat een seizoen! Toch borrelt het als nooit tevoren in de Catalaanse topclub. Een blik achter de schermen.

Lionel Messi krabbelt recht. Hij kan het niet geloven. Was dat geen fout? In de zestienmeter dan nog. Dat was toch een pure penalty? De scheidsrechter kijkt de andere kant op. Het is begin januari 2015 en de scène speelt zich af op een training van FC Barcelona. Als afsluiter is er nog een onderling partijtje en die wedstrijdjes worden altijd op het scherp van de snede gespeeld. Coach Luis Enrique heeft het onzalige idee om als scheidrechter op te treden, iets wat hij net zo goed aan een assistent had kunnen overlaten. Voelde hij dan niet dat hij geviseerd werd? Al tijdens de hele trainingssessie was Messi de trainer immers aan het jennen: waarom doen we nu deze oefening? Zouden we niet beter iets anders doen? Luis Enrique is kort van stof in zijn antwoorden. Praten met Messi doet hij al van in het begin van het seizoen niet. Ook met de andere spelers communiceert hij niet of nauwelijks. Het verbaasde dan ook niet dat nieuwkomer Jérémy Mathieu onlangs nog liet optekenen: “Enrique spreekt niet veel met de spelers. De jongens weten wat ze moeten doen op het veld, maar we weten nooit echt wat de coach denkt.” Nee, Luis Enrique is geen Pep Guardiola of Johan Cruijff, die spelers apart neemt en hen het spelletje beter doet begrijpen.

Door de niet-gefloten strafschop kookt Messi vanbinnen. Na het wedstrijdje gaat hij verhaal halen bij gelegenheidsarbiter Enrique. Het komt tot een bitse woordenwisseling. Neymar beseft dat het weleens uit de hand zou kunnen lopen en loodst Messi naar de kleedkamer. De gevolgen zijn niet min. Geheel tegen de verwachtingen in zit zowel Messi als Neymar op de bank in de uitwedstrijd tegen Real Sociedad, de eerste match na de winterstop. Bij een 1-0-stand mogen de twee Zuid-Amerikaanse vedetten nog invallen, maar het kalf is al verdronken. De volgende dag stuurt Messi zijn kat naar de training en begint hij op Instagram een aantal spelers van Chelsea en de Londense club zelf te volgen. Het voedt de speculaties over een mogelijk vertrek. In diezelfde periode neemt vader Jorge Messi de telefoon en belt een aantal bevriende journalisten op: “Als jullie volgend seizoen eens met Lionel willen praten, kunnen we dat in Londen doen, waar hij dan zal voetballen.” Een loos dreigement is dat niet, want volgens insiders zijn er al eerder contacten geweest tussen vertegenwoordigers van Messi en Chelsea.

Bijeenkomst van de grote vijf

Tot overmaat van ramp wint Cristiano Ronaldo een weekje later de verkiezing van de Gouden Bal. In volle euforie spreekt de Portugees, die het kleinood voor de derde keer wint, de volgende woorden: “Dit is een onvergetelijk moment. Hier stopt het niet. Ik wil Messi (die vier keer de Gouden Bal won, nvdr) inhalen. Niet dat ik daarvan wakker lig, maar ik droom er wel van. Ik heb het vaak gezegd: ik wil de geschiedenis ingaan als de beste voetballer aller tijden.” Messi knarsetandt in de coulissen. De publieke uitdaging van CR7 doet de stoom uit zijn oren komen. Hij neemt zich voor: in 2016 sta ík daar weer, op dat podium, met die trofee.

Terug in Barcelona druipt de frustratie van hem af. Xavi stelt hem gerust: “Jij kan die Gouden Bal weer winnen, maar daarvoor moeten wij dit seizoen de Champions League of de titel pakken. Op zijn minst.” Ook voorzitter Josep Bartomeu is zich bewust van de ernst van de situatie. Hij beseft dat het team van Luis Enrique in de eerste seizoenshelft heel wisselvallig presteerde. De indruk ontstond dat FC Barcelona voor het tweede jaar op rij op een verloren seizoen afstevende. Voor Nieuwjaar was het codewoord van Enrique: roteren. Maar hij roteerde iets te veel naar de zin van de spelers. Die hadden het sowieso al niet op hem begrepen omdat hij vanaf dag één de teamhiërarchie niet had gerespecteerd met de ongelukkige uitspraak: “El líder soy yo.” De leider, dat ben ik.

Enrique is geen krak in het omgaan met ego’s, zoals hij bij AS Roma – waar hij in conflict raakte met clubmonument Francesco Totti – al bewees. En inhoudelijk is hij niet van het kaliber van Guardiola, die na zijn actieve voetbalcarrière bij verschillende grote trainers in de leer ging – César Luis Menotti, Marcelo Bielsa, Ricardo La Volpe,… – en die zich op allerlei manieren bijschoolde. En wat deed Luis Enrique na zijn voetbalcarrière? Marathons lopen. Conditioneel is hij – en ook als voetballer was hij dat al – een beest. Als er dit seizoen iets voor hem pleit, is het dan ook dat hij de spelers fysiek weer op punt heeft gekregen, na een op dat vlak dramatisch seizoen onder de Argentijnse opa Tata Martino, die conditietrainingen uit de middeleeuwen hanteerde. Het is dit seizoen ook opvallend dat FC Barcelona weinig blessures kent. Enrique heeft zich in zijn trainersstaf omringd met heel capabele mensen, die voor hem door het vuur gaan, iets wat helaas niet van de spelers gezegd kan worden.

In januari grijpt Bartomeu, die net heeft aangekondigd dat er na het seizoen voorzittersverkiezingen komen, in. Hij roept de vier kapiteins – Xavi, Andrés Iniesta, Lionel Messi, Sergio Busquets – en Gerard Piqué bij zich. De ‘grote vijf’ krijgen de boodschap dat de ploeg dringend aan hetzelfde zeel moet beginnen te trekken omdat dat in ieders belang is. Daarop maken de vijf spelers hun ergernissen over de trainer aan de voorzitter over. Die belooft met Luis Enrique te praten en hem te dwingen om zich te schikken naar de wensen van de spelers. En inderdaad: sinds dat moment heeft Luis Enrique zijn rotatiesysteem danig teruggeschroefd. De positie van de coach wordt nog verder verzwakt door het ontslag van Andoni Zubizarreta, de sportief directeur die verantwoordelijk was voor zijn aanstelling. Zubizarreta krijgt de rekening gepresenteerd voor het feit dat hij in de pers openlijk de schuld van het FIFA-transferverbod in de schoenen van de voorzitter probeerde te schuiven. Met hem verdwijnt een belangrijke vennoot van Luis Enrique uit de club.

Het pact van de grote vijf heeft onmiddellijk effect op het veld. De volgende wedstrijden regent het doelpunten: 3-1 tegen Atlético (1 goal van Messi), 0-4 tegen Deportivo La Coruña (3 goals van Messi), 0-6 tegen Elche (2 goals van Messi),… Tussendoor wordt Elche in de Copa del Rey met in totaal 9-0 opgepeuzeld. De gigantische voorsprong die Cristiano Ronaldo in de eerste seizoenshelft heeft opgebouwd in de topschuttersstand – op een gegeven moment bedraagt het verschil met Messi tien doelpunten – knabbelt de Argentijn langzaam maar zeker weg. Dat CR7 nu nog steeds de pichichi is, heeft hij te danken aan zijn vijf doelpunten tegen Granada een kleine maand geleden.

De tenen van Lionel

Ondertussen blijft Messi zijn wispelturige zelf. Er zijn dagen dat hij de kleedkamer binnenwandelt, tegen niemand iets zegt en alleen maar naar de grond staart. Dan weten zijn ploegmaats: we laten hem beter met rust. Want als je op zijn tenen trapt, blijft dat niet zonder gevolgen. Wie daarvan kan meespreken, is Javier Faus. De huidige vicevoorzitter van de club had namelijk eind 2013 gezegd: “Ik zie niet in waarom we het contract van ese señor (die meneer, doelend op Messi, nvdr) elk halfjaar moeten verbeteren.” Die meneer? Messi, op dat moment op vakantie in Argentinië, sneerde meteen terug: “Die man kent niks van voetbal.” Toen Barcelona begin februari – meer dan één jaar na het incident – een deal van 140 miljoen euro met Telefónica, de grootste telefoonaanbieder van Spanje en Latijns-Amerika, bekendmaakte, had het al zijn Zuid-Amerikaanse spelers opgetrommeld voor een gemeenschappelijke foto met José María Alvarez-Palette, de CEO van Teléfonica Europe, en met alle CEO’s van de Latijns-Amerikaanse afdelingen. Na de persconferentie, geleid door Javier Faus, maakte het hele gezelschap zich op voor de fotosessie. Tot er plots een probleem opdook. Messi zei: “Jullie kunnen kiezen: of Faus gaat op de foto, of ik, maar niet samen.” Gezien het belang van de deal bond de vicevoorzitter in en bleef hij weg van de fotoshoot met de spelers.

Nee, met Messi sol je beter niet. Volgens ingewijden is hij de laatste jaren wel wat gekalmeerd sinds de geboorte van zijn zoontje Thiago. Zijn vrouw, Antonella Roccuzzo – die beauty met brains combineert – zou naar verluidt ook een matigende invloed hebben op de Argentijnse sterspeler.

Transfer van 157,5 miljoen euro

Niet alleen de houding van de trainer en de vicevoorzitter zit de familie Messi hoog, er speelt meer mee op de achtergrond. Vader Messi, die wegens frauduleuze praktijken geviseerd wordt door de Spaanse fiscus, vindt dat hij in zijn gerechtelijke strijd tegen de overheid te weinig ruggensteun krijgt van de club. En dat terwijl datzelfde FC Barcelona zich, bij monde van voorzitter Bartomeu, dubbel plooit om te ontkennen dat er een geurtje is aan de transfer van Neymar, waarbij ook Neymar Senior in het vizier komt. Toen voorzitter Sandro Rosell in mei 2013 trots de Braziliaanse superster voorstelde als nieuwste aanwinst, was dat om twee redenen heel opmerkelijk. Eén: FC Barcelona had Real Madrid, voor wie de komst van Neymar een topprioriteit was, de loef afgestoken. Twee: naar eigen zeggen had Barça ‘slechts’ 57 miljoen euro voor de Braziliaanse aanvaller betaald. Dat was een pak minder dan de bedragen die in de maanden voor de transfer de ronde deden. En vooral: heel wat minder dan het bedrag dat Florentino Pérez bereid was te betalen. Dat FC Barcelona Neymar had kunnen kopen voor ‘een appel en een ei’, was een klap in het gezicht van de Realvoorzitter. In Catalonië lachten heel wat mensen in hun vuistje, maar het lachen zou hen snel vergaan.

Een half jaar later kwam aan het licht dat bij de transfer van de Braziliaanse vedette maar liefst dertien contracten gemoeid waren, dat een deel van de transfersom niet aangegeven werd bij de Spaanse fiscus en dat FC Barcelona in feite 94,8 miljoen euro voor Neymar had betaald. Het onderzoek naar de transfer werd aan het rollen gebracht door een zekere Jordi Cases, een van de duizenden socio’s van de Catalaanse club. De apotheker uit Olesa de Montserrat, een onooglijk Catalaans dorpje, kon niet geloven dat Neymar maar 57 miljoen euro had gekost en vond dat Sandro Rosell niet transparant was en een loopje nam met de socio’s. Hij vroeg meer uitleg, maar die kwam er nooit. De zaak belandde voor de rechter, en ook het ondertussen wakker geschoten Spaanse openbare ministerie opende een rechtszaak tegen Barcelona. Ondertussen heeft Cases zijn klacht tegen FC Barcelona laten vallen, maar de andere zaak is nog steeds hangende. De straffen die geëist worden zijn niet min: twee jaar en drie maanden gevangenis plus een boete van 3,83 miljoen euro voor huidig voorzitter Josep Bartomeu – die ten tijde van de transfer vicevoorzitter was – en 7,5 jaar opsluiting plus een boete van 25,15 miljoen euro voor zijn voorganger Sandro Rosell. Ook de club zelf hangt nog eens een aparte boete van 22,2 miljoen euro boven het hoofd. Als je alle eventuele boetes en schadeloosstellingen bij elkaar optelt, kom je aan een totaal van 62,7 miljoen euro. Tel daar de 94,8 miljoen euro transfersom bij en dan kom je aan het duizelingwekkende bedrag van 157,5 miljoen euro. Veel geld voor één speler…

Ondertussen is er ook heel wat commotie ontstaan rond de verklaringen die Bartomeu heeft afgelegd voor de rechtbank in de zaak-Neymar. Hij heeft daar gezegd dat de meerkost van de transfer te wijten is aan Rosell en de ondertussen overleden ex-trainer Tito Vilanova, die de Braziliaan er absoluut en zo snel mogelijk bij wilde. Dat hij de schuld deels leek af te schuiven op iemand die zich niet meer kan weren, schoot bij menigeen in het verkeerde keelgat. Bartomeu, van zijn kant, vond dat hij niets verkeerds gezegd had en verdedigde zijn stelling ook in het openbaar: “Tito is voor niks verantwoordelijk, behalve dat hij de speler naar hier gehaald heeft en daarin heeft hij zich niet vergist, denk ik; het was zijn verdienste. Ik heb voor de rechter alleen maar de waarheid gezegd, namelijk dat de trainersstaf ons gevraagd had om haast te maken met de transfer van Neymar.”

Een uitspraak in de zaak-Neymar wordt pas na de zomer verwacht. Ook de Braziliaanse vedette zal zich in hoogsteigen persoon moeten verantwoorden voor de rechter aangezien zijn handtekening onder negen van de dertien contracten staat.

The Godfather van het Spaanse voetbal

Niet snel na de heisa rond de transfer van Neymar biedt voorzitter Sandro Rosell zijn ontslag aan. Tijdens een persconferentie leest hij een verklaring voor en maakt hij zich daarna gezwind uit de voeten. Vragen stellen kan niet, meer toelichting komt er niet. Tot vandaag is er daarom nog onduidelijkheid over het precieze motief voor zijn ontslag. Zelf heeft hij het op de persconferentie over “bedreigingen aan zijn adres en dat van zijn familie, waarvan de veiligheid in het gedrang kwam”. Op dat bizarre persmoment in januari 2014 blijft hij de transfer van Neymar verdedigen als “correct” en hij voegt er in één adem aan toe dat de komst van de Braziliaan naar Barcelona “wanhoop en afgunst heeft opgewekt bij een aantal van onze tegenstanders”. Het is niet moeilijk te verstaan wie hij daarmee bedoelt: Real Madrid.

Daarmee opent hij een oude wonde, die dateert van onder het Francoregime. Aangenomen wordt – maar echt bewezen is het nooit – dat onder dictator Francisco Franco de Koninklijke een voorkeursbehandeling kreeg. Feit is dat El Generalísimo een goed contact had met Santiago Bernabéu, destijds voorzitter van Real. Franco zou ook een hand hebben gehad in de transfer van Alfredo Di Stéfano begin jaren vijftig naar de club uit de Spaanse hoofdstad. Het was immers FC Barcelona dat aanvankelijk de beste papieren had om de Argentijnse sterspeler in te lijven, maar om duistere redenen ging die transfer niet door en verhuisde Di Stéfano uiteindelijk in september 1953 naar de Koninklijke. Een maand later deed hij mee in zijn eerste clásico: het werd 5-0 en Di Stéfano scoorde vier keer. Een mythe was geboren.

Tussen de transfers van Di Stéfano en Neymar zit meer dan een halve eeuw, maar toch zijn ze op een of andere manier gelinkt aan elkaar. FC Barcelona moest zich lang het juk van de hoofdstad laten welgevallen, wat bij de Catalaanse club een gevoel teweegbracht van “wij tegen Madrid” en bij uitbreiding “wij tegen de rest van Spanje”. Een underdogpositie waar het lang mee dweepte, ook na het regime van Franco. Het is pas met de successen onder Guardiola dat Barça uit dat slachtofferdiscours kroop en zich steeds zelfbewuster opstelde. Met zijn verklaring op de persconferentie haalt Rosell de aloude complottheorie echter weer van onder het stof. Ook Bartomeu laat zich op dat vlak niet onbetuigd. Uren nadat ook hij beschuldigd wordt van belastingfraude in de zaak-Neymar zegt hij er zeker van te zijn dat “dit allemaal uitgaat van iemand die niet wilde dat Neymar naar Barcelona kwam”.

Feit is dat Florentino Pérez een van de machtigste mannen in Spanje is. Zijn bedrijf ACS – Actividades de Construcción y de Servicios – is een wereldleider in de bouw- en transportsector. In de loges van het Bernabéustadion wemelt het van de ministers, topfunctionarissen en toonaangevende zakenmannen. Niet voor niets wordt Pérez weleens El Padrino – The Godfather – van het Spaanse voetbal genoemd. Of hij het daadwerkelijk is die achter de schermen aan de touwtjes trekt in het proces-Neymar, is onmogelijk te bewijzen. Maar het is een gerucht dat, vooral dan in Catalonië, hardnekkig de ronde doet: het overmoedige bestuur van FC Barcelona dacht Real Madrid een peer te stoven, maar krijgt nu het deksel op de neus. Mocht Barça van in het begin gezegd hebben dat Neymar 95 miljoen euro gekost had, dan zou er geen vuiltje aan de lucht geweest zijn, zo wordt ook beweerd.

To Joan or not to Joan

Wie zou u graag als volgende voorzitter van FC Barcelona zien? Die open vraag stelde Catalunya Radio onlangs aan 800 socio’s. Joan Laporta, president van de club van 2003 tot 2010, kwam als winnaar uit de bus met 35 procent van de stemmen. Pep Guardiola werd tweede met 19 procent. Pas op de derde plaats kwam huidig voorzitter Bartomeu met 15 procent. De trainer van Bayern München is geen concurrentie voor Bartomeu, simpelweg omdat hij geen kandidaat is. En voorlopig is ook Laporta dat nog steeds niet, hoewel hij achter de schermen zijn kandidatuur aan het voorbereiden zou zijn. De advocaat, de enige die de huidige voorzitter écht naar de kroon kan steken, wil pas officieel in de ring treden als de datum van de presidentsverkiezingen vastligt, maar Bartomeu zal pas naar buiten komen met een datum op het moment dat FC Barcelona voor geen enkele trofee meer in aanmerking komt. Dat kan dus op 30 mei zijn, na afloop van de finale van de Copa del Rey, maar net zo goed is het pas op 6 juni, wanneer de finale van de Champions League gespeeld wordt in Berlijn.

Eén ding is zeker: het resultaat van de verkiezingen is onlosmakelijk verbonden aan de sportieve resultaten van de club. Wint Barça de Champions League, dan zijn voorzittersverkiezingen eigenlijk overbodig. Het lot van Bartomeu is dus niet in handen van de socio’s, maar van… de spelers.

DOOR STEVE VAN HERPE IN BARCELONA

Luis Enrique communiceert niet of nauwelijks met zijn spelers.

Jorge Messi belde Spaanse journalisten met de boodschap: “Volgend seizoen speelt Lionel in Londen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content