Hij is een van die vaste waarden die het schip niet verlaten hebben afgelopen zomer, nu ziet hij het razendsnel water maken. Ondanks het recente tumult en een nakende transfer verklaart ‘Polo’ zijn liefde aan de Rouches.

Dat is zo’n grappige foto!” Paul-José ‘Polo’ Mpoku stopt even voor een reusachtige advertentie die in de cafetaria van de Académie Robert Louis-Dreyfus hangt. Op de affiche staan een dertigtal jongeren van Standard (onder meer Julien de Sart en François Marquet) die poseren met een telefoon in de hand – ter wille van BASE, sponsor van de club. Ondanks een passage in Engeland (bij Tottenham en Leyton Orient) blijft Polo een van de mooie uithangborden van het Luikse opleidingscentrum. Op dit moment is hij bijna een oudgediende van een ploeg in volle crisis. Vandaag – donderdag – is het nog kalm, de stilte voor de storm. Het contrast kan niet groter zijn met de gebeurtenissen die zich drie dagen later op Sclessin zullen voordoen. Maar voor we met Mpoku over Standard beginnen, willen we het eerst eens hebben over… oliedollars.

Eind augustus nam je carrière een belangrijke wending. Er werd gezegd dat je je lot verbonden had aan een investeringsmaatschappij uit Qatar.

Paul-José Mpoku: “Maar ik heb niks getekend…”

Je behoort dus nog niet toe aan die investeringsmaatschappij?

“Er is nog niets definitief. Wie heeft gezegd dat alles al in kannen en kruiken zou zijn? Zie je op de website van Standard soms een officiële aankondiging? Neen. Het klopt dat er interesse is en dat er mondeling contact geweest is, maar we zullen in januari wel zien wat het wordt. Momenteel ben ik nog van Standard.”

Op 31 oktober ging je er na de match tegen Lokeren toch snel vandoor om het vliegtuig te nemen naar Qatar?

Pierre Locht, de teammanager van Standard, heeft me na die match naar Zaventem gevoerd, waar mijn makelaar Franco Iovino me opwachtte voor een vlucht naar Doha. De ochtend erop ben ik daar aangekomen en om een uur of tien heb ik bij Aspire medische tests ondergaan. Ik ben er de hele dag gebleven en ’s avonds heb ik het vliegtuig terug genomen omdat ik verplichtingen had bij de nationale beloften.”

Het doel van zo’n transactie is zo veel mogelijk geld verdienen op de kap van de speler. Je wordt dus handelswaar?

“Dat kan ik niet ontkennen. Maar de voorzitter van Standard is daar ook goed in… Wij zijn voetballers, een product waar men zo veel mogelijk geld van tracht te maken. Als ik teken bij Al-Arabi, dan ben ik van die club, maar dat wil niet zeggen dat ik er ook zou spelen. Geen sprake van dat ik ga voetballen in Qatar.”

Vrees je niet dat dit investeringsfonds je zo vaak mogelijk wil transfereren zonder dat er een sportieve visie achter zit?

“Ik ben gelovig, ik vertrouw op God. Als Hij wil dat ik ergens terechtkom, zal dat ook gebeuren. Ik heb ook mijn makelaars aan mijn zijde, die goed weten dat ik sportieve garanties wil. Dat is ook de reden waarom de deal nog niet is doorgegaan in de vorige transferperiode. Er gaat mij ook niemand verplichten om bij deze of gene club te spelen, de eindbeslissing ligt nog altijd bij mij.”

Dat staat wel ver af van het ‘voetbal onder de kerktoren’…

“Ach, dat systeem bestaat al jaren in het buitenland, maar nog niet in België. Daarom schrikken de mensen daar nu wat van. Soit, niet alleen Al-Arabi is geïnteresseerd, er zijn nog andere pistes. We zien wel.”

Je bent van bescheiden komaf. In Qatar heb je al die luxe gezien. Brengt dat je hoofd niet op hol?

“Ik ben opgegroeid in Verviers. Ik zeg altijd dat ik op de benedenverdieping begonnen ben… Er is een bepaalde rapper die zingt: ‘Ik slaap in luxe met het hart van een clochard.’ Daar probeer ik altijd aan te denken. Ik zal nooit vergeten om mijn naasten te helpen. Mijn ouders hebben hun sociale woonst verlaten en wonen nu in een gewoon huis. Maar het klopt dat het makkelijk is om je hoofd op hol te laten brengen. Dankzij mijn geloof blijf ik met beide voeten op de grond.”

Denk je over vijf jaar nog dezelfde persoon te zijn?

“Zonder God is mijn leven niks waard. Ook al heb ik geld en glorie, dat stelt niks voor in vergelijking met wat God me geeft. Geld en glorie zijn vergankelijk, daar haal je geen voldoening uit.”

Beste club van België

Heb je het gevoel dat je naar het buitenland moet om echt een stap vooruit te zetten?

“Ja, dat moet ik echt doen. Ik ben bang dat ik hier stagneer. Ik voel dat ik weg moet, in januari of aan het eind van het seizoen. Ik speel hier altijd mijn wedstrijd, maar als je voelt dat het routine wordt, dan moet je een risico nemen, weg uit je comfortzone. Ik ben op mijn gemak, ik zit bij wat mij betreft de beste club van België en iedereen waardeert mij. Het wordt tijd dat ik nieuwe gezichten zie, nieuwe systemen leer kennen.”

Je vrienden en ploegmaats bij de beloften, Thorgan Hazard en Michy Batshuayi, zijn naar het buitenland vertrokken, maar hebben moeite om zich daar door te zetten. Vorig seizoen waren ze hier nochtans de grote vedetten. Zet je dat niet aan het denken?

“Ik hou mezelf voor dat ik vooral de juiste club moet kiezen. Ik moet eerst met het bestuur en de coach praten om goed te weten wat ze van me willen. Je zult nooit de garantie krijgen dat je speelt, maar het is belangrijk dat je weet wat ze van je verwachten. Ik speel liever elke week met Standard dan dat ik in het buitenland op de bank zit. Trainer met grote spelers is wel mooi, maar het draait toch allemaal om de wedstrijden. Als men me morgen zegt: je zit op de bank of je speelt rechtsback, dan zeg ik: doe maar rechtsback. Het belangrijkste is spelen.”

De afgelopen zomer was er ook van sprake van interesse uit Napels.

“Dat klopt. Het probleem is dat veel te veel mensen zich trachten te mengen in een transfer, makelaars die met mandaten komen aandraven en om het even wat vertellen.”

Zag je jezelf al schitteren bij een club met het aanzien van SSC Napoli?

“Dat niet meteen, maar het zijn clubs die veel wedstrijden moeten afwerken – competitie, beker, Europacup – waardoor je automatisch kansen krijgt. Die moet je dan zien te grijpen. Michy bijvoorbeeld zit bij Marseille, dat niet Europees speelt. Zijn kansen zijn dus beperkt. Wat Napoli betreft: ik heb zelf nooit met mensen van die club gesproken, mijn makelaars wel.”

Wat is het verschil tussen jou en die vele jeugdspelers op die foto die niet doorgebroken zijn?

“Voor een stuk is talent de reden, maar ik wilde het ook meer dan vele anderen. Ik heb op het juiste moment de knop omgedraaid. Ik begreep dat ik er met talent en zonder te werken nooit zou komen. Er was een tijd dat ik ging trainen, aanwezig was, een paar bruggetjes maakte… maar dat is niet het echte voetbal.”

Je bent nu 22, heb je het gevoel dat je volwassen bent?

“Ja, zeker met het leven dat ik leid. Ik ben jong, maar ik heb verantwoordelijkheden. Maar als ik bij mijn vrienden ben, dan zit ik op hun niveau, hoor!” (lacht)

Als voetballer die goed zijn boterham verdient, leef je toch in een totaal andere wereld?

“Ja, zeker in het begin, wanneer je je eerste contract tekent. Dan denken je familie en vrienden dat je opeens hopen geld verdient, terwijl dat niet zo is. Daar moet je hen wel even attent op maken.”

Mokerslag

Zondag spelen jullie tegen Anderlecht. Is paars-wit dit seizoen onaantastbaar?

“Neen. Anderlecht heeft een heel goeie ploeg, maar is zeker niet onaantastbaar. Ik denk zelfs dat als onze kern eerder op het seizoen compleet was geweest, we nu evenveel punten gehad zouden hebben. Wij hebben ook veel potentieel, al zijn onze kwaliteiten anders dan vorig seizoen. Daardoor moest een ander spelsysteem gezocht worden.”

Vorig jaar hanteerden jullie vooral de lange bal.

“De lange bal is misschien wat overdreven, maar we speelden wel directer. Nu hebben we een systeem nodig dat beter past bij jongens die de bal graag aan de voet hebben. Maar vergis je niet: er schuilt veel talent in dit team.”

Hoe verklaar je de slechte resultaten van het seizoensbegin?

“Het missen van de titel vorig seizoen heeft heel de club geraakt en daar dragen we nu nog de gevolgen van. Dat was een echte desillusie.”

Individueel sta je niet veel verder dan de play-offs van 2012/13, toen je de concurrentie overvleugelde. Hoe verklaar je die stagnatie?

“Ik weet niet of het me nog eens zou lukken om zulke play-offs te spelen en daarin acht keer te scoren. Maar ik denk dat ik op sommige vlakken toch progressie heb geboekt. Ik dribbel minder dan vroeger, ik zoek niet meer zo vaak de mooie actie, ik probeer concreter te voetballen. In het systeem dat we nu spelen, verdedig ik veel mee, wat verklaart waarom ik aanvallend minder fris ben. Ik moet het goede evenwicht nog vinden. En ik moet me ook meer doen gelden dit jaar, gezien de spelers die vertrokken zijn en mijn verleden bij Standard.”

Maandag werd jullie trainer ontslagen. Waar zie je Standard dit seizoen eindigen?

“In de top drie. Vast en zeker!”

Vorig jaar verklaarde je dat de voorzitter grote ambities had voor dit seizoen. Ben je dan nu ontgoocheld?

“Toen ik mijn contract eind vorig seizoen verlengde, stonden we nog eerste. Iedereen binnen de club dacht dat we de titel zouden pakken en de Champions League zouden spelen. De voorzitter vertelde me dat hij iets strafs wou doen in Europa. Het verlies van de titel was een mokerslag. Ik kan het nog altijd niet verklaren. Ik denk dat de meeste spelers die in het tussenseizoen vertrokken zijn, gebleven waren als we Champions League hadden gespeeld.”

Het niveau van de refs

De wedstrijden van Standard tegen Zenit of van Anderlecht tegen Dortmund hebben de bevestiging gebracht dat de Belgische clubs te kort komen tegen het kruim van Europa. Is dat opnieuw een teken dat de Jupiler Pro League een mooie springplank is, maar dat je er zo snel mogelijk uit weg moet?

“België is een mooi land om te voetballen, om ervaring op te doen. Maar wie ambitieus is, moet naar het buitenland. Ik heb het gevoel dat het niveau van de competitie langzaam naar beneden gaat. Kijk maar naar het begin van dit seizoen.”

Hebben de nieuwkomers bij Standard het ook over het belabberde niveau?

“Neen, niet echt, want naar Standard komen en voor 25.000 man spelen is nog wat anders. En er is ook nog de Europa League.”

Nochtans brandt de hel van Sclessin niet meer zoals vroeger, op afgelopen zondag na.

“Standard, dat is vuur, aanval, vastberadenheid. (slaat met de vuist in de hand) Maar op het moment is dat er niet op het veld… Met de spelers over wie we dit seizoen beschikken, kunnen we niet het traditionele voetbal van Standard brengen. En aangezien de resultaten ook niet mee willen, is de sfeer een beetje weg.”

Er was bij jou wat irritatie te merken in het begin van het seizoen. Op Brugge ging je door het lint. Hoe verklaar je dat?

“Ik ben van nature niet nerveus, maar daar was het erover. Het is moeilijk om een competitie beter te maken als de scheidsrechters niet op niveau zijn. Ik praat weleens met Sébastien Delferière en hij legt me uit dat zij geen profs zijn en ernaast nog een gewone job hebben. Hoe kun je dan een goed niveau halen?

Toen je op Brugge je shirt kuste, was dat provocatie?

“Dat was om te tonen dat ik er trots op ben voor Standard te spelen, en dat ik niet bij Brugge zit ondanks hun herhaaldelijke aanbiedingen. Ik zie me niet voor een andere Belgische club uitkomen.”

Hoe heb je de transfer van Steven Defour naar Anderlecht ervaren?

“Veel mensen hebben kritiek op Steven Defour, maar ik ben ervan overtuigd dat hij in zijn hart nog altijd een Standardman is. Hij had misschien geen andere keuze dan naar Anderlecht te gaan, want ik weet dat hij graag wou terugkeren naar Standard. Misschien was Anderlecht zijn enige optie en dan is het normaal dat hij aan zijn carrière denkt.”

Beschouw jij jezelf als een echte Standardman?

“Ja, ik denk het wel. Als ik morgen in het buitenland speel, zal ik de resultaten van deze club blijven volgen. Dat deed ik al toen ik in Engeland zat. Dat weren nota bene de jaren van de twee titels. En mijn vader zal ook altijd een trouwe fan blijven, ook als ik er niet meer speel, zal hij naar Sclessin blijven gaan.”

DOOR THOMAS BRICMONT – BEELDEN YORICK JANSENS / BELGAIMAGE

“Wanneer je je eerste contract tekent, denken je familie en vrienden dat je opeens hopen geld verdient, terwijl dat niet zo is.”

“Standard eindigt in de top drie. Vast en zeker!”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content